De audiovisuele creatieprojecten die door het VAF kunnen worden gesteund hebben een duidelijke verwantschap met een filmische traditie.

Vergelijkbare documenten
Beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaams Audiovisueel Fonds vzw

Samenwerkingsovereenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaams Audiovisueel Fonds vzw

Beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaams Audiovisueel Fonds vzw

Beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaams Audiovisueel Fonds vzw m.b.t. het Mediafonds

Overeenkomst met betrekking tot het beheer van het Gamefonds tussen de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaams 1 2 OKT, 2012

VR DOC.0276/2BIS

Samenwerkingsovereenkomst. tussen. het Nederlands Fonds voor de Film en het Vlaams Audiovisueel Fonds vzw. m.b.t. Nederlands-Vlaamse coproducties

Officieus gecoördineerde versie: oorspronkelijke tekst met opname van alle wijzigingen versie van kracht op DE VLAAMSE REGERING,

DE VLAAMSE REGERING,

Besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2007 tot uitvoering van het decreet van 5 mei 2006 houdende de erkenning van de Vlaamse Gebarentaal

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 8 juli 2016;

Artikel 1. Doelstellingen Algemeen 1/20

Ontwerp van samenwerkingsakkoord

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het voorstel van decreet. houdende wijziging van het Kunstendecreet van 13 december 2013

Kunstendecreet. decreet ondersteuning professionele. kunsten Vlaamse Gemeenschap

Besluit van de Vlaamse Regering van 22 februari 2019 (BS ) houdende de toekenning van een subsidie aan pools gezinsopvang

Decreet van 20 december 2013 tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 22 december 2000 betreffende de amateurkunsten

Projectsubsidies organisaties: doel

VR DOC.1263/2BIS

SUBSIDIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN VOOR EEN CULTUURPROJECT EN CULTUURWERKING: Intergemeentelijke culturele samenwerking

Reglement met betrekking tot het subsidiëren van projecten ter bevordering van een goede studiekeuze in het secundair onderwijs

Samenwerkingsovereenkomst. tussen. het Nederlands Fonds voor de Film en het Vlaams Audiovisueel Fonds vzw. m.b.t. Nederlands-Vlaamse coproducties

REGLEMENT. Darna Express

SUBSIDIEREGLEMENT GEMEENSCHAPSVORMENDE CULTURELE PROJECTEN

Transitiereglement voor de subsidiëring van culturele projecten met een regionale uitstraling

Goedgekeurd op de gemeenteraad van

Bijzondere projectsubsidies socio-culturele projecten

Goedkeuring te hechten aan het hiernavolgende Algemeen reglement Toelagen Gemeentebestuur Schoten.

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Reglement projecttoelage voor activiteiten ten voordele van een goed doel.

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Subsidiereglement voor ondersteuning van. internationale sportevenementen

Provincieraadsbesluit

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin; Na beraadslaging, Besluit:

VR DOC.1027/2

REGLEMENT VOOR DE SUBSIDIËRING VAN CULTURELE PROJECTEN

Experimenteel reglement: Innovatieve partnerprojecten

3. Voor de toepassing van dit reglement komen niet in aanmerking: de projecten

61080 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

Handleiding projectbeurzen Agentschap Kunsten en Erfgoed Beeldende kunst

TRANSITIEREGLEMENT VOOR CULTURELE PROJECTEN MET EEN BOVENLOKALE UITSTRALING

Artikel 2 De subsidies worden toegekend per werkjaar. Een werkjaar loopt van 1 januari tot en met 31 december.

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, artikel 55 tot en met 58;

Reglement voor subsidiëring van sociaal-culturele projecten van de Provincie West-Vlaanderen

Reglement voor het toekennen van een bijzondere toelage

Reglement Stadsmarketingfonds

Subsidiereglement ten behoeve van het plaatselijk sociaal-cultureel werk Art. 1: Algemeen: Binnen de perken van het budget zoals opgenomen in de

ONDERSTEUNING VERTONING VLAAMSE AUTEURSFILM

REGLEMENT INNOVATIEVE PARTNERPROJECTEN

TITEL I OPRICHTING VAN EEN INTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP "INTERNE AUDIT VAN DE VLAAMSE ADMINISTRATIE"

Voorstel van decreet. van de heren Paul Delva, Philippe De Coene, Marius Meremans, Jo De Ro en Bart Caron

Financieringsreglement Projectsubsidie Opvoedingsondersteuning

CRITERIALIJST VOOR SUBSIDIEAANVRAGEN TER PROMOTIE VAN EEN BREED SPORTAANBOD DOOR EVENEMENTEN MET EEN BOVENLOKAAL EN COMPETITIEF KARAKTER

Reglement voor subsidiëring van artistiek-culturele projecten van de Provincie West-Vlaanderen

Ontwerp van decreet ( ) Nr juni 2012 ( ) stuk ingediend op

VR DOC.0247/2

VR DOC.0136/2

Provinciaal impulsreglement voor toekenning van projectsubsidie aan initiatieven binnen de provinciale beleidsdoelstellingen welzijn

Rise- Innovatieve start-ups

REGLEMENT VAF/FILMFONDS: ALGEMENE VOORWAARDEN

SUBSIDIERING VAN UITZONDERLIJKE CULTURELE ACTIVITEITEN VAN BOVENLOKAAL BELANG

CRITERIALIJST VOOR SUBSIDIEAANVRAGEN TER PROMOTIE VAN EEN BREED SPORTAANBOD DOOR EVENEMENTEN MET EEN FOCUS OP PARTICIPATIE EN RECREATIE

REGLEMENT SUBSIDIËRING PROJECTEN TER BEVORDERING VAN GELIJKE ONDERWIJSKANSEN

Subsidiereglement ter ondersteuning van cultuurprojecten

Reglement met betrekking tot toekenning van subsidies aan energiesnoeiersbedrijven

Subsidiëring in het kader van het Kunstendecreet: Projectsubsidies: - Voor kunstenorganisaties, kunsteducatieve en sociaal-artistieke organisaties

Decreet van 8 november 2013 houdende het stimuleren, het coördineren en het subsidiëren van de tewerkstelling in de sportsector (B.S.

DECREET. houdende de erkenning en de subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur

Reglement met betrekking tot de toekenning van subsidies voor lokale besturen ter ondersteuning van de detailhandel.

Provincieraadsbesluit

Reglement met betrekking tot de toekenning van subsidies voor projecten voor duurzame mobiliteit.

Algemene informatie Tegemoetkoming reis-, verblijf- transportkos- ten in het kader van het kunstendecreet

Wet van 13 maart 2016 op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, de artikelen 107 tot 122.

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

VR DOC.0432/1

Vlaamse regering DE VLAAMSE REGERING,

Voorontwerp van decreet houdende wijziging van diverse decreten met betrekking tot het economisch, wetenschapsen innovatiebeleid

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen. Hoofdstuk 2. Opdrachten

Officieus gecoördineerde versie: oorspronkelijke tekst met opname van alle wijzigingen

WELZIJN. Provincieraadsbesluit van 30 april 2014 in verband met de goedkeuring van het reglement impulssubsidie arbeidszorg

Ontwerp van decreet ( ) Nr maart 2014 ( ) stuk ingediend op

VR DOC.1498/2BIS

VR DOC.1450/2BIS

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 27 september 2016;

ONTWERP VAN DECREET TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING

Reglement met betrekking tot de toekenning van subsidies voor middenstands- en handelsverenigingen ter ondersteuning van de detailhandel

Leidraad voor het indienen van een aanvraag voor structurele subsidiëring of erkenning als landelijk georganiseerde jeugdvereniging

Gecoördineerde tekst:

Veel gestelde vragen naar aanleiding van de beleidskeuzes in het kader van de overdracht provinciale cultuur- en jeugdbevoegdheden


Deze 3 verslagen dienen in onderlinge samenhang te worden gelezen en kunnen niet afzonderlijk van elkaar worden gezien of gebruikt.

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 16 maart 2012 betreffende het economisch ondersteuningsbeleid, artikel 37;

Subsidiemogelijkheden Kunstendecreet

Reglement Jeugdsportfonds District Antwerpen

Reserveregeling Kunstendecreet

Reglement betreffende de erkenning en subsidiëring van verenigingen met een specifiek educatieve werking

Projectoproep "Een jong en levendig gewest" Seizoen

Transcriptie:

Ontwerp beheersovereenkomst 2014-2018 tussen de Vlaamse Gemeenschap en de vzw het Vlaams Audiovisueel Fonds vzw met betrekking tot de werking van het VAF/Filmfonds en van de vzw In uitvoering van het decreet van 13 april 1999 houdende machtiging van de Vlaamse regering om toe te treden tot en om mee te werken aan de oprichting van de vereniging zonder winstgevend doel Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF), gewijzigd bij decreet van 25 april 2014, hierna het decreet genoemd, wordt TUSSEN De Vlaamse Gemeenschap, vertegenwoordigd door haar Regering in de persoon van mevrouw Joke Schauvliege, Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, hierna de minister van Cultuur genoemd, wiens kabinet gevestigd is te 1000 Brussel, Koolstraat 35 bus 5 EN de v.z.w. Vlaams Audiovisueel Fonds, hierna het VAF genoemd, met zetel in het Huis van de Vlaamse Film, te 1000 Brussel, Bischoffsheimlaan 38, vertegenwoordigd door de heer Jeroen Depraetere, voorzitter van de Raad van Bestuur, de heer Pierre Drouot, directeurintendant, en mevrouw Marijke Vandebuerie, zakelijk leider, overeengekomen wat volgt: Artikel 1. Doelstellingen 1.1. Audiovisuele creatie, vorming en promotie Het VAF heeft, binnen het Vlaams audiovisueel beleid, o.a. tot doel om binnen de Vlaamse Gemeenschap op geïntegreerde, autonome wijze de onafhankelijke audiovisuele productie en auteurscreatie te stimuleren. Het VAF verstrekt financiële tegemoetkomingen, begeleidt projecten en onderneemt alle taken die de voorbereiding, realisatie, promotie, en algemeen, de brede omkadering van de onafhankelijke audiovisuele creatie in Vlaanderen ten goede komen. De audiovisuele creatieprojecten die door het VAF kunnen worden gesteund hebben een duidelijke verwantschap met een filmische traditie. Het VAF wil op lange termijn de dynamiek van de audiovisuele creatiesector bestendigen en verhogen, verder bijdragen tot zijn professionalisering, de band met het publiek helpen vergroten, en originele en nieuwe creaties kansen geven. Het wil zich opstellen als een actieve partner in de Vlaamse audiovisuele creatie. Met audiovisuele creatie 1/20

wordt bedoeld: het initiëren, creëren (schrijven, regisseren, ) en produceren van een publiek vertoonbaar audiovisueel werk ofwel een voltooid audiovisueel werk. Het VAF zal geselecteerde aanvraagdossiers nauwgezet opvolgen en waar nodig - begeleiden, doorheen geheel het proces van totstandkoming: vanaf de initiëring en ontwikkeling van een project tot en met de voltooiing van het audiovisueel werk. Daarnaast zal het VAF ook aandacht besteden aan de wijze waarop een audiovisuele creatie naar haar publiek wordt gebracht. Het VAF zal vele taken combineren om tot een geïntegreerd beleid te komen: praktijkgerichte research, het opsporen en stimuleren van nieuw talent (o.a. via atelierwerking), het voeren van een ontwikkelingsbeleid, de intensieve creatieve en zakelijke opvolging van bepaalde projecten (o.a. via het inzetten van externe of interne deskundigen), het voeren van een proactief marketing- en promotiebeleid, en de bevordering van de professionalisering via de ondersteuning en ontwikkeling van vormingsinitiatieven en de deelname aan opleidingen. Het VAF zal Vlaamse makers en producenten stimuleren om een internationale dimensie aan hun beroepsactiviteiten te geven en zal zich inzetten om de internationale uitstraling en verspreiding van Vlaamse creaties te verhogen. Het VAF speelt een centrale rol in het internationale audiovisuele beleid van Vlaanderen. Deze bevoegdheden zijn gericht op single screen -creaties. Dit betekent dat het VAF bevoegd is voor zover er een verband is met filmisch werk dat bestemd is voor vertoning op single-screenplatformen (dus naast bioscoop en tv ook bv. computer, gsm, pda, ). Een single screen werk is reproduceerbaar en te consumeren via één scherm (in tegenstelling tot b.v. installaties). De werking van het VAF is gericht op de professionele audiovisuele sector, en niet op de amateurkunsten en het sociaal-cultureel werk, noch op het hoger filmonderwijs, die door de Vlaamse Gemeenschap via andere kanalen worden gestimuleerd en ondersteund. Dit geldt ook voor de doelstellingen hieronder. 1.2. Publiekswerking Het Vlaams audiovisueel beleid in zijn geheel heeft naast de ondersteuning van de professionele creatiesector (zie punt 1.1. van de doelstellingen) tevens tot doel de burgers (het bredere publiek) toegang te geven tot eigentijdse audiovisuele uitdrukkingsmogelijkheden en het publiek zoveel mogelijk in aanraking te brengen met audiovisuele cultuurproducten uit Vlaanderen en de rest van de wereld, om zo de participatie van de burgers aan de beeldcultuur te verhogen. Door publiekseducatie maakt de overheid zijn burgers ook emotioneel en cultureel rijker, en weerbaarder en kritischer ten opzichte van de onstuitbare beeldenstroom die via alle mogelijke media, kanalen en platformen op hun afkomen. Met ingang van 1 januari 2014 zullen de doelstellingen van het VAF in het kader van de wens van de Vlaamse minister van Cultuur om de uitvoering van het audiovisueel beleid, naar analogie met het letterenbeleid, verder te integreren - met deze aspecten worden verruimd. Meer concreet gesteld, zal het VAF een aantal taken van andere (beleids)instanties overnemen en hiervoor de nodige bijkomende middelen van de Vlaamse overheid ontvangen. Binnen dit verruimde kader neemt het VAF vanaf 1 januari 2014 taken over van het Departement CJSM (Cultuur, Jeugd, Sport en Media) en gradueel van het Agentschap Kunsten en Erfgoed (met name bevoegdheden uit het Kunstendecreet). De steunpuntfunctie m.b.t. het audiovisueel beleid wordt overgeheveld van BAM naar het VAF en binnen de vernieuwde VAF-structuur geïntegreerd, binnen de beperkingen zoals omschreven in de hierna volgende paragraaf. 2/20

De overgedragen bevoegdheden van deze drie (beleids)instanties worden afgebakend aan de hand van de notie single screen. Dit betekent dat het VAF bevoegd wordt voor zover er een verband is met filmisch werk dat bestemd is voor vertoning op singlescreenplatformen (dus naast bioscoop en tv ook bv. computer, gsm, pda, ). Dit heeft tot gevolg dat organisaties en projecten die niet uitgesproken gericht zijn op single screen-creatie, als blijvend aanspreekpunt het steunpunt BAM en het Kunstendecreet hebben. Dit is bijvoorbeeld het geval voor multidisciplinaire festivals en werkplaatsen. Met uitzondering van reeds genomen engagementen binnen het Kunstendecreet, zal het VAF in overleg met de minister van Cultuur - al de overgedragen taken vorm geven binnen zijn eigen inzichten en prioriteiten, aan de hand van zijn eigen methodieken en structuren, voor zover dit alles past binnen de krijtlijnen van huidige beheersovereenkomst. 1.3. Het VAF als koepel: kenniscentrum, aantrekkingspool en serviceverlener De vzw VAF is gevestigd in het Huis van de Vlaamse Film. Deze plek heeft tot doel om een groot aantal functies en diensten omtrent het Vlaams audiovisueel beleid samen te brengen en te huisvesten, als ontmoetingsplek voor audiovisuele professionals te fungeren en uitstraling te geven aan de Vlaamse audiovisuele sector. De vzw zal zich binnen zijn financiële en logistieke mogelijkheden - ontwikkelen als kenniscentrum voor de Vlaamse audiovisuele sector, waarbij dataverzameling en analyse worden uitgebouwd. Naast de activiteiten van het VAF/Filmfonds, vastgelegd in de huidige beheersovereenkomst, is de vzw VAF gemachtigd om ook andere opdrachten vanwege de Vlaamse Regering uit te voeren. Hiervoor worden afzonderlijke overeenkomsten tussen de Vlaamse Regering en de vzw afgesloten. De vzw VAF kan ook andere organisaties en initiatieven hosten, mits het akkoord van de minister van Cultuur. 1.4. Implicaties van de nieuwe opdrachten voor de middelen van het VAF Om alle nieuwe opdrachten, opgenomen in punt 1.1., 1.2. en 1.3. naar behoren te kunnen uitvoeren, worden vanuit de desbetreffende (beleids)instanties de nodige werkingsmiddelen alsook de middelen ten behoeve van de ondersteuning van de audiovisuele sector, overgedragen aan het VAF, zoals verder gepreciseerd in Artikel 9 en 10. Artikel 2. Domeinen De opdrachten van het VAF kunnen na integratie van de bestaande opdrachten met de steunpuntfunctie evenals bepaalde bevoegdheden, overgeheveld vanuit het Kunstendecreet en het Departement CJSM - worden onderverdeeld in 6 domeinen: - Vorming - Kennisopbouw - Steun aan creatie - Promotie en Communicatie - Verspreiding Filmcultuur - Economische maatregelen (werkzaamheden voor Screen Flanders, in opdracht van Agentschap Ondernemen) 3/20

Het reguliere audiovisueel onderwijs, filmkeuring en het audiovisueel erfgoed zijn domeinen die buiten de bevoegdheid van het VAF vallen. Dit neemt niet weg dat overleg met deze domeinen mogelijk en nuttig is. 2.1. Domein: Vorming - De vormingsopdracht van het VAF is gericht op ad hoc, voortgezette opleiding van professionals en niet op het voorzien van langere basisopleidingen zoals ze worden ingericht in het regulier onderwijs (b.v. filmscholen) of vergelijkbare circuits (b.v. Syntra). - Om talent te ontdekken, te begeleiden, te vormen en doorgroeikansen te bieden, om te experimenteren met nieuwe vormen en om de professionele en artistieke vernieuwing te stimuleren, kan het VAF campussen (infosessies, seminaries, workshops, korte opleidingen) inrichten of externe initiatieven hosten. Afhankelijk van de concrete doelstellingen en behoeften van de verschillende activiteiten, kan internationale en lokale samenwerking met andere partners worden gezocht. - Er wordt sterk ingezet op talent scouting en talent coaching, o.a. binnen diverse ateliers die gericht zijn op individuele begeleiding (b.v. de wildcards) en doorgroei naar het beroepsleven. In de bijlage aan deze beheersovereenkomst, aangevuld met het Reglement van het VAF/Filmfonds, worden de concrete modaliteiten voor de atelierwerking bepaald. - Het VAF verleent aan Vlaamse professionals studie- en werkbeurzen voor voortgezette opleidingen in binnen- en buitenland. In de bijlage aan deze beheersovereenkomst, aangevuld met het Reglement van het VAF/Filmfonds, worden de concrete modaliteiten voor het bekomen van deze beurzen bepaald. - Het VAF kan externe opleidingsinitiatieven financieel steunen en/of hiermee partnerschappen aangaan. In de bijlage aan deze beheersovereenkomst, aangevuld met het Reglement van het VAF/Filmfonds, worden de concrete modaliteiten voor het bekomen van financiële steun aan externe opleidingsinitiatieven bepaald. - Binnen de vormingsopdracht wordt extra aandacht besteed aan initiatieven die tot doel hebben de professionele sector te begeleiden naar een milieubewustere manier van werken en een grotere focus op culturele diversiteit. - Het VAF zal in het kader van zijn vormingsopdracht minstens eenmaal per jaar overleg plegen met de MediAcademie. - Initiatieven m.b.t. filmeducatie zitten budgettair vervat onder het domein Verspreiding Filmcultuur maar worden inhoudelijk aangestuurd en opgevolgd onder het domein Vorming. - Zie bijlage voor de principes betreffende de procedures, regels en voorwaarden om voor steun door het VAF/Filmfonds in aanmerking te komen. 2.2. Domein: Kennisopbouw Het VAF ontwikkelt zijn activiteiten rond databeheer en analyse. 4/20

Het VAF doet binnen dit domein ook aan kennis- en best practice-uitwisseling met andere spelers in binnen- en buitenland: de Europese koepels EFAD (European Film Agency Directors), Cine-Regio (de Europese regionale fondsen), EFARN (European Film Agency Research Network), het steunpuntenoverleg, het OCI (Overleg Creatieve Industrieën), de wetenschappelijke instellingen/universiteiten, Het VAF stelt zijn vergaarde kennis ter beschikking van de Vlaamse Gemeenschap. Het VAF kan ook externe studie-opdrachten uitgeven. Met het oog op een betere organisatie, verzameling en aanlevering van data, en om kennisuitwisseling te bevorderen, kan het VAF steun verlenen aan beroepsorganisaties, voor zover deze rechtspersoonlijkheid hebben, representatief zijn, zich richten tot scenaristen, regisseurs of producenten in de Vlaamse Gemeenschap, en actief zijn in de categorieën die voor ondersteuning door het VAF/Filmfonds in aanmerking komen. Het VAF kan in het Reglement van het VAF/Filmfonds en/of een afzonderlijk protocol, alsook contractueel, bijkomende voorwaarden formuleren om voor deze steun in aanmerking te komen. Deze steun is onderworpen aan de de minimis verordening van de Europese Commissie (ref. V 1998/2006) en eventuele vervolgverordeningen op deze regelgeving. 2.3. Domein Steun aan creatie 2.3.1. Financiële steun aan derden - Hiermee wordt bedoeld: het verstrekken van financiële tegemoetkomingen voor de totstandkoming van audiovisuele (majoritair en minoritair Vlaamse) creaties aan natuurlijke personen en rechtspersonen, waarbij rekening wordt gehouden met kwaliteit, diversiteit, kans op culturele uitstraling en potentieel bereik. - Er kan steun worden verleend aan de volgende categorieën van single, m.a.w. op zich staande audiovisuele creaties, ongeacht de drager: animatie, documentaire, fictie en FilmLab, zoals gedefinieerd in de bijlage. Hieronder worden geen audio creaties verstaan. De Raad van Bestuur van het VAF kan, na akkoord van de minister van Cultuur, beslissen deze categorieën uit te breiden om in te spelen op actuele tendensen en behoeften van de Vlaamse audiovisuele sector. - De steun kan verleend worden in elke fase van het project: scenario, ontwikkeling en productie. - De financiële tegemoetkomingen nemen meer bepaald de vorm aan van scenariosteun, ontwikkelingssteun en productiesteun, zoals gedefinieerd in de bijlage. - De steun aan creatie kan de vorm aannemen van selectieve en/of automatische steun. Met selectieve steun wordt algemeen bedoeld: steun die wordt toegekend na een selectieprocedure via een beoordelingscommissie of een jury. De basisvoorwaarden, -regels en -procedures voor toekenning van selectieve steun zijn gespecificeerd in de bijlage aan deze beheersovereenkomst Met automatische steun wordt algemeen bedoeld: steun die volgens bepaalde regels aan een aanvrager wordt toegekend, zonder interventie van een beoordelingscommissie of een jury. Deze steun krijgt de benaming impulspremie. De impulspremie, afkomstig van het VAF, kan de aanvrager enkel aanwenden om te (her)investeren in een nieuw audiovisueel project. De basisvoorwaarden, - 5/20

regels en -procedures voor toekenning van automatische steun zijn gespecificeerd in de bijlage aan deze beheersovereenkomst. - Zie bijlage voor de principes betreffende de procedures, regels en voorwaarden om voor steun door het VAF/Filmfonds in aanmerking te komen. - Naast de reguliere ondersteuningsprocedure voor specifieke audiovisuele creaties, zoals omschreven in de bijlage aan deze overeenkomst en meer gedetailleerd in het Reglement, kan het VAF/Filmfonds ook andere initiatieven lanceren met het oog op de ondersteuning van de audiovisuele creatie (b.v. wedstrijden, pitchingsessies, specifieke samenwerkingen met andere partners, ). 2.3.2. Begeleiding - De steun aan creatie kan ook de vorm aannemen van coaching: de begeleiding van en advisering over Vlaamse audiovisuele creatieprojecten, in eigen beheer of door derden. 2.3.3. Coproductie en Eurimages - Om coproducties aan te moedigen maakt het VAF, waar nuttig en haalbaar, samenwerkingsafspraken af met fondsen uit omringende regio s. Dit is momenteel het geval met het Nederlands Fonds voor de Film en de Franse Gemeenschap. - Het VAF staat in voor de opvolging van dossiers die door producenten uit de Vlaamse Gemeenschap werden ingediend bij Eurimages (het coproductiefonds van de Raad van Europa). In beleidsaangelegenheden zal het VAF het standpunt van de Vlaamse Gemeenschap vertolken. - In uitvoering van de Europese Conventie inzake cinematografische coproductie en van de bilaterale verdragen die door België werden afgesloten, levert het VAF de goedkeuringen en nationaliteitsbewijzen af namens de Vlaamse Gemeenschap. Het VAF zal de minister van Cultuur in voorkomend geval informeren over de wenselijkheid van het afsluiten van nieuwe akkoorden en/of de aanpassing van bestaande verdragen. 2.4. Domein Promotie en Communicatie 2.4.1. Promotie 2.4.1.1. Globale promotie ter ondersteuning van de sector Het VAF heeft de opdracht om, via zijn afdeling Flanders Image, (voornamelijk) buitenlandse promotie van (in principe) door het VAF ondersteunde audiovisuele creaties te organiseren. In het kader van deze globale promotie kan de sector ondersteund worden voor o.a.: De aanwezigheid op festivals en beurzen (o.a. door zichtbaarheid te genereren voor onze creaties en makers). De promotie binnen het internationale kunstencircuit (galerijen, musea, biënnales enz.) behoort tot de opdracht van de vzw BAM en zijn rechtsopvolger. Het netwerken en lobbyen bij internationale festivalcuratoren, aan- en verkopers, talent agents. Het adviseren en begeleiden bij promotie van creaties. Het informeren van professionelen in binnen- en buitenland, via o.a. de publicaties, website en sociale media; de inventarisatie en archivering van audiovisuele creaties. 6/20

Het voorzien van digitale tools om de promotie van de Vlaamse audiovisuele creatie te faciliteren, b.v. een digitaal platform voor het beschermd vertonen van creaties,... Het bezorgen van majoritair Vlaamse audiovisuele creaties op verzoek van Belgische ambassades, de Vlaamse vertegenwoordigers in het buitenland, ten behoeve van Europese filmfestivals en filmevenementen, en op verzoek van buitenlandse non-profit instellingen. De aanduiding, in overleg met de Franse Gemeenschap, van de Belgische inzending voor de Academy Award voor Beste, niet-engelstalige film. 2.4.1.2. Financiële steun aan derden Daarnaast beheert Flanders Image een aantal concrete instrumenten die bijdragen tot de ondersteuning van promotionele activiteiten rond concrete audiovisuele producties in het buitenland: Promotiepremies voor audiovisuele creaties Tussenkomsten in reiskosten van makers en producenten van audiovisuele creaties Distributiepremies voor buitenlandse verdeling van audiovisuele creaties De betreffende procedures, regels en voorwaarden om voor deze steun door het VAF/Filmfonds in aanmerking te komen zijn opgenomen als bijlage. 2.4.2. Communicatie Via Flanders Image communiceert het Fonds op regelmatige basis met de sector, de media en het publiek. De communicatiemiddelen die hiervoor kunnen worden ingezet omvatten: Persberichten Elektronische nieuwsbrieven Gedrukte publicaties Websites Sociale media Enz. 2.5. Domein Verspreiding filmcultuur Op basis van de overdracht van de steunpuntwerking rond single screen van het BAM en de overgehevelde bevoegdheden uit het Kunstendecreet, ontwikkelt het VAF een nieuwe werking onder de noemer verspreiding filmcultuur. Dit betreft hier in ruime zin het helpen toeleiden van het brede publiek in Vlaanderen naar de rijkdom van het medium film en bijdragen tot de filmeducatie van dit publiek. Het VAF kan hiertoe eigen initiatieven ontwikkelen alsook externe initiatieven ondersteunen. In dit kader past het overleg met andere actoren zoals CultuurNet, de culturele- en kunstencentra, de bibliotheken, de decision makers m.b.t. de versterking van het vertonerscircuit in de steden, enz. Onder externe initiatieven wordt o.a. verstaan: filmfestivals, non-profit vertoningsinitiatieven, non-profit distributie-initiatieven, publicaties rond film, initiatieven rond filmeducatie, enz. (m.a.w. initiatieven die overkomen van het Kunstendecreet). De concrete timing van het transitietraject m.b.t. het Kunstendecreet is vastgelegd in de bijlage, artikel 2.4. 7/20

Voor de externe initiatieven geldt dat het VAF de reeds aangegane engagementen van het Kunstendecreet zal overnemen en uitvoeren. Voor de selectie van nieuwe steunaanvragen zal het VAF een selectie- en controlesysteem uitbouwen met duidelijke criteria en regels, en externe deskundigen aantrekken om de Raad van Bestuur, die de beslissingen neemt, met kennis van zaken te adviseren. 2.6. Domein Economische maatregelen Via een dienstenovereenkomst levert het VAF diensten aan het economisch filmfonds, Screen Flanders. Deze diensten hebben betrekking op de analyse van de aanvraagdossiers, de jurywerking en de promotie. De vergoeding voor deze diensten wordt (met uitzondering van een gedeeltelijke bijdrage vanuit Cultuur voor de promotie van Screen Flanders zie art. 10.3) gefinancierd door het Agentschap Ondernemen en maakt geen voorwerp uit van deze beheersovereenkomst. Artikel 3. Performantiemaatstaven Om de doelstellingen van het VAF te concretiseren, werkt het met een aantal strategische doelstellingen, die aan de hand van de volgende, niet-exhaustieve performantiemaatstaven kunnen worden geëvalueerd: STRATEGISCHE DOELSTELLING Kwaliteit van de ondersteunde creaties Opsporen en blijvend stimuleren van talent Vernieuwing en originaliteit Reductie van de ecologische voetafdruk en verhogen van duurzaamheid van de audiovisuele sector Culturele diversiteit MOGELIJKE PERFORMANTIEMAATSTAVEN Aandacht besteed aan de ad hoc artistieke en zakelijke begeleiding van projecten, perskritieken, prijzen en nominaties, sales, (zie ook performantiemaatstaven bij Bereik en waardering in binnen- en buitenland ) Atelierwerking, coachings, steun of beurzen voor opleidingen, eigen opleidingsinitiatieven en samenwerking met internationale opleidingsinitiatieven, stimuleren van de zichtbaarheid van nieuwe makers (b.v. via pitchings), samenwerking of overleg met filmscholen en andere onderwijsinstellingen (b.v. universiteiten), aandacht voor de continuïteit van bewezen talent, Invulling laboratoriumfunctie ateliers, effectieve doorstroming jonge makers, aandacht voor vernieuwende en originele creaties binnen de verschillende categorieën, Sensibiliseringsinitiatieven, concrete coaching van filmproducties, ontwikkeling carbon calculator en dataverzameling, stimuleren duurzaam afvalbeheer, Cultureel-divers gamma aan ondersteunde creaties naar vorm, inhoud en genre, Vlaams karakter van creaties, aandacht voor de interculturaliteit en gelijke kansenbeleid, inspanningen voor een cultureel divers aanbod aan het publiek, 8/20

Kwaliteit van het vertonerslandschap Bereik en waardering in binnen- en buitenland Professionalisering van de sector Internationale samenwerking Kennisopbouw Ondersteunde festivals, ondersteunde vertonersinitiatieven, inspanningen om andere vertonerscircuits aan te boren, Promotie- en marketingondersteuning, box office-ontvangsten, bezoekersaantallen, kijkcijfers, video- en dvd-omzet, rechtenverkopen, selecties voor festivals en belangrijke vertonersplaatsen, aandacht binnen- en buitenlandse pers, binnen- en buitenlandse prijzen en nominaties, internationale sales, Genomen initiatieven om het aanbod aan films naar het lokale publiek te versterken. Genomen initiatieven om vanuit het filmaanbod bij te dragen tot mediawijsheid van het Vlaamse publiek, inspanningen op het vlak van het participatiebeleid, Ad hoc begeleiding van aanvragers, dialoog en samenwerking met de beroeporganisaties, uitgevoerde researchen studieprojecten ter bevordering van de audiovisuele praktijk, verleende steun of beurzen voor opleidingen, eigen opleidingsinitiatieven, Inspanningen ter bevordering van coproducties, samenwerking en kennisuitwisseling met andere fondsen, buitenlandse aanwezigheidspolitiek, inspelen op Europese steunmaatregelen, Verzamelde data, kwaliteit van de analyse van de data, uitgevoerde studies, ontsluiting van data, kennisuitwisseling met andere organisaties in binnen- en buitenland, In het jaarverslag wordt hierover inhoudelijk en cijfermatig gerapporteerd. Artikel 4. Meerjarig beleidsplan en jaarlijks actieplan Het VAF is ertoe gehouden bij aanvang van de beheersovereenkomst aan de minister van Cultuur een meerjarig beleidsplan voor te leggen waarin het zijn plannen voor de betreffende periode toelicht. Dit meerjarig beleidsplan is gebaseerd op de doelstellingen van het audiovisueel beleid, de evaluatie van de eigen werking door het VAF, de signalen uit de sector en uit de bevoegde commissie van het Vlaams parlement. In een jaarlijks actieplan wordt het meerjarenplan geconcretiseerd voor het volgende werkjaar. Dit wordt door het VAF aan de minister van Cultuur voorgelegd uiterlijk op 1 januari van het jaar waarop het betrekking heeft. Het Departement CJSM en het Agentschap Kunsten en Erfgoed zullen van het meerjarig beleidsplan en de jaarlijkse actieplannen een kopie ontvangen. 9/20

Artikel 5. Samenwerking Er wordt gestreefd naar overleg en/of samenwerking met andere partners, zoals de televisieomroeporganisaties van de Vlaamse Gemeenschap of aangemeld bij de VRM of erkend door de Vlaamse Regering, met de Franse Gemeenschap, met gelijkaardige buitenlandse organisaties (zoals de Nederlandse fondsen), de Media desk Vlaanderen, het departement CJSM, het Agentschap Kunsten en Erfgoed, het geïntegreerde steunpunt, het Overleg Creatieve Industrieën, iminds, Wallimage/Bruxellimage, de MediAcademie, het Fonds Pascal Decroos, de Europese structuren, het filmonderwijs, filmfestivals, internationale opleidingsinitiatieven, Cinematek, CultuurNet, CultuurInvest evenals met andere actoren van de Vlaamse audiovisuele sector en de ruimere culturele sector zoals de podiumkunsten, de beeldende kunsten, de letteren en de muziekbranche. Artikel 6. Dialoog met de sector Het VAF zal overleg plegen met een afvaardiging van de sector. Deze afvaardiging neemt de vorm aan van een overlegcomité. De verschillende representatieve verenigingen uit de domeinen van de audiovisuele sector waarvoor het VAF bevoegd is, kunnen afgevaardigden naar dit comité sturen. Het VAF kan ook derden bij deze overlegstructuur betrekken. Het VAF zal jaarlijks tijdens een publieke presentatie zijn jaarverslag met betrekking tot het voorbije jaar voor de sector toelichten. Het VAF telt binnen de leden van zijn Algemene Vergadering, naast de leden van de Raad van Bestuur, personen uit de domeinen waarvoor het bevoegd is. Artikel 7. Maatschappelijke meerwaarde 7.1. Participatiebeleid Het VAF zal zich inspannen om, waar mogelijk, mee te werken aan de acties die vervat zitten in het Vlaams Actieplan Armoedebestrijding en die betrekking hebben op hun doelstellingen. Zo zal er waar nodig overleg gepland worden met het Vlaams Netwerk tegen Armoede en andere relevante stakeholders zoals vormingsinstellingen. 7.2. Culturele diversiteit Het VAF zal zich inspannen voor het bereiken van een cultureel diverse doelgroep, het creëren van een cultureel divers aanbod en/of het betrekken van personen van een cultureel diverse origine bij zijn werking (b.v. beoordelingscommissies, jury s, personeel, ). 7.3. Ecologie Het VAF zal zich inspannen om er mee voor te zorgen dat de audiovisuele sector in Vlaanderen op een bewuste en toekomstgerichte manier meewerkt aan het verminderen van zijn ecologische voetafdruk. 10/20

Artikel 8. Beheer, dagelijkse leiding en werking Overeenkomstig de statuten van het VAF draagt de Raad van Bestuur, aangesteld door de Algemene Vergadering, de eindverantwoordelijkheid over het VAF en wordt de dagelijkse leiding toevertrouwd aan het Dagelijks Bestuur, dat door de Raad van Bestuur wordt aangesteld. Het Dagelijks Bestuur bestaat uit de directeur-intendant, die de eindverantwoordelijkheid over de dagelijkse werking draagt, en de zakelijk leider, die rechtstreeks aan de Raad van Bestuur verslag uitbrengt over het financieel beleid van het VAF. Het Dagelijks Bestuur rapporteert aan de Raad van Bestuur. Het Dagelijks Bestuur laat zich bij het uitvoeren van zijn taken op artistiek en zakelijk vlak bijstaan door een team van vaste medewerkers, evenals door externe deskundigen die het zal aanstellen in functie van de noden die zich stellen en zoals voorzien in de bijlage aan deze overeenkomst. De internationale relaties van het VAF behoren tot de rechtstreekse bevoegdheid van de directeur-intendant, maar kunnen door hem gedelegeerd worden aan andere personen binnen of buiten de organisatie. De Raad van Bestuur bepaalt het aantal personeelsleden, de kwalificaties waaraan zij moeten voldoen, de modaliteiten van hun aanstelling, tewerkstelling en ontslag. De personeelsleden mogen geen steun genieten van het VAF. Zij mogen geen aandelen of deelbewijzen bezitten van, noch een bestuursfunctie uitoefenen in een rechtspersoon, die steun geniet van het VAF. Het Dagelijks Bestuur staat in voor de dagelijkse leiding en controle van het personeel. De bevoegdheden van de Raad van Bestuur en het Dagelijks Bestuur worden verder omschreven in het Huishoudelijk Reglement van het VAF. De bestuurders, de personeelsleden en de leden van de beoordelingscommissies zijn gehouden aan een integriteitsverbintenis. In zijn werking zal het VAF de regelgeving respecteren die van toepassing is op rechtspersonen die opgericht zijn met het specifieke doel te voorzien in behoeften van algemeen belang die niet van industriële of commerciële aard zijn en die in hun beheer zijn onderworpen aan het toezicht van de overheid en/of waarvan de leden van de Raad van Bestuur voor meer dan de helft door de overheid worden voorgedragen. Het betreft hier onder meer de regelgeving op overheidsopdrachten, inzake de openbaarheid van bestuur, de motivering van bestuurshandelingen, de evenwichtige participatie van vrouwen en mannen in de bestuursorganen,.. (deze opsomming is niet exhaustief). Het VAF verleent zijn medewerking aan het beleid inzake administratieve vereenvoudiging. Artikel 9. Subsidie verleend aan het VAF door de Vlaamse Gemeenschap De Vlaamse Regering zal, binnen de perken van de daartoe in de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap ingeschreven kredieten, jaarlijks een subsidie ter beschikking stellen van het VAF. Voor de vaststelling van de bedragen en van de verdeelsleutel wordt een subsidie van 15.387.000 (excl. steun voor Verspreiding filmcultuur, over te dragen door het Agentschap Kunsten en Erfgoed) als referentie genomen. 11/20

Met ingang van 1 januari 2015 (zie art. 10.2.4) wordt het referentiebedrag PM. 17.943.000. Dit bedrag wordt definitief vastgelegd bij goedkeuring van de begroting 2015. Tenzij anders wordt bepaald, wordt deze subsidie jaarlijks geïndexeerd op volgende wijze: bij aanvang van elk werkingsjaar zullen de loonkosten binnen de algemene werkingskosten aangepast worden aan de evolutie van de gezondheidsindex. het referentiebedrag 2014 werd vastgesteld op 1.077.090, zijnde 7% van het totale jaarlijkse subsidiebedrag van 2014. Dit bedrag kan vanaf 2015, mits akkoord van de minister van Cultuur, na advies van de afgevaardigde, vermeld in artikel 11.3., gewijzigd worden, onder meer in functie van de uitbreiding van de taken van het VAF in het kader van de verspreiding van filmcultuur. De subsidie wordt uitbetaald op rekeningnummer IBAN: BE13 0910 1828 5539 BIC: GKCCBEBB Dexia Treasury+ De subsidie omvat de werkingsmiddelen alsook de middelen voor financiële tegemoetkomingen, de middelen voor door het VAF gefinancierde projecten (zowel voor steun aan creatie als voor verspreiding filmcultuur) en de middelen vanuit Cultuur voor de promotie van Screen Flanders. Het VAF kan binnen de bepalingen van deze beheersovereenkomst vrij beschikken over de verdeling en de aanwending van de middelen. Het VAF zal de financiële middelen beheren als een goede huisvader. Indien het VAF in het kader van het VAF/Filmfonds ook andere financiële middelen kan genereren, zullen deze niet in mindering komen van de hierboven vastgestelde, jaarlijks ter beschikking te stellen middelen door de Vlaamse Gemeenschap. Indien voor de steun aan creatie binnen het VAF/Filmfonds andere financiële middelen kunnen aangetrokken worden, zal hierover vooraf overlegd worden met de bevoegde minister. Indien deze middelen een impact hebben op de werking van het VAF/Filmfonds is een akkoord van de minister van Cultuur vereist. Eventuele terugbetalingen aan het VAF zullen evenmin in mindering komen van het door de Vlaamse Gemeenschap jaarlijks ter beschikking te stellen middelen. Artikel 10. Besteding van de financiële middelen In geheel dit artikel wordt uitgegaan van referentiebedragen. Afwijkingen van minder dan 10% van de referentiebedragen worden als normaal beschouwd. Afwijkingen vanaf 10% zijn mogelijk maar moeten vooraf worden toegestaan door de minister van Cultuur. 10.1. Algemene werkingskosten (referentiebedrag 1.962.000 per jaar) Het betreft hier alle kosten die te maken hebben met de eigen werking en niet als rechtstreekse of onrechtstreekse steun aan de Vlaamse audiovisuele sector - zoals omschreven onder punt 10.2.- kunnen worden aanzien. De begroting van deze werkingskosten van het VAF voor het volgende jaar wordt door het VAF jaarlijks vóór 15 oktober ter goedkeuring voorgelegd aan de minister van Cultuur. De minister zal, na advies van de afgevaardigde, vermeld in artikel 12/20

11.3., uiterlijk tegen 15 november van datzelfde jaar schriftelijk zijn beslissing over de begroting van de werkingskosten meedelen. Bij deze beslissing wordt onder meer rekening gehouden met de generieke doelstellingen die de Vlaamse overheid zich stelt om uit te groeien tot een hedendaagse, efficiënte en effectieve overheid. Dit kan aanleiding geven tot een vermindering van de toegekende middelen voor de algemene werkingskosten. 10.1.1. Werkingskosten gerelateerd aan de domeinen audiovisuele creatie, vorming, promotie en communicatie, en algemene diensten (referentiebedrag per jaar 1.662.000) Hieronder wordt verstaan: Bezoldigingen, sociale lasten en diverse personeelskosten, zitpenningen Raad van Bestuur, vergoeding deskundigen voor selectie. Ook eigen personeelskosten gerelateerd aan atelierwerking en dataverzameling zijn hieronder begrepen; Aankoop van goederen en diensten (huur, kantoormateriaal, communicatie, informatica, reiskost, verzekeringen, e.a.); Afschrijving van duurzaam materiaal en inrichting; 10.1.2. Werkingskosten gerelateerd aan het domein verspreiding filmcultuur: steunpuntfunctie en subsidiewerking (referentiebedrag per jaar 150.000) Hieronder wordt verstaan: Bezoldigingen, sociale lasten en diverse personeelskosten, vergoeding deskundigen voor selectie; Aankoop van goederen en diensten (huur, kantoormateriaal, communicatie, informatica, reiskost, verzekeringen, e.a.); Afschrijving van duurzaam materiaal en inrichting; dit alles voor zover deze kosten specifiek zijn gerelateerd aan de opdracht verspreiding filmcultuur. 10.1.3. Werkingskosten gerelateerd aan het Huis van de Vlaamse Film (referentiebedrag per jaar 150.000) Hieronder wordt verstaan: De jaarlijkse tussenkomst in de huur en onkosten van het Huis van de Vlaamse Film. Dit gebouw dient niet enkel als huisvesting voor het VAF en Screen Flanders, maar fungeert ook als professionele, multifunctionele ontmoetingsplaats voor wie in Vlaanderen beroepshalve in de door het VAF ondersteunde audiovisuele creatiesector actief is (vergaderfaciliteiten, filmzaal, ). Voor dit onderdeel in de werkingskosten geldt het referentiebedrag 150.000. 10.2. Te besteden middelen ten behoeve van de ondersteuning van de audiovisuele sector Indien de in art. 9 vermelde basissubsidie niet wordt bereikt, worden de hierna vermelde referentiebedragen evenredig verminderd. 13/20

10.2.1. Domeinen Vorming en kennisopbouw (referentiebedrag per jaar 750.000) Hieronder wordt verstaan: Steun aan en/of inrichten van vormingsinitiatieven en verlening van beurzen. Kosten m.b.t. ateliers (omschrijving: zie bijlage aan de beheersovereenkomst). Het betreft initiatieven die ofwel in eigen beheer worden georganiseerd, ofwel in partnerschap met bestaande initiatieven, ofwel volledig uitbesteed worden aan een organisatie. Deze kosten kunnen dus o.a. bestaan uit het organiseren van een eigen atelierwerking, het ondersteunen van ateliercreaties, het verlenen van financiële steun aan bestaande organisaties en personen of het uitbesteden van een opdracht aan derden. Kosten verbonden aan onderzoek gerelateerde activiteiten (studies). Deze onderzoekstaak is in eerste instantie gericht op onderzoek m.b.t. de filmpraktijk. Kosten van dataverzameling en analyse. Steun aan beroepsorganisaties. 10.2.2. Domein Steun aan creatie (referentiebedrag 11.495.000) Hieronder wordt verstaan de specifiek projectgebonden steun aan creatie, die zowel betrekking kan hebben op begeleiding en advisering als op het verstrekken van financiële steun in alle fases van het audiovisuele project: van scenario en ontwikkeling tot de productie. Volgende referentiebedragen zijn van toepassing: a) fictie: referentiebedrag 7.670.000 b) documentaire: referentiebedrag 1.675.000 c) animatie: referentiebedrag 1.675.000 d) FilmLab: referentiebedrag 475.000 10.2.3. Domein Promotie en Communicatie (referentiebedrag per jaar 1.100.000) Hieronder wordt verstaan: Kosten voor (voornamelijk) niet specifiek projectgebonden promotie, met dien verstande dat de algemene werkingskosten voor deze promotietaken vervat zitten in de algemene werkingskosten van het VAF, zoals gespecificeerd in punt 10.1 van dit artikel. Toekenning van promotiepremies aan audiovisuele projecten. Toekenning van distributiepremies ter bevordering van de buitenlandse distributie van Vlaamse films. Culturele representatie buitenland (tussenkomst in reiskosten van makers en producenten van Vlaamse audiovisuele creaties, verzendkosten voor culturele buitenlandse vertoningen). 10.2.4. Domein Verspreiding filmcultuur (PM; referentiebedrag 2.556.000 vanaf 2015) Hieronder wordt verstaan: Financiële steun aan filmfestivals Financiële steun aan vertoners- en distributie-initiatieven Financiële steun aan audiovisuele publicaties Financiële steun aan organisaties voor filmeducatie (wordt inhoudelijk beheerd binnen het domein Vorming ) Volgende referentiebedragen en principes zijn van toepassing: Aanvragen projectsteun: 115.000 /jaar vanaf 2015 14/20

Dit bedrag is gebaseerd op het gemiddelde van de onder het Kunstendecreet toegekende projectsteun van de laatste 5 jaar (2009-2013). Aanvragen structurele steun vanaf 2015: PM, 2.441.000 /jaar op basis van de structureel toegekende subsidies in 2014 voor kunstorganisaties binnen het Kunstendecreet die vanaf 2015 voor structurele ondersteuning overgaan naar het VAF. Dit bedrag wordt definitief vastgelegd bij goedkeuring van de begroting 2015 van de Vlaamse Gemeenschap en is gelijk aan het totaal van de voor 2015 toegekende bedragen aan de door het Kunstendecreet vier- of tweejarig gesubsidieerde organisaties tijdens de periode 2013-2016, die beantwoorden aan de doelstellingen van het VAF, zoals omschreven in artikel 1. Indien organisaties die hieraan beantwoorden een tweejarige ondersteuning vanuit het Kunstendecreet verkregen in 2013-2014, maar geen verlenging binnen het Kunstendecreet krijgen voor 2015-2016, dan krijgen deze organisaties de mogelijkheid om in de eerste helft van 2014 een aanvraag in te dienen bij het VAF in functie van een continuering van de ondersteuning in 2015-2016. Bij positieve beoordeling wordt voor deze organisaties het in 2014 toegekende budget overgeheveld vanuit het budget Kunstendecreet. Zoals voorzien in art. 9 van deze beheersovereenkomst worden deze bedragen vanaf 2015 recurrent aan de subsidie van het VAF toegevoegd. Ze worden jaarlijks verhoogd met de door de Vlaamse Regering toegekende index voor subsidies Kunstendecreet. Vanaf 2017 zijn verschuivingen tussen projectsteun en structurele steun mogelijk in functie van de door het VAF gehanteerde criteria voor ondersteuning. 10.3. Bijdrage vanuit Cultuur aan de promotiewerking voor Screen Flanders. Voor de organisatie en coördinatie van het promotieluik van Screen Flanders wordt jaarlijks een referentiebedrag van 80.000 voorzien vanuit onderhavige beheersovereenkomst (een ander deel van de middelen voor dit onderdeel komt van de minister van Economie / Agentschap Ondernemen). Steun aan creatie voor dit onderdeel zit volledig bij Agentschap Ondernemen 10.4. Bepalingen i.v.m. overheveling van de middelen naar volgende boekjaren De jaarlijks toegelaten reserve bedraagt maximum 20% en gecumuleerd 50% van de door de Vlaamse Gemeenschap toegekende jaarlijkse subsidie. Indien de gecumuleerde reserve echter méér dan 30% van de door de Vlaamse Gemeenschap toegekende jaarlijkse subsidie bereikt, kan de jaarlijkse subsidie door de Vlaamse Gemeenschap eenzijdig herzien worden. De bestemming van de eventuele financiële reserve zal, bij een definitieve opname van het VAF binnen de Vlaamse consolidatieperimeter, bepaald worden in de jaarlijkse begroting, zoals goedgekeurd door de Vlaamse Regering. In geval van niet-verlenging van de beheersovereenkomst zal de in het raam van deze beheersovereenkomst opgebouwde reserve integraal terugvloeien naar de algemene middelen van de Vlaamse Gemeenschap. 15/20

10.5. Tabel met overzicht van de referentiebedragen Inkomsten : basissubsidie van 15.387.000* voor 2014 (middelen Vlaamse Gemeenschap exclusief steun voor verspreiding Filmcultuur die met ingang van 2015 beheerd wordt door het VAF en bijgevolg wordt overgeheveld vanuit het Kunstendecreet). Bestedingen (indicatieve bedragen in duizenden euro): Categorie Bedrag Subcategorie Bedrag 1.Werkingskosten 1.962 Creatie, vorming, promotie, 1.662 kennisopbouw & algemeen Verspreiding filmcultuur 150 (steunpunt- en subsidiewerking) Huis vd Vlaamse Film 150 2. Te besteden middelen aan de sector Vorming & 750 Algemeen 650 kennisopbouw Ondersteuning 100 beroepsorganisaties Promotie 1.100 1.100 Steun aan creatie 11.495 Fictie 7.670 Documentaire 1.675 Animatie 1.675 FilmLab 475 Verspreiding filmcultuur PM 2.556 ** PM 3. Bijdrage 80 promotie 80 Screen Flanders TOTAAL 15.387* 15.387* *exclusief de steun voor Verspreiding filmcultuur ** pro memorie subsidiebedrag van 2014, vast te leggen bij begrotingsopmaak 2015 voor overdrachten Kunstendecreet vanaf 2015 Artikel 11. Boekhouding en toezicht 11.1. Boekhouding De boekhouding van het VAF dient te worden gevoerd conform de bepalingen van de wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding en de jaarrekening van de ondernemingen, zoals naderhand gewijzigd. 16/20

Het VAF zal een analytische budgettering en boekhouding voeren, waarbij de kostenplaatsen en kostenafdelingen overeenkomen met de in artikel 10 bepaalde bestedingsgebieden. Bij steun aan creatie wordt een goedgekeurde steunaanvraag volledig als kost geboekt op het moment van de goedkeuring. Het VAF dient zich bij zijn goedkeuringsbeslissingen te baseren op de referentiebedragen van artikel 10.2.2. Indien teveel goedgekeurde steunaanvragen zich gelijktijdig aanmelden voor contractering, dan heeft het VAF de mogelijkheid om deze contracteringen gemotiveerd te spreiden in de tijd in functie van de beschikbare budgetten. Het VAF beschikt over een monitoringsysteem teneinde te bewaken dat er gecumuleerd niet meer beloftes worden gedaan dan het cumul van de middelen (c.q. de som der subsidies over de duurtijd van de beheersovereenkomst). 11.2. Jaarlijks toezicht Met het oog op de uitoefening van het toezicht op de naleving van de onderhavige overeenkomst en op de aanwending van de middelen die door de Vlaamse Gemeenschap ter beschikking gesteld worden van het VAF, zal het VAF een activiteitenverslag opstellen met betrekking tot elk kalenderjaar. Dit toezicht wordt gehouden door het Departement CJSM. Het activiteitenverslag bevat: 1 een gedetailleerd overzicht van de gerealiseerde activiteiten en steunmaatregelen in het kader van de opdracht en het doel van het VAF. 2 de verslagen van de algemene vergadering van het VAF met betrekking tot de goedkeuring van de rekeningen en de begroting; 3 de balans; 4 de analytische resultatenrekening; 5 het grootboek, met specificatie van elke kosten- en opbrengstenrekening en een toelichting per post; 6 een afschrijvingstabel voor de investeringen; 7 het verslag van een erkend bedrijfsrevisor, met commentaar bij de balans en de resultatenrekening van de vereniging; De bedrijfsrevisor mag niet betrokken zijn bij de dagelijkse werking van het VAF, geen steungenieter zijn van het VAF of betrokken zijn als vennoot, aandeelhouder, werknemer of dienstenverlener van een steungenieter van het VAF. 8 de specificatie van de openstaande rekeningen; 9 organogram van de personeelsleden met vermelding van hun functie en lonen/barema s Het activiteitenverslag moet in drie exemplaren en ten laatste op 31 mei van het jaar volgend op het jaar waarover verslag wordt uitgebracht, per aangetekende brief naar het Departement CJSM verstuurd worden of tegen ontvangstmelding aan het Departement CJSM bezorgd worden. Een exemplaar wordt bezorgd aan de afgevaardigde van de minister van Cultuur, zoals bepaald in art. 11.3. Als dit niet gebeurt, dan kan de subsidiëring van het VAF geheel of gedeeltelijk worden gestaakt. Het Departement CJSM mag op ieder ogenblik bijkomende informatie en documenten vragen. Het Departement CJSM oefent jaarlijks ter plaatse of op stukken toezicht uit op de naleving van onderhavige overeenkomst en de aanwending van de door de Vlaamse Gemeenschap aan het VAF ter beschikking gestelde middelen. Tussentijds zal het VAF zesmaandelijks volgende stukken bezorgen aan het Departement CJSM: Cumulatief overzicht van de goedkeuringen t.a.v. het budget; Cumulatief overzicht van de bestede werkingsmiddelen t.a.v. het budget; Cumulatief overzicht van de goedkeuringen en de contracteringen; 17/20

Overzicht van de financiële middelen; Verslagen van de Raad van Bestuur; 11.3. Permanent toezicht Namens de Vlaamse Gemeenschap worden de vergaderingen van de bestuursorganen van het VAF bijgewoond door een afgevaardigde van de minister van Cultuur, hierna de afgevaardigde genoemd, waarop deze laatste telkens wordt uitgenodigd. De afgevaardigde houdt toezicht op het door het VAF gevoerde beleid, zowel inhoudelijk als financieel. Hij brengt over beide verslag uit bij de minister bevoegd voor Cultuur en bij het Departement CJSM en dit uiterlijk op 30 juni van het jaar volgend op het beoordeelde jaar. Hij brengt gelijktijdig verslag uit over het gevoerde financiële beleid bij de minister bevoegd voor Financiën en Begroting en bij het departement Financiën en Begroting. Hij formuleert zijn beoordeling op onafhankelijke wijze. Hij mag de inhoud van zijn verslag bespreken met de Raad van Bestuur van het VAF, zonder dat hij door de Raad van Bestuur van de vereniging verplicht kan worden om de inhoud van zijn verslag te wijzigen. De afgevaardigde kan binnen een termijn van vijf werkdagen bij de minister van Cultuur bezwaar aantekenen tegen elke beslissing die hij in strijd acht met de wetten, de decreten, de statuten, de overeenkomst gesloten met de Vlaamse Gemeenschap en tegen elke beslissing, die indruist tegen de principes van behoorlijk bestuur. Het beroep is opschortend. Het VAF wordt hiervan binnen de vijf werkdagen op de hoogte gebracht, door middel van een aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het VAF. De minister van Cultuur deelt zijn beslissing tot goedkeuring of vernietiging van de betrokken beslissing mee aan de voorzitter van de Raad van Bestuur van het VAF. In voorkomend geval kan de Raad van Bestuur of de Algemene Vergadering tot een nieuwe beraadslaging overgaan. Als binnen een termijn van twintig werkdagen geen beslissing werd meegedeeld, zijn de bezwaren opgeheven. De bedoelde termijnen gaan in op de dag van de vergadering waarop de beslissing werd genomen, als de afgevaardigde erop aanwezig was. Was hij niet aanwezig, dan lopen de termijnen vanaf de dag waarop hij bericht heeft gekregen van de beslissing. Artikel 12. Overleg, informatiedoorstroming en afstemming met de Vlaamse Gemeenschap Het VAF zal op geregelde basis overleg plegen met de minister van Cultuur, het Departement CJSM en het Agentschap Kunsten en Erfgoed. Daartoe zal het VAF op vraag alle relevante informatie verstrekken aan het Kabinet van de minister van Cultuur, het Departement CJSM en het Agentschap Kunsten en Erfgoed. Naast de in deze beheersovereenkomst bepaalde afspraken rond rapporteringen en toezicht, kan het Departement CJSM eventueel, in opdracht van de minister van Cultuur, de inhoudelijke en financiële werking van het VAF aan een grondige externe evaluatie onderwerpen, en dit maximum één maal in de loop van deze beheersovereenkomst. Het VAF zal hieraan zijn medewerking verlenen. 18/20

Artikel 13. Maatregelen en procedure bij niet naleven van de beheersovereenkomst Bij vermoede, schriftelijk door de minister van Cultuur of door het Departement CJSM aan het VAF gemelde niet-naleving van de verplichtingen opgelegd in de overeenkomst en door de toepasselijke regelgeving, kan door elk van de betrokken partijen een overlegmoment worden aangevraagd. Bij dit overleg moeten alle betrokken partijen aanwezig zijn, met de bedoeling dit punt uit te klaren en, zo nodig, de werking van het VAF bij te sturen. Het VAF wordt door de minister van Cultuur, resp. het Departement CJSM, schriftelijk op de hoogte gebracht van de conclusie van dit overlegmoment. Indien het VAF, binnen de drie maanden volgend op de ontvangst hiervan niet voldoet aan de in deze conclusie gestelde voorwaarden m.b.t. de correcte naleving van de verplichtingen bepaald in onderhavige overeenkomst, kan de Vlaamse regering, op voorstel van de minister van Cultuur, het gemotiveerde voornemen formuleren om de subsidie, bedoeld in artikel 9, eenzijdig te herzien. Het Departement CJSM brengt het VAF binnen de vijf werkdagen per aangetekende brief op de hoogte van dit voornemen en de motivering ervan. Het VAF mag tegen dit voornemen schriftelijk bezwaar indienen. Dit moet gebeuren per aangetekende brief gericht aan de minister van Cultuur binnen de twintig werkdagen te rekenen vanaf de datum waarop Het Departement CJSM de aangetekende brief, bedoeld in het derde lid, naar het VAF stuurde. Als het VAF tijdig bezwaar indient, dan beslist de Vlaamse regering na onderzoek van dit bezwaar of zij het geformuleerde voornemen tot eenzijdige herziening van de subsidie bevestigt, aanpast of staakt. Als het VAF geen of laattijdig bezwaar indient, dan wordt het geformuleerde voornemen tot eenzijdige herziening van de subsidie van rechtswege bevestigd. Een herziening van de subsidie gaat in vanaf het volgende begrotingsjaar. Onverminderd het bovenvermelde, worden geschillen waartoe deze overeenkomst aanleiding geeft, geregeld via een verzoeningsprocedure waarbij een commissie van deskundigen een voorstel tot oplossing formuleert. Deze commissie bestaat uit twee afgevaardigden van de Vlaamse regering en twee afgevaardigden van het VAF. Indien op grond van dit voorstel geen vergelijk wordt gevonden, dan wordt het geschil voorgelegd aan de Vlaamse regering nadat de Raad van Bestuur van het VAF zijn standpunt met betrekking tot dit geschil heeft meegedeeld. Artikel 14. Communicatieve return Bij elke mededeling, verklaring of publicatie, ongeacht de drager, in verband met de activiteiten in het kader van deze beheersovereenkomst, mag het VAF de eigen huisstijl gebruiken maar moet het melding maken van de financiële steun van de Vlaamse Gemeenschap door bij zijn naam te vermelden: Instelling van de Vlaamse Gemeenschap". Tevens moeten de voorgeschreven standaard-logo's van de Vlaamse overheid worden opgenomen. Deze zijn samen met de nodige technische gegevens daaromtrent op eenvoudig verzoek verkrijgbaar bij het Departement CJSM. Het VAF zal er over waken dat de steun van de Vlaamse Gemeenschap wordt vermeld in de gebruikelijke aftiteling van de ondersteunde audiovisuele creaties door middel van een standaardlogo van de Vlaamse Gemeenschap en de bijhorende tekst. 19/20