Datum 29 maart 2017 Versie 3.1 Pagina 1 Duurzaamheid van banen binnen de Banenafspraak

Vergelijkbare documenten
Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak

Tweede Kamer der Staten-Generaal

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Vierde kwartaal Publicatie april 2018

In deze brief presenteer ik de resultaten van deze onderzoeken. Ook stuur ik de onderzoeksrapporten mee.

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Eerste kwartaal Publicatie juli 2017

Eerste Kamer der Staten-Generaal

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Tweede kwartaal Publicatie oktober 2017

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Derde kwartaal Publicatie januari 2017

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Derde kwartaal Publicatie januari 2019

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Vierde kwartaal Publicatie april 2017

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Tweede kwartaal Publicatie oktober 2018

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Eerste kwartaal Publicatie juli 2018

Vragen en antwoorden bij de regionale trendrapportage banenafspraak

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Derde kwartaal Publicatie januari 2018

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Eerste kwartaal Publicatie juli 2019

OPLEGGER. Gewenste behandeling Onderwerp Beschrijving. Deadline 15 februari 2018

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. 1e KWARTAAL publicatie augustus 2016

Eerste Kamer der Staten-Generaal

We zien in figuur 2 dat het aandeel personen met een migratieachtergrond toeneemt van 46 procent januari 2015 naar 51 procent in juni 2017.

Rapportages Banenafspraak. Tellen? Meten? Turven? Hoe en wat!

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513 AA1XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Resultaten nulmeting banenafspraak 18 december 2014

Regionale trendrapportage banenafspraak: stand 3 e kwartaal 2015

Participatiewet. Figuur 2: Personen met bijstandsuitkering: verdeling naar leeftijd januari 2015 december % 80% 49% 54% 60% 40% 42% 37% 20%

* Het totaal aantal banen is de som van de reguliere dienstverbanden bij markt- en overheidswerkgevers én de detacheringen/inleenverbanden.

Whitepaper Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten

Vragen en antwoorden bij de regionale trendrapportage banenafspraak

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. 4e KWARTAAL publicatie juli 2016

Informatie over de Wajong

De Participatiewet, banenafspraak & quotum. Fabian Ouwehand Re-integratie & Participatie

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Tweede kwartaal Publicatie oktober 2016

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vragen en antwoorden bij de rapportages banenafspraak en beschut werk

Wet Banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten Ine Neefjes

Vragen en antwoorden bij de rapportages banenafspraak

Vragen en antwoorden bij de rapportages banenafspraak en beschut werk

Vragen en antwoorden bij de rapportages banenafspraak

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten. Ine Neefjes Ministerie van SZW

Vragen en antwoorden bij de rapportages banenafspraak

Wijzigingen Participatiewet & Wet banenafspraak en Quotum arbeidsbeperkten. Bijeenkomst Zeeuwse Stichting Maatwerk Donderdag 8 december 2016

Banenafspraak. Sociaal akkoord 2013

Actualisering en aanvullingen onderzoek Waar is de doelgroep

Vragen en antwoorden bij de regionale trendrapportage banenafspraak

Geachte wethouders, Voor dit moment verwacht ik u voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, Stephan van Iperen Netwerkmanager

Wajong en Participatiewet

Regionale trendrapportage banenafspraak: tussenmeting voortgang banenafspraak

Aanleiding Achtergrond

UWV Monitor Arbeidsparticipatie Aan het werk zijn, komen en blijven van mensen met een arbeidsbeperking

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Informatiebijeenkomst Participatiewet (Wajong) Nieuwe wet: de Participatiewet

LEERNETWERK PARTICIPATIEWET SECTOR WATERSCHAPPEN. Bert Otten Radar Advies. Update Participatiewet en Quotumwet. 12 februari 2015

Arbeidsparticipatie van jonggehandicapten

Sociaal Domein 2016: De Uitdaging Hoe krijgen we mensen aan het werk? Evelien Meester

OPLEGGER. Algemeen. Omschrijving. Memo stand van zaken banenafspraak. Verspreiden Ja Contactpersoon Geraldine van Bloemendaal

Participatiewet, Banenafspraken en Quotumwet. Door: Tanja Willemsen Divosa

Doelgroep banenafspraak

Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten

Participatiewet en Quotumheffing White Paper

2513 AA1XA. De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1A 2513 AA Den Haag

Geschikt werk voor geschikte mensen

UWV Kennisverslag

Walcheren: Van landelijk beleid, naar regionale aanpak!

Algemeen Onderwerp Stand van zaken banenafspraak in de Gooi en Vechtstreek Verspreiden Ja Contactpersoon Renée Gunst

College van burgemeester en wethouders de gemeenteraad Documentnummer: z Datum: 26 oktober 2017 Participatievoorziening beschut werk

Beschut Werk in de praktijk. presentatie 30 maart 2016 Jan-Jaap de Haan (Cedris)

Wajongers aan het werk met loondispensatie

Participatiewet Doelgroepregister, Banenafspraak

Kerngetallen 4 maandsrapportage Avres. Toeleiding naar werk, talentontwikkeling en sociale ontwikkeling

Jobcoaching theorie & praktijk

kijk wij presenteren u

Regionale monitor eerste kwartaal 2017 en de trendrapportage vierde kwartaal 2016

De Participatiewet en De Banenafspraak. Stijn van Bruggen Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Notitie beschut werk. Aanleiding. Indicatiestelling beschut werk UWV

Samenvatting van de antwoorden n.a.v. schriftelijke vragen over de Contourenbrief Participatiewet in de Vaste Kamercommissie SZW, dd.

Bram wil werken! Wat betekenen de veranderingen in wet- en regelgeving voor hem? Februari 2015

Factsheet Wajong: Informatie over Wajonginstroom in 2010

Realiseren Afspraak(banen)

Zeeuws-Vlaanderen: Van landelijk beleid, naar regionale aanpak!

Aan de leden van de gemeenteraad,

OPLEGGER. Algemeen Stand van zaken banenafspraak Verspreiden Ja Contactpersoon Saloua Chaara

Wegwijzer WSW. Informatie voor begeleiders van de Gemiva-SVG Groep over werk en inkomen van hun cliënten.

Workshop Beschut werk LCR Congres Nieuwegein. 7 april 2016

UWV Monitor Arbeidsparticipatie 2014

Werk, inkomen. sociale zekerheid. versie

Schakelen van school naar werk. Inhoud presentatie. Perspectief voor de leerlingen (I) Presentatie voor scholen.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Uitkeringswijzer. Aanvullende informatie Doelgroepenregister WSW

Workshop Risse Groep & Werk.Kom Kansen pakken t.a.v. de Participatiewet!

Special Lonen Loonkostenvoordelen vanaf 2017: laat geen geld liggen

Banenafspraak

Programma. Wat is de Participatiewet? Hoe kunnen wij u helpen?

Stand van zaken Participatiewet dagen verder. Heleen Heinsbroek Ledenbijeenkomst DetaNet 19 november 2015

Module Administratie. Module Administratie. Inleiding

Ondernemingsraden maken afspraken over duurzame garantiebanen voor arbeidsbeperkten. Gabbie van der Kroef, trainer-adviseur SBI Formaat

Transcriptie:

Pagina 1 Duurzaamheid van banen binnen de Banenafspraak Analyse op basis van het en de polisadministratie

Pagina 2 Inhoud Korte samenvatting Inleiding p3 p4 Grafiek 1. In- en uitstroom werkzame in P5 Grafiek 2a. In- en uitstroom Doelgroep Participatiewet p6 Grafiek 2b. In- en uitstroom Wajong p7 Grafiek 2c. In- en uitstroom WSW en Wiw/ID p8 Grafiek 3. Loopbaanontwikkeling werkzaam in alle kwartalen vanaf het derde kwartaal van 2015 p9 Grafiek 4. Soort contract naar type baan p10 Achtergrondinformatie uit onderzoek naar duurzame arbeidsparticipatie Wajongers p11 Bijlage Soort contract (in uren) naar categorie en grondslag p13

Pagina 3 Korte samenvatting Voor het onderzoek heeft UWV gebruik gemaakt van de bestaande gegevens uit de polisadministratie en het over de periode derde kwartaal 2015 tot en met derde kwartaal 2016. De in het zijn ingedeeld in drie categorieën, namelijk Doelgroep Participatiewet, WSW Wiw/ID en Wajong. Deze indeling is gebaseerd op de grondslag of de combinatie van grondslagen op basis waarvan een persoon is opgenomen in het. Zo worden alle uiteindelijk ingedeeld in één categorie. Van de ongeveer 80.000 in het die in het derde kwartaal van 2015 aan het werk zijn, is 87% in het derde kwartaal 2016 weer of nog steeds aan het werk. Circa 10% van de 80.000 is een jaar later niet meer aan het werk. Onderstaande tabel toont de percentages van het verloop voor de verschillende doelgroepen: Categorie Aantal werkzame Derde kwartaal 2015 Nog/weer aan het werk een jaar later Niet aan het werk een jaar later Doelgroep Participatiewet 3.686 71% 25% Wajong 34.822 80% 16% WSW Wiw/ID 40.943 94% 2% Totaal 79.451 87% 10% In het jaar tussen de twee kwartalen stromen ook uit het, door bijvoorbeeld het bereiken van de AOW-leeftijd of vertrek naar het buitenland. De percentages in de tabel tellen per doelgroep en totaal dan ook niet op tot 100%. In het derde kwartaal van 2015 is 67% van de verloonde uren op basis van een vast contract, een jaar later is dat nagenoeg gelijk (65%). Binnen de doelgroepen worden nauwelijks veranderingen in de verhouding vaste contracten en contracten voor bepaalde tijd geconstateerd. Aandeel vaste contracten Derde kwartaal 2015 Derde kwartaal 2016 Doelgroep Participatiewet 19% 16% Wajong 45% 45% WSW Wiw/Id 85% 89% Totaal 67% 65% Van die in het derde kwartaal 2015 aan het werk zijn (ca 80.000) heeft 83% in het derde kwartaal 2016 én op alle tussenliggende peilmomenten werk. Het volgen van in de tussenliggende kwartalen toont dus dat vrijwel iedereen met een baan in derde kwartaal 2015 en derde kwartaal 2016 ook in alle tussenliggende kwartalen aan het werk is (83% ten opzichte van 87%). Het merendeel van de contracten voor onbepaalde tijd zijn te vinden bij uitzendbanen/detacheringen. De verdeling naar soort contract binnen deze twee groepen verschilt sterk. Bij uitzendbanen is er vooral sprake van tijdelijke contracten; bij detachering (veelal WSW) gaat het met name om vaste dienstverbanden.

Pagina 4 Inleiding Aanleiding UWV heeft op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de duurzaamheid van de banen van die tot de doelgroep Banenafspraak behoren in kaart gebracht. Aanleiding van het onderzoek is de wens van de Tweede Kamer om meer zicht te krijgen op arbeidsmarktpositie van deze groep. Aanpak Voor het onderzoek heeft UWV gebruik gemaakt van de bestaande gegevens uit de polisadministratie en het over de periode derde kwartaal 2015 tot en met derde kwartaal 2016. Deze twee beschikbare bronnen bieden geen mogelijkheid om op individueel niveau de loopbaan in de tijd te volgen. Deze beperking is met name ondervangen door te kijken naar type contracten en in het jaar van analyse in kaart te brengen hoeveel een baan hebben behouden, verloren of gevonden. Ter aanvulling en duiding van de analyses is ook gebruik gemaakt van de monitor arbeidsparticipatie. Daarnaast zijn resultaten uit onderzoek naar duurzame arbeidsparticipatie van Wajongers opgenomen om meer zicht te krijgen op het verhaal achter de cijfers. Perioden en meetmomenten UWV kiest in deze rapportage voor een vergelijking van het derde kwartaal van 2015 met het derde kwartaal van 2016. Vanaf dit kwartaal in 2015 heeft UWV voor het eerst de verdiepende analyse gemaakt voor de Trendrapportage Banenafspraak. Het derde kwartaal van 2016 is het meest recente meetmoment waarvoor gegevens beschikbaar zijn. Als er in deze rapportage gesproken wordt over een kwartaal dan gaat het om het peilmoment op de laatste dag van het betreffende kwartaal. Begrippen Het is een landelijk register, waarin alle staan die behoren tot de doelgroep Banenafspraak. UWV beheert dit register. Het register bevat onder ander de grondslag(en) op basis waarvan de persoon is opgenomen in het register. In de polisadministratie verzamelt UWV informatie over loon, uitkeringen en arbeidscontracten. Het gaat om de gegevens van alle verzekerde werknemers in Nederland. zijn met loon uit één of meerdere inkomstenverhoudingen. Dit houdt in dat ze in ieder geval meer dan 0 verloonde uren hebben binnen een reguliere baan. Uren worden berekend met het aantal verloonde uren. Bij verdeling over verschillende contracten worden deze naar rato van de uren meegeteld. Banen kunnen op basis van uren worden berekend volgens de vastgestelde definitie voor de banenafspraak, waarbij één baan gelijk staat aan 110,92 verloonde uren per maand (circa 25,5 uur per week). De factor 110,92 is voortgekomen uit de nulmeting. Categorieën zijn gebaseerd op de grondslag of de combinatie van grondslagen op basis waarvan een persoon is opgenomen in het. Wanneer één persoon meerdere grondslagen heeft, wordt uitgegaan van de indeling op hoofdgrondslag. Alle worden uiteindelijk ingedeeld in één categorie: Doelgroep participatiewet Indicatie banenafspraak Leerlingen op Voorgezet Speciaal Onderwijs (VSO) en Praktijkonderwijs (PrO) Afgewezen Wajong aanvragen (geen actueel arbeidsvermogen, duurzaamheid niet vastgesteld) Tijdelijke registraties (beoordeling UWV moet nog plaats vinden) zoals afgewezen Wajongers in september 2014 en juli 2015 en schoolverlaters Wajong owajong nwajong studie- of werkregeling Wajong én WSW begeleid werk WSW-indicatie en/of Wiw/ID baan WSW begeleid werk (zonder Wajong) WSW detachering (met of zonder Wajong) Wiw/ID baan (zonder Wajong)

Pagina 5 Grafiek 1. In- en uitstroom werkzame in verliest werk 7.562 (10%) vindt werk 10.779 Werkzaam persoon weg uit 2.603 (3%) Q3 2015 79.451 houdt werk 69.286 (87%) Q3 2016 83.698 Werkzaam persoon komt in 3.633 Uren (x duizend) 10.123 Uren (x duizend) 10.513 Type contract 33% 35% Bepaalde tijd 67% 65% Onbepaalde tijd (vast) Grafiek 1 toont op de volgende wijze informatie over duurzaamheid van de banen in het kader van de Banenafspraak: Werk behouden. Van de 79.451 die in het derde kwartaal 2015 aan het werk zijn, zijn er 69.286 in het derde kwartaal 2016 weer of nog aan het werk, dit is 87%. Werk verloren. Van de groep (79.451) die in het derde kwartaal 2015 aan het werk is, zijn er 7.562 niet meer aan het werk in het derde kwartaal van 2016: 10%. Type contract. Van alle verloonde uren in het derde kwartaal 2015, is twee derde (67%) op basis van een contract voor onbepaalde tijd. In het derde kwartaal 2016 is dat 65%.

Pagina 6 Grafiek 2a. In- en uitstroom werkzame Doelgroep Participatiewet verliest werk 936 (25%) vindt werk 2.030 Werkzaam persoon weg uit 139 (4%) Q3 2015 Participatiewet 3.686 houdt werk 2.611 (71%) Q3 2016 Participatiewet 8.034 Werkzaam persoon komt in 3.393 Uren (x duizend) 329 Uren (x duizend) 822 Type contract 19% 16% Bepaalde tijd 81% 84% Onbepaalde tijd (vast) Grafiek 2a geeft informatie over de duurzaamheid van de banen in het kader van de Banenafspraak met betrekking tot de groep met een Doelgroep Participatiewet grondslag. Werk behouden. Van de 3.686 die in het derde kwartaal 2015 aan het werk zijn met een grondslag Doelgroep Participatiewet, zijn er 2.611 in het derde kwartaal 2016 nog steeds (of opnieuw) aan het werk: 71%. Werk verloren. 936 van de 3.686 die aan het werk zijn in het derde kwartaal 2015 staan een jaar later nog wel in het op basis van deze grondslag, maar zijn dan niet meer aan het werk: 25%. Type contract. Van de verloonde uren van in de categorie Doelgroep Participatiewet in het derde kwartaal van 2015, is 19% op basis van een contract voor onbepaalde tijd. In het derde kwartaal van 2016 is dat 16%. De Doelgroep Participatiewet bevat relatief veel die recent aan het werk zijn gekomen, op basis van een tijdelijk contract. Het blijkt dat het voor deze groep moeilijker is om aan het werk te blijven dan voor de groep die al langer aan het werk is.

Pagina 7 Grafiek 2b. In- en uitstroom werkzame Wajong verliest werk 5.661 (16%) vindt werk 8.599 Werkzaam persoon weg uit 1.218 (4%) Q3 2015 Wajong 34.822 houdt werk 27.943 (80%) Q3 2016 Wajong 36.791 Werkzaam persoon komt in 249 Uren (x duizend) 4.037 Uren (x duizend) 4.299 Type contract 45% 45% Bepaalde tijd 55% 55% Onbepaalde tijd (vast) Grafiek 2b geeft informatie over de duurzaamheid van de banen in het kader van de Banenafspraak met betrekking tot de groep met een Wajong grondslag. Werk behouden. Van de 34.822 die in het derde kwartaal 2015 aan het werk zijn met een grondslag Wajong, waren 27.943 in het derde kwartaal 2016 weer of nog steeds aan het werk: 80%. Werk verloren. 5.661 van de 34.822 die in het derde kwartaal 2015 werkzaam waren, staan een jaar later nog wel in het op basis van de grondslag Wajong, maar zijn dan niet meer aan het werk: 16%. Type contract. Van alle verloonde uren van met een grondslag Wajong in het derde kwartaal van 2015, wordt 45% gewerkt op basis van een contract voor onbepaalde tijd. In het derde kwartaal van 2016 is dat eveneens 45%. Ook de Monitor Arbeidsparticipatie van UWV analyseert de dienstverbanden van Wajongers. De monitor concludeert dat Wajongers die er in slagen om langere tijd aan het werk te blijven, dit meestal ook lang volhouden. 55% van de Wajongers die in 2014 aan het werk komen is een jaar later nog (of weer) aan het werk. Van de Wajongers die eind 2014 werken was 87% een jaar later nog (of weer) aan het werk. Uit de monitor blijkt bovendien dat 89% van de Wajongers die in 2014 aan het werk komen een tijdelijk contract had.

Pagina 8 Grafiek 2c. In- en uitstroom werkzame WSW - Wiw/ID verliest werk 925 (2%) vindt werk 126 Werkzaam persoon weg uit 1.464 (4%) Q3 2015 WSW en Wiw/ID 40.943 houdt werk 38.554 (94%) Q3 2016 WSW en Wiw/ID 38.873 Werkzaam persoon komt in 193 Uren (x duizend) 5.750 Uren (x duizend) 5.392 15% Type contract 11% Bepaalde tijd 85% 89% Onbepaalde tijd (vast) Grafiek 2c geeft informatie over de duurzaamheid van de banen in het kader van de Banenafspraak met betrekking tot met een WSW of Wiw/ID grondslag. Dit zijn alle die in ieder geval een WSW-indicatie hebben, eventueel in combinatie met andere grondslagen als Wiw/ID en Wajong. Ook de groep Wiw/ID-ers zonder andere indicatie is in deze analyse meegenomen. De bijlage bij dit rapport toont de details van deze zeer kleine groep. Werk behouden. Van de 40.943 in het die in het derde kwartaal 2015 aan het werk zijn met een grondslag WSW Wiw/ID, zijn 38.554 in het derde kwartaal 2016 nog steeds (of opnieuw) aan het werk: 94%. Werk verloren. 925 van de 40.943 die in het derde kwartaal 2015 aan het werk zijn met een grondslag WSW Wiw/ID staan een jaar later nog wel in het op basis van deze grondslag, maar zijn niet meer aan het werk: 2%. Type contract. Van alle verloonde uren in het derde kwartaal van 2015 van met de grondslag WSW - Wiw/ID wordt 85% gewerkt op basis van een contract voor onbepaalde tijd. In het derde kwartaal van 2016 is dat percentage met 89% een fractie hoger.

Personen (aantal) Datum 29 maart 2017 Pagina 9 Grafiek 3. Loopbaanontwikkeling werkzaam in alle kwartalen vanaf het derde kwartaal van 2015 80.000 79.451 75.079 70.469 67.982 65.804 100% 60.000 75% 40.000 100% 94% 89% 86% 83% 50% 20.000 25% 0 2015 Q3 2015 Q4 2016 Q1 2016 Q2 2016 Q3 0% Grafiek 3 schetst de loopbaanontwikkeling van de in het die aan het werk zijn aan het einde van het derde kwartaal van 2015. Hoeveel van deze hebben nog steeds een baan aan het einde van 2015? En hoeveel zijn er nog steeds aan het werk een kwartaal later, enzovoort Het volgen van deze specifieke groep werkzame door te kijken of zij ook op de tussenliggende meetmomenten werkzaam zijn, toont aan dat 83% op een stabiele basis aan het werk is.

Pagina 10 Grafiek 4: Soort contract naar type baan, weergegeven in uren Q3 2015 Q3 2016 Bepaalde tijd Onbepaalde tijd (vast) 100% 49% 48% 71% 82% 65% 83% 50% 51% 52% 29% 18% 35% 17% 0% Uren X duizend Overheid regulier, uren 448 Markt regulier, uren 4.444 Uitzend/ detachering, uren 5.229 Overheid regulier, uren 462 Markt regulier, uren 4.962 Uitzend/ detachering, uren 5.097 De aantallen in grafiek 4 zijn gebaseerd op het aantal verloonde uren, vergelijkbaar met de weergave in grafiek 1 en 2. Grafiek 4 laat een aantal zaken zien over soort contract naar type baan en daarmee over duurzaamheid. Het meest valt op: - De meeste contracten voor onbepaalde tijd zijn te vinden bij uitzendbanen/detacheringen. Het is hierbij wel belangrijk op ter merken dat de verdeling naar soort contract binnen deze twee groepen sterk verschilt. Bij uitzendbanen is er vooral sprake van tijdelijke contracten; bij detachering gaat het met name om vaste dienstverbanden. - Binnen de overheid zijn relatief veel met een reguliere baan in dienst op basis van een contract voor onbepaalde tijd. Het aantal met een dergelijk contract is licht afgenomen, zowel procentueel (- 6 procentpunten) als absoluut (-18 banen volgens de definitie van de Banenafspraak, dus à gemiddeld 25,5 uur per week per baan).

Pagina 11 Achtergrondinformatie uit onderzoek duurzame arbeidsparticipatie Wajongers De afgelopen jaren is veel onderzoek gedaan naar (duurzame) arbeidsparticipatie van Wajongers. Resultaten uit deze onderzoeken geven achtergrondinformatie bij de cijfers over duurzaamheid van de banen in deze rapportage. Redenen waarom Wajongers hun baan verliezen In één van die onderzoeken 1 is specifiek aan werkgevers gevraagd wat de reden van uitval uit werk van Wajongers was. Tabel 1 vat deze redenen samen. Uit de tabel blijkt dat Wajongers zowel uit dienst gaan om natuurlijke als problematische redenen. Als belangrijkste reden noemden de ondervraagde werkgevers dat de Wajongers van baan veranderden. Problematische redenen liggen op verschillende terreinen: motivatie, het niet nakomen van afspraken, productiviteit, relatie met collega s en de benodigde begeleiding. Tabel 1. Redenen vertrek Wajongers (meerdere antwoorden mogelijk)* Redenen vertrek Wajongers volgens werkgevers aantal % Wajonger veranderde van baan 34 39% Baan was tijdelijke functie / werkervaringsplaats / er is geen werk meer 15 17% Wajonger had te weinig motivatie / kwam afspraken niet na / had privéproblemen 13 15% Wajonger paste niet in het team / weerstand collega s 13 15% Te veel interne begeleiding nodig / te zware belasting 13 15% Te lage productiviteit / te hoog ziekteverzuim 11 13% Wajonger is ongeschikt voor de functie 5 6% Overig 15 17% Aantal ondervraagde werkgevers 87 * bron: Vilans/TNO (2009), bewerking UWV Welke factoren hangen samen met duurzaamheid werk van Wajongers? De redenen uit tabel 1 komen overeen met factoren die samenhangen met duurzaamheid van werk van Wajongers die uit verschillende onderzoeken naar voren komen 2. Deze factoren kunnen grofweg in de volgende zes clusters worden ingedeeld: De werknemer Uit veel onderzoeken naar duurzame arbeidsparticipatie komt naar voren dat houding, gedrag en vaardigheden van de werknemer van invloed zijn op al dan niet duurzaam aan het werk zijn. Het gaat daarbij om zaken als motivatie, werknemersvaardigheden en ervaren gezondheid; inzicht in eigen mogelijkheden en beperkingen en het vermogen daarover te communiceren met werkgever en collega s; het vermogen om te gaan met werkdruk, onverwachte situaties en de sociale aspecten van het werk. De werkgever Ook het gedrag en de houding van de werkgever speelt een belangrijke rol bij het duurzaam aan het werk blijven van jonggehandicapten. Factoren die daarbij genoemd worden zijn de kennis van werkgevers over de mogelijkheden en beperkingen van de werknemer; de acceptatie van de beperkingen; de bereidheid aanpassingen te doen aan bijvoorbeeld werkplek, aantal uren of productiviteitseisen. 1 Bosch, L., Overmars-Marx, T., Ooms, D. & Zwinkels, W. (2009 ). Wajongers en werkgevers, over omvang en omgang. In dienst treden van Wajongers en behoud van werk. Utrecht: Vilans/TNO.

Pagina 12 De functie Een belangrijke factor is de functie zelf. Functies die niet passen bij de mogelijkheden en beperkingen van de werknemer leiden tot uitval. In veel gevallen blijken bestaande functies niet te passen bij de mogelijkheden en beperkingen van de jonggehandicapte. Het is dan noodzakelijk aanpassingen te doen De collega s Draagvlak onder collega s voor het werken met een beperking is van belang voor succesvolle arbeidsparticipatie. Daarnaast komt uit verschillende onderzoeken naar voren dat ook collega s op de hoogte moeten zijn van de mogelijkheden en beperkingen van hun collega s. Ondersteuning van de werknemer met een beperking door collega s zou bijdragen aan duurzame arbeidsparticipatie. De ondersteuning op de werkplek Een aparte categorie factoren betreft de ondersteuning op de werkplek. Een noodzakelijke voorwaarde voor duurzame arbeidsparticipatie is dat er adequate ondersteuning wordt geboden. Verschillende elementen in de ondersteuning dragen hieraan bij. Het gaat dan om: - begeleiding door een vaste collega; - een goede overdracht van begeleiding bij personeelswisselingen; - de (kwaliteit van de) begeleiding door een jobcoach; - een goede overdracht van school naar werk, liefst via een stage; - mogelijkheid tot aanpassing in aantal uren en/of werktijden; - mogelijkheid tot aanpassing van de werkplek en; - aanpassingen in productiviteitseisen. De omgeving Factoren in de omgeving van de jonggehandicapte kunnen van invloed zijn op de duurzaamheid van het werk. Zo kan de houding van de omgeving ten opzichte van werk een negatieve of positieve invloed hebben op het behouden van werk. Daarnaast blijkt de inschatting van de arbeidsmogelijkheden en ondersteuningsbehoeften door ouders voorspellend te zijn voor werkbehoud. In verschillende kwalitatieve onderzoeken komt het belang van een stabiele thuisof woonsituatie naar voren. 2 Bronnen: Horssen, C. van, Blommesteijn, M. & Brukman, M. (2009). De Wajong'er als werknemer. Een onderzoek naar duurzame arbeidsparticipatie van Wajong'ers. Amsterdam, Regioplan (met subsidie van Instituut Gak). Hagen. B. e.a. (2010) Arbeidsparticipatie van Wajong ers op de werkplek. De bijdrage van collegiale steun op de werkplek aan Wajong ers, Utrecht,Vilans. Lammers, R. & Stavenuiter, M. (2010). Wajongers op de werkvloer. Inpassing en acceptatie van jonggehandicapten in bedrijven. Utrecht, Verwey-Jonker Instituut. Vos, E. L. de, Jong, T. de (2011). Routekaart naar werk voor jongeren met ernstige gedragsmoeilijkheden. Vierde meting. Hoofddorp, TNO, met subsidie van UWV. Holwerda, A. e.a. (2012) Wat werkt bij Wajongers? Voorspellers voor vinden en behouden van werk in de Wajongpopulatie. Groningen, UMCG. Horssen, C. (2013) Meer werkplekken bij werkgevers. Literatuuronderzoek in het kader van de evaluatie van de pilots Werken naar vermogen, pilot 1, Amsterdam, Regioplan.

Pagina 13 Bijlage: Soort contract (in uren) naar categorie en grondslag Toont het aantal verloonde uren per grondslag naar totaal en type contract Tabel 2 Verloonde uren (x duizend) naar categorie en grondslag Q3 2015 Q3 2016 Q3 2015 Q3 2016 Q3 2015 Q3 2016 WSW 828 569 4.669 4.654 5.498 5.223 WSW indicatie, geen plaatsing 7 10 1 2 8 12 WSW begeleid werk 208 142 409 456 617 598 WSW Detachering 455 315 3.119 3.118 3.575 3.434 WSW Detachering én Wajong of Wiw/ID Wiw/ID (zonder combinatie Wajong/WSW) Bepaalde tijd Onbepaalde tijd Totaal 158 102 1.140 1.078 1.298 1.179 16 9 236 160 252 170 Wajong 2.225 2.365 1.811 1.933 4.037 4.299 owajong 1.064 1.121 1.321 1.356 2.385 2.476 studieregeling nwajong 182 119 36 21 218 141 werkregeling nwajong 889 1.077 306 418 1.195 1.496 Wajong (o en nwajong) én WSW begeleid werk 90 48 148 138 238 186 Doelgroep participatiewet 266 695 62 128 329 822 Totaal 3.335 3.638 6.780 6.875 10.116 10.513 Het rapport Duurzaamheid banen Banenafspraak is gepubliceerd door UWV Gegevensdiensten i.s.m. UWV Strategie, Beleid en Kennis UWV maart 2017