werkblad 1 Vogels leren herkennen O + HUISMUS kruin oorstreek nek snavel rug keel stuit bovenstaart dekveren staart buik flanken onderstaart dekveren

Vergelijkbare documenten
werkblad 1 Als je het leuk vindt kun je van meer vogels de verschillen zoeken. Kleuren en lichaamsdelen pimpelmees Gele buik,

Maak je schoolplein vogelvriendelijk

Je school vogelvriendelijk! Voor vogel én mens

Je school vogelvriendelijk! Voor vogel én mens

Je school vogelvriendelijk! Voor vogel én mens

Tuinvogels. Meer over onze koolmezen. Even voorstellen. Hier wonen ze. Echte natuur. Meer over de koolmees

Introductieles. Vogels in de klas. groep 5/6. Handleiding leerkracht. Inhoud in het kort. Kerndoelen. Lesdoelen

school. Kijk op be/scholen voor alle werkbladen en informatie over de Vogeltelweek voor Scholen.

over vogels rondom school. Kijk op voor alle werkbladen en informatie over de Vogelweek voor Scholen.

Introductieles. Vogels in de klas. groep 7/8. Leerkracht. Inhoud in het kort. Kerndoelen. Lesdoelen

Voorbereiding post 3. Vogels op reis Groep 1-3

Introductieles. Vogels in de klas. groep 5/6. Leerkracht. Inhoud in het kort. Kerndoelen. Lesdoelen

vogels op school in de winter

Ekster Herkennen Voedsel Nest Leuke ekster weetjes

. ' ~.-., i(lil Je hebt kans dat de specht je geklop /,,..,,, beantwoordt! / ""---~.-I~;;p eens met een stok --,,\

Inleiding over de vogels Maak kennis met algemene tuinvogels

Het is winter. op Landgoed Schothorst

Tekst lezen en verwijswoorden begrijpen

Pelle de Koperwiek. Maak kennis. met Pelle de Koperwiek.

Haal de natuur dichtbij huis door een nestkast in je tuin op te hangen. In deze blog tips voor een grotere kans op succes.

200 gr. ongebrande, ongepelde pinda s

NME-leerroute Vogels in het Wandelbos

SPREEKBEURT MANDARIJNEEND

Bosmuseum Gerhagen Zavelberg Tessenderlo

Wie eet wie en wie eet wat?

Wie eet wie en wie eet wat?

HANDIG KONIJNEN KOPPELEN

SPREEKBEURT VINK VOGELS OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN. l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n

Ga vogels observeren! Herken de verschillende snavels! Herken hun poten en afdrukken! Luister hoe de vogels zingen! Onder het vergrootglas

Werkblad: Vind me dan

inhoud 1. De merel 2. Waar is mijn eten? 3. De tuin 4. Vogels helpen 5, Wat eten vogels? 6. Vogels in de tuin 7. Een goede plek 8.

Het onderzoek van de burgemeester 5/6

Bosmuseum Gerhagen Zavelberg Tessenderlo

Limburgs Landschap. natuurboekje van

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Voorbereiding post 5. Iedere vogel zijn eigen plekje Groep 1-2-3

Lespakket Vogels. Instructieblad groep 3 & 4. Inhoud pakket. Begrippen:

Voorbereiding post 5. Iedere vogel zijn eigen plekje Groep

Een andere kijk op Den Haag

Wat eten vogels in de winter? Wat is ruien? Hoe oud worden vogels? Waar slapen ze? Wat is een vogel? Tuinvogel schoolkrant

Tuin- en stadsvogels, leer ze herkennen!

,:,- ::s (\') ., - n. -==-. (\) ==} (\) (\) (ih. (\) (h. b,. (\)

Hier zien jullie alweer de een uitgave van ons jeugdblad. Nieuwsgierig wat de Oele nu weer heeft te vertellen. Lees maar gauw.

Tuinvogels. Algemeen. Wat zijn tuinvogels? Waarom komen vogels in tuinen?

Winterslaap. groep 5/6

1. Een bocht. 2. Spiegelen

1. Nest. Opdracht. Hallo allemaal,

De kleine beestjesclub

Wie eet wie en wie eet wat?

Vogels Tips voor een rijk gevulde vogeltuin. in de tuin

1. Doelgroep. 2. Relatieschema. Vogels. Reiger. Eend. Knobbelzwaan. Uil Kievit. Merel. Halsbandparkiet. Duif. Kraai. Meeuw. Woonomgeving: Voedsel:

NATUURVRIENDELIJK TUINIEREN HOE MAAK IK VAN MIJN TUIN EEN NATUURPARADIJS?

IK HEB JE! Kindertour Jacht met de camera

Werkblad Vogels in de Gement

Werkblad Natuurlijk water in de Kwebben

vetbollen en kettingen maken

Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Aan de kinderen en de ouders van de kinderen van de jeugdnatuurgroep De Biesboschonderzoekers

SPREEKBEURT VALKPARKIET

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Winterslaap. Met filmpjes, werkblad en puzzels. groep 5/6. uitgave januari 2013

Vogelzang: waarom zingen vogels en

Inleiding In het najaar worden de dagen steeds korter en de nachten steeds langer. Kun je je voorstellen dat je in de maand november naar bed gaat?

SPEURTOCHT. Groep 5 en 6. Deze speurtocht bestaat uit twee delen.

de talrijkste tuinvogels herkennen

mei 2014 vanaf 4 jaar tekst: Judith Nieken muziek: Ton Kerkhof Vogeltje, vogeltje - BVP Hint Music 2014

Raar, maar waar! deel 1. groep 3 en 4

Winterboek. Met filmpjes, werkblad en puzzels. Groep 3/4. uitgave januari 2013

Tips voor activiteiten in de winter, lekker knutselen

Kaart 7 Vogels op reis

Inleiding over vogels Maak kennis met algemene tuinvogels


Vogelhuisjes. Cindy Postma ; Cindy Postma. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Dieren in de winter 3

Van ei tot vogel. Rekenen met eieren. Vogels in de klas. groep 5-6. Leerkracht. Lesduur: Inhoud in het kort. Leerdoelen: Lesdoelen: Materiaal

Chinchilla. Kids for Animals chinchilla spreekbeurt. Chinchilla kennis. Wilde chinchilla s. Als huisdier

Dit is een download bij het artikel Omdat je het kunt uit JOP COACH magazine, nr

Waarom dit boek? 7. 1 De ik-fabriek, wat is dat? Lichaamsseintjes Je lichaam is net een fabriek 17

Dieren in de winter. Kids for Animals winter spreekbeurt. Brrr. Honden

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken

Weidevogels en watervogels

4 Vind me dan. Achtergrondinfo Planten en dieren hebben allerlei manieren om niet op te vallen. Deze kunnen onderverdeeld worden in:

Winter survivaltips voor vogels. Winter survival tips voor vogels. Wat u niet moet voeren

Achtergrondinformatie voor groep 3/4. Even voorstellen. Hier wonen ze. Echte natuur. Zo herken je hem

Vlinders kijken. op Landgoed Schothorst

p a h sc d n a L s rg u b im L

Winterboek. Groep 3/4

Minipret.nl Lente Werkboekje Groep 5-6

Leerlingboekje les 1 en 2. Schrijfopdracht 1 Welk dier is dit? Groep 6

Moeder Natuur BESCHUIT MET MUISJES

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT

LESPAKKET ECOLOGIE. Naam. Dierenrijk is onderdeel van

Introductie: Brom en Bram

SPREEKBEURT ROODKEELANOLIS

inh oud 1. Dieren in de winter 2. De egel 3. De vleermuis 4. De eekhoorn 5. De merel 6. De ree 7. De pad 8. Het lieveheersbeestje 9.

het begin van dit boek

De Wiershoeck- Kinderwerktuin, dinsdag 3 en donderdag 5 maart 2015

SPREEKBEURT GANS VOGELS OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN. l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n

Lespakket Wintereten. Instructieblad groep 1 & 2. Inhoud pakket. - Achtergrond informatie - Instructieblad groep 1 & 2 - Materialen van het pakket:

GERHAGEN WERKBLADEN. Lager Onderwijs Derde Graad. Havik

Transcriptie:

werkblad 1 O + Vogels leren herkennen Je kent vast wel een paar vogels bij naam. Denk maar aan een mus, een eend, een duif of een meeuw. Onderweg van huis naar school en natuurlijk ook andersom, van school naar huis, rond de school of als je lekker buiten aan het spelen bent, zie je én hoor je overal vogels. Vogels leren herkennen is heel leuk en leerzaam. Maar hoe weet je welke naam bij welke vogel hoort? Door samen met je juf of meester en de andere kinderen in je klas goed te kijken naar vogels. Je kunt vogels herkennen aan hun grootte, hun vorm, aan hun kleuren. En soms ook aan hoe ze zich gedragen (hoe ze staan, lopen, zwemmen, vliegen, zingen en naar eten zoeken). Je zult zien dat de mannetjes er vaak anders uitzien dan de vrouwtjes. Als je op school met al die vogels bezig bent en je ziet daarna een vogel, zul je merken dat het steeds leuker wordt als je een vogel herkent. De zoekkaart Je hebt eerst met de klas op het bord namen opgeschreven van de vogels die jullie al kennen. Het zijn er vast meer dan je dacht! Je kunt nu mooi aan de slag met de zoekkaart: welke naam hoort bij welke vogel? Hoe heet dat? Om vogels te leren herkennen is het belangrijk dat je weet hoe de verschillende lichaamsdelen heten. Zoals je ziet zitten er lichaamsdelen bij die mensen bovenstaart dekveren staart stuit onderstaart dekveren HUISMUS oorstreek nek rug tenen O kruin flanken Weetjes Wist je dat huismussen vaak in groepjes met een heleboel andere lawaaiige mussen te vinden zijn Wist je dat roodborstjes geen andere roodborstjes in hun buurt dulden. Alleen in het broedseizoen maken het mannetje en vrouwtje even een uitzondering. Wist je dat spreeuwen echte druktemakers zijn; ze zoeken meestal in zwermen op de grond naar voedsel, ze lopen en rennen en maken de hele tijd ruzie ook hebben: rug, nek, kin, keel, buik en borst! Niet alle namen van de lichaamsdelen staan op het plaatje. Wat dacht je van een wenkbrauwstreep, een oogring en een baardstreep? Je begrijpt het zeker al; die zitten op de kop van een vogel. Aan sommige van die delen kun je een vogel goed herkennen. Raadseltje! Sommige vogels hebben kledingstukken aan! Wat heeft een pimpelmees op zijn kruin? Wat draagt een koolmees op zijn borst? Als je deze vragen kunt beantwoorden, weet je meteen hoe je het verschil tussen een pimpelmees en een koolmees kunt zien! Hoe groot is een vogel? Het eerste waarop je bij een onbekende vogel kunt letten is zijn grootte. De gemakkelijkste manier is om te vergelijken met een bekende vogel. Zo is, gemeten van snavel- tot voorhoofd staartpunt, een huismus 14,5 cm snavel lang, maar een merel 25 cm, dus bijna tweemaal zo lang. kin Hoe gedraagt de vogel zich? keel Sommige vogels rennen, terwijl borst andere lopen, hippen of schuifelen. Sommige zitten hoog in een boom, andere blijven vlak bij de buik grond of klimmen langs de boomstam omhoog. Er zijn vogels die alleen of in stelletjes voorkomen en er zijn vogels die in groepen leven.

werkblad 1 Verschil tussen mannetjes en vrouwtjes Wel een beetje raar, maar echt waar: de mannetjes zijn vaak feller gekleurd (bontgekleurd) dan de vrouwtjes. Opdracht 1; Ga op zoek in een vogelboek (of kijk op internet) naar de kleuren van de pimpelmees en de houtduif en schrijf de kleuren op van de verschillende lichaamsdelen. Bij de pimpelmees staat al iets. Als je het leuk vindt kun je van meer vogels de verschillen zoeken. vogelsoort pimpelmees Kleuren en lichaamsdelen Gele buik, Zie je de verschillen? Opdracht 2; Kijk op de zoekkaart en vul onder de kolom vogelsoort de naam in van een vogel op de zoekkaart. Kijk dan naar de kleuren van de vogel en schrijf of kleur de verschillende lichaamsdelen in de kolommen onder het mannetje en van het vrouwtje. Als je het leuk vindt kun je van meer vogels de verschillen tussen het mannetje en het vrouwtje zoeken. vogelsoort mannetje vrouwtje Zie je de verschillen?

werkblad 2 Inventariseren vogelvriendelijke school Wil je meedoen met je klas aan de verkiezing Vogelvriendelijkste school? Dat kan! Zorg er eerst voor dat jullie schoolomgeving een vogelparadijs wordt! In deze les leer je hoe je school de vogels kan helpen het (in de winter) makkelijker voor ze te maken. Misschien sta je er niet zo bij stil, maar vogels hebben het er maar moeilijk mee: er worden steeds meer nieuwe huizen gebouwd die geen dakgoten of kieren hebben om er nesten onder te bouwen, in veel tuinen is nog maar weinig groen en zijn dus weinig insecten en ander voedsel te vinden. En in de winter zijn er sowieso weinig insecten om te eten en er loert altijd gevaar van roofvogels en katten. 1 Nestelen Veel vogels maken een nest in een boom of een struik. Maar een aantal vogels verstopt hun nest in een holte (bij voorbeeld een gat in een muur of boom of in een nestkast). Deze vogels worden holenbroeders genoemd. Mezen en mussen maken hun nest graag in een holte. Om deze holenbroeders een handje te helpen kun je nestkasten ophangen. Wanneer je een nestkast ophangt is het wel goed om te weten voor welke vogelsoort de nestkast geschikt is. Je kunt verschillende soorten vogels helpen door nestkastjes met verschillende vlieggaten op te hangen. Zo is het vlieggat van een nestkast voor pimpelmezen en koolmezen kleiner dan dat voor huismussen. Dat heeft te maken met de verschillende grootte van de vogels. Door op de grootte van de invliegopening te letten zorg je ervoor dat kleinere vogels niet uit hun nestkast verjaagd worden door grotere en sterkere vogels. Misschien dat jullie in de klas zelf nestkastjes kunnen timmeren. Meer informatie over nestkasten en het bouwen van een nestkast kun je later terug vinden bij de voorjaarslessen. 2 Eten Wat eten vogels in de natuur? Sommige bomen, zoals lijsterbessen en meidoorns dragen bessen waar vogels gek op zijn. In de winter eten vinken, mezen en andere zaadetende vogels de zaden van planten zoals zonnebloemen en vergeet-mij-nietjes. In de zomer lokken bloemen insecten waar weer vogels op afkomen. Misschien heb je weleens een merel gezien met een vette regenworm in zijn snavel. Op gras of aarde in een perk kunnen sommige vogels lekker wroeten op zoek naar wormen of andere insecten. Meer informatie over wat vogels eten lees je in les 3 vogelvoer maken en les 4 vogels voeren. 3 Beschutting Vogels voelen zich veilig als er bomen, struiken of hagen zijn waar ze in kunnen schuilen. Bij gevaar van katten en roofvogels kunnen ze zo snel naar een boom of struik vliegen. Katten jagen op vogels als vogels aan het eten zijn; vogels zijn dan namelijk meer bezig met eten dan op gevaar letten. Roofvogels vallen aan vanuit de lucht. Een struik of boom biedt bescherming aan vogels omdat ze daar moeilijker te zien en te pakken zijn. Opdracht 1 Voor deze opdracht moet je goed samenwerken. Dat betekent dat je goed naar elkaar moet luisteren, je ideeën vertelt en hier met elkaar over praat. Je weet nu wat voor plek voor vogels interessant is om te leven. Er zijn drie onderdelen waar je op moet letten: 1. nestgelegenheid 2. voedsel 3. beschutting Teken eerst op een vel papier de plattegrond van het schoolplein en een stukje om het plein heen. Dat hoeft niet heel precies, in grote lijnen is genoeg. Ga in groepjes rond en op het schoolplein kijken of deze omgeving goed is voor vogels. Elke groep let op één van de drie onderdelen. Teken of schrijf op de plattegrond wat er waar staat: Zijn er bomen, planten en struiken? Weet je hoe ze heten? Zijn er geschikte muren om een nestkast op te hangen? Zijn er katten in de buurt of eksters? Wat voor voedsel kunnen de vogels in de buurt vinden? Denk aan insecten, zaden en bessen. Als je hiermee klaar bent heb je een inventarisatie gemaakt. Je hebt dus uitgevogeld wat er is en dit op een rijtje gezet. Dit zijn je bevindingen. Daarna ga je met je groep kijken wat er verbeterd kan worden

werkblad 2 Weetjes Wist je dat er zo n grote woningnood is bij holenbroeders dat bijna altijd een nestkastje bewoond raakt? Wist je dat de huismus het zo zwaar heeft om te overleven door al die nieuwbouw dat hij bijna niet meer te zien is in grote steden? Wist je dat mussen van gezelligheid houden en je daarom meer nestkasten bij elkaar kunt ophangen? Wist je dat na de broedtijd het nestkastje gebruikt kan worden als schuilof slaapplaats? om het aantrekkelijker voor de vogels te maken. Dit worden aanbevelingen genoemd. Je tekent op de plattegrond waar een goede plek is om bomen en struiken te planten, waar je een nestkast kunt ophangen en wat een goede plek is om een voederplaats neer te zetten. Is er bij voorbeeld een schutting op het schoolplein? Dan zou je kunnen denken aan het planten van een klimop er tegenaan. Zo heb je wel drie vliegen in één klap want in een klimop kan een nest gemaakt worden, er zijn insecten en bessen om opgegeten te worden en er kan in geschuild worden! Elke groep gaat dan aan de rest van de klas vertellen wat de bevindingen en de aanbevelingen zijn. Dit heet presenteren. Raadseltje Wat fluit een cool vogeltje? Opdracht 2 Je hebt nu gehoord wat alle groepen vinden; wat hun bevindingen en aanbevelingen zijn. Bespreek alle ideeën met de hele klas. Maak met de hele klas een grote tekening van de plattegrond van het schoolplein en een stukje om het plein. Teken of schrijf de aanbevelingen op de plattegrond wat er waar kan komen te staan. Je doet dus bijna hetzelfde werk als in opdracht 1, maar nu met de hele klas én met de aanbevelingen. Klaar? Dan hebben jullie met zijn alle een schoolpleinontwerp gemaakt voor een vogelvriendelijke school! Met het schoolpleinontwerp ga je een uitvoeringsplan maken. Het zou natuurlijk het allerleukste zijn om na al dat werk, al die vogels ook echt te kunnen lokken zodat je ze kunt zien. Dit moet je met de juf of meester goed overleggen. Je kunt denken aan de volgende dingen: zelf nestkastjes timmeren voederplekken maken bomen, struiken en planten In de lessen hierna leer je hoe je zelf vogelvoer (les 3) en een voedertafel (les 4) kunt maken om de vogels een handje te helpen. Nestkasten bouwen en ophangen komt aan de orde in het Voorjaars lespakket. Hoe vogelvriendelijk is het schoolplein? Deze tabel is te downloaden via www.wildzoekers.nl/vogelsopschool

werkblad 3 Vogelvoer maken In de winter is het koud en zijn de dagen een stuk korter dan in de zomer. Voldoende eten vinden is dan niet zo gemakkelijk voor vogels. Met bijvoeren kun je de vogels de winter door helpen! Vetbollen Je hebt ze vast weleens zien hangen, die bolletjes vet. Misschien zelfs bij jou thuis in de tuin. Dan is het je zeker opgevallen: vogels zijn er dol op! Laten we er daarom snel een paar gaan maken. Dit heb je nodig: 1500 gram ongezouten rundvet; 600 gram gebroken hennepzaad en maanzaad; 300 gram zonnebloempitten; leeg melkpak; stevige katoenen draad, om de vetbol mee op te hangen; pan; En nu? * Smelt het rundvet in een pannetje. Wacht tot het warm is, maar niet heet! Voeg al roerend het hennepzaad, maanzaad en de zonnebloempitten toe * Giet de warme brij in het melkpak * Leg daarin het uiteinde van het katoenen draad, vóórdat de brij stolt Is het rundvet weer hard geworden? Het melkpak kan gemakkelijk losgescheurd worden. Eet smakelijk! Nou ja, voor de vogels dan Pindasnoer Pinda s, lekker! Ben jij er ook zo gek op? Vogels in ieder geval wel. Sommige vogelsoorten kunnen heel handig met hun eigen gereedschap (= snavel) zo n pindadop openbreken en de pinda eruit peuteren. Nieuwsgierig hoe een vogel dat doet? Er is een slechts een pindasnoer voor nodig om daarachter te komen! Weetjes In de winter verbruiken vogels veel energie om goed op temperatuur te blijven. Daarom zijn vogels vooral in de winter gek op energierijk voedsel zoals pinda s en vetbollen. Ze bevatten veel vetten en dus veel energie. Wist je dat kool- en pimpelmeesjes heel behendig zijn aan een pindaslinger Ingrediënten: 25 pinda s in de dop; stevig draad; stompe naald; prikpen met priklap; Zo ga je aan de slag: * Leg een pinda op de priklap * Maak met de prikpen een gaatje door de pinda * Rijg met een naald de pinda aan een draad De bovenste drie stappen herhaal je 25 keer: klaar is het pindasnoer! Ophangen Zoek nu een geschikte plek om de vetbollen en het pindasnoer op te hangen. Als het kan, in de buurt van de voedertafel! Wel zo handig. Zo kun je namelijk goed zien welke vogel heel goed zijn eigen pindaatje kan doppen en welke vogel gek is op vetbollen. Tips Let er op dat vogels gemakkelijk van én naar de voederplaats kunnen vliegen. Zo kunnen ze bij dreigend gevaar ook snel weer vluchten. Hang de pindasnoeren en vetbollen op een rustige plek zodat de vogels ongestoord kunnen eten.

werkblad 3

werkblad 4 Vogels voeren Vogels bijvoeren, waarom eigenlijk? Kan een vogel zijn eigen kostje niet bij elkaar scharrelen, vraag je je misschien af. Het leven van een vogel is geen makkie. Vliegen kost namelijk heel veel energie. Veel meer dan lopen, rennen of spelen. Waar haal jij je energie vandaan? Juist, uit voedsel. Een vogel is dan ook de hele dag op zoek naar eten. Winter In de winter zijn de dagen kort en de nachten lang. Het zoeken naar voedsel is dan extra lastig. Bessen bijvoorbeeld, die zijn vaak al op in deze tijd van het jaar. Of insecten, die kruipen weg als het koud is. Ook voor zaadeters is het moeilijk om bij hun voedsel te komen. Helemaal als er een dik pak sneeuw ligt! Overwinteren Sommige vogels vliegen in de winter vanuit Nederland naar het warmere zuiden, omdat ze daar meer voedsel kunnen vinden. Weet je hoe we deze trekvogels noemen? Zomergasten. De plek van deze vogels wordt al gauw ingenomen door andere trekvogels zogenaamde Wintergasten. Dit zijn vogels die vanuit het hoge noorden juist bij óns overwinteren. Samen met de jaargasten (vogels die hier het hele jaar blijven en dus geen trekvogels zijn) kunnen deze vogels wel een extra hapje gebruiken! Opdracht 1 Noem van elke categorie drie vogelsoorten Gezonde hapjes Warm blijven in de winter kost veel meer energie dan in andere jaargetijden. Vogels hebben nu dan ook energierijk voedsel nodig, zoals pinda s of vetbollen. Ook is de plaats van voeren van belang. Sommige vogels eten hun voedsel het liefst van de grond, zoals de merel, winterkoning en roodborst (kijk op je zoekkaart!). Terwijl een koolmees of een huismus graag van een voederplank of uit een voederhuisje eet. Ook houdt niet elke vogelsoort van het zelfde eten. Verderop vind je een schema met wat vogels precies lusten en waar je vogelsoorten het beste kunt voeren. Voedertafel Behalve eten, kan een vogel op een voedertafel: makkelijk landen, goed om zich heen kijken en als het Zomergasten Wintergasten Jaargasten 1. 2. 3. 1. 2. 3. 1. 2. 3.

werkblad 4 moet snél wegwezen! Mocht er een hongerige kat in de buurt zijn Daar komt bij dat het voor ons hartstikke leuk is, om al die vogels te zien smullen op een voedertafel. Opdracht 2 Maak samen met je klasgenoten een voedertafel Materiaal: houten plankjes, spijkers, hamer én een bouwtekening Opdracht 3 Streep steeds één woord weg De voedertafel kan het beste op een open/beschutte plek staan, zodat de vogels goed/slecht zicht hebben op de omgeving. Het liefst met een vluchtstruik in de buurt. Als de voedertafel lager/hoger dan anderhalve meter is, dan is het meestal veilig voor springende katten. Tip Je kunt het beste elke dag en op vaste tijdstippen bijvoeren; het liefst s ochtends en voor het donker wordt. Dan kunnen vogels de dag goed beginnen én met een volle buik lekker gaan slapen. Opdracht 4; schoonmaken voedertafel Bacteriën van vogelpoep en beschimmelde etensresten kunnen de vogels ziek maken. Maak daarom dagelijks de voedertafel schoon met heet water en een borstel. Je juf of meester helpt met het maken van een schoonmaakrooster zodat iedereen een keer aan de beurt komt. Vogels voeren; wie eet wat? Deze tabel is te downloaden via www.wildzoekers.nl/vogelsopschool Weetje: Wist je dat kauwen een olifantengeheugen hebben. In het najaar verzamelen ze eikels en verstoppen die in bomen en onder de grond om een voedselvoorraadje te hebben voor moeilijkere periodes. Zelfs na maanden weten ze hun verstopte voorraad eikels nog terug te vinden.

werkblad 5 Observatiehut De vogels in de natuur zijn wilde vogels. Tamme vogels (huisdieren) zoals papegaaien en parkieten zijn vaak niet bang voor mensen, er dreigt zelden gevaar voor ze en ze hoeven niet zelf voedsel te zoeken. Je hebt vast wel eens gemerkt dat wilde vogels, die buiten leven, wegvliegen als je op ze af komt lopen of als je ineens de tuin in komt lopen. Veel wilde vogels zijn schuw en letten goed op of het wel veilig voor ze is. Er zijn ook wel wat brutalere vogels, zoals kraaiachtigen, die zijn vaak meer gewend aan mensen en blijven wel zitten of komen zelfs vlak bij je zitten. Omdat de meeste wilde vogels redelijk schuw zijn, moet je ervoor zorgen dat ze zich veilig voelen en dat de observatieplek veilig is. Zo is de kans groter dat ze bij je observatieplek komen en je ze goed kunt observeren (bekijken). Opdracht 2; Vogelwoordzoeker Hieronder staan 10 vogelsoorten afgebeeld. Zoek de namen op van deze vogelsoorten. Misschien weet je er al een paar uit je hoofd, anders kun je ze opzoeken op de zoekkaart, in een vogelboek of op internet. Opdracht 1; Bedenk 3 redenen waarom vogels wegblijven bij de observatieplek. 1. 2. 3. Onzichtbaar maken Een hulp bij het observeren is je min of meer onzichtbaar te maken. Jullie gaan een observatiehut maken, zodat de vogels je niet meer zo goed zien, maar jullie wel naar ze kunnen kijken. Je kunt zowel binnen als buiten vogels observeren. Als je een indoor observatiehut maakt kun je lekker warm vanuit het klaslokaal naar de vogels buiten kijken. En met een outdoor observatiehut sta je echt midden in de wilde natuur. Weetje: Vogels zien in kleur; fel gekleurde kleren verraden dus eerder dat je er bent!

werkblad 5 Als je alle 10 de namen van de vogelsoorten hebt gevonden, probeer ze dan in de Vogelwoordzoeker terug te vinden. De woorden kunnen in alle richtingen zijn geschreven: van boven naar beneden (verticaal) Van beneden baar boven (verticaal) Van links naar rechts (horizontaal) Van rechts naar links (horizontaal) Schuin (diagonaal) en dan kunnen ze 4 verschillende kanten op gaan. Vogelwoordzoeker G M R H S U M S I U H N G S N I N Z L N I X O W H E H S M S Y P O C U F W T S O P D N I G A T F H S H N X A S M K I D C N E S L C L P P C N U E G N I N O K R E T N I W M I L M E R E L E Y F V E R E T S K E M D F S N R V R A Q C U E S U G F Y D S C G O W E E S F T R O O D B O R S T E Q E

werkblad 6 Vogels observeren Je weet nu al best veel over vogels en je hebt misschien ook al voer en een voederplaats voor ze gemaakt. Dan wordt het nu tijd om ook eens goed naar ze te gaan kijken, observeren noemen we dat. De zoekkaart Je hebt al gewerkt met de zoekkaart. Neem de zoekkaart mee als je gaat observeren, de kaart kan je helpen te bepalen welke vogel je ziet. Je moet goed kijken, want sommige vogels lijken wel veel op elkaar! De tellijst Met de zoekkaart en de namen op het bord kun je nu vogelnamen opschrijven op de tellijst. Misschien zie je ook een vogel die jullie niet op de tellijst hebben gezet, die kun je er altijd nog bijschrijven. Als je niet weet hoe hij heet, kun je ook zijn kenmerken opschrijven of tekenen en dan later de naam proberen te vinden. Wanneer je gaat observeren zet je op de tellijst de datum en tijd boven de kolom waar je gaat tellen. Je schrijft er ook boven of er voer in de buurt is of niet en wat voor weer het is. De volgende keer dat je naar vogels gaat kijken vul je de kolom er naast in met je waarnemingen. Tip Hoe vaker je naar vogels gaat kijken (observeren) hoe meer je ziet en hoe leuker het wordt! Hoe vaak tel je een vogel? Als een vogel weg is gevlogen en je ziet hem weer terug komen, dan tel je die maar 1 keer. Komt er later weer een zelfde soort en weet je zeker dat het dezelfde is, dan tel je hem niet nog een keer. Als je denkt dat het een ander is, dan tel je de vogel gewoon nog een keer. De gedraglijst - Hoe gedraagt de vogel zich? Naast het tellen van het aantal vogels wat bij jullie in de buurt voorkomt is het misschien nog leuker om naar het gedrag van vogels te kijken. Er zitten namelijk heel wat vreemde vogels bij; Sommige vogels eten op de grond, andere op de voederplaats, andere onderstboven hangend. Sommige vogels gaan zitten en eten de hele tijd door, andere pakken iets en vliegen er mee weg en eten het ergens anders op. Sommige vogels zijn brutaal en pakken eten af of jagen de andere weg. Sommige vogels gaan weg als er een grotere vogel komt. Dit is allemaal gedrag wat je kunt zien als je vogels aan het observeren bent. Je hebt met de klas gedrag van vogels opgenoemd. Nu ga je een gedraglijst invullen. Op deze lijst staan al verschillende soorten gedragingen, zoals eten en poepen. Je gaat nu kijken wat vogels allemaal doen en hoe vaak. Veel succes en plezier met vogels observeren! Tip Je kunt op de gedragslijst ook nog andere gedragingen erbij schrijven tijdens de observatie die nog niet op de lijst voorkomen Vogels observeren: Tellijst Gedragslijst Deze lijsten zijn te downloaden via www.wildzoekers.nl/vogelsopschool

werkblad 6 Vogeldoolhof Nu je zo goed kunt observeren (kijken), zal het wel makkelijk zijn om het einde te vinden in het vogelhuisdoolhof hieronder! Begin bij: START en zoek de weg door het doolhof naar het EINDE.

werkblad 7 Verschillende snavels Wat gebruik jij allemaal als je eet? Met je handen houd je je bestek vast. Met een mes snij je het eten. Om het eten van je bord naar je mond te brengen, gebruik je een vork of lepel. Tenslotte maal je het eten fijn met je tanden en kiezen. Dat is een hele lijst! Hoe doet een vogel dat eigenlijk? Misschien heb je het al gezien bij de vogels op de voederplank. Een vogel gebruikt met eten meestal alleen zijn snavel! Een snavel is dus handen, bestek én mond ineen. Dat moet wel een heel slim stukje gereedschap zijn. Voedselvoorkeur Niet elke vogelsoort vindt hetzelfde eten lekker. Vinken zijn gek op zaden en een roodborst houdt meer van insecten. Om bij al die verschillende soorten voedsel te kunnen komen, is verschillend gereedschap nodig. Daarom hebben vogels snavels in allerlei soorten en maten. Kijk maar eens naar de snavels van de volgende vogels. Doet het je aan een bepaald soort gereedschap denken? Weetjes Wist je dat er ook slimme vogels zijn die niet alleen gebruik maken van hun snavel om te eten maar ook handig gebruik maken van hun poten. Denk maar eens aan een papegaai die pinda s eet Wist je dat er ook hele slimme vogels zijn die echt gereedschap gebruiken om aan voedsel te komen. Kauwtjes bijvoorbeeld gebruiken stokjes om spinnetjes en torretjes uit een boomspleet te peuteren. Opdracht 1; Snavelspel Vul bij elke vogel het voedsel in wat ze eten en verbindt de vogel met het bijpassende gereedschap Tip Kijk naar de tabel van werkblad 4; vogels voeren, naar welke vogelsoorten wat eten.

werkblad 7

werkblad 8 Fotograferen en Filmen Er bestaan veel mooie sites over natuurfotografie. Vaak met prachtige vogelfoto s. Hieronder een paar voorbeelden. Voor de echte vogelfotografen onder ons een link met tips over vogelfotografie: www.birdpix.nl fotoalbums, fotowedstrijden, forum www.fotografie.nl kies kennisbank en ga naar 3-delige artikel over vogelfotografie van Jan Duker www.martsmit.nl site van een jonge natuurfotograaf www.vogelbescherming.nl kies webcam en bekijk live de voederplaats achter het kantoor van Vogelbescherming Nederland in Zeist Fotografie Kijk eens naar het vogeltje riep heel lang geleden de fotograaf naar de personen die hij wilde fotograferen. De bedoeling was dan, dat je naar de camera keek. In dit project gaan we kijken naar echte vogeltjes. Niet zogenaamd verstopt in de camera, maar ergens buiten. Ook bij jou rond de school. In Nederland vliegen, afhankelijk van de tijd van het jaar, wel 50 miljoen vogels rond. Dan zal het toch moeten lukken er een paar op de foto te zetten! Heb je zelf wel eens foto s gemaakt? Ja? Dan is de kans groot dat het foto s waren van leuke gebeurtenissen: een verjaardag, een feest of zomaar gekke foto s van elkaar. Dat valt allemaal nog wel mee. Meestal zijn de personen in beeld scherp genoeg en dichtbij genoeg om ze te herkennen. Vogels fotograferen Vogels fotograferen is een heel ander verhaal. Een vogel gaat niet even voor je rechtzitten en blijft ook niet stilzitten. En je kunt hem ook niet even vragen wat dichterbij te komen als hij ver weg in een boom zit. Toch is het leuk om het eens te proberen. Juist omdat het wat moeilijker is dan het maken van een leuk plaatje van een vriendje of vriendinnetje. Als het je dan eindelijk een keer is gelukt, na veel geduld, is het extra bijzonder! Je kunt dan trots aan iedereen je foto laten zien. Waarschijnlijk heb je zelf geen camera. Als je zelf geen camera hebt, mag je misschien voor deze les er een lenen van een familielid. Opdracht 1 Vogels zijn een dankbaar onderwerp, juist omdat het best tegenvalt een mooie foto ervan te maken. Begin met de makkelijkste manier. Vanuit een klaslokaal of vanuit je kamer kun je al heel wat bereiken. Zorg wel dat het licht uit is, zodat je bewegingen niet opvallen. En zorg dat er een aantrekkelijke plek is, waar vogels op af komen. Dat kan een voederplaats zijn of een nestkastje. Niet ver van het raam, bijvoorbeeld tussen de 2 en 10 m. Verder heb je veel geduld nodig. Met digitale foto s kun je oneindig veel uitproberen en de beste bewaren om bijvoorbeeld op school te laten zien.

werkblad 8 Weet je wat nu zo leuk is van het maken van vogelfoto s? Het is spannend, omdat je niet weet wat er gaat komen. Altijd een verrassing! Je gaat beter opletten. Er gaan ineens dingen opvallen. Bijvoorbeeld dat de ene huismus er toch anders uitziet dan de ander. Of dat sommige soorten laag bij de grond voedsel zoeken en anderen juist hoog in de bomen. En heb je wel eens opgelet hoe vogels vliegen? Hoe de vleugels bewegen? Je verbaast je er over hoe mooi dat gaat.