Voorstel Vlaamse reglementering maximaal geluidsniveau van muziek

Vergelijkbare documenten
Voorstel Vlaamse reglementering maximaal geluidsniveau muziek in een inrichting

Woensdag 19 januari 2011 Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR

Geluidsnormen voor inrichtingen met muziekactiviteiten

Studiedag: Geluidswetgeving in de praktijk

7 Belgisch Staatsblad d.d VLAAMSE OVERHEID

Infosessies geluidsnormen muziek

Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur Joke Schauvliege. Q&A Reglementering maximale geluidsniveaus muziek, juni 2011

WEGWIJS IN DE NIEUWE MUZIEKACTIVITEITEN

GELUIDSNORMEN VOOR MUZIEKACTIVITEITEN

Vernieuwde regelgeving voor muziekactiviteiten in Vlaanderen

Reglementering maximale geluidsniveaus muziek. Vraag en Antwoord

WEGWIJS IN DE NIEUWE MUZIEKACTIVITEITEN

Geluidsnormen in de horeca

Wegwijs in de nieuwe geluidsnormen voor muziekactiviteiten in Gent

GELUIDSNORMEN VOOR MUZIEKACTIVITEITEN WIJZIGING PER

Regulering muziekactiviteiten

Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur Joke Schauvliege. Q&A Voorstel reglementering maximale geluidsniveaus muziek

Studiedag: Praktische aanpak op het terrein

Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur Joke Schauvliege

Gids positief uitgaan. nieuwe geluidsnormen muziekactiviteiten Vanaf 1 januari B 1

Infosessie Elektronisch versterkte muziek 10 maart Dienst milieu en landbouw An Vandermoere Adjunct milieuambtenaar

29/04/2013. Nieuwe Geluidsnormen. Wat houdt het in? Hoe gaan we er mee om?

Aanvraag niet-ingedeelde muziekactiviteit

De nieuwe geluidsnorm

Geluidsnormen muziekactiviteiten

Nieuwe geluidsnormen voor muziekactiviteiten

Versterkt geluid. De herziening van de wettelijk AFDELING VERGUNNINGEN EN PARTNERSCHAPPEN DEPARTEMENT GELUID - DIENST GELUIDPLAN

Geluidsnormen voor muziekactiviteiten

De nieuwe Vlaamse regelgeving inzake muziekgeluid. wel en vanuit de praktijk.

INFOAVOND VOOR VERENIGINGEN

Voorstel gehoorschade door muziek

Gelet op de Nieuwe Gemeentewet, inzonderheid de artikelen 119,133 en 135; Gelet op het Gemeentedecreet, inzonderheid de artikelen 2, 42 3, 186 en 187;

Provincie Limburg Arrondissement Tongeren Gemeente Hoeselt. Uittreksel uit het notulenboek van de Gemeenteraad Vergadering van 24 november 2016

Vaststellingen voorjaar 2014

Aanvraagformulier Circussen/Niet-permanente amusementsbedrijven

ADVIES op het besluit voor nieuwe Vlaamse reglementering betreffende het maximale geluidsniveau van muziek in een inrichting

Deel 21:Geluid en Normen

geluid BBHR tot vaststelling van de voorwaarden voor het afspelen van elektronisch versterkt geluid in voor het publiek toegankelijke inrichtingen

DE MEETCAMPAGNE. Guy Putzeys dba-plan bvba

EVENEMENTENFICHE KOKSIJDE

Versterkt. geluid. De herziening van de wetgeving AFDELING VERGUNNINGEN EN PARTNERSCHAPPEN DEPARTEMENT GELUID - DIENST GELUIDPLAN

EVENEMENTEN AANMELDINGSFORMULIER

MELDING/AANVRAAG VOOR TOELATING MUZIEKACTIVITEIT

HANDLEIDING COMPENSATIE REPRESENTATIEVE MEETPLAATS

ADVIES Van 29 september 2011

geluid BBHR tot vaststelling van de voorwaarden voor het afspelen van elektronisch versterkt geluid in voor het publiek toegankelijke inrichtingen

Politiereglement Evenementen

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

HORECAREGLEMENT. Dit geldt eveneens bij de overname van een bestaande drankgelegenheid.

COMMISSIE WELZIJN, WERK EN MILIEU - MONDELINGE VRAAG - ANTWOORD

DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

Geluidsnormen voor muziekactiviteiten

Politiereglement Evenementen

Lokale implementatie en handhaving van de regelgeving voor muziekactiviteiten

Nota ter voorbereiding van de Rondetafelconferentie muziekgerelateerde hinder en gehoorverlies op 1 december 2009

EVENEMENTENFICHE DE PANNE

Advies maximale geluidsniveaus voor locaties met versterkte muziek

EVENEMENTEN. O AANVRAAG EVENEMENT IN OPEN LUCHT O MELDING EVENEMENT IN BESLOTEN PLAATS Aanduiden wat van toepassing is.

AANVRAAGFORMULIER OPENEN DRANKGELEGENHEID GEGISTE/STERKE DRANKEN

Aanvraagformulier Evenementen KAMPENHOUT versie 04 februari 2014

MELDINGSFORMULIER EVENEMENTEN in te dienen bij de gemeente minimum 2 maanden voor evenement

Regelgeving muziekactiviteiten STUDIE: Lokale implementatie en handhaving

Een luisterend oor bij sensibiliseren en controleren van muziekgeluidsnormen

AANVRAAGFORMULIER EVENEMENTEN gemeente Vleteren

Politieverordening betreffende de bestrijding van geluidshinder en de muziekactiviteiten niet ingedeeld volgens Vlarem

EVENEMENTENFICHE STAD NIEUWPOORT

Decibels. Lp = 10 log p²/po² db ref. 20 µ-pascal (20 = gehoordrempel)

WAAROM DIT ONDERWERP?

Op weg naar realistische norm-, meet- en randvoorwaarden in een internationale context

Infosessies geluidsnormen muziek

De nieuwe geluidsnorm

ADVIES op het voorstel voor nieuwe Vlaamse reglementering betreffende het maximale geluidsniveau van muziek in een inrichting

Artikel 1. Activiteiten waarvan vooraf geweten is dat er muziek zal worden gespeeld

F u i v e n L a n d e n

Studiedag geluidsnormen voor muziekactiviteiten 3 jaar later

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST [C 2017/10520] 26 JANUARI Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke

Infosessies geluidsnormen muziek

Aanvraagformulier Evenementen KAMPENHOUT (versie maart 2017) (BIJLAGE 2)

Eindrapport. Evaluatie Regelgeving Muziekactiviteiten. volgens Bestek nr. LNE/LHRMG/OL

Geluidsplan. Naam evenement: Locatie evenement: Datum evenement: Organisator:

MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

AANVRAAG HORECAVERGUNNING

VAN CHARTER NAAR OORKONDE

Commissievergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn

betreffende de normering van vast opgestelde zendantennes voor elektromagnetische golven tussen 10 MHz en 10 GHz

Geluidsnormen voor muziekactiviteiten

AANMELDING FUIF / BAL / OPTREDEN

Het gebruik en nut van gehoorbescherming

Evenementen met luide muziek. Erik Roelofsen. Directeur / adviseur Nederlandse Stichting Geluidshinder

MELDINGSFORMULIER EVENEMENTEN / FUIVEN

CONFORMITEITSATTEST _011

MELDINGSFORMULIER EVENEMENTEN / FUIVEN Versie augustus 2016

betreffende de normering van vast opgestelde zendantennes voor elektromagnetische golven tussen 10 MHz en 10 GHz

A a nvraag voor het organiser en van een activit eit of evenem ent

Infovergadering Kasterlee Geluidsmetingen Noord-Zuidlaan 26/08/2016

CONVENANT PREVENTIE GEHOORSCHADE MUZIEKSECTOR. Inleiding:

Nota met betrekking tot het artikel 10 Stallestraat

betreffende de normering van vast opgestelde zendantennes voor elektromagnetische golven tussen 10 MHz en 10 GHz

betreffende de normering van vast opgestelde zendantennes voor elektromagnetische golven tussen 10 MHz en 10 GHz

ALGEMENE RICHTLIJNEN dansgelegenheden en dansactiviteiten

Transcriptie:

Voorstel Vlaamse reglementering maximaal geluidsniveau van muziek Afsluitend moment van het overleg over de ontwikkeling van een nieuwe wetgeving rond gehoorschade en muziek. Brussel, 19 januari 2011

Voorwoord In de zomer van 2009 barstte een publiek debat los over geluidsniveaus op muziekevenementen en toenemende gehoorschade. Bij het begin van mijn ministerschap ontving ik daarover vele ongeruste brieven en mails. Met het ontbreken van een reglementering om de bezoeker te beschermen, was ik vroeger ook als schepen van Jeugd geconfronteerd. Om tot een gedragen oplossing te komen, heb ik het initiatief genomen om alle belanghebbenden met kennis en ervaring op het terrein, samen te brengen. Dit voorstel is het resultaat van verschillende overlegmomenten met vele betrokkenen zoals oorspecialisten, geluidsdeskundigen en technici, organisatoren, zaaluitbaters, discotheken, de jeugdsector, gemeentediensten en andere overheden. Op 1 december 2009 vond een eerste rondetafelconferentie plaats waar de vraag naar een duidelijke wetgeving naar voren kwam. Na een grondige screening van binnen- en buitenlandse wetgeving werden in het voorjaar van 2010 enkele modellen in werkgroepen afgetoetst. Vervolgens werd de RIA (Reguleringsimpactanalyse) opgemaakt en vonden in het najaar van 2010 nog verschillende gesprekken met specialisten plaats. Dat alles resulteerde in een voorstel om VLAREM aan te passen. Er is gekozen voor een getrapt systeem met drie categorieën omdat het niet nodig is dat elke muziekactiviteit even hoge geluidsniveaus haalt. Flankerende maatregelen moeten het publiek als groep en individueel beschermen. Ik dank iedereen die het voorbije jaar op een constructieve manier aan dit voorstel heeft meegewerkt, in het bijzonder de administratie Leefmilieu. Joke Schauvliege Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur Voorstel Vlaamse reglementering maximaal geluidsniveau muziek in een inrichting-19 jan 2011 1

Voorstel voor nieuwe Vlaamse reglementering betreffende het maximale geluidsniveau van muziek in een inrichting. De nieuwe reglementering betreffende het maximale geluidsniveau van elektronisch versterkte muziek in een inrichting wordt ingevoegd in VLAREM, hoofdstuk 5.32 Ontspanningsinrichtingen en schietstanden en hoofdstuk 6.7 Niet-ingedeelde muziekinstallaties. De nieuwe wetgeving is enkel van toepassing in het Vlaamse Gewest. Het voorliggende voorstel is opgebouwd rond 3 categorieën en zal van toepassing zijn op de activiteiten in onderstaande tabel. Een ingedeelde inrichting is een inrichting waarvoor een milieuvergunning (klasse 1 of 2) dient aangevraagd of een melding (klasse 3) dient gedaan te worden. Voor ingedeelde en niet-ingedeelde inrichtingen gelden dezelfde voorwaarden tenzij uitdrukkelijk anders vermeld. Ingedeelde inrichtingen Feestzalen en lokalen met dansvloer > 100 m² Concertzalen Schouwspelzalen (CC ) NIEUW: Feestzalen en lokalen < 100 m² (onder bepaalde voorwaarden, zie verder) Niet-ingedeelde inrichtingen Feestzalen en lokalen met dansvloer > 100 m², occasioneel gebruik Lokale feestelijkheden en evenementen, fuiven Muziekfestivals 1. Maximaal geluidsniveau tot 90 db(a) L Aeq,15min en L Ceq,15min 105 db(c) de norm moet op elke voor het publiek toegankelijke plaats gerespecteerd worden; verplichte categorie voor activiteiten die in hoofdzaak bedoeld zijn voor kinderen jonger dan 16 jaar; EXTRA VOORWAARDE VOOR INGEDEELDE INRICHTINGEN: continu meten en registreren van het L Aeq,15min en verplichte voorafgaande opmaak van een grondplan met aanduiding van luidsprekers en meetpunt. 2. Maximaal geluidsniveau tussen 90 en 95 db(a) L Aeq,15min en L Ceq,15min 110 db(c) de norm moet op elke voor het publiek toegankelijke plaats gerespecteerd worden; informeren van het publiek over de gevolgen van gehoorschade; oordopjes (demping wordt niet gespecifieerd) verplicht ter beschikking stellen (mag tegen beperkte vergoeding); continu meten en registreren van het L Aeq,15min ; duidelijke visuele indicatie van het geluidsniveau minstens zichtbaar voor de verantwoordelijke voor het geluidsniveau; verplichte voorafgaande opmaak van een grondplan met aanduiding van luidsprekers en meetpunt. 3. Maximaal geluidsniveau tussen 95 en 100 db(a) L Aeq,15min en L Ceq,15min 115 db(c) de norm moet op elke voor het publiek toegankelijke plaats gerespecteerd worden; informeren van het publiek over de gevolgen van gehoorschade; oordopjes (demping wordt niet gespecifieerd) verplicht gratis ter beschikking stellen; continu meten en registreren van het L Aeq,15min en L Ceq,15min ; duidelijke visuele indicatie van het geluidsniveau zichtbaar voor de verantwoordelijke voor het geluidsniveau en voor het publiek; verplichte voorafgaande opmaak van een grondplan en geluidsplan. Voor andere activiteiten zoals muziek in (gewone) cafés en bioscopen, tijdens sportmanifestaties en dergelijke blijven de voorwaarden van het KB van 24 februari 1977 gelden. Het KB van 77 legt in de inrichting een maximaal geluidsniveau op van 90 db(a), gemeten met de trage karakteristiek ( L Amax,slow ). Dit komt ongeveer overeen met 83 db(a) L Aeq. Voorstel Vlaamse reglementering maximaal geluidsniveau muziek in een inrichting-19 jan 2011 2

1 Keuze van de categorie en verantwoordelijke voor de naleving van de wetgeving Voor ingedeelde inrichtingen geeft de uitbater van de inrichting bij aanvraag van de milieuvergunning of bij de melding aan tot welke categorie (1, 2 of 3) de inrichting behoort met dien verstande dat een activiteit bedoeld voor kinderen altijd onder 90 db(a) L Aeq,15min en L Ceq,15min 105 db(c) moet blijven (categorie 1). De uitbater is verantwoordelijk voor de naleving van de wetgeving. Voor niet-ingedeelde inrichtingen meldt de organisator de gekozen categorie (1,2 of 3) bij aanvraag van de activiteit. De organisator is verantwoordelijk voor de naleving van de wetgeving. De voorwaarden met betrekking tot hinder voor de omgeving blijven onverminderd gelden. 2 Bepaling van het geluidsniveau voor de verschillende categorieën 2.1 Combinatie LAeq en LCeq Op voorstel van de werkgroepen wordt gekozen voor de combinatie van een equivalent A- en C-gewogen geluidsniveau. Op deze manier worden de lage frequenties beter in kaart gebracht dan wanneer er enkel een A-gewogen geluidsniveau wordt opgelegd. De lage frequenties worden immers afgezwakt bij een A-gewogen geluidsniveau. Op voorstel van de werkgroepen bedraagt het verschil tussen L Aeq en L Ceq maximaal 15 db. Dit is een gemiddelde waarde die voor de meeste muziekstijlen van toepassing is. Geen van beide normen mag overschreden worden. 2.2 Beoordelingstijd Momenteel werkt men tijdens handhavingscontroles meestal met een beoordelingstijd van 3 minuten (ongeveer een liedje) of korter. Voor concerten, festivals is men meer gebaat bij een langere beoordelingstijd, bijvoorbeeld 30 minuten, om de nodige dynamiek in de muziek te kunnen verzekeren. Tijdens de werkgroepvergaderingen werd een compromis tussen beide situaties voorgesteld namelijk een beoordelingstijd van 15 minuten. 2.3 Definities L Aeq,T is het constant A-gewogen geluidsdrukniveau dat gedurende het tijdsinterval T dezelfde geluidsenergie zou veroorzaken als het werkelijk gemeten A-gewogen geluidsdrukniveau gedurende hetzelfde tijdsinterval T. De L Ceq,T is hetzelfde als de L Aeq,T, mits toepassing van de C-weging. Het is dus een uitgemiddelde waarde. L Amax,slow is het maximaal A-gewogen geluidsniveau gemeten met een trage reactie van de meter (1sec) op de reële fluctuaties van het geluidsdrukniveau. Het verschil tussen L Aeq,T en L Amax,slow wordt bepaald door de dynamiek van de muziek. Een verschil van maximaal 7 db kan aanzien worden als een realistische waarde voor de meeste muziekstijlen. 2.4 Bepaling van het maximaal geluidsniveau per categorie Categorie 1: Maximaal geluidsniveau tot 90 db(a) L Aeq,15min en L Ceq,15min 105 db(c) Tijdens het overleg is geopperd om een maximaal geluidsniveau op te leggen dat als aanvaardbaar (een kans van 5 à 10% op gehoorschade) voor occasionele bezoekers van muziekactiviteiten kan beschouwd worden. Regelmatige bezoekers moeten zichzelf extra beschermen door het dragen van gehoorbescherming. Er is een voorstel gedaan voor een maximaal geluidsniveau van 90 db(a) L Aeq,15min (dit komt ongeveer overeen met 97 db(a) L Amax,slow ). In de veronderstelling dat men gedurende ongeveer 4 uur per week aan dit geluidsniveau blootgesteld mag worden. Bij langere blootstelling of blootstelling aan hogere geluidsniveaus, wordt er vanuit gegaan dat er gehoorbescherming wordt gedragen. Voor kinderen is het echter niet altijd mogelijk om oordopjes te dragen, daarom worden activiteiten bedoeld voor kinderen beperkt tot categorie 1. De leeftijdsgrens wordt op 16 jaar gelegd. Categorie 2: Maximaal geluidsniveau tussen 90 en 95 db(a) L Aeq,15min en L Ceq,15min 110 db(c) Het maximaal geluidsniveau van de tweede categorie wordt vastgelegd op 95 db(a) L Aeq,15min. Op verschillende overlegmomenten is naar voor gekomen dat op een dansvloer (discotheken, fuiven, party s) een maximaal geluidsniveau tot 95 db(a) L Aeq,15min voldoende hoog is om er een aangename en kwalitatieve avond voor het publiek van te maken. Dit niveau is te vergelijken met een geluidsniveau van ongeveer 102 db(a) L Amax,slow. Voorstel Vlaamse reglementering maximaal geluidsniveau muziek in een inrichting-19 jan 2011 3

Categorie 3: Maximaal geluidsniveau tussen 95 en 100 db(a) L Aeq,15min en L Ceq,15min 115 db(c) Volgende elementen werden in overweging genomen: - op grote evenementen haalt het publiek alleen al een geluidsniveau boven 90 db(a); - de meeste bestudeerde buitenlandse regel- en wetgevingen leggen een norm op rond 100 db(a) L Aeq (dit komt overeen met ongeveer 107 db(a) L Amax,slow ); - bij de start van het festivalseizoen 2010, lanceerde de live-sector, onder impuls van de Federatie van Muziekfestivals, een charter waarin een geluidsniveau van 103 db(a) L Aeq,15min wordt voorgesteld; - gehoorspecialisten stellen steeds meer gehoorklachten vast. Ze voeren of ondersteunen al een aantal jaar sensibilisatieacties om de bevolking op de hoogte te brengen van het potentiële gevaar van hoge geluidsniveaus; - een maximaal geluidsniveau dat hoger ligt dan de aanvaardbare normen voor de kans op gehoorschade, is op het vlak van volksgezondheid enkel te verantwoorden mits toepassing van een aantal flankerende maatregelen. Het dragen van oordopjes is hierbij een belangrijke maatregel; - niemand kan verplicht worden om oordopjes te dragen. Daarom wordt, uitgaande van het voorzorgsprincipe en binnen de grenzen van de technische mogelijkheden en noden, het maximale geluidsniveau voor inrichtingen in categorie 3 op 100 db(a) L Aeq,15min vastgelegd. 3 Basisvoorwaarden voor de flankerende maatregelen van de categorieën 1, 2 en 3 3.1 De norm moet op elke voor het publiek toegankelijke plaats gerespecteerd worden Op elke voor het publiek toegankelijke plaats in de inrichting moet het opgelegde maximale geluidsniveau gerespecteerd worden. Er moet dus voldoende afstand zijn tussen bezoekers en luidsprekers. Indien nodig moet een publieksvrije zone rond de luidsprekers gecreëerd worden. Hiervoor wordt geen minimumafstand opgelegd aangezien dit voor elke locatie en activiteit anders zal zijn. 4 Bijkomende voorwaarden voor de flankerende maatregelen voor de ingedeelde inrichtingen in categorie 1 maximaal geluidsniveau tot 90 db(a) L Aeq,15min 4.1 Continu meten en registreren van het L Aeq,15min Net als in verschillende buitenlandse regelingen wordt in de nieuwe wetgeving een permanente opvolging en registratie van het geluidsniveau opgelegd. Hierdoor kan er ook na afloop van een muziekactiviteit nagegaan worden of er overschrijdingen zijn geweest. Dit kan bijvoorbeeld met behulp van een logger die het geluidsniveau registreert. Dergelijk toestel biedt ook de mogelijkheid om te sanctioneren bij overschrijding bijvoorbeeld door een lichtsignaal of door het afsnijden van de stroomtoevoer. Dit is echter een drastische maatregel. Indien het aftoppen van het geluidssignaal gewenst is, kan dit eleganter gebeuren door de combinatie van een logger met een limiter (en eventueel een meetmicrofoon). Hierdoor wordt het geluidsniveau bij overschrijding gelijkmatig afgezwakt zodat de muziek niet abrupt wordt afgebroken. De toestellen bieden de mogelijkheid om een extern beeldscherm aan te sluiten. Hierdoor kan de verantwoordelijke voor het geluidsniveau, het geluidsniveau op een eenvoudige manier opvolgen. Er bestaan echter ook andere systemen. Zo kan het geluidsniveau geregistreerd worden met behulp van een meetmicrofoon die verbonden is met een laptop met gespecialiseerd softwarepakket. Beide combinaties vragen een paswoord of sleutel voor het wijzigen van de instellingen. Beide vormen van registratietoestellen worden nu al gebruikt in vaste inrichtingen maar bijvoorbeeld ook op (stads)festivals. Voor vaste inrichtingen is de aankoop en installatie slechts eenmalig. Voor eenmalige activiteiten zou de aankoop en installatie gecentraliseerd kunnen worden bijvoorbeeld binnen de gemeente of door verhuurbedrijven van geluidsmateriaal. Momenteel zijn er een aantal gemeenten die al op deze manier werken. Er wordt voorgesteld om het A-gewogen geluidsniveau (L Aeq,15min ) verplicht te laten meten en registreren voor de ingedeelde inrichtingen van categorie 1, dit in hoofdzaak met het oog op handhaving (zie verder). Het L Ceq,15min dient in dit geval niet verplicht geregistreerd te worden maar kan ter controle opgevolgd worden bijvoorbeeld met behulp van een eenvoudige klasse II-sonometer. Het is evenwel niet de bedoeling om in deze wetgeving het gebruik van een limiter, die het geluidsniveau automatisch aftopt, te verplichten. Voorstel Vlaamse reglementering maximaal geluidsniveau muziek in een inrichting-19 jan 2011 4

De niet-ingedeelde inrichtingen categorie 1 worden niet verplicht om het geluidsniveau continu te meten en te registreren. 4.2 Opmaak van een grondplan met aanduiding van luidsprekers en meetpunt Voor inrichtingen die het geluid moeten registreren, is het verplicht om een grondplan op te maken. Voor categorie 1 zijn dit enkel de ingedeelde inrichtingen. Het grondplan bevat op schaal minstens: de plattegrond van de volledige voor het publiek toegankelijke ruimte, de locatie van de luidsprekers, de meetplaats met indicatie van de meethoogte en de plaats waar het geluidsniveau wordt geregeld. 5 Bijkomende voorwaarden voor de flankerende maatregelen voor zowel ingedeelde als nietingedeelde inrichtingen in categorie 2 maximaal geluidsniveau tussen 90 en 95 db(a)l Aeq,15min 5.1 Informeren van het publiek over de gevolgen van gehoorschade Aangezien er ook inspanningen van het publiek gevraagd worden, is het in eerste instantie noodzakelijk om bezoekers op voldoende wijze te informeren. Dit gebeurt minstens aan de ingang van de inrichting, op een duidelijk zichtbare plaats. Om deze informatie eenduidig te maken, wordt voorgesteld dit te doen door middel van een standaardtekst die in de wetgeving wordt opgenomen. Deze kan als volgt luiden: In deze inrichting wordt u blootgesteld aan een geluidsniveau L Aeq,15min van maximaal db(a). Bij langdurige blootstelling aan hoge geluidsniveaus is er kans op gehoorschade. Het is aanbevolen om persoonlijke gehoorbescherming te dragen. Er zal eveneens gespecifieerd worden op welke wijze dit moet gebeuren: plaats, grootte, lettertype. 5.2 Persoonlijke gehoorbescherming - oordopjes Zoals hoger al aangegeven kan een geluidsniveau tot 90 db(a) L Aeq,15min gedurende 4 uur als aanvaardbaar beschouwd worden. Het dragen van oordopjes is uiteraard steeds aan te bevelen maar voor categorie 1 wordt de verdeling ervan niet opgelegd aan de organisatoren. Dit is wel het geval voor categorie 2. De organisator is verplicht om gehoorbescherming voor eenmalig gebruik aan te bieden. Dit kan bijvoorbeeld door het plaatsen van een automaat aan de ingang van de inrichting. De oordopjes mogen tegen een kleine vergoeding aangeboden worden. Er worden geen verdere specificaties voor de kwaliteit en het dempend vermogen van de oordopjes opgelegd. Aangezien bezoekers niet verplicht kunnen worden oordopjes mee te brengen naar een muziekactiviteit, zijn de organisatoren en/of zaaluitbaters de meest aangewezen partij om oordopjes te verdelen. 5.3 Continu meten en registreren van het L Aeq,15min Alle inrichtingen, zowel ingedeelde als niet-ingedeelde, die kiezen voor categorie 2 zijn verplicht het A- gewogen(l Aeq,15min ) geluidsniveau continu te meten en te registreren. 5.4 Duidelijke visuele indicatie van het geluidsniveau zichtbaar voor de verantwoordelijke voor het geluidsniveau Om het geluidsniveau binnen de verplichte normen te houden, heeft de verantwoordelijke voor het geluidsniveau nood aan informatie over het geproduceerde geluidsniveau. Voor inrichtingen vanaf categorie 2 is het verplicht om aan de installatie die het geluidsniveau meet en registreert een extern beeldscherm te koppelen. Het beeldscherm moet het L Aeq,15min, gemeten waar het publiek aan het hoogste geluidsniveau wordt blootgesteld, op een duidelijke manier weergeven. Een eventuele correctiefactor (zie verder) wordt verrekend in het cijfer dat zichtbaar is op het beeldscherm. Het beeldscherm moet duidelijk zichtbaar zijn voor minstens de verantwoordelijke voor het geluidsniveau. 5.5 Opmaak van een grondplan met aanduiding van luidsprekers en meetpunt Zelfde voorwaarden als voor de ingedeelde inrichtingen in categorie 1. Voorstel Vlaamse reglementering maximaal geluidsniveau muziek in een inrichting-19 jan 2011 5

6 Bijkomende voorwaarden voor de flankerende maatregelen voor zowel ingedeelde als nietingedeelde inrichtingen in categorie 3 maximaal geluidsniveau van 95 tot 100 db(a) L Aeq,15min 6.1 Informeren van het publiek over de gevolgen van gehoorschade Voor alle inrichtingen in categorie 3 gelden dezelfde voorwaarden als voor de inrichtingen in categorie 2. 6.2 Persoonlijke gehoorbescherming - oordopjes Dezelfde voorwaarden als voor inrichtingen in categorie 2 gelden met dit verschil dat de gehoorbescherming voor eenmalig gebruik gratis moet worden aangeboden. 6.3 Continu meten en registreren van het geluidsniveau in L Aeq,15min en L Ceq,15min Voor inrichtingen in categorie 3 moet zowel het L Aeq,15min als het L Ceq,15min geluidsniveau continu gemeten en geregistreerd worden. 6.4 Duidelijke visuele indicatie van het geluidsniveau zichtbaar voor de verantwoordelijke voor het geluidsniveau en het publiek Voor categorie 3 gelden dezelfde voorwaarden als voor categorie 2. Bijkomend moet echter ook voor het publiek het L Aeq,15min zichtbaar zijn en voor de verantwoordelijke voor het geluidsniveau zowel het L Aeq,15min als het L Ceq,15min. 6.5 Opmaak van een grondplan en geluidsplan Voor inrichtingen in categorie 3 is het verplicht een grondplan en een geluidsplan op te maken. Het geluidsplan heeft tot doel een oordeelkundige plaatsing van het geluidssysteem te bekomen. Het geluidsplan moet op schaal minstens het volgende weergeven: optimale opstelling en keuze van de luidsprekers rekening houdend met een zo gelijkmatig mogelijke verdeling van het geluid over de voor het publiek toegankelijke ruimte, minstens 4 beoordelingspunten waarvan het geluidsniveau gekend is, de meetplaats met indicatie van het geluidsniveau, de correctiefactor die toegepast dient te worden, de plaats waar het geluidsniveau wordt geregeld en de plattegrond van de volledige voor het publiek toegankelijke ruimte. 7 Meetomstandigheden, eisen gesteld aan de meetketen en handhaving Om ervoor te zorgen dat de maximale geluidsniveaus op een eenduidige manier worden gemeten, moeten nog een aantal bijkomende specificaties worden opgenomen in het VLAREM-voorstel. 7.1 Algemene eisen voor de categorieën 1, 2 en 3 De registratieapparatuur dient minstens te voldoen aan de eisen gesteld voor klasse II-meetinstrumenten volgens de IEC-normen en moet ten minste het L Aeq,15min kunnen registreren (voor categorie 3 moet ook het L Ceq,15min geregistreerd worden). Het registratietoestel moet zo geïnstalleerd worden dat het niet kan gemanipuleerd worden door derden. Dit geldt ook voor de meetmicrofoon. De meetplaats dient te voldoen aan volgende voorwaarden: de meetplaats bevindt zich in een zone waar het publiek direct is blootgesteld aan de geluidsniveaus; de meetplaats bevindt zich in een zone die toegankelijk is voor het publiek en op minstens 0,5 meter van gelijk welke geluidsbron; tenzij anders vastgesteld in de milieuvergunning wordt de meetplaats voor continu meten en registreren vastgelegd op ten hoogste 3 meter boven de dansvloer, centraal tussen de luidsprekers. Indien dit om praktische redenen niet mogelijk is, dient een correctiefactor bepaald en toegepast te worden. Hiermee kan het verschil in geluidsdrukniveau tussen de meetplaats (bijvoorbeeld Front of House) en de beoordelingsplaats (hoogste blootstelling) vastgesteld worden. Voor elke activiteit moet een verantwoordelijke voor het naleven van het geluidsniveau worden aangeduid. Deze verantwoordelijke is het aanspreekpunt voor de handhaver. Voorstel Vlaamse reglementering maximaal geluidsniveau muziek in een inrichting-19 jan 2011 6

7.2 Bijzondere eisen voor de meetketen voor niet-ingedeelde inrichtingen in categorie 1 - maximaal geluidsniveau tot 90 db(a) L Aeq,15min Er wordt geen verplichting tot continu meten en registreren opgelegd. De organisator kan, ter informatie, het geluidsniveau opvolgen met behulp van een geluidsmeter klasse II. Het opleggen van een geluidsniveau uitgedrukt in L Aeq,15min brengt met zich mee dat handhavers hun huidige manier van handhaven, namelijk door middel van een zeer korte meting, niet kunnen toepassen. Voor de inrichtingen waar geen continue meting en registratie verplicht is, zal in de wetgeving de mogelijkheid gecreëerd worden om te handhaven aan de hand van een L Amax,slow. Het geluidsniveau mag in dat geval maximaal 97 db(a) L Amax,slow zijn (zie ook hoger voor verschil tussen L Aeq,15min en L Amax,slow ). 7.3 Bijzondere eisen voor de meetketen voor ingedeelde inrichtingen in categorie 1 - maximaal geluidsniveau tot 90 db(a) L Aeq,15min Het continu meten en registreren van het L Aeq,15min wordt opgelegd voor ingedeelde inrichtingen vanaf categorie 1. De rapporten moeten door de uitbater minstens gedurende 1 kalendermaand bewaard worden en kunnen in die periode ten allen tijden opgevraagd worden door de handhavende overheid. Het registratietoestel moet zo geplaatst worden dat het niet manipuleerbaar is door derden. Dit geldt ook voor de meetmicrofoon. De installatie moet door de installateur gecontroleerd worden op de voor onderhoud voorziene tijdstippen en om de 24 maanden door een erkend milieudeskundige in de discipline geluid en trillingen. Het toestel moet zo geconfigureerd zijn, dat enkel bevoegde personen de instellingen kunnen wijzigen. Een korte meting in L Amax,slow kan in dit geval enkel als knipperlicht dienen. Bij controle of bij vermoeden van problemen met het registratiesysteem kan bijvoorbeeld wel het meettoestel van de handhaver gedurende 15 minuten het geluidsniveau registreren parallel met het logapparaat. Op die manier kan de correctheid van de gegevens van de logger geverifieerd worden. 7.4 Bijzondere eisen voor de meetketen voor zowel ingedeelde als niet-ingedeelde inrichtingen in categorie 2 - een maximaal geluidsniveau tussen 90 en 95 db(a) L Aeq,15min Het is verplicht voor alle inrichtingen (ingedeelde en niet-ingedeelde) om het L Aeq,15min continu te meten en te registreren. Het is eveneens verplicht om aan de installatie die het geluidsniveau meet en registreert een extern beeldscherm te koppelen. Het beeldscherm moet het L Aeq,15min, gemeten waar het publiek aan het hoogste geluidsniveau wordt blootgesteld, op een duidelijke manier weergeven. Een eventuele correctiefactor wordt verrekend in het cijfer dat zichtbaar is op het beeldscherm. De verantwoordelijke voor het geluidsniveau moet zicht hebben op dit beeldscherm. Verder gelden dezelfde voorwaarden als voor ingedeelde inrichtingen in categorie 1. 7.5 Bijzondere eisen voor de meetketen voor zowel ingedeelde als niet-ingedeelde inrichtingen in categorie 3 - een maximaal geluidsniveau tussen 95 en 100 db(a) L Aeq,15min Het is verplicht voor alle inrichtingen (ingedeelde en niet-ingedeelde) om de geluidsniveaus continu te registreren zowel in L Aeq,15min en L Ceq,15min. Zowel het publiek als de verantwoordelijke voor het geluidsniveau, moet zicht hebben op het L Aeq,15min. De verantwoordelijke voor het geluidsniveau moet bovendien ook zicht hebben op het L Ceq,15min. Verder gelden dezelfde voorwaarden als voor de inrichtingen in categorie 2. 7.6 Eisen voor de opmaak van een grondplan met aanduiding van luidsprekers en meetpunt voor ingedeelde inrichtingen in categorie 1 en zowel ingedeelde als niet-ingedeelde inrichtingen in categorie 2 Het is verplicht een grondplan van de inrichting op te maken. Het grondplan bevat minstens op schaal: de plattegrond van de volledige voor het publiek toegankelijke ruimte, de locatie van de luidsprekers, de meetplaats met indicatie van de meethoogte en de plaats waar het geluidsniveau wordt geregeld. Voor ingedeelde inrichtingen met een vaste geluidsinstallatie dient het grondplan gevoegd te worden bij de aanvraag van de milieuvergunning of bij de melding. Bij aanvraag en om de 24 maanden of bij verandering van de geluidsinstallatie, dient dit grondplan gecontroleerd te worden door een erkend milieudeskundige in de discipline geluid en trillingen. (Dit geldt niet voor een vaste geluidsinstallatie die niet voor muziekactiviteiten wordt gebruikt.) Voorstel Vlaamse reglementering maximaal geluidsniveau muziek in een inrichting-19 jan 2011 7

Voor ingedeelde inrichtingen met een wisselende geluidsinstallatie (afhankelijk van de productie) dient het grondplan ter beschikking gesteld te worden van de handhavers. Dit minstens op de dag van de activiteit zelf en tot 1 maand na de activiteit. (Dit kan betekenen dat sommige inrichtingen zowel bij aanvraag van de milieuvergunning of bij de melding als per productie een grondplan moeten opmaken.) Voor niet-ingedeelde inrichtingen moet het grondplan ingediend worden bij aanvraag van de activiteit. 7.7 Eisen voor de opmaak van een grondplan en geluidsplan voor zowel ingedeelde als niet-ingedeelde inrichtingen in categorie 3 Het geluidsplan heeft tot doel een oordeelkundige plaatsing van het geluidssysteem te bekomen. Het geluidsplan moet minstens op schaal het volgende weergeven: optimale opstelling en keuze van de luidsprekers rekening houdend met een zo gelijkmatig mogelijke verdeling van het geluid over de voor het publiek toegankelijke ruimte, minstens 4 beoordelingspunten waarvan het geluidsniveau gekend is, de meetplaats met indicatie van het geluidsniveau, de correctiefactor die toegepast dient te worden, de plaats waar het geluidsniveau wordt geregeld en de plattegrond van de volledige voor het publiek toegankelijke ruimte. Het grondplan en het geluidsplan worden opgesteld in opdracht van de organisator door iemand met kennis van zaken. Voor ingedeelde inrichtingen met een vaste geluidsinstallatie dient het grondplan en het geluidsplan gevoegd te worden bij de aanvraag van de milieuvergunning of bij de melding. Bij aanvraag en om de 24 maanden of bij verandering van de geluidsinstallatie, dient dit grondplan en geluidsplan gecontroleerd te worden door een erkend milieudeskundige in de discipline geluid en trillingen.(dit geldt niet voor een vaste geluidsinstallatie die niet voor muziekactiviteiten wordt gebruikt.) Voor ingedeelde inrichtingen met een wisselende geluidsinstallatie (afhankelijk van de productie) dient het grondplan en het geluidsplan ter beschikking gesteld te worden van de handhavers. Dit minstens op de dag van de activiteit zelf en tot 1 maand na de activiteit. (Dit kan betekenen dat sommige inrichtingen zowel bij aanvraag van de milieuvergunning of bij de melding als per productie een grondplan en geluidsplan moeten opmaken.) Voor niet-ingedeelde inrichtingen moet het grondplan en het geluidsplan ingediend worden bij aanvraag van de activiteit. 8 Bijkomende afwegingen voor lokalen met een oppervlakte < 100 m² Op dit moment is er met betrekking tot inrichtingen die kleiner zijn dan 100 m² een hiaat in de wetgeving. Deze inrichtingen vallen onder het KB van 1977 waardoor ze strenger beoordeeld worden (norm in inrichting is 90 db(a) L Amax,slow ). Maar eigenlijk is er geen reden om een onderscheid te maken tussen een danscafé van pakweg 105 m² en een van 95 m². Het zou dan ook aangewezen zijn te zoeken naar een VLAREM-technische mogelijkheid om inrichtingen waar een hoger geluidsniveau in de inrichting te rechtvaardigen is, hier ook de kans toe te geven (bv. kleinere danscafés of zaken waar regelmatig concertjes worden georganiseerd). Volgens de huidige voorschriften (VLAREM, niet-ingedeelde inrichtingen) mag voor uitzonderlijke activiteiten maximaal 12 keer per jaar een afwijking worden aangevraagd. In principe kan voor een café dan ook maximum 12 keer per jaar een afwijking worden gevraagd om een activiteit te organiseren die een hoger geluidsniveau vraagt, bijvoorbeeld een optreden. Maar dit is niet voldoende voor een aantal inrichtingen. Volgende VLAREM-wijziging wordt voorgesteld om inrichtingen waar een hoger geluidsniveau gewenst is, hiertoe de kans te geven: Voorstel Vlaamse reglementering maximaal geluidsniveau muziek in een inrichting-19 jan 2011 8

8.1 Introduceren van een nieuwe VLAREM-(sub)rubriek in hoofdstuk 5.32 of de bestaande rubriek wijzigen. Er wordt een nieuw selectiecriterium geïntroduceerd waardoor het mogelijk is om structureel af te wijken van het KB van 77. Dit betekent dat de mogelijkheid wordt gegeven aan cafés en lokalen en feestzalen < 100 m² om een hoger geluidsniveau te produceren dan toegelaten door het KB van 24 februari 1977. Zij moeten hiervoor, net zoals de andere permanente inrichtingen, een klasse 2 vergunning aanvragen. Dit betekent dat ook de beoordeling van het omgevingsgeluid op basis van VLAREM zal gebeuren met dien verstande dat de voorwaarden voor de omgeving zoals gesteld in het KB van 24 februari 1977 globaal worden behouden. 9 Handhaving De nieuwe wetgeving zal gehandhaafd worden volgens het Milieuhandhavingsdecreet. Dat wil zeggen dat overtredingen strafrechtelijk of administratief vervolgd kunnen worden. Het niet nakomen van administratieve verplichtingen zoals het registreren van het geluidsniveau en de opmaak van grondplan en geluidsplan zullen als milieu-inbreuk geverbaliseerd worden. Het niet nakomen van de niet-administratieve verplichtingen zoals het maximaal geluidsniveau zullen als milieumisdrijf geverbaliseerd worden. 10 Correlatie met hinder De maximale geluidsniveaus opgegeven in deze nieuwe regelgeving zijn van toepassing op de bescherming van het publiek tegen gehoorschade. Het blijft echter mogelijk om deze normen te verstrengen indien dit noodzakelijk is voor de lokale situatie met betrekking tot hinder voor de omgeving. Voor ingedeelde inrichtingen zijn de voorwaarden van VLAREM van toepassing. Voor niet-ingedeelde inrichtingen kan dit door de gemeente bepaald worden. Voorstel Vlaamse reglementering maximaal geluidsniveau muziek in een inrichting-19 jan 2011 9