BelastingBelangen Oktober 2013



Vergelijkbare documenten
Tarief Box 2 tijdelijk 3% lager in 2014

Geachte relatie, met vriendelijke groet, Van helder accountancy, belastingadvies en consultancy

Wat staat ons op fiscaal gebied te wachten in 2014?

Fiscale eindejaarstips

Belastingplan 2014 / tips Schenken voor eigen woning. Eigen woning

De regeling is al goedgekeurd voor Voor 2014 maakt deze deel uit van het Belastingplan, wat nog moet worden goedgekeurd.

FISCAL EINDEJAARTIPS VOOR HET FAMIILEBEDRIJF(2014)

Wat verandert er in 2014?

EINDEJAARSTIPS /5

Eindejaarstips Let op! De eenmalige verhoging van ten behoeve van de eigen woning geldt ook voor andere personen dan de eigen kinderen.

! De belastingrente gaat vanaf 1 april 2014 omhoog. Voor de inkomstenbelasting bedraagt de

Belastingplan 2014: gas geven of afremmen?

Prinsjesdagontbijt 19 september 2013

FISCALE SIGNALEN [1/6] Special Prinsjesdag: belastingpakket Ondernemen

PRINSJESDAG 2014 Beknopt overzicht aangekondigde maatregelen Prinsjesdag 2014

Prinsjesdag 2010 Belastingplan 2011 Otto Brands

Prinsjesdag 2013: wijzigingen voor de loonheffingen, afdrachtverminderingen en sociale zekerheid

WEA Deltaland Accountants & Adviseurs

Fiscale eindejaarstips. Sjoerd van den Heuvel

! S&O-inhoudingsplichtigen die minder S&O-uren realiseren dan was opgegeven, hebben

Informatieblad Uw positie als dga

special MILJOENENNOTA 2014 uitgaven 267,0 miljard inkomsten 249,1 miljard De miljoenennota en uw portemonnee.

Eindejaarstips voor erf- en schenkbelasting

Belastingplan 2014: fraudebestendigheid en solide inkomsten centraal

FISCAAL NIEUWS EINDEJAARSTIPS EN FISCAAL NIEUWS 2014/2015. Afschaffen bijdrage in kosten kinderen

Tips voor de BV/IB-ondernemer

Het kabinet was verder voornemens om de tariefopstap van te verhogen naar Dit voornemen is echter niet doorgevoerd.

Prinsjesdag special. Inhoud. Administratie administratie en advieskantoor. De ondernemer. Nummer 5 - september Tips voor de ondernemer

Fiscale actualiteiten

Als u overweegt om op korte termijn te investeren in een (nieuw) bedrijfsmiddel, dan zijn wij op uw verzoek graag bereid om u te adviseren.

Dit jaar let de Belastingdienst extra op de kosten van de ondernemer en wordt ook het aantal

Miljoenennota-ontbijt Almere 17 September Mr. A. (André) Verduijn RB Countus accountants + adviseurs

! Er is geen notariële schenkingsakte vereist.! Ook schenkingen voor de aflossing van restschulden die zijn ontstaan vóór 29 oktober 2012

Administratiekantoor Van den Dungen B.V. Nieuwsbrief 2013, 2 e jaargang, 6 e editie

Fiscale eindejaarstips

De belangrijkste voorstellen uit het Belastingplan 2014 worden in het bijlage. Een diepgaander beschouwing kunt u verwachten in de einde jaar tips.

Belastingplan Zoals aangeboden aan de 2 e Kamer op 16 september Krijn Doornekamp

Fiscale eindejaarstips 2009 en wijzigingen 2010

Onder bepaalde voorwaarden kunnen pensioendotaties en inleg in de levensloopregeling in mindering komen op het gebruikelijk loon.

Alleen in 2013: Tot 41,5% investeringsaftrek op uw auto

OKTOBER 2016 TAK NIEUWSBRIEF

NIEUWSBRIEF Werkgever. 1. Ruim baan voor de jongere werknemer

Fiscale eindejaarstips Erfbelasting Bespaar erfbelasting én inkomstenbelasting door bij leven te schenken

Let op! Hoe meer gebruikelijk loon u opneemt dan wel op moet nemen, hoe minder u profiteert van het lage tarief van de vennootschapsbelasting.

Nieuwsbrief december 2012

voor ondernemers

negentig NIEUWS In dit nummer: Ruim baan voor de jongere werknemer Uw auto in 2014: zuinig is het devies Innovatie blijft ook dit jaar lonend

Fiscale eindejaarstips


EQUUS NIEUWSBRIEF januari 01/2014

! Het is verstandig om vooraf een berekening te (laten) maken om te voorkomen dat de aangifte

Goed om te weten voor uw personeelsadministratie 2014

Schenkbelasting. Tijdelijke verruiming van de vrijstelling voor de schenking voor de eigen woning

Vraag 1. Antwoord 1. Vraag 2 en 3

RB EINDEJAARSTIPS & AANDACHTSPUNTEN 2014 / 2015

Belastingplan 2016 in teken van lagere lasten op arbeid

Inkomstenbelasting eindejaarstips 2015

Intermediairdagen 2013 Loonheffingen

(Verwachte) fiscale wijzigingen Belastingplan 2018 en Regeerakkoord

Gouden Handdruk, drie verschillende manieren om een ontslagvergoeding te laten uitkeren

Checklist met tips voor 2014

Prinsjesdag 2016 Wat betekenen de kabinetsplannen voor u?

Nieuwsbrief september 2011

18 slimme belastingtips. om dit jaar nog je voordeel mee te doen

Uit de Miljoenennota en het Belastingplan 2015 hebben wij de belangrijkste onderwerpen op het gebied van loonheffingen voor u op een rijtje gezet.

Belastingpakket 2019: huishoudens krijgen meer te besteden

MIA/Vamillijst 2014 gepubliceerd. Inhoudsopgave Nieuwsbrief Februari 2014.

UW ONDERNEMING, ONZE ERVARING. Belastingplan mr. B. (Bas) Opmeer

1. Arbeidskorting nog verder omhoog in 2015 Het kabinet heeft in totaal 500 miljoen uitgetrokken om de arbeidskorting verder te kunnen verhogen.

PRINSJESDAGSPECIAL BELASTINGPLAN 2014 [1/7]

ACTIEPUNTEN. EIND 2018 voor de DGA TARIEVEN WONING BTWVERHOGING EIGEN KLAAR VOOR

Personele ontwikkelingen in crisistijd

Ondernemers. Prinsjesdag Belastingplannen 2019 en meer nieuwe wetgeving

bedrijfsmiddel vóór 1 januari 2016 in gebruik zijn genomen. Bepaalde investeringen zijn uitgesloten van de regeling.

Ook dit jaar verstrekken wij u graag de eindejaarstips voor 2014, praktische tips voor u als ondernemer en/of particulier.

1. Wet Inkomstenbelasting 2001

Nieuwsbrief Miljoenennota 2015 (deel 1)

1 Belastingplannen 2016

Voor iedereen. Eindejaarstips 2013

Brandsma & Klijn Postbus AD Leek T: F: info@brandsma-klijn.nl

de ondernemers krant #1 2014

info &boon tips & boon

Eindejaarstips Tips voor alle belastingplichtigen

De hoogtepunten in het. Belastingplan oktober Frank Kerkhof Directielid en fiscalist bij Alfa Accountants en Adviseurs Bennekom

PRINSJESDAGSPECIAL BELASTINGPLAN 2014 [1/8]

Nieuwsbrief van 9 februari 2017

FISCALE EINDEJAARSTIPS [1/8]

Fiscaal Actueel

Fiscale wetsvoorstellen. Voor 2014 en volgende jaren

PRINSJESDAGSPECIAL BELASTINGPLAN 2014 [1/6]

BELASTINGPLAN Maatregelen voor ondernemers en particulieren

Nieuwsbrief kwartaal 4 Prinsjesdag Bron: Dukers & Baelemans Pagina 1. U als particulier: Algemene heffingskorting en de arbeidskorting

Prinsjesdag 2013: Fiscale en juridische gevolgen : WWJATB 360. Prinsjesdag 2013: Fiscale en juridische gevolgen Woensdag 18 september 2013

Loonheffingen Nationaal. Datum: januari/februari 2013

Volkswagen Bedrijfswagensplan

Onderwerpen: Wet op de inkomstenbelasting 2001

Nieuwsbrief Prinsjesdag 2015 NIEUWSBRIEF. over de gevolgen van Prinsjesdag 2015 voor uw personeelsbeleid

Belastingplannen 2014 en eindejaarstips

Belastingplan en overige fiscale maatregelen 2017

1. Wet Inkomstenbelasting 2001

Transcriptie:

BelastingBelangen Oktober 2013 Hogere loonkosten op komst Bijna een kwart van alle CFO s in ons land verwacht dat de salarissen van medewerkers in 2014 omhoog zullen gaan. Meer salaris in geld, maar vooral ook betere secundaire arbeidsvoorwaarden. Werkgevers die een aantrekkelijke partij op de arbeidsmarkt willen blijven, moeten zich onderscheiden met goede secundaire arbeidsvoorwaarden. Veel werknemers hechten aan een goede balans tussen werk en privé: flexibele werkuren lijkt vandaag de dag de meest populaire secundaire arbeidsvoorwaarde. Een jaar geleden was dat nog een auto van de zaak, een laptop en een smartphone. De Financiële Salarisgids 2014 van Robert Half, arbeidsbemiddelaar op het gebied van financiële professionals, maakt het kernachtig duidelijk in de oneliner: Risico op verlies van toppers door onvoldoende aandacht voor werk-privé balans. Meer salaris in geld, en leukere secundaire arbeidsvoorwaarden, dat betekent dat de personeelskosten in 2014 omhoog gaan. Dit jaar is dat ook al het geval, zo ervaren veel werkgevers. Oorzaak is de Wet Uniformering Loonbegrip. De loonsomverhogende effecten van deze operatie tekenen zich af. Detailhandel en horeca lijden onder het vervallen van de franchise van de WW-Awf. De premie is omlaag gegaan, maar werkgevers moeten nu over het loon van hun parttimers vanaf de eerste de beste euro premie afdragen. Auto s van de zaak zijn voor alle werkgevers duurder geworden nu over de bijtelling voor het privé gebruik premies werknemersverzekeringen moeten worden afgetikt. Dat geldt ook voor opnamen van het levenslooptegoed. Dat levert zelfs een regelrechte dubbele heffing op: de werkgever moest premies betalen bij de inleg, en dat moet hij opnieuw als de werknemer zijn levenslooptegoed opneemt. De primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden, de personeelskosten worden volgend jaar gedicteerd door de werkkostenregeling (WKR). Veel werkgevers hebben die regeling voor zich uit geschoven, in 2014 kan dat niet langer: vanaf 1 januari 2015 moeten alle werkgevers de regeling toepassen. De WKR luidt een nieuwe vergoedingencultuur in, zeker als het noodzakelijkheidscriterium wordt ingevoerd. Dat legt meer verantwoordelijkheid bij de werkgever. Die krijgt met de WKR nog meer de kans om zich als aantrekkelijke werkgever te profileren. BelastingBelangen helpt ondernemers graag om het bruto-nettotraject in te korten bij de beloning van personeel. Met kort en bondige info over fiscaal voordelige beloningsvormen, ook onder de WKR. Ik wens u veel leesplezier en fiscaal voordeel. Hans Zwagemaker hoofdredacteur

Inhoudsopgave Nieuws Belastingplan 2014: AB-tarief in 2014 naar 22%... 01 Belastingplan 2014: 4% bijtelling voor elektrische auto s... 03 Belastingplan 2014: Zelfstandigenaftrek niet versoberd... 04 Belastingplan 2014: 100.000 vrijstelling schenkbelasting... 05 Belastingplan 2014: Stamrechtvrijstelling bij ontslag afgeschaft... 08 Belastingplan 2014: Gouden handdruk-bv leegschudden met 20% korting... 09 Belastingplan 2014: Optie binnenlandse belastingplicht vervalt... 11 Belastingplan 2014: 6% BTW op onderhoud woningen verlengd... 14 Belastingplan 2014: Doe zaken met een gecertificeerd uitzendbureau... 15 Belastingplan 2014: Eénmalige crisisheffing toch verlengd... 17 Belastingplan 2014: Fiscaal innovatief ondernemen... 19 Belastingplan 2014: 100% boete bij opzettelijk onjuiste voorlopige teruggaaf... 21 Belastingplan 2014: Asbestsanering gestimuleerd... 22 Belastingplan 2014: Serviceflats, minder WEV dan WOZ... 35 Belastingplan 2014: Afschaffing BTW-integratieheffing... 37 Belastingplan 2014: MRB en buitenlandse kentekens... 38 Belastingplan 2014: Meer accijns op alcohol, fris, diesel en LPG... 40 Belastingplan 2014: IB-tarief en heffingskortingen... 41 Belastingplan 2014: Afschaffing afdrachtvermindering onderwijs... 44 Belastingplan 2014: Notariële akte voor periodieke giften vervalt... 45 Belastingplan 2014: Strafbaar stellen opzettelijk niet betalen op aangifte... 47 Afroommethode niet toegestaan bij praktijk-bv... 48 Doelmatigheidsmarge gebruikelijk loon DGA omlaag... 50 Dubbele woonlasten: ook in 2014 dubbele renteaftrek... 51 Opgaaf lening eigen woning: digitaal formulier beschikbaar... 53 Met zonnepanelen bent u particulier BTW-ondernemer... 54 Tips Een belastingvrije bonus onder de WKR... 07 Check het brandstofverbruik van hybride auto s van de zaak... 13 Gouden handdruk-bv: stop met uitkeringen... 18 Koop nog dit jaar een milieuvriendelijke auto... 23 Vraag om een voorlopige verliesverrekening... 31 Verbreek de fiscale eenheid met een verlies-bv... 36 Beleggingsverlies in de BV; ga naar box 3 of de VBI... 39 Crisisheffing in 2014: vorm een voorziening ultimo 2013... 43 Verminder de schuldenlast in uw BV... 46 Pak het tariefsvoordeel door verbreking fiscale eenheid... 49 Dividend of winst bij verkoop AB-aandelen: uitstellen tot 2014... 52 Energie- of milieu-investeringen: meer aftrek in 2013... 56

Vragen Belastingvrije schenking van 100.000: nieuwe mogelijkheden?... 24 Twee ondernemingen in één eenmanszaak?... 25 KIA in firma vrijelijk fiscaal voordelig te verdelen?... 26 Grensarbeider: terug naar Nederland?... 32 6% BTW ook voor onderhoud vakantiewoning?... 34 Special De KOR in de BTW: klein maar fijn... 27

Belastingplan 2014: AB-tarief in 2014 naar 22% 21 oktober 2013 Het aanmerkelijkbelang-tarief (box 2) gaat per 1 januari 2014 met 3% omlaag, van 25% naar 22%. De tariefsverlaging geldt uitsluitend voor 2014, tot een maximum dividenduitkering van 250.000. Het kabinet wil met deze maatregel de directeuren-grootaandeelhouders van BV s verleiden om extra dividend uit te keren. Financiën hoopt op een extra dividend van 5 miljard. Dat levert de schatkist een extra (beter gezegd: vervroegde) belastingopbrengst op van 1 miljard, het netto dividend kan voor een forse bestedingsimpuls zorgen. Het aanmerkelijkbelang-tarief gaat tijdelijk in 2014 omlaag, van 25% naar 22%. De extra belasting die deze maatregel moet opleveren Den Haag heeft 1 miljard ingeboekt vormt een cruciale bouwsteen van het begrotingakkoord 2014 dat het kabinet Rutte II onlangs heeft gesloten met D66, de ChristenUnie en SGP. Dat akkoord was noodzakelijk om een politieke meerderheid voor het Belastingplan 2014 in de Eerste Kamer veilig te stellen. Een eenmalige tariefsverlaging om de belastingheffing naar voren te halen is in 2007 eerder toegepast in box 2. Ook toen werd de aanmerkelijkbelang-heffing eenmalig met 3% verlaagd tot 22%, tot een maximum van 250.000 aan dividenduitkering. Dat leverde toen rond de 1 miljard extra belastingopbrengsten op. Met deze ervaring in de hand durft minister Dijsselbloem van Financiën gesteund door het Centraal Planbureau ook nu weer 1 miljard extra belasting in te boeken. Commentaar In een tijd van crisis mag je of moet je je spaarpot aanspreken. Financiën doet dat ook, in ruime mate. Nederland kent veel fiscale spaarpotten, vermogen dat door fiscale regelingen vastzit. Financiën wil dat vermogen ontklemmen, om de belastingheffing naar voren te halen en met de netto-inkomsten voor een bestedingsimpuls te zorgen. Dit jaar mag het levenslooptegoed met 20% belastingvrije korting worden opgenomen (zie ook BelastingBelangen, december 2012: Levensloopregeling: doorlopen of 20% korting in 2013 pakken?), in 2014 krijgen stamrecht-bv s met daarin een gouden handdruk, een ontslaguitkering, eenzelfde aanbod. Het begrotingsakkoord 2014 biedt een door de politieke verhoudingen afgedwongen fiscaal voordeel voor directeuren-grootaandeelhouders van BV s: 3% korting op het aanmerkelijkbelang-tarief. De gezamenlijke BV s in ons land vormen een goed gevulde spaarpot; er zit zo n 140 miljard aan fiscaal beklemd vermogen in. Een vervroegde dividenduitkering van 5 miljard zo n 3,5% van dat totale vermogen kan geen probleem zijn, zo redeneren onze politieke leiders. Fiscalisten denken daar anders over, die zien meer beren op de weg. Een dividenduitkering vergt liquiditeiten, en veel ondernemingen hebben daar nu juist een tekort aan. Het werkkapitaal zit vast, de bank doet niet mee, een dividenduitkering is onder dergelijke omstandigheden op z n zachts gezegd lastig. Een volgende hindernis vormt de per 1 oktober 2012 ingevoerde uitkeringstest voor BV s: als de bestuurder van de BV de dividenduitkering accordeert en de BV kan kort daarna niet meer aan haar lopende verplichtingen voldoen, ligt een persoonlijke aansprakelijkstelling van de DGA op de loer. Zie ook BelastingBelangen, juni 2012: De flex-bv gaat in per 1 oktober 2012. De grootste bottleneck voor een dividenduitkering in 2014 is voor veel DGA s de problematiek van pensioen in 1

eigen beheer. De pensioenverplichtingen moeten fiscaal berekend worden tegen een rekenrente van 4%, commercieel gebeurt dat tegen een veel lagere rentevoet. Daardoor pakt de commerciële waarde van de pensioenverplichtingen veel hoger uit dan de fiscale waarde. Wel twee tot drie keer zo hoog. De Belastingdienst eist dat bij het vaststellen van de dividendruimte rekening gehouden wordt met de hogere commerciële waarde van de pensioenverplichtingen. Als de DGA dat niet doet, en hij extra geld aan de BV onttrekt om het 3% tariefsvoordeel te bemachtigen kan de fiscus dat uitleggen als een (fictieve) afkoop van de pensioenverplichtingen. En dat wordt bestraft met een belastingheffing van 72% (zie ook Belastingbelangen, april 2011: Dividend of afkoop pensioen?) Voor de DGA die geen last heeft van al deze obstakels rijst de vraag wat hij moet doen met het netto dividend dat er over blijft nadat de 22% belasting is betaald. Beleggen in box 3 tegen een fictief rendement van 4% is niet aanlokkelijk. Als de DGA dat geld veilig parkeert op een spaarrekening, met 1,5 tot 2% depositorente, leidt dat tot een belastingdruk van 60 tot 80%. Het ligt dan meer voor de hand om het geld in de BV te laten; daar wordt het reëel behaalde rendement belast. De DGA die fiscaal onbelemmerd dividend kan uitkeren zal dat slechts doen om een al eerder bij de BV opgenomen lening (voor consumptieve doeleinden) af te lossen. De door politiek Den Haag gewenste bestedingsimpuls blijft dan achterwege: een lening aflossen stimuleert de consumptie niet. 2

Belastingplan 2014: 4% bijtelling voor elektrische auto s 24 oktober 2013 De bijtelling privégebruik voor nulemissieauto s wordt per 1 januari 2014 geen 7%, maar 4%. Dat is goed nieuws voor alle automobilisten die dit jaar een elektrische auto hebben besteld, maar die niet meer in 2013 afgeleverd krijgen. Financiën wil de fiscale stimulering van zeer schone auto s per 2014 evenwichtiger maken en die meer richten op de meest zuinige en innovatieve technieken om de CO²-uitstoot terug te dringen. Dat leidt tot een verschil in fiscale behandeling van volledig elektrische voertuigen en de plug-in hybrides en range extenders die ook op fossiele brandstof kunnen rijden. Financiën vindt het aantal automodellen in aanmerking komt voor de belastingvoordelen voor schone auto s te groot is. Staatssecretaris Weekers stelt voor om per 1 januari 2014 een verschil in fiscale behandeling door te voeren voor nulemissievoertuigen en voor hybride auto s die ook op fossiele brandstof kunnen rijden. Dat leidt tot het volgende pakket aan maatregelen: - de bijtelling van nulemissieauto s wordt per 1 januari 2014 verlaagd van 7% naar 4%; - het afschaffen van de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) voor personenauto s; - het afschaffen van de vervroegde afschrijving milieu-investeringen (VAMIL) voor personenauto s; - de milieu-investeringsaftrek (MIA) wordt beperkt tot (semi-)elektrische auto's, met een plafondbedrag per investering. Ook het Begrotingakkoord 2014 heeft gevolgen voor het fiscale autofront. De geplande verlaging van de motorrijtuigenbelasting (MRB) gaat niet door. En de CO²-grenzen voor de belasting op personenauto s en motorrijwielen (BPM) worden verder aangescherpt. Deze maatregel levert 200 miljoen extra belasting op. Door deze aanpassing geldt een BPM-vrijstelling vanaf 2014 uitsluitend nog voor nulemissieauto s. Commentaar Nederland is dit jaar overspoeld met elektrische auto s met als onbetwiste winnaar de Mitsubishi Outlander PHEV. Naar verluidt zijn er zo n 12.000 stuks van dit model verkocht. Uit de folder: de eerste auto moet nog afgeleverd worden! Zie ook BelastingBelangen, april 2013: Fiscale SUV: kopen in 2013, aflevering in 2014? en BelastingBelangen, augustus 2013: Overstap naar 0% hybrid-suv goed geregeld? In het kielzog van de nulemissieauto s profiteren ook tal van hybride personenauto s van fiscale voordelen. Goed voor het milieu, maar minder voor de schatkist. Deze ingreep van Financiën was te verwachten. 3

Belastingplan 2014: Zelfstandigenaftrek niet versoberd 21 oktober 2013 Het kabinet Rutte II ziet alsnog af van het versoberen van de zelfstandigenaftrek. In het Belastingplan 2014 was een korting op de zelfstandigenaftrek voorzien van 300 miljoen, door te voeren per 1 januari 2015. Dit voornemen is vervallen bij de onderhandelingen over het begrotingakkoord 2014. Rutte II heeft dat akkoord gesloten met D66, de ChristenUnie en SGP om het Belastingplan 2014 door de Eerste Kamer te kunnen loodsen. De zelfstandigenaftrek ligt al enkele jaren onder druk in politiek Den Haag. De aftrek is per 1 januari 2012 fors gekortwiekt: de oude regeling kende acht schijven, met een oplopende aftrek naarmate de winst uit onderneming lager was. Den Haag heeft die straf op groei weggenomen, en de zelfstandigenaftrek omgebouwd tot een vaste, niet geïndexeerde aftrek van 7.280 per jaar. Voor 2015 stond een volgende versobering van de zelfstandigenaftrek gepland: een korting van 300 miljoen op deze ondernemersfaciliteit. Die beperking gaat nu definitief niet door. Het wachten is nu op de invoering van een winstbox voor ondernemers waarbij alle ondernemersfaciliteiten afgeschaft worden en opgaan in een vast laag tarief in die box. Zie ook BelastingBelangen, april 2011: Een nieuw belastingstelsel, mean en lean. Staatssecretaris Weekers van Financiën heeft dat tarief eerder, in zijn Fiscale Agenda van april 2011, becijferd op zo n 28%. De invoering van een winstbox is opgenomen in het regeerakkoord van het kabinet Rutte II, met 1 januari 2015 als beoogde datum van inwerkingtreding. Commentaar Het kabinet Rutte II wil de zelfstandigenaftrek verlagen omdat er een te groot verschil in belastingdruk bestaat tussen inkomsten uit arbeid en winst uit onderneming. Met als gevolg een (te) grote toeloop op het (fiscale) ondernemerschap, van bijna 1 miljoen ZZP-ers. Ook de commissie Van Dijkhuizen wil de zelfstandigenaftrek schappen om dat verschil in belastingdruk te verkleinen: zie ook BelastingBelangen, juni 2013: Naar een activerender belastingstelsel. Met de invoering van een aparte winstbox moet de fiscale behandeling van inkomsten uit arbeid en winst uit onderneming meer evenwichtig worden. Met name voor wat betreft de belastingdruk. Daarmee staat wel vast dat het eerder door staatssecretaris Weekers berekende tarief van zo n 28% in de winstbox van de baan is. Dat zal wel een stuk hoger worden. We wachten af... 4

Belastingplan 2014: 100.000 vrijstelling schenkbelasting 22 oktober 2013 Vanaf 1 oktober jl. geldt er een vrijstelling van 100.000 voor schenkingen als de begiftigde dat bedrag gebruikt voor koop of verbouwing van een eigen woning, dan wel het aflossen van de eigenwoningschuld. Deze hoge vrijstelling is tijdelijk en geldt tot 1 januari 2015. Er zijn geen andere voorwaarden aan de vrijstelling verbonden dan de verplichte aanwending voor een eigen woning. Dat betekent dat iedereen eenmalig van een familielid of van een derde een schenking van maximaal 100.000 vrij van schenkbelasting kan ontvangen, mits hij het bedrag van die schenking gebruikt voor de eigen woning. De Successiewet kent al enkele jaren een eenmalige hoge vrijstelling (van thans 51.407) voor schenkingen van ouders aan kinderen tussen de 18 en 40 jaar, mits het kind die schenking gebruikt voor de koop, verbetering of onderhoud van de eigenwoning, of om de eigenwoningschuld af te lossen. In het Belastingplan 2014 is voorgesteld om deze vrijstelling tijdelijk te verhogen tot 100.000. Die hogere vrijstelling geldt tot 1 januari 2015. Voor de 100.000 vrijstelling is niet vereist dat de schenking plaatsvindt van een ouder aan een kind; ook de leeftijdsgrens van de begiftigde tussen de 18 en 40 jaar is vervallen. De schenking hoeft niet bij notariële akte plaats te vinden. Er moet wel aangifte worden gedaan van de schenking, en in die aangifte moet om toepassing van de vrijstelling worden gevraagd. De gulle gever kan aan de schenking de voorwaarde verbinden dat het geschonken bedrag alleen voor de eigen woning mag worden gebruikt en dat de schenking niet doorgaat of vervalt als dat niet gebeurt. Het is verstandig deze voorwaarde schriftelijk bij de schenking vast te leggen. Voorts moeten er van de schenking én van de aanwending van het geschonken bedrag schriftelijke bewijzen zijn. De verruimde vrijstelling geldt (volgens de voorgestelde wettekst) per gulle gever, en niet per begiftigde. Dat betekent dat iedereen tot 1 januari 2015 eenmalig van een familielid of van een derde een schenking van maximaal 100.000 vrij van schenkbelasting kan ontvangen, mits hij dat bedrag gebruikt voor de eigen woning. Ouders die de vrijstelling van maximaal 51.407 al eerder hebben benut voor een schenking aan hun kind, kunnen het verschil met de vrijgestelde 100.000 alsnog belastingvrij schenken, onder de hiervoor genoemde voorwaarde. De hoge vrijstelling van 100.000 gaat ook gelden voor schenkingen die gebruikt worden om een restschuld op de met verlies verkochte eigen woning af te lossen. Deze verruiming is structureel en blijft ook ná 1 januari 2015 van toepassing: per die datum gaat de vrijstelling weer wel terug naar het structurele bedrag van 51.407. Financiën heeft recent bij beleidsbesluit goedgekeurd dat de hoge vrijstelling van 100.000 al vanaf 1 oktober 2013 vooruitlopend op de wetswijziging per 1 januari 2014 kan worden toegepast. 5

Commentaar In het Belastingplan 2014 wordt de invoering van de tijdelijk hoge vrijstelling van 100.000 niet gemotiveerd. Het zal wel de bedoeling zijn om met de hoge vrijstelling een extra impuls te geven aan de bouwsector, en om eigenwoningbezitters tegemoet te komen waarvan de woning onder water staat. De hoge vrijstelling is met name interessant voor schenkingen van andere familieleden dan pa en ma. Al die familieleden kunnen 100.000 vrij schenken! Voor schenkingen van pa en ma aan hun kind blijft het zaak om na te gaan of de schenking fiscaal bezien wel voordeliger uitpakt dan een lening tegen een hogere familierente, waarbij junior die rente als eigenwoningrente op zijn inkomen in box 1 in aftrek kan brengen, en pa en ma die hogere rente weer onder de generieke vrijstelling van 5.141 jaarlijks terugschenken aan het kind. Zie ook BelastingBelangen, april 2013: Fiscaal vriendelijke rente aftrekbaar als eigenwoningrente. 6

Een belastingvrije bonus onder de WKR 29 oktober 2013 Als u de werkkostenregeling (WKR) heeft ingevoerd kunt u uw medewerkers een belastingvrije bonus (in geld) uitkeren onder de 1,5% vrije ruimte van de WKR. Diverse eenheden van de Belastingdienst doen hier moeilijk over, maar op de site van de Belastingdienst is deze riante toepassing van de WKR goedgekeurd. Zie ook de site van de Belastingdienst: Veelgestelde vragen. Deze fiscaal vriendelijkere behandeling van een bonusregeling kan een goede reden zijn om snel over te stappen op de werkkostenregeling. 7

Belastingplan 2014: Stamrechtvrijstelling bij ontslag afgeschaft 22 oktober 2013 Per 1 januari 2014 wordt de stamrechtvrijstelling in de loonbelasting afgeschaft. De werknemer die bij ontslag een gouden handdruk ontvangt een vergoeding ter vervanging van gederfd of te derven loon moet die vergoeding vanaf 1 januari 2014 direct en volledig tot zijn inkomen rekenen. Het kabinet wil de stamrechtvrijstelling in de loonbelasting afschaffen. Die maatregel maakt ons belastingstelsel eenvoudiger, draagt bij aan het structureel op orde brengen van de overheidsfinanciën, en vermindert de uitvoeringskosten van de Belastingdienst. Ook past de afschaffing in het beleid van dit kabinet om fiscaal beklemde besparingen zoveel mogelijk op te heffen, tenzij er een goede reden voor die beklemming is zoals bij pensioenen en lijfrenten. Commentaar Deze maatregel wordt met mooie volzinnen onderbouwd, maar is niets anders dan een belastingverhoging. De geraamde extra belastingopbrengst bedraagt 830 miljoen per jaar. Het Belastingplan 2014 biedt een schrale troost aan de werknemers die getroffen worden door deze belastingverhoging: de scherpste kantjes van de afschaffing van de stamrechtvrijstelling kunnen (afhankelijk van de persoonlijke situatie) worden gemitigeerd door gebruikmaking van de middelingsregeling. Dat is wat je noemt een doekje voor het bloeden. De werknemer die de stamrechtvrijstelling in de loonbelasting nog wil benutten moet er voor zorgen dat hij snel, nog dit jaar wordt ontslagen mét een gouden handdruk. 8

Belastingplan 2014: Gouden handdruk-bv leegschudden met 20% korting 22 oktober 2013 Een werknemer die zijn ontslagvergoeding een gouden handdruk heeft ondergebracht in een stamrecht-bv, kan die BV in 2014 met 20% korting leegschudden. Hij kan er voor kiezen om de stamrechtuitkeringen versneld ineens, in 2014 uit te keren. De uitkeringen worden dan voor 80% in de belastingheffing betrokken én de heffing van revisierente blijft achterwege. Het kabinet Rutte II wil met de 20% korting een impuls geven om versneld tot uitkering over te gaan, opdat het geld in stamrecht-bv s beschikbaar komt voor consumptie. Het kabinet verwacht met deze maatregel in 2014 een extra belastingopbrengst van 1,2 miljard op te halen. Het kabinet Rutte II biedt een fiscale vrijstelling van 20% om (ex) werknemers te prikkelen om hun gouden handdruk-bv in 2014 ineens te gelde te maken. Dat levert een extra belastingopbrengst op de belastingheffing over de uitkeringen wordt naar voren gehaald en de (ex) werknemer kan de netto-uitkering consumptief besteden en zo de economie aanjagen. Dit aanbod geldt voor alle op 1 januari 2014 bestaande stamrechten, waarbij een ontslaguitkering, een vergoeding ter vervanging van gederfd of te derven loon, is omgezet in een recht op periodieke uitkeringen. Vereist is wél dat het voor het stamrecht benodigde bedrag vóór 15 november 2013 is overgemaakt naar de BV die de stamrechtverplichting op zich heeft genomen. Het maakt niet uit of het stamrecht is ondergebracht in een stamrecht-bv, bij een bank, een beleggingsinstelling of een verzekeraar. De versnelde uitkering met 20% korting is ter keuze van de belastingplichtige. Kiest hij daarvoor, dan wordt slechts 80% van de uitkering in de belastingheffing betrokken, én over die uitkering is géén revisierente verschuldigd. De 20% korting geldt niet voor de stamrechten, die zijn ontstaan door omzetting van de stakingswinst bij inbreng van een eenmanszaak in een BV in een recht op periodieke uitkeringen. Commentaar Ook deze maatregel uit het Belastingplan 2014 ziet op het ontklemmen van vermogen. De fiscus biedt een korting van 20% om de fiscale claim op de toekomstige stamrechtuitkeringen versneld te incasseren, en met de netto-inkomsten een bestedingsimpuls aan onze kwakkelende economie te geven. Deze maatregel moet in 2014 1,2 miljard extra (vervroegd geïncasseerde) belasting opbrengen. Dat gaat uiteraard ten koste van de belastingopbrengst in de toekomst, maar dat is een probleem voor een volgend kabinet, zo lijkt de redenering van de huidige politieke machthebbers. Financiën is er van overtuigd dat de beoogde extra belastingopbrengst zal worden gehaald en onderbouwt dat met een verwijzing naar het succes van het vervroegd opheffen van het levenslooptegoed in 2013, eveneens met 20% korting (zie ook BelastingBelangen, december 2012: Levensloopregeling: doorlopen of 20% korting in 2013 pakken?). Maar die verwijzing gaat mank. Deelnemers aan de levensloopregeling hadden hun levenslooptegoed op de bank staan; zij konden over die liquide middelen beschikken om de verschuldigde belasting over het ineens opgenomen levenslooptegoed met 20% korting te betalen. Dat ligt bij de meeste gouden handdruk-bv s anders. Die zijn 9

niet liquide: de (ex) werknemer heeft zijn ontslaguitkering gebruikt om een bedrijf op te zetten, om de hypotheek op zijn woning af te lossen, of daar nog weer een andere bestemming aan gegeven. En als er geen geld voorhanden is om de belasting over de uitkering ineens te voldoen, houdt het op. Financiën kan de slagingskans van deze maatregel vergroten door daar meer tijd voor in te ruimen, en de 20% korting niet alleen in 2014, maar ook in 2015 aan te bieden. De (ex) werknemer die de kortingsregeling wil benutten krijgt dan de tijd om de benodigde liquide middelen in zijn stamrecht-bv vrij te maken. De werknemer die nog dit jaar met een gouden handdruk wordt ontslagen, komt ook in aanmerking voor de 20% korting in 2014. Maar dan moet hij er wel voor zorgen dat het voor het stamrecht benodigde bedrag vóór 15 november 2013 is overgeboekt naar een stamrecht-bv, de bank of de verzekeraar. Dat wordt haastwerk! 10

Belastingplan 2014: Optie binnenlandse belastingplicht vervalt 27 oktober 2013 Een in het buitenland wonende belastingplichtige kan er (onder voorwaarden) voor kiezen om in Nederland als binnenlandse belastingplichtige te worden aangemerkt. Door die keuze kan de buitenlandse belastingplichtige diverse persoonlijke aftrekposten in aftrek brengen op zijn Nederlandse inkomen. Deze regeling wordt met name benut door de vele Nederlanders die in Duitsland of België wonen en in Nederland werken om de hypotheekrente op het huis over de grens in aftrek te brengen op het Nederlandse inkomen. Deze keuzeregeling wordt per 1 januari 2015 afgeschaft en vervangen door de 90%-regeling: de in het buitenland wonende belastingplichtige komt nog slechts in aanmerking voor een aftrek van persoonlijke aftrekposten (zoals hypotheekrente) op zijn Nederlandse inkomen als hij zijn wereldinkomen voor 90% of meer in Nederland verdient. De huidige keuzeregeling voor buitenlandse belastingplichtigen om te opteren voor een binnenlandse belastingplicht wordt met ingang van 1 januari 2015 vervangen door de 90%-regeling: de in het buitenland wonende belastingplichtige kan zijn persoonlijke aftrekposten nog slechts in aftrek brengen op zijn in Nederland belastbare inkomen als hij zijn inkomen geheel of nagenoeg geheel (voor 90% of meer) in Nederland verdient én hij op grond van de EU-regels en rechtspraak een gelijke behandeling met binnenlandse belastingplichtigen behoort te krijgen. Het keuze-element komt te vervallen: een buitenlandse belastingplichtige kwalificeert wel of niet voor de 90%-regeling. Voor de vraag of aan de 90%-eis wordt voldaan, zijn de Nederlandse maatstaven beslissend. Een buitenlandse belastingplichtige moet een inkomensverklaring van de belastingautoriteit in zijn woonland overleggen om zo inzage geven in zijn niet-nederlandse inkomen. In bepaalde situaties geldt een uitzondering op deze verplichte informatieverstrekking. Bij de buitenlandse belastingplichtigen die gebruik kunnen maken van de 90%-regeling worden alleen de inkomsten uit Nederland belast, net als bij andere buitenlandse belastingplichtigen. Het progressievoorbehoud, de terugploegregeling en de inhaalregeling komen daardoor te vervallen. De Europese belastingrechter had al eerder beslist dat die onderdelen van de wettelijke regeling niet in overeenstemming zijn met het EU-recht. Zie ook BelastingBelangen, juni 2011: Nederbelgen en Nederduitsers: aftrek hypotheekrente vereenvoudigd. De nieuwe regeling geldt uitsluitend voor inwoners van de Europese Unie, de Europese Economische Ruimte, Zwitserland en de BES-eilanden. Daarnaast blijven de specifieke regelingen voor Curaçao, St. Maarten en Aruba en Suriname gelden. Inwoners van andere verdragslanden hebben anders dan onder de huidige regeling geen recht meer op een behandeling als binnenlandse belastingplichtige. De nieuwe regeling treedt in werking per 1 januari 2015. In de loop van 2014 worden ministeriele regels bekend gemaakt om de overgang van de oude naar de nieuwe regeling zo geruisloos mogelijk te laten verlopen. 11

Commentaar Het vervallen van het keuzerecht kan duur uitpakken voor de duizenden Nederlanders die over de grens in Duitsland of België wonen, in Nederland werken en de hypotheekrente op hun huis over de grens in aftrek brengen op hun in Nederland belastbare inkomsten. Cruciaal voor hun fiscale positie is de vraag of de 90%-norm op het inkomen per partner moet worden toegepast of op het gezinsinkomen, en in hoeverre zij in hun woonland recht op aftrek hebben. Zie ook in dit nummer van BelastingBelangen: Grensarbeider: terug naar Nederland? Het vervallen van de terugploegregeling, de clawbackbepaling, is positief: voor Nederbelgen en Nederduitsers staat nu definitief vast dat het fiscale voordeel van de hypotheekrenteaftrek in de buitenlandse periode binnen is. 12

Check het brandstofverbruik van hybride auto s van de zaak 29 oktober 2013 Rijden uw werknemers in hybride auto s van de zaak? Check dan of het brandstofverbruik per auto globaal overeenkomt met het door de importeur/fabrikant opgegeven verbruik. Een hybride auto van de zaak is voor uw medewerker(s) interessant vanwege de lagere bijtelling voor privégebruik, voor u als werkgever moet zo n auto minder brandstof kosten. Als uw medewerkers in hun hybride auto gewoon blijven dieselen en niet of nauwelijks gebruik maken van de elektrische aandrijving loopt u die kostenbesparing mis. Check het brandstofverbruik van de hybride auto s van de zaak. Als het brandstofverbruik bij een medewerker al te hoog uitkomt kunt u hem of haar corrigeren door een hogere eigen bijdrage te vragen. Dat is goed voor het milieu én voor uw bedrijfsresultaat. 13

Belastingplan 2014: 6% BTW op onderhoud woningen verlengd 27 oktober 2013 Het BTW-tarief op de arbeidskosten bij renovatie, herstel en onderhoud van woningen is per 1 maart 2013 tijdelijk, tot 1 maart 2014 verlaagd van 21% naar 6%. Deze tariefsverlaging is doorgevoerd om de investeringen op de woningmarkt aan te jagen en de bouwsector te versterken. Het kabinet Rutte II heeft besloten deze tariefsverlaging te verlengen tot 31 december 2014. Per 1 maart 2013 is de BTW op verbouwingen en renovatiewerk aan bestaande woningen tijdelijk, tot 1 maart 2014 verlaagd van 21% naar 6%. De tariefsverlaging ziet uitsluitend op de arbeidskosten, niet op materiaalkosten aan woningen die meer dan twee jaar geleden voor het eerst in gebruik zijn genomen. Zie ook BelastingBelangen, februari 2013: 6% BTW op verbouwingen en renovaties en BelastingBelangen juni 2013: Tijdelijk 6% BTW tarief ook voor apparatuur- en voorrijkosten. De termijnverlenging is tot stand gekomen bij het begrotingsakkoord 2014. Commentaar Deze termijnverlenging is een goede zaak: de bouwsector kan nog wel versterking gebruiken. 14

Belastingplan 2014: Doe zaken met een gecertificeerd uitzendbureau 27 oktober 2013 Het kabinet wil fraude door malafide uitzendbureaus hard aanpakken. Ondernemers die personeel inlenen bij een niet-gecertificeerd uitzendbureau worden per 2014 verplicht om 35% van het factuurbedrag te storten op de vrijwaringsrekening die de uitzendorganisatie bij de ontvanger van de Belastingdienst moet aanhouden. Bij het niet-nakomen van deze verplichte depotstorting kunnen het uitzendbureau én de inlener worden beboet met een verzuimboete van maximaal 4.920. De inlener kan dan ook aansprakelijk worden gesteld voor de loonbelasting, sociale verzekeringspremies en omzetbelasting die het uitzendbureau niet heeft voldaan. Die aansprakelijkheid geldt tot het bedrag van de verplichte storting op de vrijwaringsrekening, 35% van het factuurbedrag. Om fraude door malafide uitzendbureaus tegen te gaan heeft het kabinet in 2012 de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs (Waadi) ingevoerd. Deze wet verplicht ondernemers die personeel uitlenen om zich vanaf 1 juli 2012 als zodanig te registreren bij de Kamer van Koophandel. Het uitzendbureau / de intermediair die deze registratieplicht niet naleeft, kan op een forse boete rekenen. Daarnaast kan de ondernemer die personeel inleent bij zo n niet geregistreerde uitzendorganisatie / intermediair ook beboet worden. Zie ook BelastingBelangen, juni 2012: Regel uw Waadi-registratie en juni 2013: Waadi: ook voor de DGA! Een andere maatregel om malafide uitzendbureaus de pas af te snijden is de vrijwaring voor inlenersaansprakelijkheid die ondernemers krijgen als zij personeel inlenen bij een uitzendbureau dat geregistreerd is bij de Stichting Normering Arbeid (SNA). Zie ook BelastingBelangen, augustus 2012: Vrijwaring voor inlenersaansprakelijkheid uitzendbureaus. Een SNA-gecertificeerd uitzendbureau moet 25% van het factuurbedrag op de eigen G-rekening bij de ontvanger van de Belastingdienst afstorten als zekerheid voor de afdracht van belasting en premies. In het SNA-register zijn zo n 2.800 uitzendbureaus opgenomen. De G-rekening wordt binnenkort vervangen door een depot dat het uitzendbureau bij de ontvanger van de Belastingdienst moet aanhouden. Het kabinet wil met de Wet aanpak fraude toeslagen en fiscaliteit een volgende stap zetten in de aanpak van malafide uitzendbureaus. Voorgesteld wordt dat een niet-gecertificeerd uitzendbureau verplicht een depot bij de ontvanger van de Belastingdienst moet aanhouden, én dat de inlener, de ondernemer die zaken doet met dat niet-gecertificeerde uitzendbureau, 35% van het factuurbedrag (incl. BTW) op de vrijwaringsrekening bij de ontvanger moet storten ten behoeve van het depot van dat uitzendbureau. De boete voor het niet-nakomen van deze verplichtingen kan oplopen tot 4.920, voor de uitzendorganisatie én de inlener. Daarnaast kan de inlener aansprakelijk worden gesteld voor de loonbelasting, sociale verzekeringspremies en omzetbelasting die het uitzendbureau niet heeft voldaan. Die aansprakelijkheid geldt tot het bedrag van de storting op de vrijwaringsrekening, dat is 35% van het factuurbedrag. 15

Commentaar Deze maatregelen leiden tot een verzwaring van administratieve lasten voor het bedrijfsleven en tot een aanslag op de liquiditeitspositie van niet-gecertificeerde uitzendondernemingen. Het kabinet is zich daarvan bewust, maar vindt deze maatregelen toch passend en wenselijk omdat die bijdragen aan de bestrijding van fraude door uitzendorganisaties. Onduidelijk is nog wel hoe de aansprakelijkheid van de inlener voor 35% van het factuurbedrag zich verhoudt tot de reguliere inlenersaansprakelijkheid. Kunnen beide regelingen naast elkaar worden toegepast? Dat lijkt wel de bedoeling van de wetgever te zijn: de nieuw in te voeren aansprakelijkheid is voor de inlener beperkt tot 35% van het factuurbedrag, terwijl de reguliere inlenersaansprakelijkheid kan oplopen tot boven de 100% (als de loonbelasting berekend moet worden tegen het anoniementarief). Zie ook BelastingBelangen, juni 2011: Voorkom de inlenersaansprakelijkheid. 16

Belastingplan 2014: Eénmalige crisisheffing toch verlengd 23 oktober 2013 Het kabinet Rutte II gaat de eenmalige 16%-crisisheffing toch met een jaar verlengen! Dat plan lag er ook al in maart van dit jaar, maar dat werd toen ingetrokken. In het Belastingplan 2014 komt deze pseudo-eindheffing voor werkgevers weer terug: als de werkgever een werknemer in dienst heeft die over 2013 een loon heeft van meer dan 150.000, moet die werkgever over het loon boven de 150.000 weer éénmalig? 16% crisisheffing afdragen. De geraamde opbrengst van de heffing in 2014 is 500 miljoen. De pseudo-eindheffing voor hoog loon, een heffing van 16% over het loon van een werknemer voor zover dat loon meer bedraagt dan 150.000, wordt met één jaar verlengd. Deze crisisheffing is als éénmalige heffing ingevoerd voor 2013, te berekenen over het loon waarover in het kalenderjaar 2012 loonbelasting is geheven. Zie ook BelastingBelangen, juni 2012: Begrotingsakkoord 2013: Eenmalige crisisheffing over lonen boven 150.000. Deze heffing wordt éénmalig verlengd: in (maart?) 2014 is de werkgever 16% crisisheffing verschuldigd over het loon waarover in het kalenderjaar 2013 loonbelasting is geheven. Daarbij geldt een uitzondering voor het loon dat dit jaar genoten is door opname van het levenslooptegoed (om gebruik te kunnen maken van de belastingvrije korting van 20% van dat tegoed per 31 december 2011: zie ook BelastingBelangen, december 2012: Levensloopregeling: doorlopen of 20% korting in 2013 pakken?). Financiën heeft dat nadrukkelijk erkend; zie ook BelastingBelangen, april 2013: Eenmalige crisisheffing eenmalig verlengd. Commentaar Buiten politiek Den Haag heeft niemand een goed woord over voor de crisisheffing. Tegen de heffing zijn inmiddels meerdere fiscale procedures ingesteld: zie ook BelastingBelangen, augustus 2012: Weerstand tegen de eenmalige crisisheffing in 2013 en BelastingBelangen, februari 2013: Crisisheffing hoge lonen: verduidelijkt en omstreden. Een van de belangrijkste grieven in die procedures is de materieel terugwerkende kracht van de heffing (en daarmee strijdigheid met het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens). Met het verlengen van de 16% heffing neemt het kabinet Rutte II een stevig voorschot op een voor de fiscus gunstige afloop van die procedures. Dat kan wel eens een misrekening blijken te zijn. Misschien dat de Tweede Kamer of het CBP deze bui wel ziet hangen. En ingrijpen. 17

Gouden handdruk-bv: stop met uitkeringen 29 oktober 2013 Heeft u uw ontslagvergoeding omgezet in een stamrecht bij uw gouden handdruk-bv en ontvangt u al uitkeringen uit dat stamrecht? Laat uw adviseur dan snel nagaan of u die uitkeringen niet beter stop kunt zetten. Het Belastingplan 2014 biedt u de mogelijkheid om het stamrecht in 2014 ineens af te kopen, en daarbij een belastingvrije korting van 20% van het stamrechtkapitaal te incasseren. Hoe groter het kapitaal, des te meer belastingvrije korting. 18

Belastingplan 2014: Fiscaal innovatief ondernemen 23 oktober 2013 De afdrachtvermindering speur- en ontwikkelingswerk (S&O-afdrachtvermindering) en de research en developmentaftrek (RDA) zijn twee fiscale instrumenten om het innovatief ondernemen te stimuleren. De S&O-afdrachtvermindering faciliteert de loonkosten van speur- en ontwikkelingswerk, de RDA faciliteert niet-loonkosten en investeringen in S&O. In het Belastingplan 2014 worden diverse aanpassingen van de S&O-afdrachtvermindering voorgesteld, qua tariefstelling en voor de praktijk van meer belang het aanvragen en verwerken van de afdrachtvermindering. Het RDA-budget wordt verminderd, het aftrekpercentage gaat van 54% omhoog naar 60%. De S&O-afdrachtvermindering kent twee schijven: de eerste schijf tot 200.000 aan S&O-loonkosten met een afdrachtvermindering van 38%, en de meerdere loonkosten tot maximaal 14 miljoen, met een vermindering van 14%. Voorgesteld wordt om de eerste schijf te verlengen tot 250.000, en het tarief in deze schijf terug te brengen tot 35%. Deze aanpassing vloeit voort uit een evaluatie van de werking van de Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk (WBSO). Door de verlenging van de eerste schijf krijgt het midden- en kleinbedrijf meer mogelijkheden om van de afdrachtvermindering te profiteren, terwijl een hoger aftrekpercentage slecht een beperkte effectiviteit heeft. Vanaf 2014 kan iedere werkgever een S&O-aanvraag voor een vol kalenderjaar indienen. Een jaaraanvraag is thans slechts mogelijk voor werkgevers die een aparte onderzoekof ontwikkelafdeling hebben én die in het voorafgaande kalenderjaar een S&O-verklaring hebben ontvangen. Een jaaraanvraag voor alle S&O-werkgevers draagt bij aan een administratieve lastenverlichting. De verrekeningsmogelijkheden van de S&O-afdrachtvermindering worden verruimd. Onder de huidige regeling mag een werkgever de toegekende afdrachtvermindering uitsluitend verrekenen met de loonheffing over de aangiftetijdvakken die eindigen in de periode waarop de S&O-verklaring betrekking heeft. Heeft de werkgever in die periode onvoldoende loonkosten, dan kan dat tot gevolg hebben dat hij de toegekende S&O-afdrachtvermindering niet volledig kan benutten (doordat de af te dragen loonheffing minder is dan de afdrachtvermindering). Voorgesteld wordt dat die gemiste S&O-afdrachtvermindering vanaf 2014 verrekend kan worden in andere aangiftetijdvakken die eindigen in het kalenderjaar waarop de S&O-verklaring ziet. Het RDA-budget wordt in 2014 gekort en gedeeltelijk overgeheveld naar de S&O-afdrachtvermindering. Dat betekent dat minder ondernemers gebruik kunnen maken van deze extra aftrek voor de niet-loonkosten van innovatief werk. Het aftrekpercentage gaat omhoog: het budget maakt een RDA-aftrek mogelijk van circa 60%. Het definitieve aftrekpercentage wordt eind 2013, bij ministeriële regeling, vastgesteld. Commentaar De procedurele aanpassingen van de S&O-afdrachtvermindering een jaaraanvraag én een ruimere verrekeningsmogelijkheid zijn voor de praktijk van groot belang. Veel innovatieve MKB-ondernemers zijn daar bij gebaat. De RDA-aftrek biedt een opslag op de niet-loonkosten van S&O-werk. Bij 100 aan kosten kan (in 2014) 160 aan 19

bedrijfskosten worden opgevoerd. Die opslag biedt de ondernemer met een BV een fiscaal voordeel van 20% of 25% van de opslag van 60, ofwel 12 of 15. Voor ondernemers die de RDA-kosten in een eenmanszaak maken, pakt het fiscale voordeel veel hoger uit, tot maximaal 52% van 60 = 31. Dat verschil kan voor een BV-ondernemer een goede reden zijn om de innovatieve activiteiten in een eenmanszaak naast de BV onder te brengen. 20

Belastingplan 2014: 100% boete bij opzettelijk onjuiste voorlopige teruggaaf 27 oktober 2013 Het kabinet wil een bestuursrechtelijke sanctie een boete van maximaal 100% invoeren in situaties waarin een belastingplichtige opzettelijk onjuiste of onvolledig informatie verstrekt bij een verzoek om een voorlopige aanslag of teruggave. Het kabinet stelt voor om de inspecteur de bevoegdheid te geven om een vergrijpboete van maximaal 100% op te leggen als de belastingplichtige opzettelijk onjuiste of onvolledige gegevens verstrekt bij een verzoek om een voorlopige aanslag of in een verzoek om herziening van een belastingaanslag. Het kabinet komt tot dit opmerkelijk voorstel omdat de inspecteur bij verzoeken om een voorlopige aanslag en met name bij verzoeken om voorlopige teruggaven in grote mate afhankelijk is van de informatie die de belastingplichtige verstrekt. Die beperkte informatiepositie van de inspecteur maakt voorlopige aanslagen / verminderingen gevoelig voor systeemfraude. De boete van maximaal 100% van het belastingbedrag dat met het verzoek om een voorlopige aanslag of teruggaaf is gemoeid, moet kwaadwillende contribuabelen afschrikken. Commentaar Onder de huidige wetgeving kan een kwaadwillende belastingplichtige betrekkelijk risicoloos een verzoek om een hoge teruggaaf bij de Belastingdienst indienen. Als hij wordt betrapt, heeft dat geen bestuursrechtelijke gevolgen. De geclaimde teruggaaf wordt niet uitbetaald, en dat is het. Wordt het verzoek ten onrechte toch gehonoreerd, dan geniet de belastingplichtige een renteloze lening van de schatkist, die veelal niet meer teruggevorderd kan worden. Dat het kabinet hiertegen wil optreden is terecht. Het probleem bij dit soort wetgeving is steeds weer hoe de grens getrokken moet worden tussen kwaadwillende en andere belastingplichtigen. De belastingplichtige die bepaalde inkomsten of aftrekposten niet geheel juist inschat, is niet kwaadwillend. Maar wat als die schatting geheel niet juist is? De wetgever moet de grens tussen opzet, voorwaardelijk opzet, en een vergissing nauwgezet trekken. 21

Belastingplan 2014: Asbestsanering gestimuleerd 27 oktober 2013 De ondernemer die investeert in het saneren van asbest komt in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek (MIA), en bij een combinatie met het plaatsen van zonnepanelen, ook de vervroegde afschrijving milieu-investeringen (VAMIL). Een uitzondering geldt voor investeringen in een woonhuis of woonschip. In het Belastingplan 2014 wordt voorgesteld om deze fiscale faciliteiten ook toe te kennen aan bedrijfsmatige verhuurders van woonruimten. Het kabinet stelt voor om de milieu-investeringsaftrek per 2014 ook toe te kennen aan ondernemers die investeren in het verwijderen van asbest in verhuurde woonruimten. Onder de huidige regeling kan die fiscale faciliteit enkel benut worden voor dergelijke investeringen in bedrijfsruimten. Het kabinet wil deze onevenwichtigheid opheffen en ook bedrijfsmatige verhuurders van woonruimten in aanmerking laten komen voor de MIA bij het saneren van asbest in woonruimten. Woningbouwcorporaties hebben deze uitbreiding nadrukkelijk bepleit. De verruimde regeling past binnen de budgettaire kaders van de MIA. De MIA biedt een extra aftrek van 27% bij het vervangen van asbesthoudende platen op daken. Voorwaarde is wel dat de asbestplaten aantoonbaar zijn verwijderd door een gecertificeerd bedrijf en dat sprake is van gescheiden afvoer van het asbesthoudende materiaal. De VAMIL kan evenzeer van toepassing zijn op een dergelijke investering. Deze willekeurige afschrijving biedt een liquiditeits- en rentevoordeel: 75% van de kosten kunnen willekeurig oftewel vrij worden afgeschreven. Let op: de melding voor MIA/VAMIL moet binnen 3 maanden na het aangaan van de investeringsverplichting zijn gedaan bij AgentschapNL.nl. Commentaar De MIA biedt een aftrek van 27% van de investering, de VAMIL een versnelde afschrijving tot 75% van het investeringsbedrag. Deze twee fiscale gunstregelingen moeten bedrijfsmatige verhuurders van woonruimten stimuleren om asbest in de verhuurde woningen te verwijderen. 22

Koop nog dit jaar een milieuvriendelijke auto 29 oktober 2013 De fiscale gunstregelingen voor milieuvriendelijke auto s worden per 1 januari 2014 beperkt. Met name voor ondernemers. De kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) van 28% vervalt, de milieu-investeringsaftrek (MIA) van 36% wordt beperkt tot (semi-)elektrische auto s met een plafondbedrag per investering, en de willekeurige afschrijving milieubedrijfsmiddelen (VAMIL) vervalt. De bijtelling privé gebruik gaat ook omhoog: voor nulemissie auto s naar 4% en voor auto's met een CO²-uitstoot tot en met 50 gram/km naar 7%. De meeste auto s met 14% bijtelling promoveren per 2014 naar een 20% bijtelling. Deze versobering maakt het aantrekkelijk om nog dit jaar een milieuvriendelijke auto aan te schaffen. 23

Belastingvrije schenking van 100.000: nieuwe mogelijkheden? 28 oktober 2013 Vanaf 1 oktober kan iedereen een ander 100.000 belastingvrij schenken als de verkrijger dat bedrag maar gebruikt voor de koop of verbouwing van een eigen woning, ofwel het aflossen van de eigenwoningschuld. Deze hoge vrijstelling geldt per gulle gever. Dat biedt volgens mij ongekende mogelijkheden. Hoe pakt de vrijstelling uit als mijn vader mij en mijn vrouw ieder 100.000 voor onze eigen woning schenkt om op de hypotheek af te lossen? En kan ik met mijn broer onder een hoedje spelen met een kruislingse schenking? Ik schenk 100.000 aan mijn eigen zoon én aan zijn zoon, en mijn broer doet dat ook zo? Laatste vraag: kun je de 100.000 nog op je sterfbed belastingvrij schenken, of valt die schenking onder de 180-dagenregeling? Antwoord De verruimde vrijstelling biedt inderdaad ruime mogelijkheden voor de overdracht van vermogen in de familiesfeer. De armlastige neef met drie rijke oudtantes kan van ieder van die tantes 100.000 belasting geschonken krijgen, als hij die gulle gaven maar gebruikt om een eigen woning te kopen, te verbouwen, of op de hypotheek op zijn eigen woning af te lossen. Zie ook Belastingplan 2014: 100.000 vrijstelling schenkbelasting elders in dit nummer van BelastingBelangen. Uw creatieve voorbeelden om de nieuwe vrijgestelde schenking in de familiesfeer te gebruiken zullen zeker op weerstand bij de Belastingdienst stuiten. De schenking aan twee echtgenoten of partners voor één en hetzelfde huis kan de inspecteur zeker als die echtgenoten in gemeenschap van goederen zijn getrouwd aanmerken als één schenking van 200.000, waarvan dan maar de helft is vrijgesteld. En ook de kruislingse schenking met uw broer met gesloten portemonnee is tricky. Ook hier zal de inspecteur wel het standpunt innemen dat de beide vaders in feite 200.000 aan hun eigen zoon hebben geschonken. Met alweer een vrijstelling tot ten hoogste de helft van 100.000. De Belastingdienst zal dergelijke constructies naar verwachting in het reguliere toezicht gaan bestrijden. Dat levert vroeger of later enkele fiscale procedures op en dan blijkt wel of de belastingrechter die aanvaardbaar vindt. Uw laatste vraag kan wel eenduidig worden beantwoord. De vrijstelling van 100.000 valt niet onder de 180 dagenregeling. Als de gulle gever binnen 180 dagen na de schenking komt te overlijden, wordt de schenking niet betrokken in de erfbelasting. 24

Twee ondernemingen in één eenmanszaak? 28 oktober 2013 Ik drijf twee ondernemingen in één eenmanszaak. Ik exploiteer een restaurant in een rustige, landelijke omgeving, en daarnaast heb ik een poeliersbedrijf. Ik houd zelf pluimvee en wat kleinvee, zoals schapen en geiten. Veel van die dieren gaan de menukaart van mijn restaurant op, maar een steeds groter deel verkoop ik aan derden. Ik voer een aparte administratie voor beide activiteiten. De Belastingdienst vindt dat er sprake is van twee aparte ondernemingen. En dat heeft als gevolg ik het perceel waarop ik het pluim- en kleinvee houdt en dat ik indertijd gelijk met het restaurant heb gekocht van mijn restaurantbedrijf moet overbrengen naar het poeliersbedrijf. Voor de werkelijke waarde. En daardoor moet ik afrekenen over de (aanzienlijke) meerwaarde van dat perceel. Is het standpunt van de Belastingdienst correct? En zo ja, kan ik daar wat tegen inbrengen? Is er niet een of andere doorschuifregeling mogelijk? Antwoord Voor de vraag of er sprake is van één of twee of ondernemingen is maatgevend zo blijkt uit de rechtspraak de aard, de wijze van organisatie en de relatieve omvang van de activiteiten, bezien in hun onderlinge samenhang, waarvan mede kan blijken uit de opzet van de administratie en de jaarrekening. Het feit dat u separaat administratie voert voor de twee activiteiten pleit voor het standpunt van de inspecteur. Het enige wat de twee activiteiten verbindt is het feit dat u het pluim- en kleinvee (deels) gebruikt als ingrediënten voor de exquise gerechten in uw restaurant. En dat u de dieren in de directe omgeving van uw restaurant houdt, op een perceel dat u indertijd met het restaurant in één koop heeft verworven. De vermenging tussen beide activiteiten is gering; er zijn naar ik aanneem vrijwel geen bedrijfsmiddelen die u voor beide activiteiten dooreen gebruikt, en de medewerkers van het restaurant zullen zich ook wel niet bezig houden met het voederen van de dieren en het schoonmaken van de dierenverblijven. Dan blijft nog de vraag hoe de relatieve omvang van beide activiteiten zich onderling verhouden. Als de omzet van het restaurant vele malen groter is dan die van het poeliersbedrijf, en het overgrote deel van de omzet van het poeliersbedrijf ook nog interne omzet betreft aan uw restaurant dan kan verdedigd worden dat er sprake is van één onderneming met twee afdelingen. Maar is de externe omzet van het poeliersbedrijf om en nabij gelijk of zelfs groter dan die van het restaurant, dan lijkt mij het standpunt van de inspecteur moeilijk te weerleggen. In uw situatie kan geen doorschuifregeling worden benut. De wet kent wel een doorschuifregeling om als ondernemer van de ene naar de ander eenmanszaak te gaan, zonder fiscale afrekening, maar daarvoor is vereist dat de eerste onderneming volledig wordt gestaakt. En dat is bij u niet het geval. Mogelijk kunt u de fiscale afrekening over de meerwaarde van de grond voorkomen door een beroep te doen op de herinvesteringsreserve. U dient dan aan te tonen dat u van plan bent om in uw restaurantbedrijf op korte termijn diverse investeringen te gaan doen. Niet in grond, maar in andere bedrijfsmiddelen. Overleg het eens met uw adviseur. Toepassing van de herinvesteringsreserve is lastig omdat er door de overbrenging van het perceel geen sprake is van een opbrengst bij vervreemding in de zin van de wet. Maar een welwillend inspecteur wil daar nog wel eens in tegemoet komen. 25