Informatica Programmeren



Vergelijkbare documenten
Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming 1 september 2007 STUDIEGEBIED ICT. Modulaire opleiding Informatica: Programmeren AO IC 002

,1)250$7,&$352*5$00(5(1762

Leerplan. Informatica computer- en besturingssystemen en netwerken OPLEIDING. Modulair. Studiegebied ICT

Leerplan Informatica-toepassingssoftware

Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming 1 september 2007 STUDIEGEBIED ICT

Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming 1 september 2007 STUDIEGEBIED ICT. Modulaire opleiding Informatica: Toepassingssoftware AO IC 003

Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming 1 september 2007 STUDIEGEBIED ICT

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 8 december 2006 STUDIEGEBIED MODE. Modulaire opleiding Breien BO MO 023

Advies over het algemeen vak Informatica in de tweede en derde graad van het ASO

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED HANDEL

3KA Toegepaste informatica

VLAAMS VERBOND VAN HET KATHOLIEK SECUNDAIR ONDERWIJS LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS MULTIMEDIATECHNIEKEN. Derde graad TSO Eerste en tweede leerjaar

SECUNDAIR ONDERWIJS FUNDAMENTEEL GEDEELTE

SECUNDAIR ONDERWIJS COMPLEMENTAIR GEDEELTE

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap woensdag 24 mei 2006 STUDIEGEBIED KANT. Modulaire opleiding Naaldkant AO KA 003

STUDIEGEBIED GRAFISCHE TECHNIEKEN: NON-PRINT

Leerplan BUROTICA. Studiegebied Informatie- en communicatietechnologie

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 8 december 2006 STUDIEGEBIED MODE. Modulaire opleiding Modist BO MO 022

Cursus toegepaste informatica 6 TSO

STUDIEGEBIED GRAFISCHE TECHNIEKEN: NON-PRINT

Eerste graad. Uitgeverij Averbode. Uitgeverij De Boeck

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 8 december 2006 STUDIEGEBIED MODE. Modulaire opleiding Accessoires BO MO 019

Jaarplan Informatica 5e jaar

Overzicht modulefiches opleiding graduaat informatica optie programmeren

HBO5 Informatica Netwerkbeheer (90 studiepunten) In deze module leer je projecten op te stellen en te programmeren in de VB.NET-omgeving.

Atheneum Boom en ICT. Inleiding

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED BOUW

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 8 december 2006 STUDIEGEBIED MODE. Modulaire opleiding Maatwerk kinder- en tienerpatronen BO MO 017

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED BIBLIOTHEEK-, ARCHIEF- EN DOCUMENTATIEKUNDE

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 8 december 2006 STUDIEGEBIED MODE. Modulaire opleiding Realisaties kinder- en tienerkleding BO MO 013

de vereiste integriteit in acht nemen.

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 8 december 2006 STUDIEGEBIED MODE. Zwevende modules

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED LEDERBEWERKING

VSKO. Leerplan OPLEIDING. Zwevende module. Modulair. Studiegebied Auto

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 8 december 2006 STUDIEGEBIED MODE. Modulaire opleiding Mode en interieur BO MO 020

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED HANDEL

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 8 december 2006 STUDIEGEBIED MODE. Modulaire opleiding Maatwerk Damespatronen BO MO 16

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 8 december 2006 STUDIEGEBIED MODE. Modulaire opleiding Maatwerk Herenpatronen BO MO 018

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 8 december 2006 STUDIEGEBIED MODE. Modulaire opleiding Mode- en textielverkoop BO MO 021

Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming STUDIEGEBIED HANDEL. Modulaire opleiding Secretariaatsmedewerker BO HA 002

Mogelijke opdrachten voor een vakwerkgroep informatica

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED LEDERBEWERKING

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 8 december 2006 STUDIEGEBIED MODE. Modulaire opleiding Realisaties herenkleding BO MO 014

Leerplan. Uitbreidingsmodules bij de opleiding. Informatica: computer- & besturingssystemen en netwerken (AO IC 001) van het studiegebied

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED PERSONENZORG

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED Juwelen

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED HANDEL

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED LEDERBEWERKING

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 8 december 2006 STUDIEGEBIED MODE. Modulaire opleiding Retouches BO MO 015

VOLWASSENENONDERWIJS

CVO PANTA RHEI - Schoonmeersstraat GENT

Vereiste basiscompetenties om rechtstreeks te kunnen instappen in Zakelijke communicatie in een eerste vreemde taal 2

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED LEDERBEWERKING

Leerlijn basisvaardigheden ICT SCHOLENGEMEENSCHAP KOBRA BRASSCHAAT

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED Mechanica-elektriciteit

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap woensdag 24 mei 2006 STUDIEGEBIED KANT. Modulaire opleiding Afgeknoopte Draden AO KA 001

Windows applicaties met VB.NET VB Express 2010

ICT programmeren. Algemene opleiding Studiegebied Informatie- en communicatietechnologie AO IC

HBO5 Informatica Netwerkbeheer (90 studiepunten) Het schematiseren van probleemstellingen. met zelfgedefinieerde klassen werken.

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED Mechanica-elektriciteit

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED LEDERBEWERKING

STUDIEGEBIED HUISHOUDELIJK ONDERWIJS

Secundair volwassenenonderwijs

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED Mechanica-elektriciteit

Overzicht modulefiches Webdesigner

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 8 december 2006 STUDIEGEBIED MODE. Modulaire opleiding Realisaties dameskleding BO MO 012

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED BIBLIOTHEEK-, ARCHIEF- EN DOCUMENTATIEKUNDE

Elektronische paginaopmaak (DTP) en multimedia

Start to ICT. Algemene opleiding Studiegebied Informatie- en communicatietechnologie AO IC

VAK Informatica. LP NR September 2007 LICAP BRUSSEL D/2007/0279/046 KSO LEERKRACHT Kris Cauberghe

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED Mechanica-elektriciteit

Windows applicaties met Visual Basic.NET. VB Express 2010 HA Werkgroep Handel Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs

Vereiste basiscompetenties om rechtstreeks te kunnen instappen in Boekhouden voor een boekhoudkundige bediende

LEERLIJN BASISVAARDIGHEDEN ICT

Algoritmisch denken: analyseren, ontwerpen, beschrijven van oplossingen en implementeren met Alice

M IC 438 M IC G441 - M IC G442 -

STUDIEGEBIED BOEKBINDEN

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED BOUW

Productoverzicht 2005

Programmeren in Excel met VBA

STUDIEGEBIED TEXTIEL

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap woensdag 24 mei 2006 STUDIEGEBIED NT2. Modulaire opleiding Socio-Culturele Integratie R1 AO NT 009

ASO. Bijzondere wetenschappelijke vorming. derde graad LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS. derde leerjaar. (vervangt 97148) Vak: AV Informatica 2 lt/w

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED HANDEL

Access. Module 0. Access, versie 97 (UK) Nummer: 012 ( ) The Courseware Company

Vak: Toegepaste informatica

Sint-Jan Berchmanscollege

MS Publisher. Module 0. tccbk MS Publisher, versie 2000 (NL) Nummer: 228 ( ) The Courseware Company

Hoger Beroepsonderwijs STUDIEGEBIED INDUSTRIELE WETENSCHAPPEN EN TECHNOLOGIE

VSKO. Leerplan OPLEIDING. Zwevende module. Modulair. Studiegebied Auto

Samen op zoek naar proeven

- ict leerlijnen Springplank Heusden-Zolder -

Programmeren in Access met VBA

STUDIEGEBIED BOEKBINDEN

Studiegebied KANT Leerplan Naaldkant BSO 3

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap woensdag 24 mei 2006 STUDIEGEBIED KANT. Modulaire opleiding Borduren AO KA 004

HBO5 Informatica Netwerkbeheer (90 studiepunten)

Mogelijke opdrachten voor een vakwerkgroep Nederlands

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED BOUW

Mogelijke opdrachten voor een vakwerkgroep economie en handelsvakken

Transcriptie:

Leerplan OPLEIDING Informatica Programmeren Modulair Studiegebied ICT Goedkeuringscode 01-02/428/G/O/P/V Maart 2002

Inhoudstafel 1 Inleiding... 7 2 Opleiding: Informatica-programmeren... 8 2.1 Doelstelling van de opleiding... 8 2.2 Organisatie... 9 2.2.1 Studieduur... 9 2.2.2 Onderwijsvorm... 9 2.2.3 graad... 9 2.2.4 Aantal lestijden AV/TV/PV... 9 2.2.5 Modules... 9 2.3 INFORMATICA - PROGRAMMEREN TSO 3... 10 3 Module Initiatie in de informatica... 11 3.1 Organisatie... 11 3.1.1 Studieduur... 11 3.1.2 Onderwijsvorm... 11 3.1.3 Graad... 11 3.1.4 Aantal lestijden AV/TV/PV... 11 3.2 Situering van de module in de opleiding... 11 3.3 Beginsituatie... 11 3.4 Doelstellingen... 11 3.5 Leerinhouden module Initiatie in de informatica... 12 3.6 Minimale materiële vereisten... 13 3.7 Methodologische wenken... 13 3.8 Didactische middelen... 13 3.9 Evaluatie... 14 3.10 Bibliografie... 14 4 Gestructureerd programmeren... 15 4.1 Organisatie... 15 4.1.1 Studieduur... 15 4.1.2 Onderwijsvorm... 15 4.1.3 Graad... 15 4.1.4 Aantal lestijden AV/TV/PV... 15 4.2 Situering van de module in de opleiding... 15 4.3 Beginsituatie... 15 4.4 Doelstellingen... 15 4.5 Leerinhouden module Gestructureerd programmeren... 16 4.6 Minimale materiële vereisten... 16 4.7 Methodologische wenken... 17 Leerplan programmeren Blz. 2

4.8 Didactische middelen... 17 4.9 Evaluatie... 18 4.10 Bibliografie... 18 5 Module Programmeren eerste en tweede taal 1... 19 5.1 Organisatie... 19 5.1.1 Studieduur... 19 5.1.2 Onderwijsvorm... 19 5.1.3 Graad... 19 5.1.4 Aantal lestijden AV/TV/PV... 19 5.2 Situering van de module in de opleiding... 19 5.3 Beginsituatie... 19 5.4 Doelstellingen... 19 5.5 Leerinhouden module Programmeren eerste en tweede taal 1... 20 5.6 Minimale materiële vereisten... 20 5.7 Methodologische wenken... 21 5.8 Didactische middelen... 21 5.9 Evaluatie... 21 5.10 Bibliografie... 22 6 Module programmeren eerste en tweede taal 2... 23 6.1 Organisatie... 23 6.1.1 Studieduur... 23 6.1.2 Onderwijsvorm... 23 6.1.3 Graad... 23 6.1.4 Aantal lestijden AV/TV/PV... 23 6.2 Situering van de module in de opleiding... 23 6.3 Beginsituatie... 23 6.4 Doelstellingen... 23 6.5 Leerinhouden module Programmeren eerste en tweede taal 2... 24 6.6 Minimale materiële vereisten... 24 6.7 Methodologische wenken... 24 6.8 Didactische middelen... 25 6.9 Evaluatie... 25 6.10 Bibliografie... 25 7 Module programmeren eerste en tweede taal 3... 27 7.1 Organisatie... 27 7.1.1 Studieduur... 27 7.1.2 Onderwijsvorm... 27 7.1.3 Graad... 27 7.1.4 Aantal lestijden AV/TV/PV... 27 Leerplan programmeren Blz. 3

7.2 Situering van de module in de opleiding... 27 7.3 Beginsituatie... 27 7.4 Doelstellingen... 27 7.5 Leerinhouden module Programmeren eerste en tweede taal 3... 28 7.6 Minimale materiële vereisten... 28 7.7 Methodologische wenken... 28 7.8 Didactische middelen... 29 7.9 Evaluatie... 29 7.10 Bibliografie... 29 8 Module programmeren eerste en tweede taal 4... 31 8.1 Organisatie... 31 8.1.1 Studieduur... 31 8.1.2 Onderwijsvorm... 31 8.1.3 Graad... 31 8.1.4 Aantal lestijden AV/TV/PV... 31 8.2 Situering van de module in de opleiding... 31 8.3 Beginsituatie... 31 8.4 Doelstellingen... 31 8.5 Leerinhouden module Programmeren eerste en tweede taal 4... 31 8.6 Minimale materiële vereisten... 31 8.7 Methodologische wenken... 32 8.8 Didactische middelen... 32 8.9 Evaluatie... 32 8.10 Bibliografie... 32 9 Module Data-analyse... 34 9.1 Organisatie... 34 9.1.1 Studieduur... 34 9.1.2 Onderwijsvorm... 34 9.1.3 Graad... 34 9.1.4 Aantal lestijden AV/TV/PV... 34 9.2 Situering van de module in de opleiding... 34 9.3 Beginsituatie... 34 9.4 Doelstellingen... 34 9.5 Leerinhouden module Data-analyse... 35 9.6 Minimale materiële vereisten... 35 9.7 Methodologische wenken... 35 9.8 Didactische middelen... 36 9.9 Evaluatie... 36 9.10 Bibliografie... 36 Leerplan programmeren Blz. 4

10 Module Programmeren gegevensbank 1... 37 10.1 Organisatie... 37 10.1.1 Studieduur... 37 10.1.2 Onderwijsvorm... 37 10.1.3 Graad... 37 10.1.4 Aantal lestijden AV/TV/PV... 37 10.2 Situering van de module in de opleiding... 37 10.3 Beginsituatie... 37 10.4 Doelstellingen... 37 10.5 Leerinhouden module Programmeren gegevensbank 1... 38 10.6 Minimale materiële vereisten... 38 10.7 Methodologische wenken... 39 10.8 Didactische middelen... 39 10.9 Evaluatie... 39 10.10 Bibliografie... 40 11 Module Programmeren gegevensbank 2... 41 11.1 Organisatie... 41 11.1.1 Studieduur... 41 11.1.2 Onderwijsvorm... 41 11.1.3 Graad... 41 11.1.4 Aantal lestijden AV/TV/PV... 41 11.2 Situering van de module in de opleiding... 41 11.3 Beginsituatie... 41 11.4 Doelstellingen... 41 11.5 Leerinhouden module Programmeren gegevensbank 2... 42 11.6 Minimale materiële vereisten... 42 11.7 Methodologische wenken... 42 11.8 Didactische middelen... 43 11.9 Evaluatie... 43 11.10 Bibliografie... 43 12 Module Programmeren gegevensbank 3... 45 12.1 Organisatie... 45 12.1.1 Studieduur... 45 12.1.2 Onderwijsvorm... 45 12.1.3 Graad... 45 12.1.4 Aantal lestijden AV/TV/PV... 45 12.2 Situering van de module in de opleiding... 45 12.3 Beginsituatie... 45 12.4 Doelstellingen... 45 Leerplan programmeren Blz. 5

12.5 Leerinhouden module Programmeren gegevensbank 3... 45 12.6 Minimale materiële vereisten... 45 12.7 Methodologische wenken... 46 12.8 Didactische middelen... 46 12.9 Evaluatie... 46 12.10 Bibliografie... 46 Bijlage 1: DVO-commissie Informatica... 47 Bijlage 2: Codering... 48 Leerplan programmeren Blz. 6

1 Inleiding Onderhavige leerplannen steunen op een opleidingsprofiel. Deze opleidingsprofielen, die bij de uitwerking van de diverse leerplannen steeds centraal staan, zijn ontwikkeld door de Dienst Voor Onderwijsontwikkeling (DVO) (bijlage 1), die zich hierbij steunde op de uitgeschreven beroepsprofielen voor elk van de opleidingen. Daarna werd het besproken en verwerkt in de schoot van de Vlaamse Onderwijsraad (VLOR). In een eerste deel wordt het opleidingsprofiel gesitueerd. Deze situering betreft de doelomschrijving van de opleiding, de definitie c.q. omschrijving van de modules, de definitie c.q. omschrijving van de basiscompetenties en de sleutelvaardigheden, het aantal lestijden TV/PV, het leertraject en de concordantie met het secundair onderwijs Met deze opleidingsprofielen als basis werden dan de leerplannen uitgeschreven. Deze zijn opgesteld op basis van het modulair model, waarbij elke module een onafhankelijke eenheid vormt in een welbepaalde opleiding (60 lestijden) en die mits gunstig resultaat door de cursist afgesloten wordt met de uitreiking van een deelcertificaat. Volgens dit denkpatroon zijn de leerplannen dan ook opgemaakt: het zijn allen onafhankelijke eenheden die passen in een globaal leertraject, met globaal genomen volgende structuur: 1. Organisatie (studieduur, onderwijsvorm, graad) 2. Situering van de module in de opleiding 3. Beginsituatie 4. Doelstellingen 5. Leerinhouden 6. Minimale materiële vereisten 7. Methodologische wenken 8. Didactische hulpmiddelen 9. Evaluatie 10. Bibliografie Maart 2002 Leerplan programmeren Blz. 7

2 Opleiding: Informatica-programmeren 2.1 Doelstelling van de opleiding De opleiding 'Informatica programmeren' dient gesitueerd te worden binnen het studiegebied 'Handel'. Deze opleiding komt tegemoet aan de opdracht van het onderwijs voor sociale promotie om de cursist kennis, vaardigheden en attitudes bij te brengen voor het functioneren in de maatschappij, het deelnemen aan verder onderwijs of de uitoefening van een beroep. De opleiding stoelt op drie pijlers: programmeren van een eerste en tweede taal en programmeren met behulp van een gegevensbank. Het moet mogelijk zijn om zowel proceduraal als objectgeoriënteerde programmeertalen aan bod te laten komen; het klassieke of proceduraal programmeren legt de klemtoon op progammeertechnieken en op de logische denktrant bij het oplossen van het probleem en reikt aldus een goede basis aan. Programmeren in een gegevensbank is een verruiming voor het automatiseren van een gegevensbank. In de opleiding 'Informatica-programmeren' leert de cursist werken met één of meerdere programmeertechnieken. Bij het beëindigen van deze opleiding beheerst hij de aangeleerde programmeertechnieken en kan hij programmeren met diverse programmeertalen. De opleiding 'Informatica-programmeren' bestaat uit 14 modules van telkens 60 Lt. De totale opleiding omvat dus 840 Lt. Elke module heeft een code. De modules zijn: 'Initiatie in de informatica', 'Gestructureerd programmeren', 'Programmeren eerste taal 1', 'Programmeren eerste taal 2', 'Programmeren eerste taal 3', 'Programmeren eerste taal 4', 'Programmeren tweede taal 1', 'Programmeren tweede taal 2' en, 'Programmeren tweede taal 3, 'Programmeren tweede taal 4, 'Data-analyse', 'Programmeren gegevensbank 1', 'Programmeren gegevensbank 2' en 'Programmeren gegevensbank 3'. Inhoudelijk is elke module een op zichzelf staand geheel van basiscompetenties. In elke module worden vaardigheden/technieken aangeleerd en ingeoefend door middel van een aantal opdrachten/oefeningen. De modules zijn, in de mate van het mogelijke, geformuleerd los van de momenteel geldende programmeertalen. De modules zijn opgevat als clusters van doelstellingen die met diverse programmeertalen kunnen gerealiseerd worden. Hiermee wordt het mogelijk in te spelen op de meest recente ontwikkelingen in dit snel evoluerende leergebied. Zo wordt ruimte geschapen om te anticiperen op toekomstige ontwikkelingen. Aan elke module zijn een aantal sleutelvaardigheden gelinkt. Dit zijn brede vaardigheden die in de eerste plaats rechtstreeks verband houden met de handelingsvaardigheden zoals beschreven in de basiscompetenties, maar daarnaast ook mogelijkheid tot transfer bieden en algemeen persoonsvormend zijn. Elke sleutelvaardigheid is contextueel omschreven. Door aandacht te besteden aan de sleutelvaardigheden wordt tegemoet gekomen aan maatschappelijke en persoonsvormende doelstellingen. Alle lestijden zijn als TV gekwalificeerd. Het leertraject omvat 14 modules. Volgende modules zijn, op basis van complexiteit en moeilijkheidsgraad, sequentieel: 'Programmeren eerste taal 1', 'Programmeren eerste taal 2', 'Programmeren eerste taal 3', 'Programmeren eerste taal 4'. 'Programmeren tweede taal 1', 'Programmeren tweede taal 2' en 'Programmeren tweede taal 3',. 'Programmeren tweede taal 4'. 'Programmeren gegevensbank 1', 'Programmeren gegevensbank 2' en 'Programmeren gegevensbank 3'. Door de concrete en operationele formulering van de basiscompetenties zijn in- en uitstapniveau duidelijk omschreven zodat zowel onderwijsvrager als -verstrekker het leertraject optimaal kan hanteren. Cursisten die bepaalde vaardigheden op een bepaald niveau verworven hebben, kunnen dus een kortere leerweg volgen. Flexibilisering van het aanbod is hiermee ook op inhoudelijke basis zonder meer mogelijk. Alle modules worden geconcordeerd met de derde graad van het technisch secundair onderwijs. Leerplan programmeren Blz. 8

2.2 Organisatie 2.2.1 Studieduur 840 lestijden 2.2.2 Onderwijsvorm Technisch secundair onderwijs 2.2.3 graad 3de graad 2.2.4 Aantal lestijden AV/TV/PV 840 lestijden TV 2.2.5 Modules Naam Aantal Lt Code Initiatie in de informatica 60 MHAG100 Gestructureerd programmeren 60 MHAIPU810 Programmeren eerste taal 1 60 MHAIPU811 Programmeren eerste taal 2 60 MHAIPU812 Programmeren eerste taal 3 60 MHAIPU813 Programmeren eerste taal 4 60 MHAIPU814 Programmeren tweede taal 1 60 MHAIPU815 Programmeren tweede taal 2 60 MHAIPU816 Programmeren tweede taal 3 60 MHAIPU817 Programmeren tweede taal 4 60 MHAIPU818 Data-analyse 60 MHAIPU819 Programmeren gegevensbank 1 60 MHAIPU820 Programmeren gegevensbank 2 60 MHAIPU821 Programmeren gegevensbank 3 60 MHAIPU822 Codering van de modules M SG OP U 001 module studiegebied opleiding C=gemeenschappelijke module voor meerdere studiegebieden G=gemeenschappelijke module binnen een studiegebied U=unieke module nummer van de module (aparte nummering voor de C, G en U modules) Leerplan programmeren Blz. 9

2.3 INFORMATICA - PROGRAMMEREN TSO 3 MHAG100 Initiatie in de informatica TV 60 Lt MHAIPU811 Programmeren Eerste taal 1 TV 60 Lt MHAIPU812 Programmeren Eerste taal 2 TV 60 Lt MHAIPU813 Programmeren Eerste taal 3 TV 60 Lt MHAIPU814 Programmeren Eerste taal 4 TV 60 Lt MHAIPU810 Gestructureerd programmeren TV 60 Lt MHAIPU815 Programmeren Tweede taal 1 TV 60 Lt MHAIPU816 Programmeren Tweede taal 2 TV 60 Lt MHAIPU817 Programmeren Tweede taal 3 TV 60 Lt MHAIPU818 Programmeren Tweede taal 4 TV 60 Lt MHAIPU819 Data-analyse TV 60 Lt MHAIPU82O Programmeren gegevensbank 1 TV 60 Lt MHAIPU821 Programmeren gegevensbank 2 TV 60 Lt MHAIPU822 Programmeren gegevensbank 3 TV 60 Lt Diploma informatica programmeren TSO 3 840 lt Leerplan programmeren Blz. 10

3 Module Initiatie in de informatica 3.1 Organisatie 3.1.1 Studieduur 60 lestijden 3.1.2 Onderwijsvorm Technisch secundair onderwijs 3.1.3 Graad 3 de graad 3.1.4 Aantal lestijden AV/TV/PV 60 lestijden TV 3.2 Situering van de module in de opleiding In de module Initiatie in de informatica krijgt de cursist zicht op de mogelijkheden van informatica. Het doel van deze module is de volledige leek zorgvuldig geselecteerde informaticakennis en vaardigheden te bezorgen om hem voor te bereiden op het uitvoeren van reële taken met een computer. De cursist heeft na het beëindigen van deze module elementaire kennis van en inzicht in de basistechnieken van een computersysteem, een besturingssysteem, toepassingssoftware, programmeren en netwerken. 3.3 Beginsituatie Inhoudelijke vereisten: Er zijn geen inhoudelijke Beginsituatie. Verplichte voorafgaande modules: Er zijn geen voorafgaande modules noodzakelijk. 3.4 Doelstellingen Module Initiatie in de informatica MHAG100 De cursist kan Doel en nut van een computersysteem verklaren; BCHA G100 01 de basiscomponenten van een computersysteem aaneenschakelen en gebruiken; BCHA G100 02 doel en nut van een besturingssysteem verklaren; BCHA G100 03 de basisvaardigheden van een besturingssysteem uitvoeren; BCHA G100 04 doel en nut van toepassingssoftware verklaren; BCHA G100 05 het onderscheid tussen een tekstverwerker, een rekenblad, een databanktoepassing BCHA G100 06 en een presentatie-/tekenpakket aangeven; doel en nut van programmeertalen verklaren; BCHA G100 07 doel en nut van datacommunicatie, lokale en wereldwijde netwerken verklaren; BCHA G100 08 een geïnstalleerde browser met de nodige aangesloten hardware gebruiken; BCHA G100 09 op een veilige en ergonomische manier computersystemen gebruiken. BCHA G100 10

3.5 Leerinhouden module Initiatie in de informatica ALGEMENE DOELSTELLINGEN De cursist kan: het doel en het nut van een computersysteem verklaren de basiscomponenten van een computersysteem aaneenschakelen en gebruiken doel en nut van een besturingssysteem verklaren basisvaardigheden van een besturingssysteem uitvoeren doel en nut van toepassingssoftware verklaren het onderscheid tussen een tekstverwerker, een rekenblad, een databanktoepassing en een presentatie- /tekenpakket aangeven doel en nut van programmeertalen verklaren basishandelingen in een tekstverwerker kunnen uitvoeren (U) * basishandelingen in een rekenblad kunnen uitvoeren (U) basishandelingen in een databank kunnen uitvoeren (U) basishandelingen in een tekenpakket kunnen uitvoeren (U) doel en nut van datacommunicatie, lokale en wereldwijde netwerken verklaren een geïnstalleerde browser met de nodige aangesloten hardware kunnen gebruiken LEERINHOUDEN Computersysteem doel nut Onderdelen invoerapparatuur uitvoerapparatuur onderdelen aan mekaar schakelen aan- en afzetten gebruik van de reset Besturingssystemen doel nut soorten Basishandelingen muisbewerkingen toetsenbord: toetscombinaties, sneltoetsen begrippen map en bestand, boomstructuur bestandsmanipulaties (mappen, bestanden, kopiëren, verplaatsen,...) werken met vensters en menu's Software toepassingssoftware : o doen en nut o tekstverwerker o rekenblad o database o presentatiepakket o tekenpakket o opmaakpakket programmeertalen: doel en nut Tekstverwerker ingeven en verbeteren teksten verplaatsen en kopiëren opslaan en openen van bestanden Rekenblad ingeven en verbeteren getallen eenvoudige bewerkingen en formules opslaan en openen van bestanden Databank Werken met een bestaande databank Tekenpakket Opmaak van een eenvoudige tekening Opslaan en openen van bestanden Netwerken basisprincipes o lokale o wereldwijde netwerken o internet Internet wat is internet? Informatica-programmeren Blz. 12

op een veilige en ergonomische manier computersystemen kunnen gebruiken mogelijkheden nut browser starten en sluiten internetadres ingeven Veiligheid Ergonomie * De aanduiding (U) verwijst naar een uitbreidingsdoelstelling: indien mogelijk mag ze ingevuld worden, maar dit hoeft niet noodzakelijk. 3.6 Minimale materiële vereisten Vermits de praktische vaardigheden centraal staan beschikt elke cursist bij voorkeur individueel over een pc waarop de vereiste programmatuur op een aanvaardbaar performantieniveau draait en die toegang geeft tot een printer. Het is vanzelfsprekend dat het centrum beschikt over legale versies van de te gebruiken software. De toestellen moeten zo opgesteld staan dat er naast de computer nog voldoende ruimte is voor een boek of schrift. Tevens moeten volgende ergonomische eisen vervuld zijn: het scherm moet van goede kwaliteit (stabiel beeld zonder reflecties) en verstelbaar zijn, voor het toetsenbord moet er voldoende ruimte zijn voor de polsen. In de klas is een vlotte toegang voorzien tot het internet. Op het gebied van veiligheid is de volgende wetgeving van toepassing: Codex, ARAB, AREI, Vlarem. Deze wetgeving bevat de technische voorschriften die in acht moeten genomen worden m.b.t. de uitrusting en inrichting van de lokalen (bijv. moet de bekabeling veilig weggeborgen zijn), de aankoop en het gebruik van toestellen, materiaal en materieel. Zij schrijven voor dat duidelijke handleidingen en een technisch dossier aanwezig moeten zijn, dat alle gebruikers de werkinstructies en onderhoudsvoorschriften dienen te kennen en correct te kunnen toepassen. 3.7 Methodologische wenken Aan de hand van enkele praktische voorbeelden kan het nut van moderne computersystemen aangetoond worden. De verschillende onderdelen van een pc kunnen best aan de hand van didactisch materiaal voorgesteld worden. Daartoe kan beroep gedaan worden op defecte en/of oudere apparaten of onderdelen ervan. Het is niet de bedoeling dat de cursisten zich nu reeds bekwamen in de toepassingspakketten op zichzelf maar wel dat ze inzicht verwerven in de kenmerken ervan en hun plaats in het geheel van het informaticalandschap kunnen situeren. Op deze wijze kunnen ze dan ook hun toekomstig leertraject doelbewust uitstippelen. Aan de hand van enkele voorbeelden wordt aangetoond dat ook op maat gemaakte software nodig is. De studie van het internet dient opnieuw zeer toepassingsgericht te zijn: zo kan men bijv. de cursisten buiten de les laten zoeken naar internetadressen en deze tijdens de les laten uittesten (dienstregeling NMBS, overzicht publicaties VUM, enz ). 3.8 Didactische middelen Het leerplan legt geen specifieke softwarepakketten op; het centrum kiest zelf de software waarmee gewerkt wordt. De gebruikte softwarepakketten moeten toereikend zijn om de leerplandoelstellingen en de leerinhouden te realiseren, zij moeten voldoende actueel zijn en bij voorkeur overeenstemmen met de algemeen gangbare software. De cursisten moeten tijdens de les één of meer handleidingen of naslagwerken betreffende de aangeleerde softwarepakketten kunnen raadplegen. De vakgroep zal zich regelmatig beraden over de keuze en het gebruik van cursussen en handboeken. Het centrum dient erover te waken dat ze de belangrijke ontwikkelingen betreffende apparatuur en programmatuur volgt. Dit betekent echter geenszins dat elke nieuwe versie van software of hardware moet Informatica-programmeren Blz. 13

aangeschaft worden om up-to-date te blijven. Wel moet ze via geregelde investeringen vermijden dat haar informaticaonderwijs manifest achterblijft op de realiteit in het bedrijfsleven. 3.9 Evaluatie De leerstof kan geëvalueerd worden via zowel proces- als productevaluatie. Beide hebben dan de vorm van een praktische proef, waarbij één of meer werkstukken moeten afgeleverd worden. Permanente evaluatie spreidt de prestatiedruk en biedt mogelijkheden tot bijsturing indien nodig. Het is evident dat er duidelijke afspraken met de cursist dienen gemaakt te worden met betrekking tot de vorm en het tijdstip van de proeven. Hierbij is het examenreglement van het centrum een belangrijk instrument in de openheid naar de cursisten toe. Om de zelfevaluatie van de volwassene te vergroten is het belangrijk dat de cursist weet op welke aspecten van de opdrachten de nadruk ligt. Vermits vooral vaardigheden getest worden, moeten bij voorkeur de kennisinhouden beschikbaar gesteld worden (bijv. met gebruik van de cursus of de handleiding). Elke opgave moet communicatief eenduidig zijn (slechts voor één interpretatie vatbaar, goed afgebakend en met zo weinig mogelijk kettingopdrachten). Indien de cursist bij een complexe oefening plots niet verder kan, moet de leraar hulp bieden. Het spreekt vanzelf dat de cursisten op toetsen en examens enkel te maken krijgen met opgaven waaraan ze zich min of meer verwachten. De probleemstellingen moeten betrekking hebben op de kennis en vaardigheden die voor de leerstofvooruitgang onmisbaar zijn, die voor het opleidingsprofiel normaal functioneel zijn en die een normale instroomgroep haalbaar is. De analyse van de antwoorden geven aanleiding tot bijsturingen en tot leeradviezen. De geëvalueerde werkstukken zijn ter inzage van de cursisten. Knelpunten worden klassikaal besproken. 3.10 Bibliografie CREG P., Microsoft Office in 24 uur, Academic Service, 1999, 464p. DE GEYTER-DIEPENDAELE T., LEVRAU O., MOESTERMANS K., Wegwijs in ICT, WWW-Soft, 2001 DE LANGE, De computer en wij: software, Wolters Plantyn, 2001 D HAENENS, HERVELDT F., EDU Multimedia, deel 1 (Uitbouw van een klasnetwerk), deel 2 (Internet Explorer in de klas), deel 3 (E-mailen met Outlook Express), Standaard uitgeverij, 2000. HERTVELDT F., VANNESTE P., WYLIN B., Internet, een nieuw didactisch medium, Standaard uitgeverij,1997. KASSENAAR P., PINKSTER B., Installatie en Beheer van software, Academic Service KOCKELKORE C., Basiskennis computergebruik en Windows 2000 MB.1 Theorieboek, Academic Service LEVINE, J., Internet voor dummies, Addison-Wesley OOST K., Basiscursus Internet, Academic Service POTT O, pc basiskennis, Addison-Wesley NL VAN DE MAELE M., Computersystemen, Standaard uitgeverij, 2000 VAN HARREWIJN M., Basiskennis Office 2000 MB.2, Academic Service, 2000 Informatica-programmeren Blz. 14

4 Gestructureerd programmeren 4.1 Organisatie 4.1.1 Studieduur 60 lestijden 4.1.2 Onderwijsvorm Technisch secundair onderwijs 4.1.3 Graad 3de graad 4.1.4 Aantal lestijden AV/TV/PV 60 lestijden TV 4.2 Situering van de module in de opleiding In de module 'Programmeren eerste en tweede taal 1' wordt de basis van het programmeren aangeleerd en toegepast. De cursist neemt kennis van de elementaire begrippen van het programmeren. Hij krijgt zicht op en leert omgaan met basisvaardigheden door middel van een aantal eenvoudige oefeningen. Bij het beëindigen van deze module kan de cursist elementair werken met een programmeertaal. 4.3 Beginsituatie Inhoudelijke vereisten: De cursist kan een gesteld probleem analyseren en de oplossing in kaart brengen. Verplichte voorafgaande modules: Nihil. 4.4 Doelstellingen Module Gestructureerd programmeren MHAIPU810 De cursist kan nut en doel van het automatiseringsproces verklaren; BCHA U810 01 elementaire en gestructureerde gegevensstructuren definiëren, declareren en BCHA U810 02 gebruiken; de controlestructuren hanteren; BCHA U810 03 functies en procedures aanmaken en gebruiken; BCHA U810 04 sorteer- en zoekalgoritmen opstellen en gebruiken; BCHA U810 05 de bestandsorganisaties onderscheiden; BCHA U810 06 objectgeoriënteerd en proceduraal programmeren onderscheiden. BCHA U810 07 Informatica-programmeren Blz. 15

4.5 Leerinhouden module Gestructureerd programmeren ALGEMENE DOELSTELLINGEN De cursist kan: nut en doel van het automatiseringsproces verklaren; elementaire en gestructureerde gegevensstructuren definiëren, declareren en gebruiken; de controlestructuren hanteren; functies en procedures aanmaken en gebruiken; sorteer- en zoekalgoritmen opstellen en gebruiken; de bestandsorganisaties onderscheiden; objectgeoriënteerd en proceduraal programmeren onderscheiden. LEERINHOUDEN Automatiseringsproces nut doel fasen Elementaire gegevensstructuren numeriek alfanummeriek logisch Samengestelde gegevensstructuren Controlestructuren sequentie selectie meervoudige selectie iteratie Procedures werking parametermechanisme Functies werking parametermechanisme Modules Sorteeralgoritmen Zoekalgoritmen Bestandsorganisaties sequentieel direct indirect objectgeörienteerd programmeren onderscheid met proceduraal kenmerken 4.6 Minimale materiële vereisten Vermits denkvaardigheden centraal staan kunnen cursisten ofwel individueel, ofwel per twee beschikken over een pc, waarop de vereiste programmatuur op een aanvaardbaar performantieniveau draait en die toegang geeft tot een printer. Het is vanzelfsprekend dat het centrum beschikt over legale versies van de te gebruiken software. De toestellen moeten zo opgesteld staan dat er naast de computer nog voldoende ruimte is voor een boek of schrift. Tevens moeten volgende ergonomische eisen vervuld zijn: het scherm moet van goede kwaliteit (stabiel beeld zonder reflecties) en verstelbaar zijn, voor het toetsenbord moet er voldoende ruimte zijn voor de polsen. Op het gebied van veiligheid is de volgende wetgeving van toepassing: Codex, ARAB, AREI, Vlarem. Deze wetgeving bevat de technische voorschriften die in acht moeten genomen worden m.b.t. de uitrusting en inrichting van de lokalen (bijv. moet de bekabeling veilig weggeborgen zijn), de aankoop en het gebruik van toestellen, materiaal en materieel. Zij schrijven voor dat duidelijke handleidingen en een technisch dossier aanwezig moeten zijn, dat alle gebruikers de werkinstructies en onderhoudsvoorschriften dienen te kennen en correct te kunnen toepassen. Informatica-programmeren Blz. 16

4.7 Methodologische wenken In deze module is het aan te bevelen een gestandaardiseerde schematechniek te gebruiken. Zoals bijvoorbeeld: PST, Nassi-Schneiderman, Bovendien is het sterk aan te raden om via een vergelijkbare code in één of andere programmeertaal de uitwerking van het schema te illustreren, zodat de cursist duidelijk de gevolgen van een uitgetekend schema kan evalueren. Structureren kan eveneens met behulp van daartoe voorziene softwarepakketen; te vermelden hierbij zijn: het programma Structograaf (zichemsoft) en het programma Isolab. Referenties van beide pakketten zijn opgenomen in de lijst van de didactische middelen. Voor het onderdeel bestandorganisatie wordt geen concrete implementatie verondersteld, maar uitsluitend een schematisering. In functie van het niveau van de cursisten kunnen de kenmerken van objecten, klassen en dergelijke behandeld worden. 4.8 Didactische middelen De cursisten moeten tijdens de les één of meer handleidingen of naslagwerken betreffende de eventueel aangeleerde softwarepakketten kunnen raadplegen. De vakgroep zal zich regelmatig beraden over de keuze en het gebruik van cursussen en handboeken. Het programma STRUKTOGRAAF StruktoGraaf 3.0 is een ontwikkelomgeving voor programmastructuurdiagrammen (PSD's), die naar de ontwerpers ook wel Nassi-Schneiderman diagrammen worden genoemd. Met StruktoGraaf kan men op eenvoudige wijze PSD's tekenen, bewerken, opslaan, afdrukken en compileren tot uitvoerbare code. StruktoGraaf is gebaseerd op en voldoet geheel aan de norm NEN 1422 (3e druk) voor PSD's. De gebruikte syntax sluit zoveel mogelijk aan bij de praktijk. StruktoGraaf is een krachtig hulpmiddel voor ervaren automatiseerders. Zij kunnen het onder andere gebruiken voor het snel ontwerpen en uittesten van een algoritme en voor programmadocumentatie. PSD's kunnen ten behoeve daarvan worden geexporteerd naar EMF en BMP bestanden of via het Windows klembord direct worden opgenomen in andere documenten, bijvoorbeeld in MS Word. Daarnaast is StruktoGraaf ook zeer geschikt voor beginners door de eenvoudige bediening en de uitgebreide hulpteksten. Voor het aanleren van gestructureerd programmeren is de mogelijkheid tot stapsgewijze uitvoering van een PSD-programma van bijzonder veel nut. Hierbij worden behalve de normale in- en uitvoer ook steeds de positie in het programma, de inhoud van variabelen en tussenresultaten van bewerkingen op het scherm weergegeven. De code-generator is in staat uit de gebruikte expressies zelf het type van variabelen af te leiden en vereist dus geen declaraties. In een PSD komen immers ook geen declaraties voor. De gegenereerde code kan ook buiten StruktoGraaf worden uitgevoerd met behulp van een meegeleverde runtime-module. StruktoGraaf 3.0 wordt geleverd op een CD-ROM met een geïllustreerde handleiding van 120 pagina's met een introductie-, een naslag- en een lessengedeelte. Email: www.sichemsoft.nl Het programma ISOLAB ISOLAB is software ontworpen ter ondersteuning bij het ontwerpen en beschrijven van algoritmen. Daarbij moeten de cursisten leren om problemen op te lossen met de methode van de stapsgewijze verfijning, de oplossingen beschrijven met behulp van controlestructuren, de oplossing laten uitvoeren en controleren. In principe kan dit alles ook met behulp van een programmeertaal. Om volle aandacht te kunnen richten op het essentiële, namelijk het bedenken en correct formuleren van een oplossing werd ISOLAB (Interactieve Syntaxgestuurde Objectvrije Leeromgeving voor Algoritme Beschrijving) ontwikkeld. Het programma laat toe om algoritmen via een paar knoppenbalken op te bouwen. Daarbij verschijnen rechtstreeks structogrammen op het scherm met syntactisch correct geformuleerde opdrachten en voorwaarden. Elk algoritme is onmiddellijk uitvoerbaar in een apart venster. Zodoende kan de juistheid van de bedachte oplossing ogenblikkelijk gecontroleerd worden. Om fouten te localiseren kan men de stapsgewijze afwikkeling van het algoritme volgen, gelijktijdig met de uitvoering van de overeenkomstige deelprocessen, met aanduiding van de waarheidswaarde van de gestelde voorwaarden, Informatica-programmeren Blz. 17

ISOLAB laat tenslotte toe het algoritme in de vorm van zijn structogrammen uit te printen. Voorts is een volledig bestandsbeheer van de algoritmen mogelijk. Uitgeverij: Wolters-Plantyn, Santvoortbeeklaan 21-25, 2100 Deurne. Email: klantendienst@wpeu.wkb.be 4.9 Evaluatie De leerstof kan geëvalueerd worden via zowel proces- als productevaluatie. Beide hebben dan de vorm van een praktische proef, waarbij één of meer werkstukken moeten afgeleverd worden. Permanente evaluatie spreidt de prestatiedruk en biedt mogelijkheden tot bijsturing indien nodig. Het is evident dat er duidelijke afspraken met de cursist dienen gemaakt te worden met betrekking tot de vorm en het tijdstip van de proeven. Hierbij is het examenreglement van het centrum een belangrijk instrument in de openheid naar de cursisten toe. Om de zelfevaluatie van de volwassene te vergroten is het belangrijk dat de cursist weet op welke aspecten van de opdrachten de nadruk ligt. Elke opgave moet communicatief eenduidig zijn (slechts voor één interpretatie vatbaar, goed afgebakend en met zo weinig mogelijk kettingopdrachten). Indien de cursist bij een complexe oefening plots niet verder kan, moet de leraar hulp bieden. Het spreekt vanzelf dat de cursisten op toetsen en examens enkel te maken krijgen met opgaven waaraan ze zich min of meer verwachten. De probleemstellingen moeten betrekking hebben op de kennis en vaardigheden die voor de leerstofvooruitgang onmisbaar zijn, die voor het opleidingsprofiel normaal functioneel zijn en die een normale instroomgroep haalbaar is. De analyse van de antwoorden geven aanleiding tot bijsturingen en tot leeradviezen. De geëvalueerde werkstukken zijn ter inzage van de cursisten. Knelpunten worden klassikaal besproken. 4.10 Bibliografie ANDRIESSEN & SMEETS, Programma-ontwikkeling in Pascal, Nijgh en Van Ditmar, 1992. KOFFMAN B., Turbo Pascal, Problem solving and program design, Addison-Wesley, 1993 MESMAN J., Pascal en PSD s, Academic service, 1991 NAGIN P., IMPALGLIAZZO J., Computer science, A breath first approach with Pascal, Wiley, 1995 ROUSSELLE M., Analyse en implementatie 1, De Sikkel, 1995 ROUSSELLE M., Analyse en implementatie 2, De Sikkel, 1996 WERKGROEP VVKSO, Probleemoplossen (ISOLAB), Wolters Plantyn, 2000 Informatica-programmeren Blz. 18

5 Module Programmeren eerste en tweede taal 1 5.1 Organisatie 5.1.1 Studieduur 60 lestijden 5.1.2 Onderwijsvorm Technisch secundair onderwijs 5.1.3 Graad 3de graad 5.1.4 Aantal lestijden AV/TV/PV 60 lestijden TV 5.2 Situering van de module in de opleiding In de module 'Programmeren eerste en tweede taal 1' wordt de basis van het programmeren aangeleerd en toegepast. De cursist neemt kennis van de elementaire begrippen van het programmeren. Hij krijgt zicht op en leert omgaan met basisvaardigheden door middel van een aantal eenvoudige oefeningen. Bij het beëindigen van deze module kan de cursist elementair werken met een programmeertaal. 5.3 Beginsituatie Inhoudelijke vereisten: De cursist kan een gesteld probleem analyseren en de oplossing in kaart brengen. Verplichte voorafgaande modules: Nihil. 5.4 Doelstellingen Module Programmeren eerste en tweede taal 1 MHAIPU811 De cursist kan de programmeeromgeving gebruiken; BCHA U811 01 het resultaat van een compilatie analyseren; BCHA U811 02 de programmeeromgeving interpreteren; BCHA U811 03 gegevensstructuren definiëren, declareren en gebruiken; BCHA U811 04 gegevensstructuren in uitdrukkingen en in in- en uitvoeropdrachten gebruiken; BCHA U811 05 de controlestructuren implementeren; BCHA U811 06 functies en procedures aanmaken en gebruiken; BCHA U811 07 geheugentabellen gebruiken; BCHA U811 08 de bestandsonderdelen van een project situeren; BCHA U811 09 de helpfunctie hanteren; BCHA U811 10 het begrip object situeren. BCHA U811 11 Informatica-programmeren Blz. 19

5.5 Leerinhouden module Programmeren eerste en tweede taal 1 ALGEMENE DOELSTELLINGEN De cursist kan: de programmeeromgeving gebruiken; de programmeeromgeving interpreteren; de bestandsonderdelen van een project situeren; het resultaat van een compilatie analyseren; gegevensstructuren definiëren, declareren en gebruiken; gegevensstructuren in uitdrukkingen en in in- en uitvoeropdrachten gebruiken; de controlestructuren implementeren; functies en procedures aanmaken en gebruiken; geheugentabellen gebruiken; het begrip object situeren; de helpfunctie hanteren. LEERINHOUDEN Geïntegreerde objecten, vensters, componenten eigenschappen gebruik De onderscheiden bestanden van programmaproject: broncode-bestand(en) projectbestand(en) hulpbestand(en) uitvoeringsbestand(en) Compilatieproces compilatie naar uitvoeringsbestand(en) interpretatie van gegenereerde fouten correctie van genereerde fouten Primitieve gegevensstructuren numerieke alfanumerieke datum en tijd waar /vals type Constanten en variabelen declaratie gebruik in uitdrukkingen invoer uitvoer Controlestructuren sequentie selectie iteratie Functies en /of procedures gebruik van ingebouwde functies / procedures gebruik zelf ontwikkelde functies / procedures parametermechanisme Geheugentabellen (Array) primitieve gegevensstructuren in ééndimensionale tabellen primitieve gegevensstructuren in meerdimensionale tabellen Objecten methoden eigenschappen gebeurtenissen Helpfunctie 5.6 Minimale materiële vereisten Vermits denkvaardigheden centraal staan kunnen cursisten ofwel individueel, ofwel per twee beschikken over een pc, waarop de vereiste programmatuur op een aanvaardbaar performantieniveau draait en die toegang geeft tot een printer. Het is vanzelfsprekend dat het centrum beschikt over legale versies van de te gebruiken software. De toestellen moeten zo opgesteld staan dat er naast de computer nog voldoende ruimte is voor een boek of schrift. Tevens moeten volgende ergonomische eisen vervuld zijn: het scherm moet van goede kwali- Informatica-programmeren Blz. 20

teit (stabiel beeld zonder reflecties) en verstelbaar zijn, voor het toetsenbord moet er voldoende ruimte zijn voor de polsen. Op het gebied van veiligheid is de volgende wetgeving van toepassing: Codex, ARAB, AREI, Vlarem. Deze wetgeving bevat de technische voorschriften die in acht moeten genomen worden m.b.t. de uitrusting en inrichting van de lokalen (bijv. moet de bekabeling veilig weggeborgen zijn), de aankoop en het gebruik van toestellen, materiaal en materieel. Zij schrijven voor dat duidelijke handleidingen en een technisch dossier aanwezig moeten zijn, dat alle gebruikers de werkinstructies en onderhoudsvoorschriften dienen te kennen en correct te kunnen toepassen. 5.7 Methodologische wenken De cursus mag niet gericht zijn op het theoretische, maar moet toepassingsgericht zijn. Dit houdt in dat het niet de bedoeling mag zijn om een taal aan te leren omwille van de taal op zich, maar dat men toepassingsgericht de taalelementen aanbrengt. Het is dan ook niet denkbeeldig dat heel wat elementen van het instructiearsenaal niet aan bod komen, gewoon omdat de toepassingen de inschakeling ervan niet vergen. Op zich mag dat geen probleem zijn. Vandaar dat het gebruik van de help-functie moet gestimuleerd worden. Zo kunnen taalelementen die niet aan bod kwamen tijdens de opleiding moeiteloos worden ingeschakeld op zelfstandig initiatief. Tegenwoordig kan de cursist via het internet op zoek gaan naar nuttige informatie en/of deelprogrammatuur. Het zou jammer zijn om deze kans onbenut te laten. Alvorens de toepassing concreet te vertalen naar een programmeertaal is het evident de te volgen stappen en denkwijze voor te bereiden door gebruik te maken van schematechnieken. De leraar moet er nauwlettend op toezien dat de toepassingen aansluiten op de leefwereld van de cursist, en op de problemen uit het dagelijks leven; de toepassingen zullen dus ruimer zijn dan alleen het wetenschappelijke of het wiskundige. Om het aanleerproces te vergemakkelijken is het aanbevolen om de cursist een aantal uitwerkingen in broncode te verstrekken, zodat duidelijk blijkt op welke wijze een probleem zich vertaalt naar een oplossing. Steeds wordt de programmacode van uitgebreide commentaar voorzien. Structuurinsprongen maken het mogelijk om visueel overzicht te krijgen van de structuur in het programma. 5.8 Didactische middelen De cursisten moeten tijdens de les één of meer handleidingen of naslagwerken betreffende de aangeleerde softwarepakketten kunnen raadplegen. De vakgroep zal zich regelmatig beraden over de keuze en het gebruik van cursussen en handboeken. Het centrum dient erover te waken dat ze de belangrijke ontwikkelingen betreffende apparatuur en programmatuur volgt. Dit betekent echter geenszins dat elke nieuwe versie van software of hardware moet aangeschaft worden om up-to-date te blijven. Wel moet ze via geregelde investeringen vermijden dat haar informaticaonderwijs manifest achterblijft op de realiteit in het bedrijfsleven. 5.9 Evaluatie De leerstof kan geëvalueerd worden via zowel proces- als productevaluatie. Beide hebben dan de vorm van een praktische proef, waarbij één of meer werkstukken moeten afgeleverd worden. Permanente evaluatie spreidt de prestatiedruk en biedt mogelijkheden tot bijsturing indien nodig. Het is evident dat er duidelijke afspraken met de cursist dienen gemaakt te worden met betrekking tot de vorm en het tijdstip van de proeven. Hierbij is het examenreglement van het centrum een belangrijk instrument in de openheid naar de cursisten toe. Om de zelfevaluatie van de volwassene te vergroten is het belangrijk dat de cursist weet op welke aspecten van de opdrachten de nadruk ligt. Elke opgave moet communicatief eenduidig zijn (slechts voor één interpretatie vatbaar, goed afgebakend en met zo weinig mogelijk kettingopdrachten). Indien de cursist bij een complexe oefening plots niet verder kan, moet de leraar hulp bieden. Informatica-programmeren Blz. 21

Het spreekt vanzelf dat de cursisten op toetsen en examens enkel te maken krijgen met opgaven waaraan ze zich min of meer verwachten. De probleemstellingen moeten betrekking hebben op de kennis en vaardigheden die voor de leerstofvooruitgang onmisbaar zijn, die voor het opleidingsprofiel normaal functioneel zijn en die een normale instroomgroep haalbaar is. De analyse van de antwoorden geven aanleiding tot bijsturingen en tot leeradviezen. De geëvalueerde werkstukken zijn ter inzage van de cursisten. Knelpunten worden klassikaal besproken. 5.10 Bibliografie VISUAL BASIC CALLAHAN E., Microsoft Access 2000 Visual Basic for Applications fundamenten, Academic Service, 2000 FRANS G., Visual Basic, Campinia, Geel LOWELL M., 10 minuten gids Visual Basic 6.0, Academic Service, 1999 NORTON P., GROH M., Peter Norton s guide to Visual Basic, Samson SILER B., SPOTSS J., Het complete handboek Microsoft Visual Basic 6.0, 1999 JAVA AMMERAAL. L, Leerboek Java, Academic Service, 1999 BUSS F., SCHLÖPKE S., Software training JAVA, Data Becker 1997 HACKL Y., KNAPP M., KRETCHMER B., Het Java boek, Easy computing, 1997 JASPER D., JAVA Makkie, Data Becker 1996 KOOSIS D., KOOSIS D., Java Programming For Dummies, Idg Books worldwide,1996 LEINECKER R., Teach Yourself Visual J++ in 21 days, SAMS 1999 VERHOEVEN J., Toepassingen in Java, Academic Service, 2000 DELPHI BINZINGER T., Snel leren programmeren Delphi, Addison-Wesley Nederland LISCHNER R., Delphi In a Nutshell, O'Reilly PASCAL ANDRIESSEN & SMEETS, Programma-ontwikkeling in Pascal, Nijgh en Van Ditmar, 1992. KOFFMAN B., Turbo Pascal, Problem solving and program design, Addison-Wesley, 1993 MESMAN J., Pascal en PSD s, Academic service, 1991 NAGIN P., IMPALGLIAZZO J., Computer science, A breath first approach with Pascal, Wiley, 1995 ROUSSELLE M., Analyse en implementatie 1, De Sikkel, 1995 ROUSSELLE M., Analyse en implementatie 2, De Sikkel, 1996 Informatica-programmeren Blz. 22

6 Module programmeren eerste en tweede taal 2 6.1 Organisatie 6.1.1 Studieduur 60 lestijden 6.1.2 Onderwijsvorm Technisch secundair onderwijs 6.1.3 Graad 3de graad 6.1.4 Aantal lestijden AV/TV/PV 60 lestijden TV 6.2 Situering van de module in de opleiding In de module 'Programmeren eerste taal 2' wordt de basis van het programmeren verder aangeleerd, toegepast en ingeoefend. De cursist krijgt zicht op en leert omgaan met alle noodzakelijke vaardigheden door middel van een aantal oefeningen. Bij het beëindigen van deze module beheerst de cursist een programmeertaal en kan hij de taal probleemoplossend toepassen. 6.3 Beginsituatie Inhoudelijke vereisten: De cursist kan elementair werken met een programmeertaal. Verplichte voorafgaande modules: De module programmeren eerste taal 1 6.4 Doelstellingen Module Programmeren eerste taal 2 MHAIPU812 De cursist kan externe tabellen gebruiken; BCHA U812 01 functies en procedures verfijnen; BCHA U812 02 een programmabibliotheek opstellen; BCHA U812 03 sorteer- en zoekroutines opstellen en gebruiken; BCHA U812 04 samengestelde gegevenstypes definiëren, declareren en gebruiken; BCHA U812 05 lijsten hanteren; BCHA U812 06 gegevens in een bestand volgens de sequentiële, directe en binaire toegangsmodi BCHA U812 07 organiseren; gegevens naar de printer sturen. BCHA U812 08 Informatica-programmeren Blz. 23

6.5 Leerinhouden module Programmeren eerste en tweede taal 2 ALGEMENE DOELSTELLINGEN De cursist kan: functies en procedures verfijnen; een programmabibliotheek opstellen; sorteer- en zoekroutines opstellen en gebruiken; samengestelde gegevenstypes definiëren, declareren en gebruiken; lijsten hanteren; externe tabellen gebruiken; gegevens in een bestand volgens de sequentiële, directe en binaire toegangsmodi organiseren; gegevens naar de printer sturen. LEERINHOUDEN Bibliotheek doel en gebruik verzameling functies en /of procedures verzameling van programmamodules verfijning voor universeel gebruik Sorteerroutines ingebouwde sorteermethoden zelfontwikkelde sorteermethoden Zoekroutines ingebouwde zoekmethoden zelfontwikkelde zoekmethoden Samengestelde gegevensstructuren definitie declaratie gebruik in uitdrukkingen en toekenningen Lijsten lineaire lijsten (FIFO en LIFO) binaire boom Gegevensorganisatie en -beheer sequentiële toegangsmodus directe (random) toegangsmodus binaire toegangsmodus Afdruk van data 6.6 Minimale materiële vereisten Vermits denkvaardigheden centraal staan kunnen cursisten ofwel individueel, ofwel per twee beschikken over een pc, waarop de vereiste programmatuur op een aanvaardbaar performantieniveau draait en die toegang geeft tot een printer. Het is vanzelfsprekend dat het centrum beschikt over legale versies van de te gebruiken software. De toestellen moeten zo opgesteld staan dat er naast de computer nog voldoende ruimte is voor een boek of schrift. Tevens moeten volgende ergonomische eisen vervuld zijn: het scherm moet van goede kwaliteit (stabiel beeld zonder reflecties) en verstelbaar zijn, voor het toetsenbord moet er voldoende ruimte zijn voor de polsen. Op het gebied van veiligheid is de volgende wetgeving van toepassing: Codex, ARAB, AREI, Vlarem. Deze wetgeving bevat de technische voorschriften die in acht moeten genomen worden m.b.t. de uitrusting en inrichting van de lokalen (bijv. moet de bekabeling veilig weggeborgen zijn), de aankoop en het gebruik van toestellen, materiaal en materieel. Zij schrijven voor dat duidelijke handleidingen en een technisch dossier aanwezig moeten zijn, dat alle gebruikers de werkinstructies en onderhoudsvoorschriften dienen te kennen en correct te kunnen toepassen. 6.7 Methodologische wenken De cursus mag niet gericht zijn op het theoretische, maar moet toepassingsgericht zijn. Dit houdt in dat het niet de bedoeling mag zijn om een taal aan te leren omwille van de taal op zich, maar dat men toepassingsgericht de taalelementen aanbrengt. Het is dan ook niet denkbeeldig dat heel wat elementen van het instructiearsenaal niet aan bod komen, gewoon omdat de toepassingen de inschakeling ervan niet vergen. Op zich mag dat geen probleem zijn. Vandaar dat het gebruik van de help-functie moet gestimuleerd worden. Zo kunnen taalelementen die niet aan bod kwamen tijdens de opleiding moeiteloos worden ingeschakeld op zelfstandig initiatief. Informatica-programmeren Blz. 24

Tegenwoordig kan de cursist via het internet op zoek gaan naar nuttige informatie en/of deelprogrammatuur. Het zou jammer zijn om deze kans onbenut te laten. Alvorens de toepassing concreet te vertalen naar een programmeertaal is het evident de te volgen stappen en denkwijze voor te bereiden door gebruik te maken van schematechnieken. De leraar moet er nauwlettend op toezien dat de toepassingen aansluiten op de leefwereld van de cursist, en op de problemen uit het dagelijks leven; de toepassingen zullen dus ruimer zijn dan alleen het wetenschappelijke of het wiskundige. Om het aanleerproces te vergemakkelijken is het aanbevolen om de cursist een aantal uitwerkingen in broncode te verstrekken, zodat duidelijk blijkt op welke wijze een probleem zich vertaalt naar een oplossing. Steeds wordt de programmacode van uitgebreide commentaar voorzien. Structuurinsprongen maken het mogelijk om visueel overzicht te krijgen van de structuur in het programma. 6.8 Didactische middelen De cursisten moeten tijdens de les één of meer handleidingen of naslagwerken betreffende de aangeleerde softwarepakketten kunnen raadplegen. De vakgroep zal zich regelmatig beraden over de keuze en het gebruik van cursussen en handboeken. Het centrum dient erover te waken dat ze de belangrijke ontwikkelingen betreffende apparatuur en programmatuur volgt. Dit betekent echter geenszins dat elke nieuwe versie van software of hardware moet aangeschaft worden om up-to-date te blijven. Wel moet ze via geregelde investeringen vermijden dat haar informaticaonderwijs manifest achterblijft op de realiteit in het bedrijfsleven. 6.9 Evaluatie De leerstof kan geëvalueerd worden via zowel proces- als productevaluatie. Beide hebben dan de vorm van een praktische proef, waarbij één of meer werkstukken moeten afgeleverd worden. Permanente evaluatie spreidt de prestatiedruk en biedt mogelijkheden tot bijsturing indien nodig. Het is evident dat er duidelijke afspraken met de cursist dienen gemaakt te worden met betrekking tot de vorm en het tijdstip van de proeven. Hierbij is het examenreglement van het centrum een belangrijk instrument in de openheid naar de cursisten toe. Om de zelfevaluatie van de volwassene te vergroten is het belangrijk dat de cursist weet op welke aspecten van de opdrachten de nadruk ligt. Elke opgave moet communicatief eenduidig zijn (slechts voor één interpretatie vatbaar, goed afgebakend en met zo weinig mogelijk kettingopdrachten). Indien de cursist bij een complexe oefening plots niet verder kan, moet de leraar hulp bieden. Het spreekt vanzelf dat de cursisten op toetsen en examens enkel te maken krijgen met opgaven waaraan ze zich min of meer verwachten. De probleemstellingen moeten betrekking hebben op de kennis en vaardigheden die voor de leerstofvooruitgang onmisbaar zijn, die voor het opleidingsprofiel normaal functioneel zijn en die een normale instroomgroep haalbaar is. De analyse van de antwoorden geven aanleiding tot bijsturingen en tot leeradviezen. De geëvalueerde werkstukken zijn ter inzage van de cursisten. Knelpunten worden klassikaal besproken. 6.10 Bibliografie VISUAL BASIC CALLAHAN E., Microsoft Access 2000 Visual Basic for Applications fundamenten, Academic Service, 2000 FRANS G., Visual Basic, Campinia, Geel LOWELL M., 10 minuten gids Visual Basic 6.0, Academic Service, 1999 NORTON P., GROH M., Peter Norton s guide to Visual Basic, Samson SILER B., SPOTSS J., Het complete handboek Microsoft Visual Basic 6.0, 1999 Informatica-programmeren Blz. 25

JAVA AMMERAAL. L, Leerboek Java, Academic Service, 1999 BUSS F., SCHLÖPKE S., Software training JAVA, Data Becker 1997 HACKL Y., KNAPP M., KRETCHMER B., Het Java boek, Easy computing, 1997 JASPER D., JAVA Makkie, Data Becker 1996 KOOSIS D., KOOSIS D., Java Programming For Dummies, Idg Books worldwide,1996 LEINECKER R., Teach Yourself Visual J++ in 21 days, SAMS 1999 VERHOEVEN J., Toepassingen in Java, Academic Service, 2000 DELPHI BINZINGER T., Snel leren programmeren Delphi, Addison-Wesley Nederland LISCHNER R., Delphi In a Nutshell, O'Reilly Informatica-programmeren Blz. 26