CPB Notitie. Geactualiseerde koopkrachtraming Inleiding. 2 Koopkracht. Datum : 1 december 2005 Aan : CEC

Vergelijkbare documenten
Datum : 3 juli 2003 Aan : De Minister van Economische Zaken

CPB Notitie. Economierapportage maart De wereldeconomie. Datum : 27 maart 2003 Aan : De Minister van Economische Zaken

Datum : 4 december 2003 Aan : De Minister van Economische Zaken

CPB Notitie. Bijstelling meerjarencijfers Inleiding. Datum : 3 juli 2003

Centraal Economisch Plan 2019

Datum : 2 april 2002 Aan : De Minister van Economische Zaken

CPB Notitie. Economierapportage september De wereldeconomie

CPB Notitie. Samenvatting en conclusies. Informateur. Aan: Datum: 16 augustus 2017 Betreft: Actualisatie Middellangetermijnverkenning

Gezinnen. Overheid. Bedrijven. Buitenland

Koopkrachtontwikkeling 2006: plussen en minnen

Hoofdstuk 14 Conjunctuur

Werkloosheid daalt licht / Inflatie blijft laag

Grafiek 1 Verslechtering concurrentiepositie Nederlandse industrie in termen van loonkosten per eenheid produkt (procentuele mutaties)

Economische effecten van een verlaging van de administratieve lasten

Het waren weekjes weer wel: 38 en 39

Voorjaarsprognoses : Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's

Haarlem. Raadsfractie Trots Haarlem t.a.v. de heer Van den Raadt

Macro Economische Verkenning 2005

CPB Notitie. Inleiding. Datum: 27 oktober 2017 Betreft: Actualisatie Middellangetermijnverkenning (verwerking Regeerakkoord)

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Nederlandse economie in zicht

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2

Arbeidskosten per eenheid product

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Economische groei derde kwartaal 2008 vertraagt tot 1,8 procent

Tweede Kamer der Staten-Generaal

DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM SAMENGESTELDE MACRO- ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Datum : 26 augustus 2003 Onderwerp : Bijzondere aanpassing WML periode 1999 t/m 2002

De groei in 2017 is breed gedragen vanuit alle bestedingscategorieën. Economische groei (% bbp) 2,1. Groei particuliere consumptie (%)

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inkomen huishoudens gecorrigeerd voor inflatie licht gedaald. Meer inkomen uit vermogen en pensioen

Analyse economische effecten Begrotingsafspraken. Uitgevoerd op verzoek van het kabinet en de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM OPGESTELDE MACRO-ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Vooral opwaartse bijstelling overheidsconsumptie. Kwartaal-op-kwartaalgroei 0,6 procent

DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM OPGESTELDE MACRO-ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED

Macro-economische Ontwikkelingen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Woord vooraf 9. 1 Inleiding De wereldeconomie De Nederlandse economie Collectieve sector Slot 32

Door staf van het Eurosysteem samengestelde macro-economische projecties voor het eurogebied

Macro-economische Ontwikkelingen

Economische outlook Nederlandse regio s 2 e kwartaal 2011

Nederlandse economie in zicht

Macro-economische Ontwikkelingen

1 Kamerstukken II, , 33682, nr. 11. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA

Visie op de Nederlandse economie in 2014

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Door staf van het Eurosysteem samengestelde macro-economische projecties voor het eurogebied

Macro-economische Ontwikkelingen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Economie groeit 2,9 procent in Economische groei vierde kwartaal 2,7 procent

Persbericht. Economie groeit in 2000 met 3,9% Centraal Bureau voor de Statistiek

Nederlandse economie in zicht

Werkloosheid blijft toenemen. Lichte groei economie. Decemberraming CPB Policy Brief 2013/09

1 Samenvatting. Zie paragraaf 1.2 van CPB, 2017, Centraal Economisch Plan 2017 (link). 2

Persbericht. Economische groei derde kwartaal 3,3 % Centraal Bureau voor de Statistiek

Persconferentie: De Nederlandse conjunctuur in 2008, d.d. 13 februari 2009.

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Economie groeit 3,5 procent in Economische groei vierde kwartaal liefst 4,4 procent

Persbericht. Economie groeit in 2000 met 3,9% Centraal Bureau voor de Statistiek

Koufront vanuit het westen

UIT groei en conjunctuur

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012

Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2

CEP 2009 Oorzaken en gevolgen van de kredietcrisis

Flashraming CBS: export zorgt voor economische groei

Persbericht. Economische groei in de eerste negen maanden 4,1% Centraal Bureau voor de Statistiek

Examen HAVO. Economie 1

Conjunctuurenquête Nederland. Tweede kwartaal Coenrapportomslag eerstekwartaal.indd 1

Tweede Kamer der Staten-Generaal

ECONOMISCHE VOORUITZICHTEN 2003

Inkomenseffecten Wet Uniformering Loonbegrip

CPB Notitie. Antwoorden kamervragen MEV Nummer : 2005/37 Datum : 30 september 2005 Aan : Ministerie van Financiën

Groei houdt aan. Handelsconflicten risico. Juniraming CPB Policy Brief 2018/09

Groep Wegingsfactor Prijsverandering Partieel prijsindexcijfer Woning 40% +10% 110 Voeding 30% -10% 90 Kleding 20% +20% 120 Diversen 10% +15% 115

Economische visie op 2015

Beleidsvarianten met Saffier-II

Focus op Prinsjesdag 2017

Internationale Economie. Doorzettend, maar mager groeiherstel, veel neerwaartse risico s

Technische aannames betreffende de rente, de wisselkoersen, de grondstoffenprijzen en het begrotingsbeleid

Economische effecten tegenbegroting ChristenUnie 2005

Tekort naar 2,2% Lage inflatie. Juniraming CPB Policy Brief 2014/05

Communiqué. Verloop van de Belgische uitvoermarkten

VVMA Congres 18 mei 2010

Kwalitatieve gevolgen voor de werkgelegenheid op korte termijn van de tegenbegrotingen

Persbericht. Economie groeit 0,9 procent in eerste kwartaal Centraal Bureau voor de Statistiek. Kwartaal-op-kwartaalgroei aangetrokken

Nederland. Stilstand, maar geen achteruitgang

Uitgebreide kerngegevens MEV 2013: meest recente ramingen

Macro-economische Ontwikkelingen

CPB Notitie 16 augustus Houdbaarheidsberekeningen. Uitgevoerd op verzoek van Flip de Kam

Eindexamen economie vwo II

EMBARGO TOT DINSDAG 16 SEPTEMBER 2003, UUR

Tweede Kamer der Staten-Generaal

CBS: economie krimpt door lager gasverbruik

Persbericht. Economie verder gekrompen. Centraal Bureau voor de Statistiek. Uitvoer blijft groeien. Minder investeringen

CPB Notitie. 1 Inleiding. Aan: Ewout Irrgang (SP) Datum: 4 november 2011 Betreft: SP alternatief voor de premiestelling ZVW

Economische groei herstelt; klap van de crisis dreunt echter nog lang na in de overheidsfinanciën.

Koopkracht van 65-plussers

Inkomenseffecten Wet Uniformering Loonbegrip

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Economie krimpt 4,5 procent in eerste kwartaal 2009

Module 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging

Transcriptie:

CPB Notitie Datum : 1 december 2005 Aan : CEC Geactualiseerde koopkrachtraming 2006 1 Inleiding Het kabinet heeft het CPB gevraagd om bij de reguliere macro economische raming van december een overzicht toe te voegen van de geraamde koopkrachtontwikkeling voor 2006. Dit in verband met een toezegging aan de Tweede Kamer om het koopkrachtbeeld in december nader te bezien, mede in het licht van de sterke fluctuaties in de (raming van de) olieprijs. In deze notitie wordt het gevraagde koopkrachtbeeld gepresenteerd en nader toegelicht. In de tekst ligt het accent op de bijstellingen sinds de Macro Economische Verkenning 2006, die in september is verschenen tegelijk met de Miljoenennota 2006. Een bijlage schetst de nieuwe macro economische raming in totaliteit. Deze wijkt voor wat betreft de geraamde economische groei niet wezenlijk af van de raming uit september. 2 Koopkracht Lonen De contractloonstijging in de marktsector in 2006 wordt, evenals in de MEV 2006, geraamd op 1½%. Voor 40% van de werknemers in de marktsector is inmiddels een cao voor geheel 2006 afgesloten. De jaarmutatie voor die werknemers bedraagt 1,3%. De raming impliceert dat de contractloonstijging in de nog af te sluiten cao s iets hoger uitvalt dan in de reeds afgesloten cao s. De raming voor de contractloonstijging bij de overheid is opwaarts bijgesteld, mede door de verlaging van de pensioenpremie bij het ABP. Via de koppeling werkt dit door in het wettelijk minimumloon en de uitkeringen. 1

Inflatie De inflatie, afgemeten aan de consumentenprijsindex voor alle huishoudens, wordt voor volgend jaar geraamd op 1%. De afschaffing van het gebruikersdeel van de onroerendzaakbelasting en de verlaging van de alcoholaccijns hebben een neerwaarts effect op de inflatie van 0,5%-punt. De inflatieraming is niet bijgesteld ten opzichte van de MEV 2006, maar de opbouw wel is gewijzigd. De raming voor de olieprijs in 2006 is verhoogd van 50 dollar per vat in de MEV tot 55 dollar. De energierekening voor een gemiddeld huishouden valt volgend jaar naar verwachting 135 euro hoger uit. Hier staat tegenover dat de raming voor de invoerprijzen neerwaarts is aangepast. Bovendien is de onderliggende inflatie, die geschoond is voor de invloed van indirecte belastingen en energieprijzen, de laatste maanden stabiel rond ½%, terwijl in de MEV 2006 werd gerekend met een geleidelijke oploop. Het lijkt erop dat producenten de stijging van de energiekosten vooralsnog beperkt doorberekenen in de afzetprijzen. Ziektekostenpremie De ziektekostenpremie die relevant is voor de bepaling van de koopkrachtontwikkeling is de gemiddelde premie van alle soorten polissen die worden aangeboden: individueel en collectief, natura en restitutie. De gehanteerde premie is exclusief eventuele kortingen voor vrijwillig eigen risico en voor jaarlijkse in plaats van maandelijkse betalingen. Deze maatstaf voor de premie correspondeert met de lasten die de burger gemiddeld ervaart. Op basis van de beschikbare gegevens van de verzekeraars wordt de gemiddelde nominale premie voor 2006 geraamd op 1042 euro per volwassene. Dit is 64 euro minder dan in september werd voorzien. De premie na aftrek van de gemiddelde no-claimteruggave van 91 euro bedraagt 951 euro. De standaardpremie die relevant is voor de zorgtoeslag komt 22 euro hoger uit, doordat hierin geen rekening wordt gehouden met collectiviteitskortingen. In de MEV van september werd voor de koopkracht en de zorgtoeslag nog dezelfde premie gebruikt. Nadien heeft de minister van VWS in de Kamer toegezegd dat collectiviteitskortingen niet worden betrokken in de berekening van de zorgtoeslag. Koopkrachtontwikkeling De koopkrachtontwikkeling van huishoudens verbetert volgend jaar in doorsnee naar verwachting met 1¼%, waar in september een stijging met 1% werd voorzien (zie tabel 2.1). De verbetering van het koopkrachtbeeld komt voornamelijk doordat de nominale premie voor de nieuwe zorgverzekering 64 euro lager uitvalt dan eerder geraamd. Voor huishoudens zonder zorgtoeslag betekent deze lagere premie 64 euro koopkrachtvoordeel per volwassene. Voor huishoudens met zorgtoeslag is het voordeel geringer, omdat de premie die relevant is voor de zorgtoeslag ook lager uitvalt dan eerder geraamd. Voor huishoudens met zorgtoeslag resteert een koopkrachtvoordeel van 22 euro per volwassene; dit correspondeert met het verschil tussen de premie die relevant is voor de zorgtoeslag en de feitelijke gemiddelde premie. 2

Tabel 2.1 Koopkracht (exclusief incidenteel) naar huishoudtype, inkomensbron hoofdverdiener en huishoudinkomen, 2006 c Bruto huishoudinkomen a Alleenverdiener Tweeverdiener Alleenstaande b Alle huishoudtypen Actuele Verschil Actuele Verschil Actuele Verschil Actuele Verschil raming t.o.v. raming t.o.v. raming t.o.v. raming t.o.v. MEV MEV MEV MEV Hoofdverdiener werknemer mediaan koopkrachtmutatie in % < 150% WML 1¾ ½ ½ ¼ 150-250% WML 3 ½ } 1½ } ½ ½ ½ } 1¼ } ½ > 250% WML 4¼ ½ 1¼ ½ ¾ ¼ Hoofdverdiener uitkeringsgerechtigd < 120% WML 1½ ½ ¼ ¼ > 120% WML 1¼ ½ } ½ } ½ ¼ ½ } ½ } ½ 65-plussers < 120% AOW 1 ¼ 2¼ ¼ > 120% AOW } 2¾ } ¼ 1 ¼ 1½ ¼ } 2 } ¼ Totaal 1¼ ½ a Bruto inkomen uit arbeid of uitkering; WML = bruto minimumloon, AOW = bruto 100% AOW-uitkering. b Inclusief alleenstaande ouders. Tabel 2.2 Koopkracht standaardhuishoudens (exclusief incidenteel), 2006 Actuele raming Verschil t.o.v. MEV mutaties in % Modaal 1¼ ½ Modaal, alleenstaand 1 ½ 2 x Modaal 5½ ¼ Tweeverdieners, 1½ x modaal met kinderen ½ ½ Minimumuitkeringsgerechtigde met kinderen a 2 ¾ Minimumuitkeringsgerechtigde, alleenstaand a ¼ ¼ AOW, alleenstaand 2¼ ¼ a De koopkracht van minimumuitkeringsgerechtigden met kwijtschelding van de OZB voor gebruikers neemt in 2006 met ½%-punt minder toe, doordat zij niet profiteren van de afschaffing hiervan. Huishoudens met kinderen en een inkomen beneden de 44 000 euro profiteren daarnaast van de verhoging van de kinderkorting met 90 euro. De koopkrachtontwikkeling loopt tussen huishoudens nog steeds sterk uiteen. Dit komt vooral door de vervanging van de bestaande ziektekostenverzekeringen, met sterk uiteenlopende premies, door de nieuwe zorgverzekering met een uniforme premie. 3

Bijlage: Economische vooruitzichten december 2005 ECONOMIE LEEFT OP We zitten in de lift omhoog. De Amerikaanse economie blijft het volgend jaar goed doen, Azië zal wederom zeer dynamisch zijn en de groei in Europa leeft op. Ook in Nederland staan de seinen op groen voor een opleving van de economie. De economische groei versnelt naar verwachting van ¾% dit jaar tot 2½% in 2006. De uitvoer profiteert van het herstel in Europa en de verbetering van de prijsconcurrentiepositie. De binnenlandse bestedingen trekken aan door de toename van de koopkracht van gezinnen en het winstherstel bij bedrijven. DE WERELDECONOMIE Orkanen dempen economie VS nauwelijks De orkanen Katrina en Rita hebben de Amerikaanse economie nauwelijks gedempt in de tweede helft van 2005. Begin volgend jaar kunnen herstelwerkzaamheden zelfs een licht positieve impuls geven aan de groei. De bedrijfsinvesteringen zullen volgend jaar naar verwachting opnieuw flink toenemen doordat de bezettingsgraad hoog is en de winstgevendheid goed. De verwachte stijging van de kapitaalmarktrente zwakt de groei van de particuliere consumptie echter wat af. Per saldo zal de economische groei naar verwachting voor het derde achtereenvolgende jaar meer dan 3% bedragen. Het tekort op de lopende rekening blijft daarbij zeer omvangrijk. Azië weer zeer dynamisch Begin dit jaar kenden veel opkomende economieën in Azië een voor Aziatische begrippen zwakke groei. Maar deze periode is voorbij en de groei van de productie en de buitenlandse handel is nu weer fors. In Japan had een dergelijke omslag ten goede al eerder plaats. Door de integratie van China in de wereldeconomie en het aantrekken van de mondiale vraag voor ICT-producten zal Azië ook volgend jaar de regio zijn met de hoogste economische groei. Economische opleving eurogebied In het eerste halfjaar was de groei in het eurogebied opnieuw zeer beperkt, mede door de stormachtige stijging van de olieprijs en de koersstijging van de euro in de afgelopen jaren. In het derde kwartaal is de groei echter opgelopen en vooruitlopende indicatoren, met name het producentenvertrouwen, wijzen erop dat deze opgaande lijn zich doorzet. De investeringen zullen naar verwachting flink kunnen toenemen door het aantrekken van de vraag en de goede balansposities. De consumptie profiteert van een verbetering op de arbeidsmarkt. Volgend jaar zal de economische groei naar verwachting de hoogste zijn na 2000. Vermoedelijk zal de ECB haar monetaire beleid wat minder expansief maken in de loop van volgend jaar, door haar officiële tarieven licht verder te verhogen. Ook de kapitaalmarktrentes nemen dan enigszins toe, maar blijven historisch gezien laag. Olieprijs duidelijk onder recordniveau In de loop van november daalde de olieprijs tot circa 55 dollar per vat Brent, bijna 15 dollar onder het recordniveau in augustus. Wereldwijd daalde de benzineprijs nog scherper, omdat door Katrina getroffen olieraffinaderijen weer in gebruik kwamen en olieraffinaderijen elders zeer flexibel inspeelden op de verminderde Amerikaanse capaciteit. Ondanks deze recente daling is de gemiddelde olieprijs van circa 55 dollar dit jaar een flink stuk hoger dan vorig 4

jaar (38 dollar). Anders dan in voorgaande jaren is de olieprijsstijging in euro s in 2005 sterker dan in dollars vanwege de zwakkere euro. Volgend jaar blijft de oliemarkt naar verwachting krap. Het aanbod neemt weliswaar duidelijk toe, maar de mondiale vraag doet dit ook. Vooral in opkomende economieën met een hoge economische groei, waaronder China en India, neemt de vraag naar olie en olieproducten sterk toe. Voorraden en reservecapaciteit bij de olieproductie blijven daardoor laag, waardoor er geen buffers zijn die onverwachte vraag- en aanbodontwikkelingen makkelijk kunnen opvangen. Deze krappe marktsituatie betekent dat de olieprijs hoog blijft. In de projectie is voor 2006 gerekend met een gemiddelde olieprijs van 55 dollar per vat Brent. Ook internationale instellingen en partijen op de olietermijnmarkt houden rekening met een hoog blijvende olieprijs in 2006. Internationale onzekerheden Voor de olieprijs zijn de onzekerheden groot. Door aanbodschokken kan de olieprijs hoger uitkomen, met negatieve gevolgen voor de mondiale groei. Maar een lagere olieprijs is ook niet uitgesloten: het is nog niet duidelijk welk effect de hogere olieprijs van de afgelopen jaren zal hebben op vraag en aanbod. In de Verenigde Staten zijn de gezinshuishoudens kwetsbaar door de sterk opgelopen schuld. Dit zou kunnen leiden tot een zwakkere groei van de consumptie, vooral als de huizenmarkt afkoelt en de kapitaalmarktrentes sterker stijgen dan nu verondersteld. Doordat de bedrijven in het eurogebied in een goede positie verkeren, is een sterkere opleving van de Europese economie ook zeer wel mogelijk. DE NEDERLANDSE ECONOMIE Economie groeit dit jaar minder dan 1%... Ook in Nederland is de economie in het derde kwartaal gegroeid, zij het in een gematigd tempo. Volgens de flash -raming van het Centraal Bureau voor de Statistiek bedroeg de economische groei 0,3% ten opzichte van het vorige kwartaal en 0,9% vergeleken met een jaar eerder. De uitvoergroei vlakte wat af, maar de gezinsbestedingen namen verrassend genoeg het stokje over. We verwachten dat de economische groei over heel dit jaar met afgerond ¾% nog net onder de één zal blijven. Het vierde kwartaal telt dit jaar twee werkdagen minder dan vorig jaar, wat een drukkend effect op de productiegroei zal hebben. maar leeft op in 2006 De economische groei zal volgend jaar naar verwachting versnellen tot 2½% de hoogste groei sinds 2000. Alle seinen staan op groen voor een opleving van de economie. De uitvoer kan profiteren van het economische herstel in Europa en de verbetering van de prijsconcurrentiepositie. De koopkrachtverbetering voor gezinnen en het winstherstel bij bedrijven zorgen ervoor dat ook de binnenlandse bestedingen aantrekken. Een gunstig teken is dat de stemming bij bedrijven en gezinnen de afgelopen maanden duidelijk is verbeterd. Het consumentenvertrouwen is minder negatief en het producentenvertrouwen is zelfs in bijna vijf jaar niet zo hoog geweest (zie figuur). 5

Kerngegevens voor Nederland, 2003-2006 2003 2004 2005 a) 2006 a) mutaties per jaar in % Internationaal Relevante wereldhandel 4,9 7,3 5½ 6¼ Prijspeil goedereninvoer 3,2 0,6 3½ 1½ Concurrentenprijs 4,9 0,6 1¾ 1¼ Olieprijs (Brent, niveau in dollars per vat) 28,8 38,2 55 55 Eurokoers (dollar per euro) 1,13 1,24 1,25 1,20 Arbeidskosten p.e.p. verwerkende industrie in concurrerende landen 5,7 4,2 ½ ¾ Volume bestedingen en productie Bruto binnenlands product (BBP, economische groei) 0,1 1,7 ¾ 2½ Particuliere consumptie 0,7 0,0 ¼ 2 (1¼) Bruto investeringen bedrijven (exclusief woningen) 4,6 3,3 ¼ 8¼ Investeringen in woningen 3,2 6,4 4½ 3¾ Goederenuitvoer (exclusief energie) 3,2 9,4 5¼ 7 w.v. binnenslands geproduceerd 1,8 1,2 2¼ 3¾ wederuitvoer 5,0 20,1 8¾ 10½ Goedereninvoer 3,6 9,0 4¼ 7 Productie marktsector b) 0,5 1,9 1½ 3½ Prijzen en lonen Consumentenprijsindex (CPI) 2,1 1,2 1½ 1 Prijs nationale bestedingen 2,2 1,4 1½ 1½ Prijspeil goederenuitvoer (exclusief energie) 2,4 0,7 ¼ ½ Prijsconcurrentiepositie 4,5 1,8 ¼ ½ Contractloon marktsector 2,7 1,5 1 1½ Loonsom per werknemer marktsector 4,3 3,5 1¾ (2) 1 (1½) Arbeidskosten p.e.p. verwerkende industrie (exclusief olie) 2,3 1,6 ¼ 2¼ Arbeidsmarkt Werkloze beroepsbevolking (niveau in % beroepsbevolking) 5,3 6,4 6½ 5¾ Werkloze beroepsbevolking (x 1000) 396 479 490 445 Werkgelegenheid in arbeidsjaren 0,9 1,6 ½ ( ¾) 1¼ (1) Werkgelegenheid in personen (>12 uur/week) 0,7 1,5 ¼ ( ½) 1½ (1¼) Arbeidsaanbod in personen 0,6 0,3 0 ( ¼) ¾ (½) Collectieve sector EMU-saldo collectieve sector (niveau in % BBP) 3,1 2,1 1,2 1,5 Bruto schuld collectieve sector (niveau ultimo jaar in % BBP) 51,9 52,5 53,0 53,0 Collectieve lastendruk (niveau in % BBP) 37,5 37,8 39,3 (38,5) 39,2 (37,6) Diversen Koopkracht mediaan alle huishoudens 1,1 0,4 1½ 1¼ Individuele spaarquote (niveau in % beschikbaar inkomen) 1,0 2,1 4 2½ Arbeidsproductiviteit marktsector b) 1,7 4,3 2 (2¼) 2½ (2¾) Prijs toegevoegde waarde marktsector b) 2,8 0,3 ½ ¼ Reële arbeidskosten marktsector b) 1,5 3,8 2¼ (2½) ¾ (1¼) Arbeidsinkomensquote marktsector b) (niveau in %) 80,4 80,0 80¼ 78¾ Uitvoersaldo (niveau in % BBP) 7,0 7,3 7½ 7¼ Lange rente (niveau in %) 4,1 4,1 3½ 4 a Cijfers tussen haakjes zijn gecorrigeerd voor de financieringsverschuivingen als gevolg van de invoering van wet Verlenging Loondoorbetalingsverplichting bij Ziekte (VLZ) in 2005 en 2006, de Zorgverzekeringswet (ZVW) in 2006 en voor de aankoop door de Staat van het transportbedrijf van de Gasunie in 2005 b Exclusief delfstoffenwinning en verhuur van en handel in onroerend goed. 6

Consumenten- en producentenvertrouwen, 1995-2005 40 30 20 10 0-10 -20-30 -40 saldo % saldo % consumentenvertrouwen (linker-as) producentenvertrouwen (rechter-as) 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 10 8 6 4 2 0-2 -4-6 -8-10 CPB optimistisch De CPB-prognose en de ramingen van andere instellingen liggen voor dit jaar dicht bij elkaar. Voor 2006 blijven wij echter wat optimistischer. De internationale organisaties ramen een economische groei van rond 2%. De meest recente Consensus Forecast het gemiddelde van de verwachtingen van een tiental financiële instellingen staat op 1,8%. Een belangrijke verklaring is dat de andere instituten een minder geprononceerd groeiherstel in Europa voorzien, deels veroorzaakt doordat zij rekenen met een wat hogere olieprijs van rond de 60 dollar per vat. Economische groei, 2004-2006 2004 2005 2006 CPB CF OESO EC IMF CPB CF OESO EC IMF mutaties per jaar in % Verenigde Staten 4,2 3½ 3,6 3,6 3,5 3,5 3 3,3 3,5 3,2 3,3 Japan 2,7 2½ 2,2 2,4 2,5 2,0 2¼ 1,9 2,0 2,2 2,0 Eurogebied 2,0 1¼ 1,3 1,4 1,3 1,2 2¼ 1,7 2,1 1,9 1,8 Nederland 1,7 ¾ 0,6 0,7 0,5 0,7 2½ 1,8 2,2 2,0 2,0 Publicatiedata: CPB december 2005, CF (Consensus Forecasts) november 2005, OESO- november 2005, EC november 2005, IMF september 2005. Concurrentiepositie verbetert De uitvoergroei zal, na de terugval dit jaar, volgend jaar naar verwachting aantrekken tot 7%. Belangrijkste reden is de opleving van de economische groei in Europa onze voornaamste afzetmarkt. De wederuitvoer met name computers en consumentenelektronica zal wederom het grootste deel van de groei voor zijn rekening nemen. De made in Holland - uitvoer blijft marktaandeel verliezen, maar wel in steeds mindere mate. De in Nederland gemaakte uitvoer wordt grotendeels geproduceerd door de voedingsmiddelen-, metaal- en chemische industrie. De concurrentiepositie van de industrie is de afgelopen jaren verslechterd door de sterke stijging van de arbeidskosten en de koersstijging van de euro. De arbeidskosten zullen dit en volgend jaar ongeveer in de pas lopen met de arbeidskosten in het eurogebied. Ze zullen wel 7

minder sterk stijgen dan bij de niet-euroconcurrenten. Buiten het eurogebied zijn de loonstijgingen hoger. Bovendien rekenen we met een koersdaling van de euro van gemiddeld 1,25 dollar in 2005 tot 1,20 dollar in 2006. De ontwikkeling van de arbeidskosten wordt meestal doorgegeven in de afzetprijzen, zodat volgend jaar de prijsconcurrentiepositie wat kan verbeteren. Gezinsbestedingen nemen toe Het is opvallend dat de gezinsbestedingen in het derde kwartaal duidelijk zijn toegenomen. De koopkracht staat dit jaar immers opnieuw onder druk door de gematigde loonontwikkeling en lastenverzwaringen. Het ziet ernaar uit dat consumptiegroei in de resterende maanden van dit jaar ook positief zal zijn. Zo verwacht de detailhandel bijvoorbeeld hogere Sinterklaas- en kerstverkopen dan vorig jaar. Voor het gehele jaar gaan we uit van een toename van de particuliere consumptie met gemiddeld ¼%. Dat is aanzienlijk hoger dan de inkomensgroei, omdat gezinnen dit jaar, ongerekend de contractuele (pensioen)besparingen, nog meer zullen ontsparen dan vorig jaar. De consumptiegroei zal volgend jaar naar verwachting verder aantrekken. Gecorrigeerd voor de invoering van het nieuwe zorgstelsel groeien de consumentenbestedingen met 1¼%. De koopkracht van gezinnen neemt toe door een hogere reële loonstijging, lastenverlichting en het herstel van de koppeling van de uitkeringen. Bovendien groeit de werkgelegenheid volgend jaar weer. Stevig herstel winsten en investeringen De bedrijfsinvesteringen maken dit jaar pas op de plaats, maar groeien volgend jaar naar verwachting fors. Het aantrekken van de productiegroei leidt tot een toename van de bezettingsgraad. Bovendien zal volgend jaar sprake zijn van een stevig winstherstel. Zowel op de binnenlandse als buitenlandse afzetmarkten ontstaat ruimte voor ondernemers om hun marges te vergroten. We verwachten dat de bedrijfsinvesteringen volgend jaar met maar liefst 8¼% zullen toenemen. Deze investeringsgroei wordt mede ondersteund door het gereedkomen van een tweetal grote investeringsprojecten, een afvalverbrandingsinstallatie en een windmolenpark. Verder krijgen transportbedrijven bijna honderd light trains en een aantal vliegtuigen geleverd. Werkloosheid over z n top heen De situatie op de arbeidsmarkt is dit jaar verbeterd. De werkloosheid is al een aantal maanden min of meer stabiel en het aantal vacatures is verder toegenomen. Het aantal openstaande vacatures is momenteel twee keer zo hoog als tijdens het conjuncturele dieptepunt van twee jaar geleden. Ook de daling van de werkgelegenheid is tot staan gekomen, vooral door een sterke toename van het aantal uitzendkrachten. De gewerkte uitzenduren lopen meestal vooruit op een herstel van de arbeidsmarkt. We verwachten dat de werkgelegenheid volgend jaar zal toenemen door het aantrekken van de productiegroei en het winstherstel bij bedrijven. Omdat de werkgelegenheidsgroei hoger is dan de groei van de beroepsbevolking zal de werkloosheid dan met 45 000 personen kunnen afnemen, tot 5¾% van de beroepsbevolking. Lage inflatie Ondanks de sterk gestegen olieprijs blijft de inflatie laag. In oktober bedroeg de geldontwaarding slechts 1,6%. Voor heel dit jaar verwachten we dat het inflatiecijfer uitkomt op gemiddeld 1½%, iets hoger dan vorig jaar. Volgend jaar zal de inflatie waarschijnlijk afnemen tot 1%. De gestegen olieprijs werkt nog met enige vertraging door, onder meer in de energierekeningen van gezinnen. Verder zullen buitenlandse consumptiegoederen duurder worden door de voorziene koersdaling van de euro. Daar staat tegenover dat ondernemers de 8

afname van de arbeidskosten per eenheid product in hun prijzen zullen doorberekenen. Bovendien heeft de afschaffing van het gebruikersdeel van de OZB een neerwaarts effect op het inflatiecijfer van ½%-punt. en gematigde loonstijging De lage inflatie en de opgelopen werkloosheid hebben gezorgd voor een gematigde loonontwikkeling. De contractloonstijging in de marktsector zal zich dit jaar waarschijnlijk beperken tot 1%, de laagste stijging sinds de jaren tachtig. Onder invloed van de aantrekkende productiviteitsgroei en de afnemende werkloosheid zal de loonstijging volgend jaar naar verwachting wat toenemen tot gemiddeld 1½%. Voor 40% van de werknemers is momenteel een cao voor 2006 afgesloten met een gemiddelde loonstijging van 1,3%. We verwachten dat de loonstijging in de resterende cao s wat hoger uitkomt. De vakcentrale FNV heeft onlangs haar looneis opgeschroefd van 1½% tot 2%. Begrotingstekort loopt op Het begrotingstekort daalt dit jaar tot 1,2%, maar loopt volgend jaar ondanks het aantrekken van de economie en meevallende aardgasbaten naar verwachting weer op tot 1,5% van het BBP. Het kabinet voert dit jaar nog omvangrijke bezuinigingen en lastenverzwaringen door. Volgend jaar is van ombuigingen geen sprake meer en kunnen gezinnen een lastenverlichting tegemoet zien. Het oplopen van het EMU-tekort heeft ook te maken met de hoge rente van maar liefst 5%, die de belastingdienst momenteel vergoedt over teveel betaalde belastingen. Voor bedrijven is dit aanleiding om dit jaar ruimhartig vennootschapsbelasting af te dragen. Hierdoor ontstaat dit jaar een incidentele meevaller bij de opbrengsten van de vennootschapsbelasting, maar volgend jaar een aanzienlijke tegenvaller. 9