VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Vraag nr. 19 van 5 september 2014 van MARTINE TAELMAN Limburgse Reconversiemaatschappij - SWOT-analyse Op 31 januari 2011 werd het evaluatierapport van de Limburgse Reconversiemaatschappij, LRM, definitief opgeleverd. Deze doorlichting van de LRM werd uitgevoerd door het bureau Arthur D. Little in opdracht van het departement Economie, Wetenschap en Innovatie (EWI). Uit het evaluatierapport bleek onder meer dat er in de periode 2005-2010 voor 191 miljoen euro werd geïnvesteerd door de LRM in 81 bedrijven en dat de tewerkstelling in de LRM-bedrijven in de periode 1999-2008 toenam met 3974 plaatsen. Binnen de uitgevoerde SWOT-analyse werd gewezen op een aantal zwaktes van de LRM. Een daarvan is dat LRM haar venster op de wereld dient te verruimen. Volgens de onderzoekers kan dit door onder meer deel te nemen aan internationale platformen. Volgend op het positieve evaluatierapport nam de Vlaamse voogdijminister het initiatief om een nieuwe samenwerkingsovereenkomst tussen het Vlaamse Gewest en de nv LRM uit te werken. Deze samenwerkingsovereenkomst werd door de Vlaamse Regering goedgekeurd in de Ministerraad van 9 mei 2014. De hoofdopdracht van LRM bestaat, aldus de samenwerkingsovereenkomst, uit het aanwenden van de haar ter beschikking staande middelen voor het voeren van een dynamisch investeringsbeleid gericht op de creatie van duurzame tewerkstelling en economische ontwikkeling in Limburg. 1. a) Hoeveel bedraagt de werkgelegenheidscreatie in de LRM-bedrijven voor de periode 2008-2013? Graag uitgedrukt in aantal tewerkstellingsplaatsen alsook in voltijdsequivalenten (vte). b) Hoeveel bedraagt thans de totale tewerkstelling binnen de portefeuillebedrijven van de LRM? Graag uitgedrukt in aantal tewerkstellingsplaatsen alsook in voltijdsequivalenten. 2. Hoeveel bedroeg het rendement op het geconsolideerd eigen vermogen van de LRM in 2010, 2011, 2012 en 2013, voor zover deze cijfers al beschikbaar zijn? 3. Heeft de LRM in de periode 2008-2013 op actieve wijze deelgenomen aan internationale platformen? Zo ja, welke waren deze platformen en in welke (speerpunt)domeinen situeerden ze zich? 4. Werden er door de LRM al strategische samenwerkingsverbanden opgezet met Limburgse kennisinstellingen en met de strategische snderzoekscentra (SOC s) van de Vlaamse overheid met het oog op de realisatie van spin-offs, zoals bepaald in artikel 6 4 van de nieuwe samenwerkingsovereenkomst?
Zo ja, met elke kennisinstellingen uit Limburg en/of SOC s werd al een strategisch samenwerkingsverband uitgewerkt? Zo neen, welke strategische samenwerkingsverbanden zullen prioritair worden opgezet en uitgerold en wat is de timing en het doel dat hierbij wordt vooropgesteld?
PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT ANTWOORD op vraag nr. 19 van 5 september 2014 van MARTINE TAELMAN 1. a) en b) Totaal meerwerkstelling over 2008/2013 bedraagt gecumuleerd 3.132 fte s. Alle cijfers zijn in fte s; LRM houdt geen afzonderlijke administratie bij omtrent aantal hoofden.
2. * BelGAAP rapportering, geen market-to-market. 3. Sustainable societies Jaarlijkse deelname aan CleanTech Forum Europe, van de Cleantech Group (+ o.a. jurylid in de selectie van Flanders Cleantech 10, voorgesteld rapport in Stockholm op CT forum Europe 14. Deelname Clean Equity Monaco Gepland voor najaar: CT summit Rotterdam en/of Nordic Vanture Forum te Kopenhagen en/of CT venture Finland. i-sop Antwerpen: organisatie VITO, internationaal publiek. EVCA vc forum te Berlijn Health & Care Het domein Health & Care (H&C) heeft de afgelopen jaren haar internationaal netwerk sterk uitgebouw. Hierbij kunnen drie doelgroepen onderscheiden worden: VC netwerk: De portfolio van het H&C-domein wordt gekenmerkt door een sterke internationale syndicatiebasis. Vooraanstaande Europese co-investeerders in de biofarmaceutische industrie zijn bijvoorbeeld Index Ventures (participaties XO1 en Minerva Neurosciences), Forbion (participatie Amakem), Edmond de Rothschild (participatie Complix), Gimv (participatie Complix) en Vesalius Biocapital (participatie FF Pharma, Amakem, Complix) Pharma en biotechnetwerk (inclusief Industry experts en Key Opinion Leaders): Door deelname aan internationale beurzen kon een sterk netwerk worden uitgebouwd aan farmaceutische en biotech bedrijven. Vermeldenswaardig zijn de jaarlijks terugkerende beurzen van de EBD group (vb. BioEurope, Bio (VS), Biotech Showcase (VS) alsook het Index Venture forum. Deze contacten werpen haar vruchten af, niet enkel op het gebied van dealflow generatie (en acquisitie) maar ook op het gebied van partnering/exitopportuniteiten voor de portefeuillebedrijven. Het H&C is partner binnen het platform LifeTechLimburg. Deze organisatie organiseert studie- en prospectiereizen in internationale context (vb. Shanghai 2010 en Medicon Valley 2013). Academisch netwerk: Het H&C-team hanteert More than Capital als motto. Dit impliceert een handson ondersteuning van de portefeuillebedrijven. De H&C-teamleden hebben een academische track record die kan ingezet worden bij het zoeken van onderzoekspartners. Een concreet voorbeeld hiervan is de homologatie van het
FP7 project Primomed waarin Europese portefeuillebedrijven (n=4) en academische instellingen (n=2) participeren. Daarnaast worden op regelmatige tijdstippen meetings belegd met Tech Transfer Offices (TTO s) in Vlaanderen (zie ook 2) om potentiële spin-off projecten te identificeren en op te volgen. Technology & Services Vanuit het domein Technology & Services werd deelgenomen aan volgende internationale beurzen: Cebit in Hannover, IBC in Amsterdam, Internet World in London, Anga Cable Congress in Keulen. Later dit jaar staan nog deelnames aan de EAS beurs in Amsterdam geprogrammeerd. Vanuit Corda incubator wordt een international bridging verhaal uitgewerkt met focus in eerste instantie op Silicon Valley. In dit kader werd tevens een samenwerkingsverband afgesloten met BeCham, een onafhankelijke, non-profit organisatie die streeft naar de bevordering en de samenwerking tussen de Verenigde Staten en België. 4. Sustainable Societies Campus Energyville Incubathor: samenwerking met KULeuven, VITO en Imec. Greenville: samenwerking met KHLim: techniek en wetenschapsacademie Agropolis: business development ism KULeuven Health & Care De afdeling H&C maakt onderdeel uit van de overeenkomst tussen LRM en UHasselt in het kader van de Arkiv KMOFIN2. Een senior Investment Manager van het H&C-team werd aangesteld als Investment Manager voor de UHasselt en zetelt in de IOF-raad van UHasselt. Als voormalig medewerker van de VIB-Tech Transfer onderhoudt zij tevens de contacten met het VIB en wordt de evolutie van toekomstige spin-off projecten nauwgezet opgevolgd. Het in 2014 opgestarte iminds Health is gevestigd in de Carehub van BioVille (incubator onder operationeel management van de H&C-afdeling). Het H&Cteam heeft op regelmatige basis contact met andere TTO s in Vlaanderen (VUB, UAntwerpen, UGent) alsook met de spin-off fondsen Qbic, Gemma-Frisius, Baekeland, SOFI (vertegenwoordiger in IC SOFI -). De afdeling H&C heeft als doelstelling in 2015 de contacten met de Vlaamse SOC s (VIB, iminds, VITO) en TTO s te versterken door de opzet van een kader voor een meer structureel overleg. Technology & Services Vanuit Corda Incubator zijn er strategische samenwerkingen opgezet met PXL en UHasselt. Vanuit C Mine Crib is er een strategisch samenwerkingsverband met MADfaculty uitgewerkt. Tevens is er vanuit Corda Incubator een strategische samenwerking aangegaan met iminds waarbij een afdeling van iminds wordt opgestart in Hasselt. Door de opstart van een afdeling van iminds in Limburg wordt een grotere mogelijkheid geboden voor incubatie van technology starters en wordt een internationale bridging naar andere technologieclusters verder gefaciliteerd. Verder wordt er, mede vanuit de portfolio, samengewerkt met kennisinstellingen IMEC en de universiteiten van Gent en Antwerpen.