van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

Vergelijkbare documenten
Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid (hierna: "het Comité"); Gelet op de aanvraag van Saris Aanhangers BV ontvangen op 22/03/2017;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna: "WVP"), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

Gelet op de aanvraag van van het Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen ontvangen op 20/06/2013;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

Gelet op de aanvraag van de Federale Overheidsdienst Financiën (hierna de FOD Finanaciën) ontvangen op 17/11/2008;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

Gelet op de aanvraag van de Algemene Directie Civiele veiligheid van de FOD Binnenlandse Zaken ontvangen op 13/08/2012;

Gelet op de aanvraag van het Parlement van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ontvangen op 15/10/2013;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna: "WVP"), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

Gelet op de aanvraag van het Departement Landbouw en Visserij, ontvangen op 31/05/2012;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid (hierna "het Comité");

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna: "WVP"), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna: "WVP"), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het Comité");

Gelet op de aanvraag van de Chef Defensie ontvangen op 23/08/2010; Gelet op de bijkomende informatie ontvangen op 16 en 24/11/2010;

Gelet op de aanvraag van het Belgische Rode Kruis ontvangen op 11/10/2011;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna: "WVP"), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

Gelet op de aanvraag van de Voorzitter van de CFI, ontvangen op 07/02/2018; Gelet op de bijkomende inlichtingen ontvangen op 09/03/2018;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Gelet op de aanvraag van de Algemene Directie Civiele veiligheid van de FOD Binnenlandse Zaken ontvangen op 27/09/2013;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister (hierna "het Comité");

Gelet op de aanvraag van de Universiteit Gent, Faculteit Diergeneeskunde, ontvangen op 11/07/2014;

Gelet op de aanvraag van de Dienst Administratieve Vereenvoudiging ontvangen op 19/10/2010;

Gelet op de aanvraag van het Vlaams Subsidieagentschap voor Werk en Sociale Economie ontvangen op 25/10/2011;

Gelet op de aanvraag van Dhr. Bernard Buyse, Voorzitter Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders ontvangen op 15/04/2010;

1. De Vlaamse Toezichtcommissie voor het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer (hierna: "VTC");

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Gelet op de aanvraag van de gemeente Evere (hierna de aanvrager), ontvangen op 02/02/2015; Gelet op de bijkomende informatie ontvangen op 16/03/2015

Gelet op de aanvraag van Dhr. Vander Auwera ontvangen op 23/02/2012;

Gelet op de aanvraag van de FOD Financiën, ontvangen op 17/12/2015;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid (hierna het "Comité");

Gelet op de aanvraag van de Directeur-generaal van de POD Maatschappelijke Integratie ontvangen op 05/12/2012;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

Gelet op de aanvraag van de gemeente Sint-Agatha-Berchem ontvangen op 20/05/2014;

Sectoraal comité van het Rijksregister

Gelet op de aanvraag van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin ontvangen op 04/02/2011;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het comité");

Gelet op de aanvraag van de VZW Belpork, ontvangen op 11/08/2017; Gelet op de bijkomende informatie ontvangen op 1/09/2017;

Gelet op de aanvraag van het Agentschap Inspectie RWO ontvangen op 12/09/2011;

Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid (hierna: het "Comité");

1. De Vlaamse Toezichtcommissie voor het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer (hierna: "VTC");

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis en 36bis;

Gelet op de aanvraag van Eandis System Operator cvba, ontvangen op 04/05/2016;

1/7. persoonlijke. du Crédit 22/07/2015; Gelet op de. van Société. aanvraag

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het Comité");

Gelet op de aanvraag van Mevr. A. Versonnen, Directeur-generaal a.i. ADSEI ontvangen op 17/12/2009;

1. De Vlaamse Toezichtcommissie voor het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer (hierna: "VTC");

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

Gelet op de aanvraag van de Algemene Directie Civiele veiligheid van de FOD Binnenlandse Zaken ontvangen op 12/09/2014;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna: "WVP"), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer (hierna "de Commissie");

Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid (hierna: "het Comité");

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna: "WVP"), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

1. De Vlaamse Toezichtcommissie voor het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer (hierna: "de VTC");

Fiscalité (SPW DGO7) (Waalse overheidsdienst Operationeel directotraat-generaal fiscaliteit) om

Gelet op de aanvraag van de Orde van Vlaamse Balies, ontvangen op 31/07/2015;

Betreft: Advies inzake het besluit van de Vlaamse Regering van 30 september 2011 tot instelling van een tegemoetkoming voor kandidaat-huurders

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER BERAADSLAGING Nr 02 / 2004 van 15 maart 2004

Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid (hierna het Comité );

BERAADSLAGING RR Nr 26 / 2007 van 12 september 2007

Gelet op de aanvraag van de Vlaamse Landmaatschappij ontvangen op 03/11/2011;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het Comité");

1. De Vlaamse Toezichtcommissie voor het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer (hierna: "VTC");

Het Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het Comité");

Gelet op de aanvraag van de gemeente Vorst (hierna de aanvrager) ontvangen op 05/12/2014;

Gelet op de aanvraag van het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding ontvangen op 15/03/2012;

Beraadslaging VTC nr. 16/2016 van 30 maart 2016

SCSZ/06/083. Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 27 april 2006; Gelet op het verslag van de heer Michel Parisse.

personnes (SPW DTP) (Waalse overheidsdienst -Directie personenvervoer) om toegang te hebben

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

1. De Vlaamse Toezichtcommissie voor het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer (hierna: "de VTC");

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Gelet op de aanvraag van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (hierna de aanvrager) ontvangen op 13/11/2013;

Gelet op de aanvraag van de Vlaamse Overheid, het Agentschap Binnenlands Bestuur ontvangen op 02/03/2016;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

1. De Vlaamse Toezichtcommissie voor het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer (hierna: "VTC");

Gelet op de aanvraag van Centrum voor Informatica voor het Brusselse Gewest (CIBG), ontvangen op 18 januari 2016;

(SPW Département du logement Direction des Aides aux Particuliers (Waalse Overheidsdienst

Het Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het comité");

Beraadslaging VTC nr. 35/2016 van 14 september 2016

Sectoraal comité van het Rijksregister

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna: "WVP"), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

Gelet op de herwerkte aanvraag van FAMIFED, ontvangen op 26/02/2018;

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Gezondheid

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

Vlaamse Toezichtcommissie voor het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer. Beraadslaging VTC nr. 03/2010 van 17 november 2010

1. De Vlaamse Toezichtcommissie voor het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer (hierna: "VTC");

Gelet op de aanvraag van het Vlaams Energieagentschap ontvangen op 18/08/2017;

Transcriptie:

1/12 Sectoraal comité voor de Federale Overheid Beraadslaging FO nr 16/2013 van 2 mei 2013 Betreft: Aanvraag van de Interprofessionele Vereniging voor het Belgisch Vlees ( IVB ) om gegevens te kunnen opvragen bij het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (hierna FAVV ) (AF-MA-2013-017) Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid; Gelet op de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis; Gelet op het koninklijk besluit van 17 december 2003 tot vaststelling van de nadere regels met betrekking tot de samenstelling en de werking van bepaalde sectorale comités opgericht binnen de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; Gelet op de aanvraag van IVB ontvangen op 26/02/2013; Gelet op de aanvraag van het technisch en juridisch advies gericht aan de Federale Overheidsdienst Fedict op 16/04/2013; Gelet op het technisch en juridisch advies ontvangen op 02/05/2013; Gelet op het verslag van de Voorzitter; Beslist op 2 mei 2013, na beraadslaging, als volgt:.

Beraadslaging FO 16 /2013-2/12 I. VOORWERP VAN DE AANVRAAG 1. Op 26 februari 2013 ontving het Comité een machtigingsaanvraag van de Interprofessionele Vereniging voor het Belgisch Vlees (hierna IVB of de aanvrager ) om gegevens inzake (onder meer) indelingsgegevens (zie randnummer 2) en levende landbouwhuisdieren te kunnen opvragen bij het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (hierna FAVV ). Het dossier werd op 7 en 27 maart 2013 aangevuld met bijkomende informatie. I. ONDERZOEK VAN DE AANVRAAG A. ONTVANKELIJKHEID 2. Het Comité stelt vast dat het aanvraagformulier drie gegevensclustertypes vermeldt die worden opgevraagd bij het FAVV: * Gegevens van de operator voor het beheer van de dagelijks toegezonden indelingsgegevens; * Wijzigingen in de gegevens van de operator voor het beheer van de dagelijks toegezonden indelingsgegevens; * Het overhalen van de gegevens van de levende dieren en de wijzigingen per beslag. Dit voor de beslagen die deel uitmaken van een lastenboek erkend door IVB in het kader van haar opdracht als bevoegde autoriteit voor de facultatieve etikettering, of voor beslagen waarvan de verantwoordelijken hiertoe expliciet toelating verlenen aan IVB. 3. Uit de bijkomende toelichting van de aanvrager ontvangen op 27 maart 2013 blijkt dat het woord Veebeslag 1 betrekking heeft op een veebedrijf voor een bepaalde diersoort. 4. De indelingsgegevens betreffen de gegevens op basis van de Europees opgelegde verplichting tot het indelen van de karkassen van runderen en varkens. Concreet gaat het voor runderen om - het warm karkasgewicht - de categorie (bepaald door geslacht en ouderdom) - de indeling voor de conformatie - de indeling inzake vetheid 1 Deze definitie is gebaseerd op de oude definitie van beslag in het (opgeheven) Koninklijk besluit van 22 november 2006 betreffende de bestrijding van infectieuze boviene rhinotracheïtis, B.S., 4 januari 2007. beslag wordt hier gedefinieerd als alle runderen gehouden in een geografische entiteit, die een duidelijk omschreven eenheid vormen op basis van epidemiologische banden vastgesteld door het Agentschap. Aan het beslag mag slechts één I.B.R.-statuut worden toegekend. De lokalisatie van het beslag wordt vastgesteld aan de hand van het adres en de coördinaten van de geografische entiteit;

Beraadslaging FO 16 /2013-3/12 - de aanbiedingsvorm (wijze waaronder het karkas werd gewogen met al of niet verwijderen van bepaalde onderdelen van het karkas zoals bvb de staart) Voor varkens betreffen de indelingsgegevens - het warm karkasgewicht - het geschat aandeel mager vlees - het erkend indelingstoestel waarmee deze schatting werd uitgevoerd - (optioneel) de indeling voor de conformatie - de aanbiedingsvorm (wijze waaronder het karkas werd gewogen met al of niet verwijderen van bepaalde onderdelen van het karkas) 5. Krachtens artikel 36bis WVP, "vereist elke elektronische mededeling van persoonsgegevens door een federale overheidsdienst of door een openbare instelling met rechtspersoonlijkheid die onder de federale overheid ressorteert een principiële machtiging (van het bevoegd sectoraal comité)". 6. Het is de taak van dit Comité om na te gaan of deze mededeling enerzijds nodig is voor de implementatie van de opdrachten die toevertrouwd worden door of krachtens de wet aan de vragende federale overheid en anderzijds of deze mededeling in zijn diverse aspecten compatibel is met al de geldige normen inzake de bescherming van de persoonlijke levenssfeer wat de verwerking van de persoonsgegevens betreft. (Parl.Doc 50, 2001-2002, nr. 1940/004). 7. Het sectoraal comité is slechts bevoegd in de mate de vraag een mededeling van persoonsgegevens betreft. De gevraagde gegevens (zie randnummer 2) zullen niet altijd persoonsgegevens in de zin van artikel 1, 1, WVP betreffen daar zij soms louter informatie over dieren of rechtspersonen zullen bevatten. Er kan echter niet worden ontkend dat deze gegevens in veel gevallen (onrechtstreeks) in verband kunnen gebracht worden met natuurlijke personen (met name eigenaars van slachthuizen, veehouders, veebedrijven, veehandelaars, veevervoerders, dierenartsen, ), waardoor zij toch als persoonsgegevens kunnen gekwalificeerd worden 2. Het Comité gaat er dan ook van uit dat er vaak een elektronische toegang gevraagd wordt tot persoonsgegevens die zich in gegevensbanken bij het FAVV bevinden. 8. De aanvraag betreft derhalve een elektronische mededeling van persoonsgegevens van het FAVV aan de IVB. Het Comité is derhalve bevoegd. 2 Zie het advies 04/2007 van de groep 29 van 20 juni 2007, gepubliceerd op http://ec.europa.eu/justice/policies/privacy/docs/wpdocs/2007/wp136_nl.pdf

Beraadslaging FO 16 /2013-4/12 B. TEN GRONDE 1. FINALITEIT EN RECHTMATIGHEID 9. Artikel 4, 1, 2, WVP laat de verwerking van persoonsgegevens slechts toe voor welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde doeleinden en de gegevens mogen bovendien niet verder worden verwerkt op een wijze die onverenigbaar is met die doeleinden. 10. De aanvrager is een VZW die de verschillende federale en regionale beroepsverenigingen van de toelevering, productie, transformatie en distributie groepeert3. 11. De afdeling Landbouw- en Visserijbeleid van het departement Landbouw en Visserij van de Vlaamse overheid controleert de naleving van de wetgeving. Sommige taken van deze controle zijn gedelegeerd aan daartoe erkende organisaties, waaronder de aanvrager. 12. De controleopdrachten die aldus werden toegewezen aan de aanvrager 4 bij Ministerieel besluit van de Vlaamse Minister van landbouw van 16 juni 2004 5 zijn : Vaststellingen doen in de slachthuizen op de naleving van de wetgeving; Nagaan of de slachthuizen de resultaten van weging en indeling correct en tijdig bezorgen aan IVB; Het beheer verzekeren in een centrale database van de resultaten van weging en indeling; De resultaten van weging en indeling bezorgen aan de producenten; Na goedkeuring de resultaten van weging en indeling bezorgen aan derden. 13. De aanvraag vermeldt derhalve dat de aanvrager op Vlaams niveau is belast met het verrichten van de in de Vlaamse reglementering omschreven vaststellingen in slachthuizen 6. De aanvrager controleert de juistheid van de indeling, de correctheid van de doorgezonden gegevens, 3 http://www.ivb-interprof.be 4 http://lv.vlaanderen.be/nlapps/default.asp 5 Ministerieel besluit houdende toekenning van opdrachten aan IVB v.z.w; betreffende de controle op de indeling van geslachte varkens en volwassen runderen, B.S., 5 juli 2004. 6 IVB IS op Vlaams niveau belast met de 1 vaststellingen doen in de slachthuizen, bedoeld m artikel 3, 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 oktober 2003 en vaststellingen doen in de slachthuizen, bedoeld in artikel 2, 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2004 a) de effectieve en correcte uitvoering van de indeling en de merking door de classificeerder, b) de naleving van de bepalingen van dit besluit met betrekking tot de aanbiedingsvom van het geslachte volwassen rund bij weging, c) de toepassing door het slachthuis van de procedures van autocontrole, d) de correcte bewaring door het slachthuis van de resultaten van weging en indeling van elk geslacht volwassen rund, e) de mededeling door het slachthuis van de resultaten van weging en indeling aan de leverancier en in voorkomend geval aan de producent, 2 bijstand verlenen aan de slachthuizen bij de installatie van hun classificatiesysteem en bij de uitwerking van hun procedures van autocontrole, 3 nagaan of de slachthuizen de resultaten van weging en indeling correct en tijdig aan het interprofessioneel orgaan of de onderneming bezorgt, 4 het beheer verzekeren in een centrale database van de resultaten van weging en indeling van de volwassen runderen, geslacht tn de slachthuizen, bedoeld in artikel 3, 1. 5' de resultaten van weging en indeling bezorgen aan de producenten, na delegatie van het slachthuis

Beraadslaging FO 16 /2013-5/12 de correctheid van linken met de veebeslagen en stelt deze gegevens beschikbaar aan de verantwoordelijke van de veebeslagen en aan alle instanties die hiertoe rechten hebben. 14. De aanvrager staat in Vlaanderen ook in voor het beheer van de database waarin alle indelingsgegevens worden opgenomen die gekoppeld zijn aan de slachthuizen waar de dieren geslacht werden, en gekoppeld aan de veebeslagen waartoe deze dieren behoorden. 15. De bevoegdheden van de aanvrager strekken zich ook uit tot de andere regio s. Het slachthuis van het Brussels Hoofdstedelijk gewest zendt ook de indelingsgegevens door naar I.V.B. De indelingsgegevens van dieren die toebehoren aan veehouders waarvan het bedrijf gelegen is in Wallonië worden door IVB overgemaakt aan de Waalse Cellule Wallonne de Controle de Classification des Carcasses (CW3C). Dit strookt met een vraag uit beide gewesten aan IVB. 16. Het Comité acht de finaliteit in hoofde van de aanvrager afdoende duidelijk omschreven. Het betreft een verwerking met een opdracht die een duidelijke reglementaire basis heeft onder de Vlaamse reglementering (artikel 5 e) WVP). Na bijkomende vraag op 2 mei werd evenwel door de aanvrager geen afdoende duidelijke reglementaire basis gegeven voor de verwerking van gegevens door de aanvrager onder de Waalse reglementering en de reglementering van de regio van het Brussels hoofdstedelijk gewest. Het Comité beperkt de vraag derhalve tot de gevraagde gegevens die vallen onder de Vlaamse reglementering. 17. In deze context dient ook te worden geanalyseerd of de doeleinden van de door IVB geplande verwerkingen verenigbaar zijn met de doeleinden waarvoor de gegevens oorspronkelijk door het FAVV zijn verwerkt. Conform artikel 4, 1, 2 WVP dient bij de beoordeling van deze verenigbaarheid rekening te worden gehouden met alle relevante factoren, waaronder de redelijke verwachtingen van de betrokkene en de toepasselijke wettelijke en reglementaire bepalingen betreffende FAVV en IVB. 18. De aanvrager vermeldt diverse brondoelstellingen die zij relevant acht in hoofde van FAVV. Het Comité acht evenwel vooral volgende doelstelling relevant, vermeld door het FAVV. 19. In het kader van Europese regelgeving (Verordening (EG) nr. 1760/2000) is elke lidstaat verplicht een Identificatie en Registratie systeem van dieren te hebben. In België staat het FAVV in voor centrale opslag van deze gegevens. Hiervoor werd door het FAVV SANITEL ontwikkeld, een databank- en informaticasysteem dat zorgt voor een gecentraliseerde opvolging van: de identificatie van de landbouwhuisdieren (individueel of in groep) de operatoren (veehouders, veebedrijven, veehandelaars, veevervoerders, dierenartsen, verzamelplaatsen, slachthuizen) de verplaatsingen van de dieren het register van het bedrijf

Beraadslaging FO 16 /2013-6/12 20. Artikel 4 van de wet van 4 februari 2000 7 stelt het doel en de bevoegdheden vast van het FAVV, namelijk het uitvoeren van opdrachten die rechtstreeks verband houden met de veiligheid van de voedselketen en met de kwaliteit van het voedsel teneinde de gezondheid van de consumenten te beschermen 8. 21. Uit de toelichting door de aanvrager blijkt dat de veehouders zelf hun gegevens beheren binnen SANITEL en dat zij weten vanuit de communicatie van de aanvrager en de beroepsverenigingen dat hun eigen gegevens dienstig zijn voor diverse toepassingen, onder meer deze van de aanvrager op basis van een op 26/05/2004 tussen het FAVV en IVB. ondertekend protocol. Er is geen specifieke melding op de uitslagformulieren naar de veehouders toe. 22. Gelet op de context (externe transparantie naar de beroepsverenigingen en veehouders toe en de bestaande wettelijke basis bij de bron- en doelfinaliteiten) acht het Comité de door IVB geplande verwerking niet onverenigbaar. 7 Wet houdende oprichting van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, B.S., 18 februari 2000. 8 Volgens 3 van dit artikel is het FAVV o.a. bevoegd voor: 1. Controle, onderzoek, keuring van de voedselproducten en hun grondstoffen in alle stadia van de voedselketen, in dit in het belang van de volksgezondheid (art 4, 3, 1 en 2 ) In het bijzonder worden de controleopdrachten en de bevoegdheden hieromtrent van de personeelsleden van het FAVV geregeld bij KB van 22 februari 2001 houdende organisatie van de controles die worden verricht door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de voedselketen en tot wijziging van diverse wettelijke bepalingen. Art 3 van deze wet regelt de bevoegdheden van de personeelsleden bij het uitvoeren van hun opdrachten. 2. Uitvaardigen van erkenningen en vergunningen Volgens art 4, 3, 3 van de oprichtingswet van het FAVV (4 februari 2000) is het FAVV bevoegd voor het verlenen van erkenningen en vergunningen verbonden aan de uitoefening van haar opdracht. 3. Traceerbaarheid garanderen Volgens art 4, 3, 4 van de oprichtingswet van 4 februari 2000 is het Federaal Voedselagentschap bevoegd voor de integratie van en uitwerking van tracerings- en identificatiesystemen van de voedselproducten en hun grondstoffen in de voedselketen en de controle erop. Tevens is het Federaal Voedselagentschap belast met het toezicht op de naleving van de wetgeving betreffende alle schakels van de voedselketen (art 4, 3, 7 ). Volgens art 6, 3 van het KB van 22 februari 2001 is het FAVV bijkomend bevoegd voor controle en maatregelen aangaande dieren- en planten ziekten. 4. Heffing en inning van contributies en retributies Het FAVV is belast met de inning van bijdragen en retributies ten laste van de natuurlijke en rechtspersonen die deelnemen aan de voedselketen. Wij verwijzen hiervoor naar het KB betreffende de financiering van het FAVV van 22 februari 2001, art 1. 5. Uitschrijven en innen van administratieve boetes Volgens de wet van 4 februari 2000, art 10, 5 is het FAVV bij het uitvoeren van haar controleactiviteiten gemachtigd om PV s op te stellen en administratieve boetes te innen. Art 3 van het KB van 22 februari 2001 houdende de organisatie van de controles regelt de bevoegdheden van de personeelsleden aangaande het opstellen van een proces-verbaal. Art 7 van deze wet regelt de vaststelling en inning van de administratieve boetes door een bevoegd ambtenaar. Er is ook het KB van 16 december 2002 tot vaststelling van de procedureregels en de modaliteiten van betaling van de administratieve boetes ingevolge controles die zijn uitgevoerd door het FAVV. 6. Inzameling, ordening, beheer, archivering ven verspreiding van alle informatie in verband met haar opdracht (art4, 3, 5 )

Beraadslaging FO 16 /2013-7/12 2. PROPORTIONALITEITSBEGINSEL 2.1. Aard van de gegevens 23. Artikel 4, 1, 3, WVP stelt dat persoonsgegevens toereikend, ter zake dienend en niet overmatig dienen te zijn, uitgaande van de doeleinden waarvoor zij worden verkregen of waarvoor zij verder worden verwerkt. 24. IVB wenst bij de SANITEL databank van het FAVV volgende gegevens op te vragen : - De gegevens van de operator voor het beheer van de dagelijks toegezonden indelingsgegevens. Deze gegevens betreffen concreet het beslagnummer, het klophamernummer (in voorkomend geval), het operatornummer en de adresgegevens en andere contactgegevens; - De wijzigingen in de gegevens van de operator voor het beheer van de dagelijks toegezonden indelingsgegevens. Deze gegevens betreffen concreet het beslagnummer, het klophamernummer (in voorkomend geval), het operatornummer, het diertype, de datum van actief beslag en de datum van non-activiteit (stopzetting) - Het overhalen van de levende dieren en de wijzigingen per beslag (voor de beslagen die deel uitmaken van een lastenboek of de beslagen waarvan de verantwoordelijke toelating verleent aan IVB). Deze gegevens betreffen concreet het beslagnummer, de identificatie van het dier, de geboortedatum, het geslacht, de haarkleur, het rastype en de datum van aankomst (indien niet geboren in beslag van vetmesting) 25. Uit de aanvraag blijkt voor elk van deze gegevens de noodzakelijkheid voor de aanvrager om de hiervoor vermelde opdrachten te kunnen uitoefenen. Wat de gegevens van de operator voor het beheer van de dagelijks toegezonden indelingsgegevens betreft : a. Het beslagnummer is noodzakelijk voor de correcte koppeling van indelingsgegevens aan het beslag en aan de operator; b. Het klophamernummer is in voorkomend geval noodzakelijk voor de correcte koppeling van indelingsgegevens aan de beslagnummer voor de varkens en de operator;

Beraadslaging FO 16 /2013-8/12 c. Het operatornummer is de unieke code in de database van de aanvrager; d. De adresgegevens en andere contactgegevens zijn onmisbaar om de persoonlijke inloggegevens naar de correcte operator te kunnen versturen, en in geval van wettelijk voorziene schriftelijke mededeling van indelingsgegevens deze gegevens naar de correcte operator te kunnen versturen Wat de wijzigingen in de gegevens van de operator voor het beheer van de dagelijks toegezonden indelingsgegevens betreft : Zie de punten a. tot en met c. hiervoor e. Het diertype wordt gebruikt om de linken bij het inloggen van de operator op de website eenduidig te kunnen maken; f. De datum van het actief beslag is noodzakelijk om een controle te kunnen uitoefenen op de doorgezonden gegevens van het slachthuis en voor de controle van de identiteit van de verantwoordelijke van het veebeslag; g. De datum non-activiteit / stopzetting is noodzakelijk om na te kunnen gaan of een beslag nog dieren heeft en nog dieren kan laten slachten. Indien die informatie niet aanwezig is en hierop niet gecontroleerd wordt is er geen absolute zekerheid dat de informatie over de slachtgegevens bij de correcte verantwoordelijken van de veebeslagen komen. Wat het overhalen van de levende dieren en de wijzigingen per beslag betreft : Zie punt a. hiervoor h. De identificatie van het dier is noodzakelijk voor een correcte identificatie van het rund; i. De geboortedatum is noodzakelijk in het kader van de gewenste opvraagmogelijkheid door de operator. Dit om te kunnen nagaan of een dier tot een erkend lastenboek voor de facultatieve etikettering behoort, alvorens het naar een slachthuis vertrekt waarbij de leeftijd een uitsluitingcritenum is. De geboortdatum is ook noodzakelijk in het kader van de bepalingen van de verordening (EG) nr 1249/2008 - artikel 2 lid 4 waar wordt gesteld dat "de in de leden 2 en 3 bedoelde leeftijd van de runderen wordt geverifieerd aan de hand van de gegevens van de identificatieregeling runderen, die overeenkomstig titel l van Verordening (EG) nr 1760/2000 voor elke lidstaat is vastgesteld"; j. Het geslacht is noodzakelijk omdat het in combinatie met de leeftijd - ook een uitsluitingscriterium kan betekenen en noodzakelijk is om de operator toe te laten, een

Beraadslaging FO 16 /2013-9/12 efficiënte rangschikking van de dieren te maken bij de selectie die hij (of zij) wenst uit te voeren; k. De haarkleur is in sommige erkende lastenboeken voor de facultatieve etikettering een uitsluitingscriterium en is derhalve noodzakelijk om de verantwoordelijke van het veebeslag toe te laten na te kunnen gaan bij de bevraging van de database of elk aanwezig dier voldoet aan de vereisten voor het lastenboek, wanneer het dier wordt aangeboden bij het slachten; l. Het rastype is eveneens in sommige erkende lastenboeken voor de facultatieve etikettering een uitsluitingscriterium en is derhalve noodzakelijk om de verantwoordelijke van het veebeslag toe te laten na te kunnen gaan bij de bevraging van de database of elk aanwezig dier voldoet aan de vereisten voor het lastenboek, wanneer het dier wordt aangeboden bij het slachten; m. De datum van aankomst is voor dieren met geboren op het bedrijf van vetmesting een noodzakelijk gegeven inzake minimaal te respecteren aanhoudingstermijn om te voldoen aan een lastenboek en is dus even noodzakelijk als de ouderdom. 26. Voor wat voormelde gegevenstypes betreft wordt geen manifeste disproportionaliteit vastgesteld. 2.2. Bewaringstermijn van de gegevens (artikel 4, 1, 5, WVP) 27. Aangaande de bewaringstermijn van de gegevens herinnert het Comité er aan dat de gegevens niet langer bewaard mogen worden dan nodig voor het realiseren van het doeleinde waarvoor ze werden ingezameld. 28. Een bewaringstermijn van minstens 5 jaar wordt opgegeven om te voldoen aan de wettelijke verplichtingen. De nieuwe gegevens worden dagelijks aangeleverd. 29. Uit de aanvullende toelichting door de aanvrager blijkt dat deze bewaringstermijn een noodzakelijke historiek beoogt. Deze is noodzakelijk gelet op het recht op informatie van de veehouders gedurende die periode en de mogelijkheid van vragen door bepaalde overheidsdiensten. 30. De wettelijke bepalingen omtrent het bewaren zijn opgenomen in het besluit van de Vlaamse Regering van 3 oktober 2003 en het doen van vaststellingen in de slachthuizen, bedoeld in artikel 2, 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2004. In overleg met de Vlaamse Overheid sprak de aanvrager af dat deze informatie minstens gedurende 5 jaren wordt bewaard. 31. Het Comité stelt vast dat deze bewaringstermijn voor onderhavig geval redelijk is. Het is evenwel van mening dat er in de praktijk eerder dient te worden gestreefd naar een

Beraadslaging FO 16 /2013-10/12 maximumtermijn in plaats van het bepalen van en minimumtermijn (risico op eeuwigdurende dataretentie), en dat een onderscheid moet worden gemaakt tussen verschillende bewaarwijzen. 32. Voor de behandeling van een lopend controledossier is het noodzakelijk dat de gegevens normaal toegankelijk zijn voor de betrokkenen die met de controle belast zijn. Zodra een controledossier geklasseerd wordt (bijvoorbeeld na afloop van de procedure), kan gekozen worden voor een bewaarwijze waarbij de gegevens slechts beperkt beschikbaar en toegankelijk zijn. Deze bewaarwijze komt ook tegemoet aan andere mogelijke doeleinden van die bewaring, zoals de eerbiediging van de wettelijke bepalingen inzake verjaring of het uitvoeren van een administratieve controle. 2.3. Frequentie van de toegang en de duur van de machtiging 33. De aanvraag betreft een dagelijkse gegevenslevering. De aanvraag stelt voor de dagelijkse behoefte van de verwerking van slachtgegevens zijn up to date gegevens noodzakelijk 34. Het Comité constateert dat, met het oog op de realisatie van de opgegeven doeleinden, een machtiging voor onbepaalde duur gepast is (artikel 4, 1, 3 WVP). Het Comité heeft ook geen bezwaar tegen de gevraagde frequentie. 2.4. Bestemmelingen en/of derden waaraan gegevens worden meegedeeld 35. Volgens de informatie verstrekt door IVB zullen de aangeleverde niet-gecodeerde persoonsgegevens in de eerste plaats intern worden gebruikt bij IVB, met name door de personeelsleden en verantwoordelijken van IVB. 36. Daarnaast kunnen controleurs van de Vlaamse overheid (afdeling Landbouw en Visserijbeleid) toegang krijgen tot de gegevens. In de aanvullende toelichting wijst de aanvrager op het feit dat de Vlaamse overheid toezicht uitoefent op de werking van de aanvrager, en dat de Vlaamse overheid zelf ook controleert in de slachthuizen. Derhalve hebben zij volgens de aanvrager ook behoefte aan de informatie die in de database van de aanvrager is opgeslagen om hun controles te kunnen onderbouwen. 37. Het Comité heeft dienaangaande geen bezwaren.

Beraadslaging FO 16 /2013-11/12 3. TRANSPARANTIEBEGINSEL 38. Het Comité herinnert eraan dat een eerlijke verwerking van gegevens een verwerking is die gebeurt op een transparante wijze. Eén van de hoekstenen van een transparante verwerking, betreft de informatieplicht in de zin van artikel 9, 2, WVP. 39. In voorliggend geval zullen de geplande gegevensverwerkingen evenwel verricht worden met het oog op de toepassing van bepalingen voorgeschreven door of krachtens een wet, een decreet of een ordonnantie. Op grond van artikel 9, 2, 2de lid, b), WVP is in een dergelijke situatie een vrijstelling van de informatieplicht van kracht. Deze vrijstelling neemt echter niet weg dat het Comité er zich kan van vergewissen of er passende waarborgen bestaan voor de bescherming van de fundamentele rechten van de betrokkenen. 40. Het Comité adviseert om ook langs de kant van het FAVV en IVB websites in een zekere mate van transparantie te voorzien aangaande de verwerkingen, en de rechten van toegang van de betrokkenen conform de elementen vermeld in artikel 9 WVP.. Dit zou bijvoorbeeld kunnen door op de website en de uitslagformulieren te vermelden hoe onderhavige gegevens worden doorgegeven en met het oog op welke doeleinden deze doorgifte plaatsvindt, en dat de betrokkenen dienaangaande een recht van toegang hebben. 4. BEVEILIGING 41. Uit de door IVB meegedeelde stukken blijkt dat de functie van veiligheidsconsulent wordt uitgeoefend door de secretaris van de aanvrager. Het Comité neemt hier akte van. 42. Ook ontbreken een belangrijk aantal maatregelen die van aard zijn om te spreken van een gebrek aan passende organisatorische en technische maatregelen in de zin van artikel 16 WVP, zoals : * er is geen (geschreven versie van het) veiligheidsbeleid (wel gepland voor medio 2013) 43. Het Comité maant IVB aan zich aangaande de punten in randnummers 41 en 42 in regel te stellen. 44. Voor wat het FAVV betreft werd het evaluatieformulier inzake de beveiliging ontvangen op 7 maart 2013. Het Comité stelt vast dat het FAVV in orde is met alle elementen van het evaluatieformulier.

Beraadslaging FO 16 /2013-12/12 OM DEZE REDENEN, het Comité machtigt IVB en FAVV om de verwerkingen bedoeld in de machtigingsaanvraag, uit te voeren voor de gegevens die vallen onder de controleopdrachten toegewezen aan de aanvrager 9 bij Ministerieel besluit van de Vlaamse Minister van landbouw van 16 juni 2004, mits respect van de voorwaarde bepaald in randnummer 31. Deze machtiging treedt slechts in werking van zodra het Comité op basis van de verstrekte stukken en inlichtingen heeft vastgesteld dat de betrokken gemachtigde de elementen uit de rubriek beveiliging heeft geregulariseerd, dwz dat de aanvrager: - over een consulent inzake informatieveiligheid beschikt die aanvaardbaar is, - over een veiligheidsbeleid beschikt. De Wnd. Administrateur, De Voorzitter, (get.) Patrick Van Wouwe (get.) Willem Debeuckelaere 9 http://lv.vlaanderen.be/nlapps/default.asp