Art. nr. P0987196 Versie 02 Business Communications Manager Gebruikerskaart i2002 Internet Telephone
Aan de slag 3 Met de Business Communications Manager i2002 Internet Telephone kunt u spraak en gegevens toevoegen aan uw bureaublad. Inleiding Hier worden de volgende onderwerpen beschreven: telefoonknoppen en -lampjes telefoonvenster telefooninstellingen gesprekken beginnen en beantwoorden navigatieknoppen gebruiken geheugenknoppen programmeren tijdsafwijkingen in het telefoonvenster aanpassen In figuur 1 wordt de i2002 Internet Telephone weergegeven. Figuur 1 De i2002 Internet Telephone Gebruikerskaart i2002 Internet Telephone
4 Aan de slag Beschrijvingen van knoppen en lampjes op de i2002 In figuur 2 worden de lampjes en knoppen op de i2002 Internet Telephone weergegeven. Figuur 2 i2002 Internet Telephone-knoppen L M L J K I G H N C O Q P D E F A B In tabel 1 wordt een beschrijving van de lampjes en knoppen gegeven. Tabel 1 i2002 Internet Telephone-knoppen en beschrijvingen A B C ç Knop voor wachtstand Hiermee plaatst u actieve gesprekken in de wachtstand. Knop voor het beëindigen van gesprekken Hiermee beëindigt u een gesprek. Knop en LED voor handsfree bellen Hiermee schakelt u de handsfreemodus in. D Balk voor volumeregeling Hiermee regelt u het volume van de telefoonhoorn, handsfree bellen, de koptelefoon en de beltoon. E F G é µ ƒ Knop en LED voor uitschakelen van microfoon Hiermee schakelt u de microfoon tijdens een gesprek in of uit. Knop en LED voor koptelefoon Hiermee schakelt u de koptelefoonmodus in. Knop voor inschakelen van postbus Hiermee opent u de CallPilot-postbus. Raadpleeg de CallPilot Overzichtskaart voor meer informatie over postbusopties. P0987196 02
Aan de slag 5 H I J K L M Functie æ æ æ æ Knop voor achterlaten van berichten Hiermee kunt u voicemailberichten verzenden. Raadpleeg de CallPilot Overzichtskaart voor meer informatie over voicemailberichten. Knoppen voor navigatieclusters Hiermee kunt u items bekijken die zijn opgeslagen in het gesprekslog. Zie Navigatieknoppen op pagina 11 voor meer informatie over de functie Gesprekslog. Functieknop Hiermee start of beëindigt u een functie. Vensterknoppen Heirmee geeft u functieopties weer. Lijn- en geheugenknoppen Zie Geheugenknoppen programmeren op pagina 12 voor meer informatie over lijn- en geheugenknoppen. Telefoonlampje Knippert als er een gesprek binnenkomt. Licht op wanneer Bericht ontvangen wordt weergegeven. De volgende knoppen zijn gereserveerd voor toekomstige ontwikkelingen en zijn daarom nog niet geïmplementeerd. N π Knop voor telefoonboek O P ö Knop voor services Knop voor uitbreiding van pc Q Knop voor afsluiten i2002-telefoonvenster Het i2002-telefoonvenster bestaat uit drie gedeelten: Knoptekstgedeelte Informatiegedeelte Gedeelte voor functieopties In figuur 3 wordt een voorbeeld van het venster weergegeven en wordt elk gedeelte beschreven. Gebruikerskaart i2002 Internet Telephone
6 Aan de slag Figuur 3 Venstergedeelte Doorschakelen Vergaderen Omroepen alg. Intercom Knoptekstgedeelte Doorschakelen 24/07 15:12 Niet storen Timer Meer Informatiegedeelte Gedeelte voor functieopties Knoptekstgedeelte In het knoptekstgedeelte worden de tekst en status voor de vier programmeerbare geheugenknoppen weergegeven. Zie Geheugenknoppen programmeren op pagina 12 voor meer informatie over deze knoppen. Informatiegedeelte In het informatiegedeelte wordt de volgende informatie weergegeven: het toestelnummer van de telefoon (DN: 340); Gedeelte voor functieopties Wanneer een functie wordt geactiveerd of wanneer u met een actief gesprek bezig bent, wordt in de opdrachtregel in het venster aangegeven wat u moet doen om verder te gaan. Bijvoorbeeld: Code. Dit betekent dat u het wachtwoord voor uw postbus moet invoeren. In het gedeelte voor functieopties wordt de tekst voor de FUNCTIE-knop en de drie vensterknoppen weergegeven. Deze knopteksten worden in hoofdletters weergegeven boven de functie- en vensterknoppen en rechts van de tekst FUNCTIE in het venster. De knopteksten zijn afhankelijk van de functie die wordt gebruikt. Programmeerbare knoppen De systeembeheerder wijst de vier programmeerbare knoppen toe als lijn-, intercom- of geheugenknoppen. De tekst voor elke knop wordt weergegeven in het venster naast de knop. Raadpleeg de systeembeheerder voor meer informatie. Telefooninstellingen In dit gedeelte worden de vensterfuncties voor de i2002 Internet Telephone beschreven: Contrastniveau in venster Taal selecteren P0987196 02
Aan de slag 7 Beltoon Opmerking: Zie Business Communications Manager Telefoonfunctiekaartvoor meer informatie over de functies die beschikbaar zijn op uw telefoon en hoe u deze kunt gebruiken. Contrastniveau in venster U kunt het contrast voor het telefoonvenster wijzigen. 1 Druk op Functie. 2 Druk op OMLAAG en OMHOOG om alle niveaus te bekijken. 3 Druk op OK om een niveau te selecteren. Taal selecteren Selecteer de primaire taal voor het telefoonvenster. 1 Druk op Functie fi. Selecteer de alternatieve taal voor het telefoonvenster. 1 Druk op Functie fi. Selecteer de tweede alternatieve taal voor het telefoonvenster. 1 Druk op Functie fi. Selecteer de derde alternatieve taal voor het telefoonvenster. 1 Druk op Functie fi. Selecteer de vierde alternatieve taal voor het telefoonvenster. Beltoon Selecteer een andere beltoon voor de telefoon. 1 Druk op Functie fl. 2 Druk op,,, of VLGND om de verschillen tussen de beltonen te beluisteren. 3 Druk op OK om de beltoon op te slaan. Gebruikerskaart i2002 Internet Telephone
8 Aan de slag P0987196 02
Functies en knoppen 9 In dit gedeelte worden enkele knoppen en gespreksfuncties van de i2002 Internet Telephone beschreven: Basisfuncties voor gesprekken Navigatieknoppen Geheugenknoppen Opmerking: Raadpleeg de Business Communications Manager Telefoonfunctiekaartvoor voor meer informatie over de functies die op de telefoon beschikbaar zijn en hoe u deze kunt gebruiken. Basisfuncties voor gesprekken U kunt externe en interne gesprekken opzetten met: de functie voor het opzetten van gesprekken de functie voor het beantwoorden van gesprekken de functie voor het in de wachtstand plaatsen van gesprekken de functie voor handsfree bellen de koptelefoonfunctie de functie voor het uitschakelen van de microfoon de functie voor tijdsafwijking Gesprekken opzetten U kunt een gesprek op verschillende manieren beginnen, afhankelijk van de telefooninstellingen en het soort gesprek. Externe gesprekken met lijnknoppen 1 Neem de telefoonhoorn op. 2 Druk op een lijnknop. 3 Kies het externe telefoonnummer. Externe gesprekken met intercomknoppen 1 Neem de telefoonhoorn op. 2 Druk op een intercomknop en voer de toegangscode voor een groep lijnen in. 3 Als u een externe kiestoon hoort, kiest u het externe telefoonnummer. Opmerking: Raadpleeg de systeembeheerder voor een lijst met lijngroepcodes. Wanneer u een toegangscode voor de buitenlijn invoert op primaire lijnen, hoort u geen kiestoon. Gebruikerskaart i2002 Internet Telephone
10 Functies en knoppen Interne gesprekken met intercomknoppen 1 Neem de telefoonhoorn op. 2 Druk op een intercomknop. 3 Kies het toestelnummer. Opmerking: Raadpleeg de systeembeheerder voor een lijst met toestelnummers. Gesprekken beantwoorden Wanneer de telefoon overgaat en het lampje of de -indicator van de intercom- of lijnknop knippert, doet u het volgende: Neem de telefoonhoorn op. of Druk voor u de telefoonhoorn opneemt op de lijn- of intercomknop met de knipperende -indicator. Wachtstand Gesprekken worden automatisch in de wachtstand geplaatst als u van de ene naar de andere lijn overschakelt. Druk tijdens het gesprek op. De -indicator van de lijn in de wachtstand knippert. Als u een gesprek in de wachtstand wilt hervatten, drukt u op de lijnknop met de knipperende -indicator. Handsfree De systeembeheerder moet de handsfreefunctie op de telefoon programmeren. Druk op ç om een gesprek te beginnen of te beantwoorden. Als u tijdens een gesprek via de telefoonhoorn wilt overschakelen naar handsfree bellen, drukt u op ç en legt u de telefoonhoorn neer. Neem de telefoonhoorn op als weer wilt overschakelen. Als u tijdens een gesprek via de koptelefoon wilt overschakelen naar handsfree bellen, drukt u op ç. Druk op µ om weer over te schakelen. P0987196 02
Functies en knoppen 11 Koptelefoon U moet een koptelefoon op de telefoon aansluiten om deze functie te kunnen gebruiken. Druk op µ om de koptelefoonmodus in te schakelen. Als het µ-lampje brandt, drukt u op een lijn- of intercomknop om een gesprek te beginnen. Als u tijdens een gesprek via de telefoonhoorn wilt overschakelen naar de koptelefoon, drukt u op µ en legt u de telefoonhoorn neer. Neem de telefoonhoorn weer op als u wilt terugschakelen. Als u tijdens een handsfreegesprek wilt overschakelen naar de koptelefoon, drukt u op µ. Druk op ç om weer terug te schakelen. Microfoon uitschakelen Druk tijdens het gesprek op é om de microfoon uit te schakelen. Het é-lampje knippert als de microfoon is uitgeschakeld. Druk opnieuw op é om de microfoon in te schakelen. Gebruik é voor telefoon-, handsfree- of koptelefoongesprekken. Tijdsafwijking Wanneer de i2002 Internet Telephone zich in een andere tijdzone bevindt dan het systeem, wordt in het venster de systeemtijd en niet de lokale tijd weergegeven. Met de functie voor tijdsafwijking kunt u de tijd in het venster aanpassen. Voordat u begint, moet u het aantal uren tijdsverschil tussen de servertijd en de lokale tijd berekenen. Wijzig de tijd in het telefoonvenster als volgt in de lokale tijd: 1 Druk op Functie fi. 2 Druk op WIJZIGEN. 3 Druk op om te schakelen tussen het toevoegen of aftrekken van tijd. 4 Voer het verschil tussen de lokale tijd en de systeemtijd in met het cijferblok. Opmerking: Met gebruikt u stappen van een half uur. 5 Druk op OK. Opmerking: Het kan een minuut duren voor de wijziging zichtbaar wordt in het venster. Navigatieknoppen U kunt door het gesprekslog bladeren of er wijzigingen in aanbrengen met de navigatieknoppen. 1 Druk op Functie. Gebruikerskaart i2002 Internet Telephone
12 Functies en knoppen Gesprekslog In gesprekslogvensters worden de volgende speciale tekens gebruikt: 1 (onderstreept) duidt op een nieuw item ø duidt op beantwoorde gesprekken duidt op interlokale gesprekken / duidt erop dat de gegevens zijn samengevat Gesprekslog weergeven: 1 Druk op om oude items weer te geven. Druk op om nieuwe items weer te geven. Druk op om terug te keren naar het item dat u het laatste hebt weergegeven. 2 Druk op en om door de items te bladeren. 3 Druk op en om meer informatie over een item weer te geven. Item uit het gesprekslog wissen: 1 Druk op terwijl een item wordt weergegeven. Terugbellen vanuit het gesprekslog: 1 Geef het gewenste nummer weer op de telefoon. 2 Bewerk zo nodig het nummer. U kunt cijfers toevoegen voor interlokale gesprekken of toegang tot een buitenlijn of cijfers verwijderen met en. 3 Druk op een lijnknop. 4 Neem de telefoonhoorn op. Geheugenknoppen In dit hoofdstuk worden de geheugenknoppen van de i2002 Internet Telephone beschreven en wordt aangegeven hoe u deze kunt gebruiken. Geheugenknoppen zijn knoppen die niet zijn toegewezen als lijn- of intercomknoppen. Onder geheugenknoppen worden interne en externe nummers of functies opgeslagen waarmee u een nummer kunt bellen of een functie kunt activeren door op die knop te drukken. Geheugenknoppen programmeren U kunt een geheugenknop programmeren met een nieuw nummer of een nieuwe functie. Automatisch naar buiten bellen 1 Druk op Functie. 2 Druk op een geheugenknop. P0987196 02
Functies en knoppen 13 3 Kies het externe nummer. 4 Druk op OK om het nummer op te slaan. Automatisch intern bellen 1 Druk op Functie. 2 Druk op een geheugenknop. 3 Kies het toestelnummer. 4 Druk op OK om het nummer op te slaan. Functies 1 Druk op Functie. 2 Druk op een geheugenknop. 3 Druk op Functie en voer de functiecode in. 4 Druk op OK om de functiecode op te slaan. Geheugenknoppen wissen 1 Druk op Functie. 2 Druk op een geheugenknop. 3 Druk op OK om de knop te wissen. Gebruikerskaart i2002 Internet Telephone