v o o r d r a c h t 13 september 2016 Corr.nr. 2016-52.354, RS Nummer 64/2016 Zaaknr. 645409 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen over het nemen van een voorbereidingsbesluit met het oog op de toepassing van het Groninger Verdienmodel bij uitbreiding van een agrarisch bedrijf op een aangrenzend agrarisch bouwperceel. 1. Samenvatting In de Omgevingsverordening provincie Groningen 2016 is bepaald dat een bestemmingsplan niet voorziet in uitbreiding van een agrarisch bouwperceel tot een omvang groter dan twee hectare. Een uitzondering hierop geldt voor een bestemmingsplan dat gebaseerd is op een door ons verleende omgevingsvergunning voor uitbreiding van een agrarisch bedrijf. Daarbij is de provinciale Omgevingsvisie richtinggevend. Dat betekent onder meer dat het Groninger Verdienmodel van toepassing is. In de praktijk is gebleken dat het mogelijk is dat een agrarisch bedrijf uitbreidt op een aangrenzend agrarisch bouwperceel waarop geen bedrijf meer wordt geëxploiteerd. Daarbij kan sprake zijn van een situatie die planologisch vergelijkbaar is met het uitbreiden van een agrarisch bouwperceel tot een grotere omvang dan 2 hectare. Omdat in die situatie gebruik wordt gemaakt van bestaande bouwrechten is op dit moment het Groninger Verdienmodel niet van toepassing. Met een provinciaal inpassingsplan, waarvoor wij een ontwerp in procedure gaan brengen, kunnen dergelijke situaties worden voorkomen. Totdat het inpassingsplan van kracht wordt, kunnen bestaande bouwrechten echter worden benut waardoor het provinciaal beleid wordt doorkruist. Zoals u eerder is toegezegd doen wij u een voorstel om dit te vermijden door te verklaren dat een provinciaal inpassingsplan wordt voorbereid. Het rechtsgevolg van dit voorbereidingsbesluit is dat de beslissing op aanvragen om een omgevingsvergunning voor - in dit geval de bouw van nieuwe veestallen - door het bevoegd gezag dient te worden aangehouden totdat het inpassingsplan in werking is getreden. 2. Doel en wettelijke grondslag Doel van deze voordracht is u een voorbereidingsbesluit als bedoeld in artikel 3.7 van de Wet ruimtelijke ordening te laten nemen. 3. Procesbeschrijving en planning Naar aanleiding van de uitbreiding van een melkrundveehouderijbedrijf te Wedderveer op een aangrenzend agrarisch bouwperceel, hebben wij - op uw verzoek - in overleg met de Vereniging van Groningse Gemeenten onderzocht wat de mogelijkheden zijn om omzeiling van het Groninger Verdienmodel te voorkomen. Bij brief van 19 april 2016 hebben wij u laten weten dat wij tot de conclusie zijn gekomen dat een provinciaal inpassingsplan voor het beoogde doel het meest geschikte instrument is. In uw vergadering van 6 juli 2016 is een motie ingediend waarin ons werd gevraagd om - in afwachting van het inpassingsplan - u een voorstel te doen toekomen om een voorbereidingsbesluit te nemen. Wij hebben dit vervolgens toegezegd, waarop de motie is ingetrokken. De voorbereiding van het inpassingsplan heeft inmiddels een aanvang genomen. Nadat over het voorontwerp overleg is gevoerd met onder meer gemeenten en LTO-Noord, zal het ontwerp van het inpassingsplan naar verwachting in de eerste helft van 2017 voor een periode van zes weken ter visie worden gelegd. Gedurende deze periode kan een ieder hierop een zienswijze indienen bij 64-1
uw Staten. Verwacht wordt dat u uiterlijk in uw vergadering van 11 oktober 2017 een besluit kunt nemen tot vaststelling van het inpassingsplan. 4. Begroting Aan het nemen van het voorbereidingsbesluit zijn geen kosten verbonden. De kosten die met het inpassingsplan gemoeid zijn worden geraamd op 16.950,-, excl. Btw. Deze kosten worden gedekt uit de Begroting 2016 en de Begroting 2017 van het programma 1. Leven en wonen in Groningen, Productgroep 9101 Ruimtelijke Ontwikkeling, 910101 Algemeen (krediet 691100). 5. Inspraak/participatie Voor het nemen van een voorbereidingsbesluit is geen inspraakprocedure voorgeschreven. Ook hoeft niet de mogelijkheid te worden geboden om een zienswijze tegen het ontwerpbesluit in te dienen. 6. Nadere toelichting In de Omgevingsverordening provincie Groningen 2016 is bepaald dat een bestemmingsplan niet voorziet in nieuwvestiging of uitbreiding van een agrarisch bouwperceel tot een omvang groter dan twee hectare. In afwijking daarvan kan een bestemmingsplan voorzien in een agrarisch bouwperceel met een omvang tussen de twee en de vier hectare, als die omvang gebaseerd is op een door ons verleende omgevingsvergunning voor uitbreiding van een melkrundveehouderijbedrijf. Een dergelijke vergunning wordt slechts verleend als de uitkomst van de maatwerkmethode dat rechtvaardigt en tevens voldaan wordt aan het Groninger Verdienmodel. In de provincie doen zich echter situaties voor waarin een bestaand melkrundveehouderijbedrijf kan uitbreiden door gebruik te maken van een aangrenzend agrarisch bouwperceel, waarbij feitelijk sprake is van bedrijfsuitbreiding die de schaal van een agrarisch bouwperceel van 2 hectare te boven gaat, zonder dat de maatwerkmethode wordt toegepast en aan het Groninger Verdienmodel wordt voldaan. Van een dergelijke situatie is sprake als tussen de bedrijfsonderdelen op de in gebruik zijnde bouwpercelen een organisatorische, functionele of technische verbondenheid bestaat. Dit achten wij onwenselijk indien de afstand tussen agrarische bouwpercelen 50 meter of kleiner is. In dat geval kan de bebouwing op beide agrarische bouwpercelen zich als één bebouwingsconcentratie manifesteren. Het is daarom noodzakelijk dat een provinciaal inpassingsplan wordt vastgesteld dat er in voorziet dat binnen agrarische bouwpercelen die op en afstand van 50 meter of minder van elkaar gelegen zijn en die gelet op de organisatorische, functionele of technische verbondenheid van de bedrijfsactiviteiten tot hetzelfde bedrijf behoren, geen schaalvergroting kan plaatsvinden als de gezamenlijke oppervlakte van die bouwpercelen meer dan 2 hectare bedraagt. Totdat het ontwerp-inpassingsplan ter visie wordt gelegd, kunnen de ongewenste ontwikkelingen zich echter blijven voordoen. Om dit te vermijden dient een voorbereidingsbesluit te worden genomen voor het gehele provinciale grondgebied. Een voorbereidingsbesluit is een verklaring dat een bestemmingsplan of (in dit geval) een inpassingsplan wordt voorbereid. Het gevolg van een voorbereidingsbesluit is dat het bevoegd gezag de beslissing op (alle) aanvragen om omgevingsvergunning voor het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen, veranderen of vergroten van bouwwerken moet aanhouden, in de periode dat het bestemmingsplan/inpassingsplan nog niet van kracht is. Gelet op het doel van het inpassingsplan wordt voorgesteld om deze aanhoudingsplicht te beperken tot aanvragen voor het oprichten of vergroten van veestallen binnen agrarische bouwpercelen die op een afstand van 50 meter of minder van elkaar zijn gelegen en die gelet op de organisatorische, functionele of technische verbondenheid van de bedrijfsactiviteiten tot hetzelfde bedrijf behoren, als de gezamenlijke oppervlakte van die bouwpercelen meer dan 2 hectare bedraagt. Een voorbereidingsbesluit vervalt, indien niet binnen een jaar na de datum van inwerkingtreding daarvan een ontwerp voor een inpassingsplan ter inzage is gelegd. Een voorbereidingsbesluit vervalt tevens op het moment waarop het inpassingsplan ter voorbereiding waarvan het besluit is genomen, in werking treedt. 7. Geheimhouding Niet van toepassing. 64-2
8. Voorstel Wij stellen u voor het in ontwerp bij deze voordracht gevoegde besluit vast te stellen. Groningen, 13 september 2016. Gedeputeerde Staten van Groningen: F.J. Paas, voorzitter. H.J. Bolding, secretaris. Behandeld door : P.H.K. Bijl Telefoonnummer : 050-316 4778 e-mail : p.bijl@provinciegroningen.nl Bijlagen bij de voordracht geen 64-3
Nr. 64/2016 Provinciale Staten van Groningen: Gelezen de voordracht van Gedeputeerde Staten van 13 september 2016, nr. 2016-52.354, RS; Gelet op - artikel 3.26 juncto artikel 3.7 van de Wet ruimtelijke ordening; - artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; Besluiten: 1. Te verklaren dat een provinciaal inpassingsplan als bedoeld in artikel 3.26, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening wordt voorbereid dat betrekking heeft op de bij dit besluit horende verbeelding, digitaal vervat in het GML-bestand NL.IMRO.9920.VBagrarischebouwpc-VA01, voor alle agrarische bouwpercelen binnen de provincie Groningen, dat er in voorziet dat binnen agrarische bouwpercelen die op een afstand van 50 meter of minder van elkaar gelegen zijn en die gelet op de organisatorische, functionele of technische verbondenheid van de bedrijfsactiviteiten tot hetzelfde bedrijf behoren, geen schaalvergroting kan plaatsvinden als de gezamenlijke oppervlakte van die bouwpercelen meer dan 2 hectare bedraagt. 2. Te bepalen dat de verplichting om de beslissing op een aanvraag om een omgevingsvergunning op grond van artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht aan te houden alleen betrekking heeft op het oprichten of vergroten van veestallen binnen de onder 1 bedoelde bouwpercelen. 3. Te bepalen dat het voorbereidingsbesluit als bedoeld onder 1 in werking treedt op de dag na kennisgeving van dit besluit. Groningen, Provinciale Staten voornoemd: F.J. Paas, voorzitter. H. Engels-van Nijen, griffier. Bijlagen bij het besluit Nr. Titel Soort bijlage 1 Voorbereidingsbesluit met het oog op de toepassing van het Groninger Verdienmodel bij uitbreiding van een agrarisch bedrijf op een aangrenzend agrarisch bouwperceel. Kaart NL.IMRO.9920. VBagrarischebouwpc- VA01 64-4
Toelichting bij het besluit Het voorbereidingsbesluit met bijbehorende kaart ligt met ingang van de dag na kennisgeving van het besluit, gedurende 6 weken tijdens openingstijden ter inzage in de mediatheek van het provinciehuis aan de Sint Jansstraat 4 te Groningen. Het besluit is tevens beschikbaar op de provinciale website www.provinciegroningen.nl en op de landelijke website www.ruimtelijke plannen.nl. Een voorbereidingsbesluit is geen besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht. Tegen het voorbereidingsbesluit kan geen bezwaar of beroep worden ingesteld. 64-5