Paardenstaart (Equisetum)

Vergelijkbare documenten
Basterdwederik (Epilobium)

SOORTENKENNIS GROTENDEELS SPORENPLANTEN

Vergeet-mij-nietje (Myosotis)

Bies. Bolboschoenus (Zeebies-Heen) Scirpoides (Kogelbies)

Smeerwortel (Symphytum)

Boterbloem (Ranunculus)

Nachtschade (Solanum)

Tandzaad (Bidens) Veerdelig tandzaad (B. tripartita) Smal tandzaad (B. connata) 3-5 tallig met gesteelde blaadjes. 3-5 tallig, donkergroen

LPW-Florasleutel samengesteld door Bert Berten. Klokje (Campanula)

Waterlepeltje (Ludwigia)

Wespenorchis (Epipactis)

LPW-Florasleutel samengesteld door Liliane Dedroog. Vetkruid (Sedum)

Dovenetel (Lamium) ALGEMENE SLEUTEL

Rupsklaver (Medicago)

Hoornblad (Ceratophyllum) & Vederkruid (Myriophyllum)

Vrouwenmantel (Alchemilla)

Ooievaarsbek (Geranium)

GROEP 1 GROEP 2 GROEP 3 GROEP 4 GROEP 5 GROEP 6

HYPERICUM 11, maart 2013

LPW-Florasleutel samengesteld door Veerle Cielen. Linde (Tilia)

Wolfsmelk (Euphorbia)

Toorts (Verbascum) LPW-Florasleutel samengesteld door Johan Geusens

Plantenkennis. Bomen. lijst 1. Deel 2 G41-G31-GB1+2

Plantenkennis. Coniferen. lijst 1 G41-G31-GB1+2

1.-bladeren duidelijk naaldvormig 2. -bladeren geen naalden (vlak blad, grote-of kleine schubben, aanliggend aan twijgen, dakpansgewijze geplaatst) 49

Klaproos (Papaver) Grote klaproos (P. rhoeas ) afstaand of. aangedrukt behaard bleek rood, soms donkerrood, soms aan de voet zwart gevlekt

Examenlijst onkruiden open teelten. Beeldenbank

Bomen in drie seizoenen

Van Hallstraat. Prunus avium Plena

Plantenkennis. Coniferen. lijst 1. Deel 2 G41-G31-GB1+2

Warkruid (Cuscuta) LPW-Florasleutel samengesteld door Bert Berten

Cypergrassen Cyperaceae. Meestal kantig, vol, zonder knopen

Gentiana bavarica var. subacaulis. Centrale Alpen Oostenrijk, Zwitserland m

Munt: Methol wordt gebruikt in smaak- en geurstoffen als snoep thee en tandpasta Muntolie wordt gewonnen uit Pepermunt of Groene munt

Bomen in drie seizoenen

Plantenkennis. Bladverliezende heesters. lijst 1. Deel 3 G41-G31-GB1+2

Boerenwormkruid (Tanacetum vulgare)

Dahlst. em. Lindb. f. door. toestand neutraal bruin (notenhout, donker. lc Vruchten geelachtig gebakken steenrood, terra-cotta oflicht zalmkleurig.

DETERMINEREN VAN VLEERMUIZEN IN WINTERSLAAP

Plantenkennis. Klim, slinger en leiplanten. lijst 1 G41-G31-GB1+2

Plantenkennis. Bladhoudende heesters. lijst 1 G41-G31-GB1+2

HYPERICUM 4, maart 2005

Vakdag centraal niveau 4. Lijst coniferen leerjaar 1

RESTANT PRESENTATIES LEERLINGEN SOORTENKENNIS

De Groenzoom Struweelvogels

Ratelpopulier Populus tremula. Verspreide knopstand, spits, bruin, glanzend, op eenjarige twijgen aanliggend, op oudere twijgen vaak op kortloten.

Overzicht haagconiferen

Moraceae. Grote familie (48 geslachten, soorten) Broussonetia Ficus Maclura Morus

Determinatietabel voor de bijen van het genus Megachile in Nederland

Herkenning bladluizen in suikerbieten

Plantenkennis. Bladverliezende heesters. lijst 1. Deel 2 G41-G31-GB1+2

(Rijksherbarium, Leiden)

NIEUWSBRIEF FLORON-FWT, NR.2, APRIL 1990

Plantekennis. Naam: Teun Laureijs. Klas: G42. Vak: Plantenkennis.

Acer freemanii Armstrong

Het groeiende beek concept

Korte geschiedenis van het ras

Bollen en knollen Les 1: bollen en knollen... 2 Werkblad bol en knol... 4 Bol en knol stripverhaal... 5 Achtergrondinformatie... 6

Kruidentuin in de klas

Bijlage VMBO-GL en TL-COMPEX 2006

Houten terrasplanken met B-Fix clipsysteem. Verkrijgbaar in de houtsoorten: - Alungu (ook met bol profiel) of - Garapa - Merbau - Ipé

Alsemambrosia Ambrozijn Ambrosia artemisiifolia

De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 10 mei Beste natuurliefhebber/-ster,

hoofdjes, dat langer is dan deze (Rijksherbarium, Leiden) Bij het gereedmaken van het verspreidingskaartje van Filago pyramidata L.

Soortenkennis O43. Bloemplanten


In de Scheldevrijstraat maken we in het nieuwe ontwerp een onderscheid tussen de laanbomen en de pleinbomen.

Cercis canadensis. rond tot afgeplat bolvormig

Onkruidbestrijding maïs Wat met de nieuwe onkruidgiersten?

Plantenkennis. Bladverliezende heesters. lijst 1 G41-G31-GB1+2

DUPONT HANDBOEK WORTELONKRUIDEN GRANEN

Enkele Gentiana soorten: Gentiana acaulis (stengelloze Gentiaan): De stengelloze Gentiaan is een kleine. Gentiana (Gentiaan)

Indeling zure kersen ALS WE OVER ZURE KERSEN SPREKEN DAN

overzicht en vermelding van twee nieuwe soorten

Onderzoek boomholtes bij Gramsbergen

Sapindaceae. Grote familie (140 geslachten, soorten) Acer Aesculus Dipteronia Koelreuteria Litchi

Setaria faberi Herrm. (Chinese naaldaar) in Nederland over. t hoofd gezien. Inleiding. makkelijk op naam was te brengen. Een paar

De Wiershoeck- Schoolwerktuin, woensdag 13 november 2013

B i n g a. B a n k s y s t e m e n. n hardhouten bank met stalen wangen. n rechte bank met of zonder rugleuning. n ronde bank in afmetingen naar wens

Bijeenkomst van woensdag 8 juni 2016

Pinus nigra, Oostenrijkse den. Aantal: 19 stuks Maat:

Onderzoeksopdracht. Bodem en grondstaal

Ganzenvoeten? Amarentenfamilie Amaranthaceae

4 Gazonaanleg en -onderhoud

De Welsumer. Uniek door haar eenvoud

Het uitlopen van bomen

Het excursiegebied ligt aan de oostkant van De Zeester, de ondiepe poel heeft een uitgang naar de Oosterschelde.

HET HERKENNEN VAN GROTE MEEUWEN (DEEL 3)

Korte geschiedenis van het ras:

Plantenkennis. Bomen. lijst 1. Deel 1 G41-G31-GB1+2

Biotoop heide. Cursus natuurmanagement, 2019

Jaargang 24 nr. 2, najaar 2011

Gewone pad. Teksten en foto s overgenomen van de Hylawerkgroep van Natuurpunt

W O O R D E N B O E K V A N D E V L A A M S E D I A L E C T E N

M e r c u r i u s. B a n k s y s t e m e n. Art E1001N, ronde bank van niangon donkerbruin gebeitst. n ronde bank op maat gemaakt

Bamboe en siergrassen

Soortenlijst Flora faunawet. Bestendig beheer gemeentelijke groenvoorziening

Voor afmetingen waarvoor geen bewerkingsprijs staat vermeld gelden de prijzen op aanvraag

Infobrief Bomen in Maalbootstraat,

Determineren van planten

Transcriptie:

Paardenstaart (Equisetum) LPW-Florasleutel samengesteld door Bieke Geukens ALGEMENE SLEUTEL Stengel ros of bruin Stengel na rijping groen wordend Bospaardenstaart Stengel na rijping afstervend 6 12 tanden Heermoes 20 35 tanden Reuzenpaardenstaart Stengel ivoor (eventueel groene zijtakken) Reuzenpaardenstaart Stengel groen Tanden kapvormig, per 2 of 6 Bospaardenstaart Tanden vrij of afwezig Centrale holte t.o.v. stengel 50% of meer Aren stomp, 15-25 mm, stengel glad, lid korter dan schede Holpijp Aren spits, stengel ruw Schaafstro Aren 10-15 mm, stengel glad, iets ruw, lid gelijk aan schede Bastaardpaardenstaart Centrale holte t.o.v. stengel 15-30% Eerste lid helft van de schede Lidrus Eerste lid even lang als schede Heermoes

Paardenstaart (Equisetum) DETERMINATIEKENMERKEN al dan niet voorkomen van steriele stengels aantal tanden, samenhangend of niet lengte van eerste lid t.o.v. stengelschede grootte centrale holte t.o.v. stengelbreedte vorm en lengte sporenaren Uitgebreidere determinatiesleutel : http://www.botanik-bochum.de/html/publ/ovbbv2-6_lubienski_equisetum.pdf

Paardenstaart (Equisetum) VRUCHTBARE STENGELS Bospaardenstaart Heermoes

Paardenstaart (Equisetum) STENGELS Heermoes (E. arvense) Lidrus (E. palustre) Holpijp (E. fluviatile) Bospaardenstaart (E. sylvaticum) Reuzenpaardenstaart (E. telmateia) Bastaardpaardenstaart (E. litorale = E. fluviatile x E. arvense)

Paardenstaart (Equisetum) STENGELS Schaafstro (Equisetum hyemale)

Heermoes (Equisetum arvense) Wortelstok vlak onder de grond fijn, wollig, geelbruin behaard. Takomhulsels groenig of bruinig, aan de voet soms donkerder bruin, dof, ca. 1,5 mm lang. Eerste lid van de zijtakken langer dan de stengelschede. Tanden van de scheden smal vliezig gerand. Aren tot 4 cm lang, aan aparte vruchtbare stengels, deze tot 30 cm lang, vóór de onvruchtbare verschijnend; stengelscheden met 6-12, vaak gedeeltelijk samenhangende tanden. fertiele stengels : 10 40 cm. steriele stengels : 10 100 cm. April - mei Wortelstokgeofyt (winterknoppen onder de grond) Bouwland, ruderale plaatsen, sloten. #wnm # ex - 1970 1 1 1971-'94 823 823 1995-504 504

Lidrus (Equisetum palustre) Wortelstok kaal. Takomhulsels donkerbruin tot zwart, glanzend, ca. 1 mm lang. Eerste lid van de zijtakken ongeveer half zo lang als de stengelschede (incl. de tanden). Tanden van de schede vrij breed witvliezig gerand. Aren eindelings, soms ook aan enkele zijtakken. Wortelstok diep ondergronds met meestal in snoeren gerangschikte knollen. 20 70 cm. Juni - september Wortelstokgeofyt (winterknoppen onder de grond) of Helofyt. Vochtige weiden, moerassen, sloten, oevers van plassen. #wnm # ex - 1970 3 3 1971-'94 456 456 1995-126 126

Holpijp (Equisetum fluviatile) Wortelstok vlak onder de grond fijn, wollig, geelbruin behaard. Takomhulsels groenig of bruinig, aan de voet soms donkerder bruin, dof, ca. 1,5 mm lang. Eerste lid van de zijtakken langer dan de stengelschede. Tanden van de scheden smal vliezig gerand. Aren tot 4 cm lang, aan aparte vruchtbare stengels, deze tot 30 cm lang, vóór de onvruchtbare verschijnend; stengelscheden met 6-12, vaak gedeeltelijk samenhangende tanden. fertiele stengels : 10 40 cm. steriele stengels : 10 100 cm. April - mei Wortelstokgeofyt (winterknoppen onder de grond) Bouwland, ruderale plaatsen, sloten. #wnm # ex - 1970 4 4 1971-'94 310 310 1995-85 85

Bospaardenstaart (Equisetum sylvaticum) Stengelscheden en tanden naar boven toe helder roodbruin; tanden in groepjes van 2-6 kapvormig samenhangend. Stengels 3-5 mm dik, met dichte kransen van overhangende, onvertakte of (later in het seizoen) 1-2 maal vertakte, groene zijtakken; centrale holte ca. 0,5 van de middellijn van de stengel. Stengels met aar aanvankelijk bladgroenloos, tijdens de rijping van de sporen groene zijtakjes vormend, daarna zelf groen wordend. Aren 15-25 mm lang, na rijpheid verdrogend en afvallend. 15 80 cm. April - mei Wortelstokgeofyt (winterknoppen onder de grond) of Helofyt. Vochtige bossen, beekoevers en zure moerassen. #wnm # ex - 1970 0 0 1971-'94 4 4 1995-2 2

Reuzenpaardenstaart (Equisetum telmateia) Stengel bleek, ivoorwit, ca. 1 cm dik, met dichte kransen van schuin afstaande of iets overhangende, bijna steeds onvertakte, groene zijtakken; centrale holte meer dan 2/3 van de middellijn van de stengel. Stengelscheden bleekgroen, bovenrand bruinig, tot 2 cm lang, los aanliggend; tanden lang, priemvormig, bruin, smal vliezig gerand. Aren tot 10 cm lang, aan aparte vruchtbare stengels, deze tot 50 cm lang, vóór de onvruchtbare verschijnend; stengelscheden met 20-35 soms gedeeltelijk samenhangende tanden. fertiele stengels : 15 50 cm. steriele stengels : 40 150 (- 200) cm. April Wortelstokgeofyt (winterknoppen onder de grond) Bronnen van kalkrijk water, essenbossen, natte weiden. #wnm # ex - 1970 0 0 1971-'94 40 40 1995-16 16

Bastaardpaardenstaart (Equisetum litorale ) De bastaard tussen Equisetum fluviatile en Equisetum arvense is steriel (de sporangioforen staan nooit los van elkaar); hij lijkt op drogere plaatsen meer op Equisetum arvense, op nattere plaatsen meer op Equisetum fluviatile. Waar hij voorkomt ontbreekt vaak 1 van de oudersoorten. Hij onderscheidt zich als volgt: Stengel glad of iets ruw, met 8-16 vrij duidelijke ribben; centrale holte 0,5-0,25 van de middellijn van de stengel. Wortelstok kaal. Eerste lid van de zijtakken ongeveer even lang als de stengelschede. Aar 10-15 mm lang. 30 85 cm. Juni - juli Geofyt (winterknoppen onder de grond) Vooral op omgewerkte plekken op zandige, vochtige grond. - 1970 1971-'94 1995 - #wnm Geen gegevens. # ex

Schaafstro (Equisetum hyemale) Stengel zeer ruw, donker blauw- of olijfgroen, rechtopstaand met overhangende top, soms in bundels maar onvertakt, 3-6 mm dik; centrale holte 2/3 of meer van de stengeldoorsnede innemend. Stengelscheden de stengel zeer stijf omsluitend, tot 9 mm lang, grijsgroen, grijswit verdrogend, met 1 of 2 zwartachtige banden, zelden vrijwel geheel zwartachtig; tanden priemvormig, dunvliezig, gekronkeld, alle vroeg afvallend, de rest van de schede daarna ondiep gekarteld of schijnbaar gaaf. 20 100 (- 150) cm. Mei - augustus Wortelstokgeofyt (winterknoppen onder de grond) Bossen op vochtige tot moerassige bodem, vaak op plaatsen met verjongd substraat. #wnm # ex - 1970 0 0 1971-'94 10 10 1995-2 2