Panelsamenstellingen - nieuw sjabloon, nieuwe invullingen - Maya de Waal 23 februari 2017
Vandaag Opening Uitgangspunten stelsel 3.0 en de WHW Het nieuwe verantwoordingsformulier Q&A 2
Uitgangspunten stelsel 3.0 en de WHW Peer review Geclusterde behandeling 3
Deskundigheden actuele kennis van het desbetreffende vakgebied; voldoende (recente) ervaring met het verzorgen van onderwijs en toetsing in hetzelfde type onderwijs (hbo/wo master/bachelor/associate degree); in staat om de opleiding te vergelijken in internationaal perspectief; ervaring in het (internationale) werkveld van het vakgebied; studentdeskundigheid ervaring met peer review in het hoger onderwijs; indien van toepassing: kennis van een specifiek didactisch concepten/of deskundigheid op het vlak van een bijzondere kenmerk. 4
Grootste veranderingen Geen losse leidraad meer informatie staat in de bijlage van het nieuwe formulier en op de website. CV s en onafhankelijkheidsformulieren Primaire en secundaire onderwijsdeskundigheid Toetsdeskundigheid Recentelijkheid 5
Termijn Vanaf 1 mei gebruiken we het nieuwe formulier eerder mag. T.z.t. de nieuwe procedure online. Geldt ook voor aanvragen volgens het oude kader. 6
Q&A 7
Vakinhoudelijke deskundigheid inzicht in de state of the art van het (de) betreffende vakgebied(en) en het onderzoek dat daarbinnen wordt gedaan. Een vakdeskundige beschikt over gezag en actuele kennis in het eigen vakgebied en draagt actief bij aan de ontwikkeling van het vakgebied en/of de beroepspraktijk. Dit blijkt uit een (academische) graad, recente congresbijdragen, publicaties in (vak)tijdschriften, bestuursfuncties, duidelijke erkenning als 'peer' of 'professional' en/of een vooraanstaande rol in beroepsorganisaties. In aanmerking komen onder meer hoofddocenten, lectoren, hoogleraren en actieve onderzoekers binnen een professie. 8
Primaire onderwijsdeskundigheid relevante onderwijsdeskundigheid dient aanwezig te zijn met betrekking tot dezelfde oriëntatie (hbo-wo) en niveau (ba-ma) als de te bezoeken opleiding(en). Deze deskundigheid kan bestaan uit een recente en relevante onderwijsopdracht, recente ervaring met het ontwerpen van curricula, en het direct leidinggeven van programma s in het hoger onderwijs (bijvoorbeeld opleidingsmanager, teamleider). 9
Secundaire onderwijsdeskundigheid Daarnaast wordt van ten minste een van de andere panelleden verwacht dat hij/zij ook recente en relevante kennis van en ervaring met het hoger onderwijs heeft. Dat kan bijvoorbeeld een onderwijskundige zijn met voldoende praktische ervaring, of een docent die onderwijs verzorgt in een soortgelijke opleiding (met eventueel een andere oriëntatie en niveau). 10
Toetsdeskundigheid kennis van en ervaring met toetsing en examinering, van voldoende breedte. Deze deskundigheid kan aangetoond worden aan de hand van relevante certificaten of actieve deelname aan een examen- of toetscommissie. 11
Internationale deskundigheid in staat een inhoudelijke vergelijking te maken met huidige programma s van verwante buitenlandse opleidingen van dezelfde oriëntatie en niveau. Een internationaal deskundige heeft inzicht in buitenlandse opleidingsprogramma s, bijvoorbeeld verkregen door een recent (meerjarig) docentschap aan een vergelijkbare of verwante opleiding in het buitenland, of door bijdragen aan internationale projecten over hoger onderwijs in het betreffende vakgebied. 12
Werkvelddeskundigheid een goed overzicht van de eisen die het beroepenveld stelt aan de afgestudeerden. Werkvelddeskundigheid is onder andere aantoonbaar door een positie bij een representatieve werkgever, uitgebreide ervaring als stagebegeleider of door betrokkenheid bij brancheorganisaties. 13
Internationale werkvelddeskundigheid Inzicht in de eisen die de internationale beroepspraktijk stelt aan de afgestudeerden is belangrijk voor opleidingen met een civiel effect en verplicht voor opleidingen die voorbereiden op een internationaal werkveld. Dergelijk inzicht wordt bijvoorbeeld verkregen door een aanstelling bij een buitenlandse of multinationale werkgever of bij een internationale organisatie, met bijkomende internationale werkzaamheden of met ervaring in een internationale vak- of koepelorganisatie. 14
Visitatiedeskundigheid ervaring met het toepassen van de eisen van het vakgebied, ervaring met externe beoordelingsprocedures in het hoger onderwijs (visitatie-ervaring), of kennis van het NVAO beoordelingskader en de accreditatieprocedure. 15
Studentgebonden deskundigheid een (voormalig) student, tot maximaal één jaar na afstuderen (bachelor of master) op het moment waarop het panel wordt voorgedragen aan de NVAO. De student richt zich op de betekenis van de vorm en inhoud van en de gerealiseerde kwaliteit in een opleiding voor de studenten die de opleiding volgen. Het studentpanellid gaat onder meer na of studenten voldoende worden ondersteund, begeleid en gefaciliteerd. 16
NVAO procedure 17
Verschil kernpanel en deelpanel Optie 1: deelpanel = overlap in de vorm van minstens 1 van de domeindeskundigen of voorzitter. (dakpansgewijze overlap) Optie 2: kernpanel = de instelling kiest ervoor om een panellid toe te voegen, zodat zowel overlap als inhoudelijke deskundigheid kan worden geborgd. Panellid Optie 1 Optie 2 Andere opleidingen cluster Voorzitter A Lid B Lid C Student-lid D Lid E Lid F Studentlid G Lid E en F en studentlid G zijn in dit scenario de specialisten op het gebied van de opleiding. 18
+31 70 312 2300 info@nvao.net www.nvao.net @nvao Maya de Waal +31 70 312 2358 m.dewaal@nvao.net 19