Communicatie omtrent het ingrepenbesluit 12 Januari 2009
Inleiding Deze notitie communicatie omtrent het ingrepenbesluit is opgesteld door De Koninklijke Vereniging het Nederlandse Trekpaard en de Haflinger (K.V.T.H.). De K.V.T.H. is een vereniging die de stamboekzaken behartigt van twee paardenrassen, nl. Nederlandse Trekpaarden en Haflingers. Het raakvlak van het ingrepenbesluit met de K.V.T.H. heeft betrekking op het ras het Nederlandse Trekpaard. Het aangepaste ingrepenbesluit uit 2001 heeft altijd de volledige aandacht van de K.V.T.H. gehad. Binnen de vereniging is hier veelvuldig over gecommuniceerd. Er is lange tijd bewust gekozen voor interne communicatie. In de media is door de K.V.T.H. nooit gereageerd op standpunten van derden, ondanks dat hier regelmatig onjuistheden zijn vermeld over de rol van de K.V.T.H. en de achterliggende problematiek. In deze notitie wil de K.V.T.H. duidelijk communiceren wat de standpunten en (on)mogelijkheden van ons stamboek zijn. Hierbij wordt tevens een overzicht gegeven van de gebeurtenissen tussen 2001 en heden, betrekking hebbende op het ingrepenbesluit in relatie tot de K.V.T.H. Deze notitie wordt aangeboden aan de minister van LNV om de rol van de K.V.T.H. te verduidelijken. De K.V.T.H. Het stamboek is in 1914 opgericht als Nederlands Trekpaardenstamboek. In 1948 werd het predikaat Koninklijk toegekend en in de jaren 60 werd het ras Haflingers in de stamboekhuishouding opgenomen. Tot op de dag van vandaag bestaat de vereniging uit deze beide rassen. Momenteel is het stamboeksecretariaat gevestigd in Rosmalen en verzorgen de medewerkers de secretariaatswerkzaamheden van de K.V.T.H., Het Nederlandse Dartmoor Ponystamboek, Het Nederlandse Connemara Ponystamboek en de Vereniging Koepel Fokkerij. De vereniging bestaat uit verschillende bestuursorganen. De landelijke vereniging is opgedeeld in afdelingen, te weten de Nederlandse provincies. De provincies Friesland/ Flevoland en Noord- Holland/ Utrecht hebben onlangs een fusie ondergaan, hetgeen resulteert in 10 afdelingen binnen de K.V.T.H. Elke afdeling heeft, afhankelijk van het aantal leden, één of meerder afgevaardigde(n) binnen het landelijke hoofdbestuur. Het huidige hoofdbestuur bestaat uit 21 personen, hieruit wordt het dagelijks bestuur gekozen. Samen met de gekozen Algemeen Voorzitter bestaat het dagelijks bestuur uit 5 personen.. Per afdeling worden algemene ledenvergaderingen georganiseerd en dit wordt tevens op landelijk niveau gedaan. Het ras het Nederlandse Trekpaard Het Nederlandse Trekpaard is een groot en robuust gebouwd paard dat in vroegere tijden veel als werkpaard werd gebruikt. Het Nederlandse Trekpaard behoort daarmee nadrukkelijk tot het cultuurhistorisch erfgoed. Met het intreden van de mechanisatie is het aantal Trekpaarden sterk terug gelopen en worden de paarden heden ten dage met name hobbymatig gehouden. De eigenaren van Nederlandse Trekpaarden zijn grofweg onder te verdelen in twee groepen, namelijk de actieve fokkers, die invulling geven aan het fokdoel van het stamboek en met hun paarden deelnemen aan exterieurkeuringen, en mensen die deze paarden als gebruikerspaard houden (bijvoorbeeld voor het aangespannen rijden), verder gebruikers genoemd. Onder de eerste groep zit het merendeel van de actief fokkende leden. Deze groep heeft het Nederlandse Trekpaard vaak als traditie van huis uit meegekregen en heeft er vaak vroeger nog werkzaamheden mee verricht in de landbouw. Met name deze groep hecht aan het traditionele type van dit ras en het aangespannen gebruik hiervan in de landbouw. Verder wordt deze groep in de notitie benoemd als aanhangers authentieke trekpaard. Deze groep is helaas aan vergrijzing onderhevig. Dit zien we duidelijk aan een afnemende deelname aan exterieurkeuringen en een jaarlijks afnemend aantal geregistreerde veulens. Op dit moment worden nog maar ruim 500 veulens geregistreerd op jaarbasis. Het ingrepenbesluit; wettelijk kader In Nederland is per 1 september 2001 het vernieuwde ingrepenbesluit in werking getreden. Op grond van artikel 40 lid 1 is het verboden één of meer lichamelijke ingrepen te verrichten bij een dier, waarbij een deel of delen van het lichaam wordt of worden beschadigd. Hieronder valt dus ook het couperen van staarten van paarden.
Op basis van artikel 41 is het in Nederland verboden: -deel te nemen aan een tentoonstelling, keuring of wedstrijd met dieren waarbij een verboden ingreep is verricht. -dieren waarbij een verboden ingreep is verricht tot een tentoonstelling, keuring of wedstrijd toe te laten. -ten verkoop of in voorraad te hebben, ten verkoop aan te bieden, verkopen en kopen van dieren waarbij een verboden ingreep is verricht. Echter dieren waarbij dergelijke handelingen zijn uitgevoerd in een land waar dit niet verboden is, vallen niet onder deze regelgeving. Recente ontwikkelingen In de nota dierenwelzijn (Kamerstukken II 2007/08, nr. 76) is de sector door LNV gewezen op haar verantwoordelijkheid t.a.v. het beëindigen van het couperen van paardenstaarten via de Franse route. Minister Verburg heeft de volgende zaken als doelstelling geformuleerd om het dierenwelzijn te verbeteren: - de sector komt binnen een jaar met een plan van aanpak om te komen tot de noodzakelijke welzijnsverbeteringen (huisvesting, voeding, transport en trainingsmethoden), waarbij ik inzet op een realisatie binnen 3 jaar. Wanneer dit niet gebeurt, zal de overheid regels stellen. - de sector wordt gevraagd zijn verantwoordelijkheid te nemen omtrent het couperen van paardenstaarten en hier duidelijk over te communiceren. Tevens zet de overheid zich in voor agendering binnen de EU. De Sectorraad Paarden heeft eveneens enkele passages omtrent dit onderwerp opgenomen in de Nota Dierenwelzijn. (Zie Bijlage 1) Begin oktober 2008 is er tevens een motie, betreffende het coupeerverbod, aangeboden aan de Kamer (Zie Bijlage 2). Positie en standpunt K.V.T.H. Sedert het in werking treden van het vernieuwde ingrepenbesluit in 2001 heeft de K.V.T.H. het standpunt ingenomen zich hier aan te houden. Dit gaf veel verzet bij een groot deel van de aanhangers van het authentieke trekpaard. Deze groep heeft destijds op eigen initiatief een comité gevormd en zij hebben de mogelijkheid gevonden om op legale wijze in het buitenland te laten couperen. Tevens heeft dit comité, op verzoek, bevestigd gekregen door het ministerie van LNV, dat de K.V.T.H. de paarden toe moet laten op haar exterieurkeuringen, indien aantoonbaar is dat de ingreep is uitgevoerd in een land, waar dergelijke ingrepen zijn toegestaan. Oftewel artikel 41 geldt niet voor paarden, die onder deze voorwaarden een ingreep hebben ondergaan. De K.V.T.H. heeft zich hier met behulp van juridische ondersteuning tegen verzet, echter zonder succes. Anderzijds geldt dat deze groep aanhangers van het authentieke trekpaard een dermate grote groep van het fokkersbestand vormt, dat het voortbestaan van het ras serieus wordt bedreigd als deze fokkers stoppen. Deze fokkers hebben echter stellig uitgesproken niet meer actief te willen zijn bij de K.V.T.H. en te zullen stoppen met de fokkerij, indien ze niet meer legaal kunnen couperen en hiermee geen trekpaarden meer kunnen houden met korte staart, de authentieke vorm. Het aantal dekkingen, geboortecijfers en trekpaardleden binnen de K.V.T.H. is op dit moment al dermate laag, dat met het oog op de continuïteit en het behoud van het Nederlandse Trekpaard, het rampzalig zou zijn als dit zou gebeuren. Voor het behoud van het ras is het essentieel om voldoende trekpaarden in de fokpopulatie te behouden en hierbij speelt deze groep een belangrijke rol! Veel gebruikers (een groeiende groep binnen de K.V.T.H.) en een groeiend aantal aanhangers van het authentieke trekpaard verkiest het om niet meer te couperen. Juist deze veranderende opvattingen geven een handvat om middels actieve communicatie steeds meer mensen te bewegen tot het stoppen met couperen. Deze ontwikkelingen; een omslag in het denkpatroon van mensen, kosten tijd, maar moeten worden gestimuleerd vindt de K.V.T.H. Geleidelijkheid geeft mogelijkheden tot het creëren van een voldoende solide basis onder het ras.
De leden van de K.V.T.H. moeten zich bewust zijn en worden van (de veranderende) omgeving. Het stamboek communiceert al vanaf 2001 duidelijk naar haar leden, dat het couperen van paardenstaarten maatschappelijk niet gewenst is. Inmiddels zien we reeds een verdere afname van gecoupeerde paarden. Deze geleidelijke weg is positief voor het behoud van het ras en zal tevens de maatschappelijke druk moeten kunnen wegnemen. Communicatiemiddelen De K.V.T.H. grijpt diverse communicatielijnen aan. Zoals aangegeven onder De Vereniging worden er algemene ledenvergaderingen gehouden binnen elke afdeling van de K.V.T.H. Bij deze vergaderingen zijn de Algemeen Voorzitter en Algemeen Secretaris standaard aanwezig. Vanaf de vergaderingen in 2007 wordt er tijdens elke vergadering door de Algemeen Voorzitter aangegeven dat het couperen maatschappelijk niet gewenst is en roept hij hierbij de leden op om niet meer te couperen. De leden van de K.V.T.H. zijn ook sedert 2002 allen telkenmale geïnformeerd vóór deelname aan de officiële keuringen, waaronder de hengstenkeuring en Nationale Tentoonstelling, over het feit dat couperen verboden is en dat alleen paarden worden toegelaten waarbij deze ingreep legaal is uitgevoerd. De bewijzen dienen daarvoor aanwezig te zijn bij het desbetreffende paard op de desbetreffende locatie, zoals in de bijlage in de tekst is te vinden (zie bijlage 3). Echter de K.V.T.H. kan niet als officiële controle-instantie van de wet optreden op deze momenten. In eerder overleg tussen de K.V.T.H. en het Ministerie van LNV, in de persoon van dhr. ir. C.A.C.J. Oomen, is afgesproken dat dhr. ir. C.A.C.J. Oomen tijdens onze landelijke Algemene Vergadering 2008 in Wassenaar een inleiding zou verzorgen om het standpunt van de K.V.T.H. te ondersteunen. Tijdens deze vergadering waren alle hoofdbestuursleden, afgevaardigden van de afdelingen en overige genodigden aanwezig, waardoor het een breed publiek heeft weten te bereiken. Om alle leden te informeren over dit standpunt is deze inleiding volledig opgenomen in het verenigingsblad van de K.V.T.H.: Het Trekpaard en de Haflinger maart/ april 2008 nr. 539. Verder zal de K.V.T.H. met verschillende officiële instanties in overleg blijven, om overige mogelijkheden aangaande communicatie nader te bepalen. Op de eerste plaats wordt er regelmatig overleg gevoerd met het Ministerie. Tevens is er contact (geweest) met de Algemene Inspectie Dienst, de Dierenbescherming en de Sectorraad paarden. Deze notitie zal eveneens op korte termijn middels ons verenigingsblad en de officiële website worden gecommuniceerd. De K.V.T.H. zal middels deze notitie haar standpunt ook duidelijker buiten haar vereniging communiceren. Zo zal de K.V.T.H. deze notitie ook aan de Sectorraad Paarden kenbaar maken, om hiermee eveneens een externe communicatielijn aan te grijpen. Uiteraard zal de Algemeen Voorzitter wederom tijdens de Algemene Vergaderingen de leden cq fokkers oproepen, op basis van maatschappelijke verantwoordelijkheid, niet meer te couperen. Tevens zullen de bestuursleden actief de discussie aangaan met de leden, fokkers, belangstellenden en overige geïnteresseerden om voornoemde doelstelling trachten te bereiken. De K.V.T.H. is zich bewust dat de uitstraling van het ingenomen standpunt op meerdere vlakken openbaar gemaakt dient te worden. Slotwoord Deze notitie wordt aangeboden door de K.V.T.H. aan de Minister van LNV. De K.V.T.H. zal zich inzetten om middels communicatie de fokkers ervan te overtuigen dat het couperen maatschappelijk niet gewenst is. Waarbij de K.V.T.H. een oproep zal doen aan de fokkers om niet meer te couperen. Wij vragen begrip voor een bepaalde geleidelijkheid om voldoende draagvlak te krijgen en daarmee toekomst te scheppen voor het behoud van het mooie Nederlandse Trekpaard! Tot op heden is vooral gekozen om de leden cq. fokkers te voorzien van alle informatie, echter wegens het maatschappelijk belang van het onderwerp is gekozen om de externe communicatie nu sterk uit te breiden, onder meer middels deze notitie. Kortom de K.V.T.H. zal de beschikbare middelen aangrijpen om het ingenomen standpunt uit te dragen.
Bijlagen Bijlage 1: Hieronder vindt u de passages omtrent het ingrepenbesluit die zijn opgenomen in de Nota Dierenwelzijn, opgesteld door de Sectorraad Paarden. 1. Inleiding De SRP distantieert zich van: Het couperen van paardenstaarten en branden. 6. Plan van Aanpak bevorderen Welzijn Paard: Fokkerij Om het welzijn van paarden via fokkerijmaatregelen verder te bevorderen stelt de SRP voor in 2009 en 2010 op de volgende onderwerpen aanscherpingen van het fokbeleid van stamboeken door te voeren: het uitbannen van couperen van paardenstaarten en het aanbrengen van brandmerken, het terugdringen van erfelijke gebreken, het verbeteren van de mentale weerbaarheid, het stimuleren van sociaal contact bij spenen en het bestrijden van het gebruik van ongeoorloofde middelen. 1. Door een kleine groep fokkers worden nog steeds staarten gecoupeerd en nog slechts bij uitzondering worden brandmerken aangebracht. De SRP vindt dat couperen van staarten en aanbrengen van brandmerken in Nederland verboden moeten worden. Dit zal gebeuren door tijdens keuringen het hebben van een volledige staart te verplichten. Via voorlichting en communicatie zullen de stamboeken het omzeilen van het coupeerverbod en het brandmerkverbod zoveel mogelijk tegengaan. 2. De SRP steunt de minister om het couperen en branden op de Europese agenda te zetten. 8.1.3. Dieren moeten vrij zijn van pijn, verwonding en ziektes Couperen van staarten en branden Het couperen van staarten en branden is in Nederland volgens de wet verboden. Het couperen van staarten en branden van paarden is niet in alle landen van Europa verboden. De Nederlandse paardeneigenaren die de staarten willen couperen of willen branden, kunnen dit zo op legale wijze doen. De SRP spreekt zich krachtig uit tegen het couperen van staarten en het branden. Verbetering voor het aandachtspunt: Couperen van staarten en branden De minister heeft al aangegeven dat zij het verbieden van couperen van staarten op de Europese agenda gaat zetten. De SRP steunt haar hierin. Daarbij wordt beoogd: 1. Dat tijdens keuringen het hebben van een volledige staart verplicht wordt. 2. Dat de stamboeken via voorlichting en communicatie zoveel mogelijk tegengaan dat het coupeer- en brandmerkverbod wordt omzeild. Bijlage 2: Hieronder vindt u de inhoud van de motie en de betreffende reactie van mw. G. Verburg, Minister van Landbouw: Geachte Voorzitter, Tijdens de stemmingen van 7 oktober jl. zijn moties aangenomen van de leden Ouwehand (PvdD) en Waalkens (PvdA) over maatregelen om het omzeilen van het coupeerverbod voor paarden tegen te gaan (Kamerstukken II 2008/09, 28 286, nr. 237). Met deze brief reageer ik op deze motie. Motie Ouwehand/Waalkens om het omzeilen van het coupeerverbod voor paarden tegen te gaan In deze motie wordt de regering verzocht: - het onmogelijk te maken om veulens die gecoupeerd zijn, in te schrijven in stamboeken; - een verbod uit te vaardigen voor deelname van gecoupeerde dieren aan festiviteiten en - met concrete maatregelen te komen die een einde maken aan de sluiproute voor het omzeilen van het Nederlandse coupeerverbod voor paarden. Stamboeken
Het in Nederland onmogelijk maken om gecoupeerde veulens in te schrijven in stamboeken biedt geen afdoende oplossing voor het omzeilen van het coupeerverbod voor paarden. Paardenhouders hebben namelijk altijd de mogelijkheid gecoupeerde veulens in het moederstamboek in België in te schrijven. Nederlandse stamboeken spelen uiteraard wel een belangrijke rol in de voorlichting en communicatie naar hun leden. Daarnaast hebben stamboeken als doel rasverbetering en instandhouding van een ras. Of paarden wel of niet gecoupeerd worden, is met het oog op verbetering of instandhouding van een ras niet relevant. Ook daarom meen ik dat het uitsluiten van gecoupeerde paarden van een stamboek niet de weg is om het omzeilen van het coupeerverbod voor paarden tegen te gaan. Bovendien ontbreekt een juridische basis om het onmogelijk te maken gecoupeerde veulens in te schrijven in stamboeken. Artikel 76 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren (hierna: de wet) biedt weliswaar de mogelijkheid om eisen te stellen waaraan dieren moeten voldoen om voor inschrijving in een stamboek in aanmerking te komen, maar dergelijke regels kunnen uitsluitend ter bevordering van de raszuiverheid of ter verbetering van de raskenmerken worden gesteld. Verbod deelname festiviteiten Voor wat betreft het verzoek om een verbod uit te vaardigen voor deelname van gecoupeerde dieren aan festiviteiten, wijs ik er op dat ingevolge artikel 41 van de wet het verboden is deel te nemen aan tentoonstellingen, keuringen of wedstrijden met dieren waarbij een bij artikel 40 verboden ingreep is verricht. Artikel 40 van de wet verbiedt het verrichten van een of meer lichamelijke ingrepen bij een dier, waarbij een deel van het lichaam wordt verwijderd of beschadigd. Het couperen van paardenstaarten is een dergelijke verboden ingreep. Het College van beroep voor het bedrijfsleven heeft in hoogste instantie in zijn uitspraak van 26 juni 2002 aangegeven hoe het verbod in artikel 41 van de wet geïnterpreteerd dient te worden. Het verbod in artikel 41 van de wet heeft volgens het college geen betrekking op dieren die in andere landen legaal zijn gecoupeerd. Een bredere interpretatie van het verbod voldoet naar het oordeel van het college niet aan de Europeesrechtelijke criteria met betrekking tot het vrije verkeer van diensten. Bovendien acht het college een dergelijke interpretatie niet noodzakelijk met het oog op het welzijn of de gezondheid van dieren die rechtmatig zijn gecoupeerd, aangezien de ingreep reeds heeft plaatsgevonden. Uit het voorgaande volgt dat een verbod zoals verzocht in de motie momenteel al geldt voor dieren die in Nederland of in andere lidstaten illegaal gecoupeerd zijn. Het is echter - om de hiervoor beschreven redenen - juridisch niet mogelijk om ook dieren uit te sluiten van deelname aan tentoonstellingen, keuringen of wedstrijden, die legaal in andere lidstaten gecoupeerd zijn. Concrete maatregelen Ik heb met België en Vlaanderen gesproken over het couperen van paardenstaarten. Het couperen van paardenstaarten is daar toegestaan, mits een medisch attest is afgegeven. Uit deze gesprekken blijkt dat het couperen van paardenstaarten in België geen hoge politieke prioriteit heeft. Gezien het voorgaande ben ik bij het nemen van concrete maatregelen om een einde te maken aan het omzeilen van het coupeerverbod afhankelijk van de volle medewerking van de sector. In de nota dierenwelzijn (Kamerstukken II 2007/08, nr. 76) wees ik al op de verantwoordelijkheid die de sector heeft bij het beëindigen van het couperen van paardenstaarten. De sector, en de stamboekorganisaties in het bijzonder, hebben een belangrijke rol als het gaat om voorlichting en communicatie en kunnen op deze wijze een bijdrage leveren om het omzeilen van het coupeerverbod voor paarden tegen te gaan. Daarbij heb ik hen reeds eerder al opgeroepen initiatieven op dit punt te nemen en hen gevraagd naar hun leden te communiceren om te stoppen met het couperen van paardenstaarten. Gezien de motie heb ik opnieuw met de sector contact opgenomen en overleg binnenkort met hen over concrete maatregelen die zij kunnen en willen nemen. Bijlage 3: Hieronder vindt u de tekst omtrent het ingrepenbesluit zoals deze is opgenomen in de catalogi van de K.V.T.H.: Voor iedereen geldt tevens dat de eigenaar van de betreffende hengst verantwoordelijk is voor het eventueel aan te kunnen tonen van stamboekpapieren, coupeerverklaringen en/ of overige bewijsstukken, die in Nederland vereist zijn.