Hoe vitaal is de Zuidvleugel? Symposium Naar een schone en vitale Zuidvleugel Henri L.F. de Groot Vrije Universiteit en Ecorys NEI
Opzet Positionering van de regio (naar tijd en plaats) De grote recessie Dynamiek op langere termijn De regio in nationaal perspectief De regio in internationaal perspectief Uitdagingen voor de toekomst Rol van topsectorenbeleid en de triple helix Naar een optimale mate van (de-)centralisatie 2
De grote recessie Van technologisch optimisme door ICT revolutie... Death of Distance Cairncross en The world is flat Friedman... naar wereldwijde recessie Toegenomen internationale verwevenheid Grote regionale verschillen in impact binnen en tussen landen 3 Nederland goed niveau, maar matige dynamiek Schuldenberg, relatief grote financiële sector, gebrek aan vertrouwen, zeer sterk afhankelijk van wereldconjunctuur
Relevante trends op langere termijn Dynamiek in stedelijke systemen Revival van steden - The Triumph of the City (Glaeser, 2011) Opkomst van consumer cities Trek van hoger opgeleiden naar bepaalde steden Vergrijzing en regionale krimp Globale onevenwichtigheden (VS, China, Eurozone) 4 Toenemende regionale verschillen (equity-efficiency)
Zuidvleugel in nationaal perspectief Specialisatiepatroon Haven, scheepvaart, water en industrie gerelateerd Publieke sector (rijksoverheid maar ook academisch) Relatieve aantrekkelijkheid agglomeratietheorie Arbeidsmarktperspectief Grondmarktperspectief 5
110 to 113 107 to 110 103 to 107 99 to 103 95 to 99 90 to 95 85 to 90 Arbeidsmarktperspectief GSA Highly educated (%) Wage Immigrants Density Amsterdam 45,3 21,7 13,1 1929 Rotterdam 35,2 19,7 13,0 1675 * * 110 to 113 107 to 110 103 to 107 99 to 103 95 to 99 90 to 95 85 to 90 * 110 to 113 107 to 110 103 to 107 99 to 103 95 to 99 90 to 95 85 to 90 The Hague 45,9 21,6 13,6 2122 Utrecht 46,9 20,6 8,3 1981 Eindhoven 42,0 19,5 7,8 1075 Tilburg 34,6 18,0 6,5 790 's-hertogenbosch 37,6 19,1 5,6 973 Breda 36,4 18,4 6,8 817 Leiden 43,0 19,6 8,4 1376 Haarlem 37,8 19,3 7,8 1242 Geleen/Sittard 30,1 18,7 5,9 631 Heerlen 30,6 17,9 5,3 859 Niet-GSA 31,7 17,9 5,4 143 6
Verklaring loonverschillen Met name scholing Regionale component Dichtheid elasticiteit van 0,021 Specialisatie elasticiteit van 0,023 7
Grondprijzen Factor 200 tussen Amsterdam en Oost- Groningen Reflectie van aantrekkelijkheid van de plek 8
Grondprijsverschillen verklaard Prijsverschillen in euro s ten opzichte van platteland 9
10
Een internationaal perspectief Land van de verdelende rechtvaardigheid Sterk binnen Europa, recent relatief zwak t.o.v. andere metropolitane gebieden Relatief klein Relatief lage dichtheid Bestuurlijke drukte Worsteling met coördinatie van beleid 11
Uitdagingen voor beleid I Ga op zoek naar en bouw voort op je eigen kracht Bied ruimte voor verdere groei van succesvolle steden...... en accepteer teruggang van minder succesvolle steden Accepteer verdergaande sorteereffecten Grotere verschillen tussen steden 12 Beweeg mee met de stroom
Uitdagingen voor beleid II Topsectoren Identificatie marktfalen cruciaal link met triple helix gedachte Hoed je voor gevestigde belangen van sterke, zittende partijen Voorwaarden scheppen versus picking the winners (of the past) accepteer de beperkte maakbaarheid Regionale herverdeling versus bevorderen van efficiëntie 13
Uitdagingen voor beleid III Decentralisatie Taken vs middelen theoretische logica vs politieke complexiteit Zorg dragen voor voldoende uitvoeringskwaliteit Voorkomen van bestuurlijke verdunning Toepassen van het subsidiariteitsprincipe Samenwerking op boven-gemeentelijk schaalniveau 14
Sterke samenhang binnen vleugels 15
Uitsmijter ter overweging Agglomeratie leidt tot onvermijdelijke efficiency-equity trade off met implicaties voor het huis van Thorbecke throwing resources at troubled cities is usually a terribly inefficient means of taking care of troubled people. Helping poor people is an appropriate task for government, but helping poor places is not (Glaeser, 2011, p. 250) 16
Meer weten... Mail Henri de Groot via h.l.f.de.groot@vu.nl Stad en Land Oratie Pieken in de Polder 17