Bart Vandevoorde, Erika Van den Bergh en Lode De Beck. Erika Van den Bergh

Vergelijkbare documenten
Datum advisering: 27 januari Lode De Beck, Geert De Knijf en Wim Mertens. Niko Boone

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

VR MED.0348/6BIS

N16 Scheldebrug Temse-Bornem

Overzicht van de soorten en habitats in de Speciale Beschermingszones in Vlaanderen in uitvoering van de Europese Richtlijn 92/43/EEG

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

Kartering van Natura2000-habitats op onbebouwde percelen van een verkaveling in het Kluisbos (Kluisbergen)

VR MED.0348/3

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

Kaartenreeks 5: Beleid open ruimte

Waterkering omheen Lillo-Fort, architecturaal ontwerp van het totaalproject

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

Gecontroleerd overstromingsgebied Kruibeke-Bazel-Rupelmonde

ZATERDAG 17 AUGUSTUS 2002 SAMEDI 17 AOUT 2002 WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

Art. 14. Art. 15. Art. 16.

Bioterra nv Nijverheidslaan OPGLABBEEK

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

Speciale Beschermingszones in Vlaanderen in uitvoering van de Europese Richtlijn 92/43/EEG (Habitatrichtlijn)

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Kaart 1.1. Legende. Eigendomssituatie

ONTWERPBESLUIT LOONSE EN DRUNENSE DUINEN & LEEMKUILEN

Aandeel Natura 2000-habitat in Vogel- en Habitatrichtlijngebieden beheerd in functie van het behalen van de instandhoudingsdoelen

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

BETREFT: Onderhoudsbaggerwerken op de Zeeschelde

a) Getijdenwerking en overstromingen op de Schelde

VR MED.0348/2

Inhoud Bosbeekvallei en aangrenzende bossen, heidegebieden te As-Opglabbeek-Maaseik... 2 Bos- en heidegebieden ten oosten van Antwerpen...

Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe

Vierde uitbreiding erkend natuurreservaat Zeverenbeek

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan vallei van de kleine nete en aa

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

Europees beschermde natuur

Advies betreffende de passende beoordeling bij de milieuvergunningsaanvraag nv Marintec. Boom) voor het herstel van een voormalige scheepshelling

Aanvraag planologisch attest door GESBO gemeente Balen

WATERPROEF. Het geactualiseerde SIGMAPLAN en de Antwerpse Scheldekaaien. Naar een klimaatbestendig Antwerpen

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

Een nieuw begin in zicht

Een nieuw begin in zicht

Advies over de aanduiding als Speciale Beschermingszone van het gebied Keiheuvel te Balen

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur

ADVIES VAN 28 JUNI 2017 OVER HET VOORONTWERP RUP SCHELDEPOLDERS HINGENE

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN HECHTEL-EKSEL KAARTENBUNDEL

De wirwar van planologische natuurbeschermingsmaatregelen.

Erika Vanden Bergh Agentschap voor Natuur en Bos Provinciale dienst Oost-Vlaanderen Gebr. Van Eyckstraat 2-6 B-9000 Gent

ONTWERPBESLUIT STRABRECHTSE HEIDE & BEUVEN

Advies betreffende de inplanting van 10 windturbines in de haven van Antwerpen

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

Bepalen van populatieniveaus van enkele doortrekkende en overwinterende watervogels ten behoeve van S-IHD Schorren en polders van de Benedenschelde

Inleiding. Opdrachten

ONTWERPBESLUIT NOORBEEMDEN & HOOGBOS

Jouw stem in het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan

Indicator. Meting. Oppervlakte nationaal en internationaal wettelijk/statutair beschermd gebied in het Schelde-estuarium.

Ministerieel besluit houdende de uitbreiding van het erkend natuurreservaat Heidebos (nr. E-147)

Advies betreffende de opheffing van het bouwverbod op twee percelen gelegen binnen beschermd duingebied te Bredene

NATUURVERGUNNINGSAANVRAAG

ONTWERPBESLUIT VLIJMENS VEN, MOERPUTTEN & BOSSCHE BROEK

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

Advies over de verenigbaarheid van het leefgebied van enkele habitattypische soorten met Natura 2000-habitats en regionaal belangrijke biotopen

Belgisch Staatsblad dd

De Zeeschelde: varen tussen Temse en Antwerpen

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

Advies betreffende de verspreiding van het kruipend moerasscherm langs de Grote Geule (Beveren-Waas)

BIJLAGE: Kritische depositiewaarden voor verzuring voor Natura 2000 habitattypen

Advies over de bodemkwaliteit van een baggergrond ter hoogte van de Scheldekop in Oudenaarde

Natura 2000 gebied 133 Kampina & Oisterwijkse Vennen

Natura 2000-gebied Kampina & Oisterwijkse Vennen

Advies betreffende de verlenging van de erkenning van de wildbeheereenheid Klein Brabant Rupelstreek

Actualisatie van de Biologische Waarderingskaart en Natura 2000 Habitatkaart van enkele percelen in Lommel

Gidsenopleiding Estuariene natuur in de Durmevallei

BIJLAGE: Kritische depositiewaarden voor stikstof voor Natura 2000 habitattypen

RUP Agnetendal te Peer Milieu-effectenbeoordeling

1000 Brussel. Erkenning van het natuurreservaat E-417 Fort van Walem te Mechelen en Sint-Katelijne-Waver (Antwerpen)

VR DOC.1571/2

Provincieraadsbesluit

GWATE s: het punt in Afrika waar Habitatrichtlijn en kaderrichtlijn Water elkaar ontmoeten?

Analyse van een aantal eenheden van de Biologische waarderingskaart

ONTWERPBESLUIT OUDE MAAS

De Staatssecretaris van Economische Zaken

ADVIES VAN 28 JANUARI 2015 OVER HET VOORONTWERP RUP UITBREIDING TRANSPORTBEDRIJF H. ESSERS

Gelet op het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting, artikel 3.1.1;

Erkenning natuurreservaat Rothoek-Kwarekken Erkenning van het privaat natuurreservaat E-211 Rothoek-Kwarekken te Westerlo (Antwerpen) 21 juni 2012

ONTWERPBESLUIT DROUWENERZAND

Natura 2000-gebied Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

Trekvissen in Natura2000 gebieden. Vissennetwerk 11 maart 2010 Martin Kroes

Gidsenopleiding SIGMAPLAN DURMEVALLEI. Februari

KAART 1 LUCHTFOTO. groep Aertssen. planologisch attest. bron AGIV orthofoto middenschalig winteropname (2013) studiegebied

ONTWERPBESLUIT KAMPINA & OISTERWIJKSE VENNEN

EEN DIJK VAN EEN PLAN. Wim Dauwe

versie 01/2019 Handleiding Omgevingsloket Vegetatiewijzigingen omgevingvlaanderen.be natuurenbos.be

Actualisatie van de Biologische Waarderingskaart en Natura 2000 Habitatkaart in Mol-Postel

Hoogspanningsstation Kinrooi-Maaseik Van Eyck

Actualisatie van de Biologische Waarderingskaart en Natura 2000 Habitatkaart i.h.k.v. het GRUP 'Uitbreiding transportbedrijf H.

Archeologische opvolging van de aanleg van een natuureducatieve tuin in Oudenaarde, Ename

Natura 2000 gebied 36 Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

NRPO17a NatuurRichtPlan De Dendervallei tussen de gewestgrens en Ninove, evenals het Raspailleboscomplex en Geitebos

Natura 2000-gebied Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

Transcriptie:

Advies betreffende de motivatie voor aanduiding van de Bodskenpolder en Buitenland Schoor te Bornem als habitatrichtlijn-, vogelrichtlijn- en VEN-gebied en suggesties naar inrichting. Nummer: INBO.A.2010.251 Datum advisering: 22 december 2010 Auteur(s): Contact: Bart Vandevoorde, Erika Van den Bergh en Lode De Beck Erika Van den Bergh (Erika.vandenbergh@inbo.be) Kenmerk aanvraag: e-mail op datum van 20 september 2010 Geadresseerden: OVAM dienst Saneringsprojecten en Verwijderingen t.a.v. Eric Van den Eynde Stationsstraat 110 B-2800 Mechelen e-mail: evdeynde@ovam.be Cc: Agentschap voor Natuur en Bos, Provinciale afdeling Antwerpen Peter Berghmans (peter.berghmans@lne.vlaanderen.be) Agentschap voor Natuur en Bos Centrale Diensten Carl Deschepper (carl.deschepper@lne.vlaanderen.be) 1/10 INBO.A.2010.251

AANLEIDING Waterwegen en Zeekanaal nv (verder kortweg W&Z) wil in het gebied 'Bodskenpolder en Buitenland Schoor' te Bornem slikken en schorren (als onderdeel van de Hingenepolder) aanleggen. In dit gebied heeft OVAM een ambtshalve beschrijvend bodemonderzoek laten opmaken waaruit blijkt dat een sanering nodig is. Het is de bedoeling dat beide projecten op elkaar afgestemd worden. Het gebied in kwestie is aangeduid met een ovaal op onderstaande luchtfoto. Temse VRAAGSTELLING 1. Op welke basis/met welke motivatie dit werd gebied uitgekozen als Habitatrichtlijn-, Vogelrichtlijn- en VEN-gebied. Met deze info wil men een beter zicht krijgen op de ecologische risico's en de mogelijke saneringsvarianten. 2. Is er een ontwikkelingsvisie voor dit gebied in het kader van het Sigmaplan en de compensatie voor de ontdubbeling van de N16 (Scheldebrug), en kunnen er eventueel richtlijnen gegeven worden voor de sanering en ontpoldering van deze locatie? TOELICHTING 1.1. Vogelrichtlijngebied Het gebied werd op 17 oktober 1998 aangewezen in het kader van de vogelrichtlijn (2009/147/EG) met gebiedsnaam Durme en de middenloop van de Schelde en nr. BE2301235. 2/10 INBO.A.2010.251

De aanduiding van het gebied Durme en de middenloop van de Schelde als Vogelrichtlijngebied wordt gemotiveerd voor het gehele gebied, net zoals alle andere Vogelrichtlijngebieden en dus niet per deelgebied apart. Dit vooral omdat het gebied integraal van belang is voor de vogelsoorten waarvoor het is aangemeld en het onmogelijk is om dit in te delen tot op lokaal niveau. Het gehele Vogelrichtlijngebied Durme en de middenloop van de Schelde werd aangewezen ten behoeve van volgende soorten (van Vessem J., & Kuijken E., 1986): 3/10 INBO.A.2010.251

1.2. Habitatrichtlijngebied Het gebied werd in 1996 voorgesteld als gebied van Communautair Belang volgens de habitatrichtlijn (92/43/EEG). De begrenzing werd vervolgens aangepast bij besluit van de Vlaamse Regering van 24 mei 2002 (B.S 17/08/2002). Het betreft deelgebied nr. BE2300006-27 Schelde- en Durmeëstuarium van de Nederlandse grens tot Gent. Figuur 1: Situering van het Habitatrichtlijngebied. Volgens dit besluit van de Vlaamse Regering werd het gehele gebied (geen motivatie per deelgebied) voorgesteld voor volgende habitats, vissen en amfibieën, telkens met vermelding van hun Natura 2000-code, waarbij het teken «*» aangeeft dat het een prioritaire habitat of soort betreft in de zin van voormelde Richtlijn: 1) Habitats : 1130 Estuaria 1140 Bij eb droogvallende slikwadden en zandplaten 1310 Eenjarige pioniervegetaties van slik- en zandgebieden met Salicorniasoorten en andere zoutminnende planten 1320 Schorren met slijkgrasvegetaties (Spartinion) 1330 Atlantische schorren (Glauco-Puccinellietalia maritimae) 2310 Psammofiele heide met Calluna- en Genista-soorten 2330 Open grasland met Corynephorus- en Agrostis-soorten op landduinen 3150 Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamium of Hydrocharition 4030 Droge heide (alle subtypen) 6410 Grasland met Molinia op kalkhoudende bodem en kleibodem (Eu-Molinion) 6430 Voedselrijke ruigten 6510 Laaggelegen, schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis) 9160 Eikenbossen van het type Stellario-Carpinetum 4/10 INBO.A.2010.251

91E0* Alluviale bossen met Alnion glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae); 2) Vissen: 1149 Cobitis taenia (Kleine modderkruiper) 1099 Lampetra fluviatilis (Rivierprik); 3) Amfibieën: 1166 Triturus cristatus (Kamsalamander); Het gebied werd uitgebreid bij Besluit van 15 februari 2008 van de Vlaamse Regering houdende de definitieve vaststelling van het gebied «Waterzone van het gebied Scheldeen Durme-estuarium van de Nederlandse grens tot Gent» dat in aanmerking komt als speciale beschermingszone in toepassing van de Habitatrichtlijn 92/43/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 21 mei 1992 (B.S. 31/3/2008). Deze uitbreiding werd aangeduid voor 1 Habitat: 1130 Estuaria; 2 Vissen: 1099 Lampetra fluviatilis (Rivierprik), 1134 Rhodeus sericeus amarus (Bittervoorn). Dit specifieke deelgebied werd mee opgenomen in de afbakening omwille van de potentie voor slik- en schorontwikkeling mits herstel van het gebied door ontpoldering zoals aangenomen in het geactualiseerd Sigmaplan. Naar aanleiding van het project van de ontdubbeling van de Scheldebrug (N16) werd een passende beoordeling gemaakt (Van de Vyvere & Colpaert, 2005) waarin volgende mitigerende maatregelen opgenomen werden: 1.3. VEN-gebied Bij besluit van de Vlaamse regering van 18 juli 2003 (B.S. 17/10/2003) houdende definitieve vaststelling van het afbakeningsplan voor de Grote Eenheden Natuur en Grote Eenheden Natuur in Ontwikkeling van de Vallei van de Boven Zeeschelde van de Dendertot de Rupelmonding, het Moer - Vlietvallei - Zuidelijk Eiland, Coolhem, Kleidaal en de Kleiputten van Niel-Terhaegen werd ook voorliggend gebied als GEN aangeduid. Dit gebied werd aangeduid conform artikel 17 2 van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu. Volgens deze bepaling zijn Grote Eenheden Natuur (GEN) gebieden die hetzij natuurelementen over een oppervlakte van minstens de helft van het gebied bevatten, hetzij een specifiek natuurelement met hoge natuurkwaliteit bevatten. Het artikel bepaalt ook dat de GEN en de GENO gebieden omvatten met een duidelijke samenhang en een voldoende aaneengesloten oppervlakte. Dit gebied werd aangeduid conform artikel 20 van ditzelfde decreet omdat het de bestemmingen natuurgebied en bosgebied draagt op het gewestplan. Het is m.a.w. VEN- 5/10 INBO.A.2010.251

waardig. Een zone van ca. 0.9 ha in het gebied is niet opgenomen aangezien dit bestemd is als een gebied is voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut. Dit gebied werd mee opgenomen in het VEN omdat het mee vorm geeft aan het samenhangend aaneengesloten netwerk waarvoor deze gebiedscategorie bedoeld is. Het niet aanduiden van dit gebied zou een onderbreking impliceren van de netwerkstructuur langsheen de Schelde. De motivatie voor opname sluit aan bij deze voor aanduiding als habitatrichtlijngebied (i.c. de oorspronkelijke systeemkenmerken terug herstellen door afgraven zodat terug slik- en schorontwikkeling mogelijk wordt). Het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan N16 Scheldebrug Temse-Bornem werd op 25 mei 2007 goedgekeurd (B.S. 14/06/2007). In het kader hiervan werd een passende beoordeling gemaakt (cf.1.2). Hierover concludeert men in de toelichtingsnota bij dit RUP: Met betrekking tot het Vlaams Ecologisch Netwerk stelt bovenvermeld advies dat in het kader van het Sigmaplan bijkomende ruimte zal gecreëerd worden voor slikken, schorren, rietland en wilgenstruweel in het gebied stroomafwaarts van de bestaande Scheldebrug. Het gebied waar dit advies betrekking op heeft. Met betrekking tot die passende beoordeling en eventuele vereiste compensatiemaatregelen schrijft men nog in de toelichtingsnota: Rekening houdend met het (..) advies van AMINAL afdeling natuur bij de passende beoordeling en met de resultaten van de milieusynthesenota, worden in dit ruimtelijk uitvoeringsplan geen materiële compensaties in het kader van artikel 26bis van het Natuurdecreet opgenomen. De planologische compensatie voor ingenomen VENgebied wordt voorzien bij de ruimtelijke uitvoeringsplannen in het kader van het Sigmaplan of de afbakening van de natuurlijke structuur op Vlaams niveau. 1.4. Sigmaplan Bij besluit van de Vlaamse Regering van 22 juli 2005 werd de Langetermijnvisie Scheldeestuarium en het geactualiseerd Sigmaplan goedgekeurd. Hierin is opgenomen dat het gebied zal ontpolderd worden. Voor het gebied in kwestie is volgende bepaling opgenomen: 2. Inrichting en ontwikkeling Binnen het geactualiseerd Sigmaplan is het gebied aangeduid om te ontpolderen (cf. 1.4) door afgraving van het stort. Uit historische analyse blijkt dat het betreffende gebied is ingepolderd met een zomerdijk tussen 1775 en 1850 (Van Braeckel et al., 2006). Vanaf 1944 zijn luchtfoto s beschikbaar van het gebied, in totaal minstens van 13 verschillende jaren, op basis waarvan de geschiedenis van het gebied kan worden gereconstrueerd. In 1944 was er vermoedelijk wijmenteelt. In 1954, tijdens de reconstructie van de Temsebrug is het gebied gedeeltelijk opgehoogd. Op de luchtfoto van 1967 is een waterplas te zien in het niet opgehoogde zuidelijke gedeelte. Op de luchtfoto van 1977 is te zien dat ook dit zuidelijk deel is opgevuld en dat andere activiteiten (storten?) plaatsvinden (Figuur 2 tot 5). Een verdere analyse van deze luchtfoto s kan nog extra informatie opleveren. Om hier een goed functionerend slik- en schorgebied te ontwikkelen moet het stort afgegraven worden tot op slikniveau, zoals voorzien in het Geactualiseerde Sigmaplan. Door de verschillende ophogingen van het gebied is het niveau momenteel supratidaal en is een dijkverplaatsing niet voldoende om een slik- en schorgebied te ontwikkelen. Het is aangewezen om al het gebiedsvreemde materiaal te verwijderen en af te graven tot het 6/10 INBO.A.2010.251

niveau van de oorspronkelijke polder. Dit niveau kan in voorafgaand onderzoek via boringen worden bepaald. Ter vergelijking: de Fasseitpolder in het GOG van Kruibeke, Bazel en Rupelmonde is in 1715 ingepolderd en heeft een gemiddelde hoogteligging van ongeveer 3m TAW (Vandevoorde et al. 2002). De Bodskenpolder werd iets later ingepolderd en is dus mogelijk iets hoger gelegen. Gemiddeld hoogwater (GHW) in Temse is 5.54m TAW en een gemiddeld laagwater (GLW) is 0.17m TAW (Taverniers & Mostaert 2009). Door het gebiedsvreemd materiaal weg te halen zal een middelhoog slik (overspoeling tussen 25 en 75%) gerealiseerd worden, een geschikte hoogte voor verdere ontwikkeling van een functioneel slik- en schorgebied (Figuur 7). Gezien de beschutte ligging - voor het gebied ligt een smalle schorstrook (Figuur 6) - zal er sedimentatie plaatsvinden wat zal leiden tot de vorming van hoog slik (<25% van de tijd overstroomd) en uiteindelijk schor. Om te voorkomen dat een bedijkt slik- en schorgebied ontstaat wordt aangeraden om de bestaande dijk af te graven tot op het origineel niveau en eventueel openingen door de voorliggende schorstrook te maken naar de Schelde zoals in de ontpoldering te Heusden (Van den Neucker et al. 2007). Figuur 2: Luchtfoto uit 1944 van het studiegebied. 7/10 INBO.A.2010.251

Figuur 3: Luchtfoto uit 1954 van het studiegebied. Figuur 4: Luchtfoto uit 1967 van het studiegebied. 8/10 INBO.A.2010.251

Figuur 5: Luchtfoto uit 1977 van het studiegebied. Figuur 6: Vegetatiekaart van 2003 van de huidige smalle schorstrook voor het studiegebied. 9/10 INBO.A.2010.251

9 Temse 8 7 6 5 m TAW 4 3 2 1 0-1 0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100-2 Figuur 7:Overstromingsduurcurve ter hoogte van Temse op basis van de getijdata van 2008. REFERENTIES Taverniers E., & Mostaert F., 2009. MONEOS - jaarboek monitoring WL 2008. Overzicht monitoring hydrodynamiek en fysische parameters zoals door WL in 2008 in het Zeescheldebekken gemeten. Versie 4_0. WL Rapporten, Projectnr. 833_07. Waterbouwkundig Laboratorium Antwerpen, België, 185 p. Van Braeckel A., Piesschaert F., & Van den Bergh E., 2006. Historische analyse van de Zeeschelde en haar getijgebonden zijrivieren. 19e eeuw tot heden. Rapport Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek INBO.R.2006.29, Brussel, 178 p. Van Braeckel A., Dillen J. & Van den Bergh E., in prep. Ecotopen van de Zeeschelde - evolutie tussen 1850 en nu. Rapport Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek. Van den Neucker T., Verbessem I., Vandevoorde B., Van Braeckel A., Stevens M., Spanoghe G., Gyselings R., Soors J., De Regge N., De Belder W., & Van den Bergh E., 2007. Evaluatie van natuurontwikkelingsprojecten in het Schelde-estuarium. Rapport Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek INBO.R.2007.54., Brussel, 218 p. Vandevoorde B., De Becker P., & Van den Bergh E., 2002. Vegetatiekartering van de polder van Kruibeke, Bazel en Rupelmonde. Rapport Instituut voor Natuurbehoud IN.R.2002.7, Brussel, 180 p. + bijlagen. Van de Vyvere J. & Colpaert R., 2005. Passende beoordeling brug en kaai Temse. Belconsulting nv. Tielt. 18 p. van Vessem J., & Kuijken E., 1986. Overzicht van de voorgestelde speciale beschermingszones in Vlaanderen voor het behoud van de vogelstand (e.g.-richtlijn 79/409/eeg van 2 april 1979). Instituut voor Natuurbehoud: Hasselt : Belgium. ii, 102 p. 10/10 INBO.A.2010.251