Rutinas de clase Lenguaje para la clase de español

Vergelijkbare documenten
Keuzevak Spaans voor beginners 1 - Extra oefeningen

Inhoudsopgave. Ondersteunend materiaal página 4. Inhoud + checklist páginas 2-3. Opdracht página 1. Información personal páginas 6-13

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Spaans leren als verbreding voor de jonge leerling.

Spaans voor zelfstudie

SPAANS HERHALINGLES 1 Español

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

SPAANS HERHALINGLES 2 Español

k ga naar school Voy al colegio

SPAANS LES 6 Español

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

E-book Gratis Spaanse lessen

SPAANS LES 8 Español

SPAANS LES 4 Español

Sí, claro! 1.2. Instaptoets. Opgaven. 1. Dos amigos miran el plano de Sevilla. 4. En la oficina de turismo.

España español Chile

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Uitwerking Tareas Spaans 3. Qué has hecho hoy?

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît?

Sí, claro! 1.1. Instaptoets. Opgaven. 4. En un hotel. 1. En un viaje. Perdón, ustedes francés? No, sólo inglés. Hola, cómo? Ernesto, y tú?

Het belang en het gemak van het Spaanse werkwoord

Exchange MALAGA CANISIUS IES La Cala de MIJAS

SPAANS LES 7 Español

Woordenlijstenspel eigen

cuál? cuál es su número de reserva? a ver... acento, el alfabeto, el apellido, el apellidos, los aquí tiene arroba, la ascensor, el baño, el

Spaans leren als verbreding voor de jonge leerling.

SPAANS HERHALINGLES 3 Español

Wiekendje. Vanuit het MT. Basisschool Het Molenven. In dit nummer: 25 februari

SPAANS LES 2 Español

Quisiera una habitación

januari el/un coche el/un gato la/una casa la/una chica la/una mesa

EL HORARIO DE LOS CHICOS

El horario de los chicos

SPAANS LES 3 Español

Woordenlijst Nederlands Spaans

Możesz mi pomóc? [form.:] Może Pan(i) mi pomóc? Czy mówisz po angielsku? [form.:] Czy mówi Pan(i) po angielsku?

Serie de publicaciones - Serie-overzicht

Reizen Wonen Koken & genieten Cultuur & vermaak

SPAANS LES 12 Español

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Bana yardımcı olurmusunuz, lütfen? Om hulp vragen

Madrid maart 2 april Spoedcursus Spaans Marc Deldime TechnOV 1

Mi cole. aan deze pagina een persoonlijk tintje! Hier kun je schrijven, tekenen, plakken, SETENTA Y SIETE

Maart is een rustige maand. Buiten de vaste waarde van carnaval houden alle takken hun eigen vergaderingen op zaterdag achternoen!!!

Inmigración Documentos

mp3 Spaans Inbegrepen: 21 taallessen Te gusta bailar? Dans je graag? Sí, sobre todo flamenco! Ja, vooral flamenco! Conversatiegids gratis* fragment

Serie Crímenes al sol. Pasión mortal

Nederlands in 4 weken week 1 jsp-taligen.indd :26:18

Reizen Accommodatie. Accommodatie - Vinden. Accommodatie - Boeking. Om de weg naar je accommodatie vragen

Encuentros. Unidad 2. Woordenschat. Grammatica

Reizen Uit Eten. Uit Eten - Bij de ingang. Uit Eten - Eten bestellen

Instaptoets. Opgaven. 1. En un viaje. 4. En un hotel. Hola, cómo? Ernesto, y tú? Perdón, ustedes francés? No, sólo inglés.

1 Ficha de trabajo DOS POSTALES DESDE GALICIA. 1. Lee la postal de Elena para su madre. Completa el texto con las palabras.

1OEFENINGEN bij WERKWOORDEN (boek CAMINOS 1, PAG.133 e.v.)

Spreekopdrachten thema 1 Nederland

Aprende holandés - Leer Nederlands. Holandés para hispanohablantes. Animo! Nederlands voor Spaanstaligen. Libro de alumno - Cursusboek

Reizen Uit Eten. Uit Eten - Bij de ingang. Uit Eten - Eten bestellen

Caminos nieuw 1. Instaptoets

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Reizen Accommodatie. Accommodatie - Vinden. Accommodatie - Boeking. Om de weg naar je accommodatie vragen

Reizen Accommodatie. Accommodatie - Vinden. Accommodatie - Boeking. Om de weg naar je accommodatie vragen

Bijlage 3. Handleiding video Dynamica 2. Een kijkje in klas 4, 5 en 6 van het Colégio Maaswaal!

antes antes de así cada cambiar camino, el cruzar cuarta calle, la cumpleaños, el a la derecha a la izquierda a qué hora abre?

Cursus Spaans. = taalavontuur

HANDLEIDING DEEL 2 hoofdstuk 4 t/m 6

Tú y yo. In deze Unidad ga je vertellen over jezelf, je familie en vrienden

Nederlands Español. Handige zinnen en woorden om u snel op weg te helpen in Spanje

Viajar General. General - Básicos. General - Conversación. Se usa para pedir ayuda. Para preguntar si una persona habla inglés

Immigratie Documenten

WEEKBRIEF 17 FEBRUARI 2017 / NUMMER 25. voorleesmoment. 10 minutengesprekken

Op het potje Al bacín

Jongens en Guillaume, aan tafel!

OPLOSSINGEN. Dit heb ik deze vakantie gedaan... Dit heb ik gedaan: Hier vind je alle oplossingen, maar: niet valsspelen, he?

6.5-De werkwoorden ser en estar

Cómo se escribe tu nombre en español? Tienes hermanos? Cómo se llaman?

Vriendschap op de middelbare school. Een zoektocht naar echte vrienden

lombricita De jongste mag beginnen en een passend kaartje aan het openingskaartje leggen. Als je niet kan moet je een kaartje uit de pot pakken.

RUDOLF RASCH: DUIZEND BRIEVEN OVER MUZIEK VAN, AAN EN ROND CONSTANTIJN HUYGENS - Chièze aan Huygens 30 augustus B -

SPAANS LES 5 Español

cantar cocinar coleccionar novela sello ver casa cero cincuenta cine colección comida contar general gol guerra guitarra jamón jefe la jefa joven

Me llamo. Clase: Instituto:

Exchange MALAGA CANISIUS IES La Cala de MIJAS

Hotel Hallo - Thema 2 Hallo TELEVISIE KIJKEN

Groene- Blokken- Boekje. Groene blokken om te leren uit: Juan y Rosa están de vacaciones

Argentina Bolivia Cuba Salsa! Chile Durango España flamenco Guatemala Honduras Ibiza jugo zumo

SPAANS LES 13 Español

la bicicleta De jongste mag beginnen en een passend kaartje aan het openingskaartje leggen. Als je niet kan moet je een kaartje van de pot pakken.

Tú y yo 1. Actividades. Tú y yo. Geef deze pagina een persoonlijk tintje! Hier kun je schrijven, tekenen, plakken,...

En el hotel. a. b. g. h. f. g. Hotel La Alhambra. 1 Escuche a su profesor/a y repita. Luister naar de docent en zeg na. la llave

Zakelijke correspondentie

Zakelijke correspondentie

Wonen. In deze les leert u

Dit taalgidsje is van: Naam: Datum reis: Reisbegeleid(st)er: Veel plezier! Introductie:

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Transcriptie:

Rutinas de clase Lenguaje para la clase de español Carin Macías Miñambres Sint Clemensschool

Saludos y presentaciones Goededag! Goedemorgen! Goedemiddag! Hallo! Hoe gaat het met jullie? Hoe gaat het met jou? Hoe gaat het vandaag met jullie? Hoe heet je? Wie ben je? Ik ben Buenos días! Buenos días! Buenas tardes! Hola! Cómo estáis? Cómo estás? Cómo estáis hoy? Cómo te llamas? Quién eres? Yo soy Pasar lista Karin? Jan?... Aanwezig Zij/hij is er niet Zij/ hij is er Ja, ik ben er Zij/hij is aanwezig Ik ben aanwezig Karin? Jan?... Presente No está Sí está Sí estoy Está (presente) Estoy (presente) 2

Qué fecha es hoy? Welke dag is het vandaag? Vandaag is het drie juni Morgen Overmorgen Gisteren Eergisteren Qué fecha es hoy? A cuántos estamos? Hoy es el tres de junio Mañana Pasado mañana Ayer Anteayer 3

Qué hora es? Hoe laat is het? Het is half 9 Het is 12 uur Het is kwart over 12 Het is half 2 Het is kwart voor 3 Pauze Qué hora es? Son las ocho y media Son las doce Son las doce y cuarto Es la una y media Son las tres menos cuarto Recreo 4

Primera clase: vamos a conocernos Hoe heet je? Ik heet Piet /Saskia Hoe oud ben je? Ik ben acht jaar oud Waar kom je vandaan? Ik kom uit Nederland, uit Spanje Ik ben de meester Ik ben de juf Ik heet. En jij? Cómo te llamas? Me llamo Piet/Saskia Cuántos años tienes? Tengo ocho años De dónde eres? Soy de Holanda/España Soy el profe(sor) Soy el maestro Soy la profe(sora) Soy la maestra Me llamo Y tú? 5

Consignas Ga (even) zitten! Gaan jullie (even) zitten! Ga even zitten alsjeblieft! Let op! Letten jullie op! Opletten! Luister even! Luisteren jullie even! Rustig zijn Wees rustig! Zijn jullie rustig! Stilte! Niet kletsen! Werken! Siéntate! Senta(r)os! Siéntate, por favor! Atiende! Atended! Atención! Escucha! Escuchad un momento!!quieto/a! Estate quieto! Esta(r)os quietos! Silencio! A callar! A trabajar! 6

Sluit de deur Sluit het raam Open het boek Openen jullie het boek Sluit het boek Sluiten jullie het boek Cierra la puerta Cierra la ventana Abre el libro Abrid el libro Cierra el libro Cerrad el libro Neem je schrift Nemen jullie het schrift Pak je potlood Pak jullie potloden Coge/toma el cuaderno Coged/tomad el cuaderno. coge/toma el lápiz coged/tomad los lápices 7

Acciones tú vosotros Kom binnen Entra Entrad Ga Sal Salid Kijk Mira Mirad Schrijf Escribe Escribid Lees Lee Leed Herhaal Repite Repetid Luister Escucha Escuchad Zeg hallo Di hola Decid hola Ga zitten Siéntate Senta(r)os 8

Ga staan Levántate Levanta(r)os Luister Escucha Escucha Let op Atiende Atended Plak op Pega Pegad Knip Recorta Recortad Vraag Pregunta Preguntad Antwoord Responde Responded Breng me Tráeme Traerme Silencio! Escucha a la maestra Escucha la canción 9

Preguntas Vragen? Preguntas? Heb je nog een vraag? Tienes otra pregunta? Hebben jullie nog een vraag? Tenéis otra pregunta? Heb je het gesnapt? Lo has comprendido? Hebben jullie het gesnapt? Lo habéis comprendido? Ben je klaar? Has terminado? Zijn jullie klaar? Habéis terminado? Is het duidelijk? Está claro? Wat betekent.? Qué significa.? Wat heb je gezegd? Qué has dicho? Wat hebben jullie gezegd? Qué habéis dicho? Ik weet het niet No lo sé Ik snap het niet No lo comprendo Ik heb een vraag Tengo una pregunta Kun je het herhalen? Puedes repetirlo? Kun je het nog eens lezen? Puedes leerlo otra vez? Ja, het is duidelijk Sí, está claro 10

Felicitaciones Goed zo! Prima! Geweldig! Super! Petje af Goed geantwoord Wat heb je dat goed gedaan Wat hebben jullie dat goed gedaan Goed gewerkt Dat is juist Zo is het Dat is een goed idee Muy bien! Estupendo! Súper! Chapó! Buena respuesta Pero que bien lo has hecho Pero que bien lo habéis hecho Has/habéis trabajado (muy) bien Es correcto Así es Es una buena idea 11

Anima a los alumnos Probeer het nog eens. Jammer, het klopt niet Doe het nog maar een keertje Het antwoord is niet goed Inténtalo otra vez Qué lastima!, pero es incorrecto / no está bien Hazlo otra vez La respuesta no es correcta La respuesta no está bien 12

Durante un juego We gaan een spelletje doen We gaan een spel spelen De dobbelsteen De kaarten De pionnen Het ganzenbord De prijs Je hebt gewonnen Je bent de winnaar Neem een kaartje Ga drie stappen vooruit Wie is aan de beurt? Ik ben aan de beurt Vamos a hacer un juego Vamos a jugar a un juego El dado Las cartas La ficha El juego de la oca El premio Tú has ganado Eres el ganador/la ganadora Coge una carta Avanza casillas A quién le toca? Me toca a mí Es mi turno Een beurt overslaan Om de beurt Op je beurt wachten Werp de dobbelsteen Jij begint Gooi de bal Dejar pasar un turno Por turno(s) Espera tu turno Tira el dado Empiezas tú Echa/tira la pelota 13

Reglas del colegio Niet vechten Niet duwen Op je beurt wachten Niet door de klas schreeuwen De vinger opsteken No pelear No empujar Esperar tu turno No gritar por la clase Levantar la mano Stil zitten! Luisteren! Niet uitlachen! Help / elkaar helpen Vraag toestemming Blijf zitten! Éstate quieto/a! A escuchar! No te burles de.! Ayuda a / ayudaos Pide permiso Quédate sentado/a! 14

Al final de la clase De les is over vijf minuten Faltan cinco minutos afgelopen para terminar / La clase termina en cinco minutos De les is bijna afgelopen La clase casi ha terminado We stoppen Paramos De bel gaat El timbre suena Tot ziens Hasta la vista Tot morgen Hasta mañana Tot volgende keer Hasta la próxima vez Tot volgende week Hasta la próxima semana Fijn weekend Buen fin de semana Fijne vakantie Buenas vacaciones Tot volgend jaar Hasta el próximo año Maak je huiswerk Het huiswerk is. Haz los deberes Los deberes son 15

Adiós y hasta mañana 16