Ik en de maatschappij. Regels en wetten

Vergelijkbare documenten
Nederlands. Woordenschat Dienstverlening en zorg

Ik en de maatschappij. Vrije tijd

Nederlands. Woordenschat Basis

REKENEN VERHOUDINGEN Verhoudingen voor1f

NEDERLANDS Spreken en gesprekken voor 1F Deel 4 van 5

Ik en de maatschappij. Ik en wij

Economie en handel. Assistent logistiek. Deel 1 van 6 Ontvangt Goederen/producten

Ik en de maatschappij. Lichaam en geest

Ik en de maatschappij. Klussen in huis

Rekenen verhoudingen. Procenten voor 1F

Voorbereidende interne stage

Lengte, omtrek en oppervlakte

Nederlands Luisteren Voor 1F Deel 2 van 2

Ik en de maatschappij. Gezondheid

REKENEN. Meetkunde voor 1F Deel 2 van 2

Ik en de maatschappij. Meedoen en meepraten

Ik en de maatschappij. Zorgen voor je leefomgeving

Ik en de maatschappij. Planten en dieren thuis

Grafieken en tabellen

Nederlands. Woordenschat Techniek

Begeleide externe stage

Verhoudingen in verband

Ik en de maatschappij. Online

Assistent plant of (groene) leefomgeving

Economie en handel. Assistent logistiek. Deel 5 van 6 Voert handelingen op goederen/producten uit

NEDERLANDS. Schrijven. voor 1F Deel 3 van 5

Ik en de maatschappij. Democratie

Economie en handel. Assistent logistiek. Deel 4 van 6 Maakt goederen/producten verzendklaar

Begeleide interne stage

Ik en de maatschappij. Geldzaken

REKENEN METEN EN MEETKUNDE Inhoud. voor 1F

Loopbaanoriëntatie -begeleiding

Ik en de maatschappij. Kiezen en kopen

Ik en de maatschappij. Rondkomen

NEDERLANDS Taalverzorging 1F Woord/zin Deel 1 van 3

Nederlands. Woord/zin. Voor 1F Deel 2 van 3

Certificaat B-VCA. Deel 2 van 3

Assistent verkoop/retail

Nederlands. Luisteren. Voor 1F Deel 1 van 2

Ik, leren en werken. Aan het werk

Seksuele vorming. Seksuele veiligheid

Ik en de maatschappij. Reizen

Ik en de maatschappij. Samen maar verschillend

Assistent installatie- en constructietechniek

Nederlands. Woord/zin. Voor 1F Deel 3 van 3

REKENEN METEN EN MEETKUNDE. Meetkunde voor 1F Deel 1 van 2

Seksuele vorming. Anticonceptie en zwangerschap

Assistent installatie- en constructietechniek

Ik en de maatschappij. Uiterlijke verzorging

Assistent dienstverlening en zorg

Praktische sectororiëntatie. Techniek

ECONOMIE EN HANDEL Assistent Logistiek. Deel 3 van 6 Verzamelt goederen/producten/ emballage/verpakkingsmaterialen

Assistent installatie- en constructietechniek

Certificaat B-VCA. Deel 1 van 3

Economie en handel. Plusdeel Assistent bediening

Economie en handel. Assistent logistiek. Deel 6 van 6 Inventariseert de voorraad/magazijninventaris

Nederlands. Woordenschat Dienstverlening en economie

Woordenschat Plant en groene leefomgeving

PRAKTISCHE SECTORORIËNTATIE. Economie en Handel

Assistent verkoop/retail

Praktische sectororiëntatie. Voedsel, natuur en leefomgeving

Seksuele vorming Ik Sova. Ik.indd 1 29/09/14 07:58

Basisvaardigheden Nederlands Deel 1 van 2

Assistent bouwen, wonen en onderhoud

Spreken en gesprekken voor 1F

Training. Talentherkenning

Praktische sectororiëntatie. Dienstverlening en zorg

4. Een vervolgopleiding kiezen

3. Een opleidingsdomein kiezen

Assistent verkoop en retail

Loopbaanoriëntatie -begeleiding

Cursus. Schuldhulpverlening (budgetteren)

Partie Kleine kaart. Werkboek

nederlands Schrijven voor 1F Deel 2 van 5

Training. BMC-vaardigheden gericht op dagbesteding deel 2 (sport en spel)

Cursus. Leerlingen met specifieke begeleidingsvragen

Werken binnen commercieel groen

Algemene beroepsvaardigheden. Werkboek

Rekenen Meten en meetkunde. voor 1F

Ondernemen en het ondernemingsplan 2

Training. Taalstimulering

Financieel en administratief beheer 1

Training. Observeren en rapporteren

Werken in een sportcentrum

Training. Ondersteuning bij bereiden van maaltijd en eten

Cursus. Vakinhoud en leergebieden primair onderwijs (geschiedenis)

Training. Groepsklimaat

Project. Kinderen begeleiden

Cursus. Begeleiding vrijwilligers en mantelzorgers

Werken als gastheer-vrouw in de catering

Nederlands. Schrijven. voor 1F Deel 1 van 5

Training. Begeleiden

Training. Opvoeden zonder vooroordelen

Project. Interculturele communicatie

Werken als officemanager

Cursus. Coördineren in de kinderopvang, ketenregie, sociale kaart en netwerk

Cursus. Verdieping kinderen met specifieke begeleidingsvragen Deel 1

Voorbereiden op stage en bijbaan

Cursus. Moeilijk bereikbare doelgroepen

Training. Mobiliteit, slapen en waken

Transcriptie:

Ik en de maatschappij Regels en wetten

Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Hanneke Molenaar Inhoudelijke redactie: Ina Berlet Titel: Ik en de maatschappij Regels en wetten ISBN: 978 90 3722 288 3 Afbeeldingen: Instituut Fysieke Veiligheid; Korps landelijke politiediensten; Pixton; Edu Actief. Met dank aan: Instituut Fysieke Veiligheid en Korps landelijke politiediensten Omslagfoto: Shutterstock.com Edu Actief b.v. 2016 Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in compilatiewerken op grond van artikel 16 Auteurswet kan men zich wenden tot de Stichting PRO (www.stichting-pro.nl). De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden. Door het gebruik van deze uitgave verklaart u kennis te hebben genomen van en akkoord te gaan met de specifieke productvoorwaarden en algemene voorwaarden van Edu Actief, te vinden op www.edu-actief.nl. 2

Inhoud Voorwoord 4 Hoofdstuk 1 Regels in het dagelijks leven 6 Hoofdstuk 2 Wetten in Nederland 18 Hoofdstuk 3 Tegen de wet 30 Hoofdstuk 4 Handhaving van de wet 42 Hoofdstuk 5 Voor de rechter 54 Hoofdstuk 6 Herhaling 72 Eindopdracht en reflectie 78 3

Voorwoord Dit leer-werkboek gaat over regels en wetten. Eerst gaat het over regels thuis en op school. Daarna over regels en wetten in de samenleving, in Nederland. Als iedereen zich aan de regels en wetten houdt, weet je waar je aan toe bent. Daardoor kunnen alle mensen op een goede en veilige manier samenleven. Het voorkomt dat de samenleving een chaos wordt. Houd je je niet aan regels en wetten? Daarmee maak je de omgeving voor een ander onveilig. Dan krijg je misschien met de politie of de rechter te maken. En krijg je soms een straf of een boete. Ook daarover gaat het in dit leer-werkboek. Picto In dit boek zie je bij sommige opdrachten een picto. Een pictogram geeft je informatie over de opdracht. Hierna lees je wat de picto s betekenen. Bij dit picto ga je nadenken over een opdracht. Je denkt na over wat je straks gaat doen. Je gaat de opdracht voorbereiden. Bij dit picto ga je de opdracht uitvoeren. Je gaat bijvoorbeeld iets maken. Of je gaat iets doen. Bij dit picto ga je evalueren. Je controleert of je de opdracht goed hebt gedaan. Wat ging er goed en wat ging er minder goed? Wat vond je van de opdracht? Wat kon je eerst niet, wat je nu wel kunt? Wat ga je de volgende keer anders doen? 4

Voorwoord Bij dit picto ga je reflecteren. Je denkt na over wat je hebt geleerd. En wat dat betekent voor je toekomst. Wat ga je nu doen? Hoe gaat het verder? Bij dit picto ga je in gesprek. Om een opdracht na te bespreken kun je de StruX-kaarten gebruiken. Bij dit picto ga je iets bekijken op de website van StruX. Dit kan bijvoorbeeld een foto, formulier of film zijn. Volg deze stappen. 1. Ga naar www.strux.nl 2. Klik op de knop deelnemer. 3. Klik op Ik en de maatschappij. 4. Klik op de foto van dit leer-werkboek. 5. Klik op de link van de opdracht. Misschien werk je met een portfolio. In je portfolio stop je bewijsstukken. Als je dit picto ziet, kun je een bewijsstuk toevoegen. Bespreek dit met je begeleider. Beeldwoordenboek In dit boek staan gekleurde woorden. Gekleurde woorden moet je kennen. Het zijn belangrijke woorden. Deze woorden kun je opzoeken in het beeldwoordenboek. Ga naar beeldwoordenboek.strux.nl. 5

Hoofdstuk 1 Regels in het dagelijks leven Dit hoofdstuk gaat over regels in het dagelijks leven. Regels zijn er om op een goede manier samen te leven. Overal gelden bepaalde regels. Thuis, in de klas, op school, in het verkeer, in de sport, in de samenleving. Dit hoofdstuk gaat over: wat regels zijn het doel van regels voorbeelden van regels wat je zelf doet met regels. Regels thuis Een regel is een voorschrift. Een regel schrijft voor wat je moet doen. En wat je niet mag doen. Een regel klinkt meestal als: je moet. Of: je mag niet. Dat lijkt negatief. Maar de regels zijn er om thuis goed, veilig en prettig samen te leven. Voorbeelden van regels thuis Je moet bijvoorbeeld: je smartphone wegleggen tijdens het eten je eigen spullen opruimen je eigen huisdier goed verzorgen. Je mag bijvoorbeeld niet: na 10 uur in de avond lawaai maken televisiekijken of internetten als je nog niet klaar bent met je taken. 6

Hoofdstuk 1 Regels in het dagelijks leven Opdracht 1 Welke regels gelden bij jou thuis? Vul het woordweb in. Verschil in regels Huisregels zijn er om het thuis voor iedereen leefbaar te maken. Het maakt niet uit hoe en met wie je samenwoont. De huisregels zijn er om te zorgen dat het geen chaos wordt. Maar thuis betekent niet voor iedereen hetzelfde. Daarom heeft ook niet iedereen dezelfde regels. Woon je alleen? Leef je samen met anderen? Met hoeveel anderen? Willen jouw ouders, verzorgers of huisgenoten structuur tijdens de werkweek? Houden ze van rust of juist van drukte in de vrije tijd? Is er veel geld, of niet zo veel? Woon je in een drukke straat of op een rustige plek? Al deze omstandigheden bij elkaar bepalen welke regels er zijn. En hoeveel regels er zijn. Opdracht 2 Welke regels gelden bij jou thuis? Schrijf ze in de goede kolom. Ik moet Ik mag niet 7

Hoofdstuk 1 Regels in het dagelijks leven Opdracht 3 Doe deze opdracht samen met iemand anders. Bespreek met elkaar de antwoorden van de vorige opdracht. Zet een groene streep onder de regels die bij jullie beiden hetzelfde zijn. Kies 2 regels die jullie goed vinden. Schrijf ze op. 1. 2. Bespreek met elkaar wat het doel van elke regel is. Waarom is de regel goed? Schrijf dat op in trefwoorden. 1. 2. Is er een regel die jullie niet nodig vinden? Of dom vinden? ja/nee Zo ja, welke regel is dat? Zet daar een kruis achter. Bespreek waarom deze regel onnodig of dom is. Schrijf jullie mening op. Geloof en regels Bij veel mensen neemt het geloof een belangrijke plaats in. Bij het geloof horen regels waar de gelovigen zich aan houden. Denk aan de ramadan voor moslims en de vastentijd voor katholieken. Er kunnen ook regels zijn voor het gedrag en de kleding. Bijvoorbeeld: bidden voor en na het eten bidden op een bepaald moment van de dag het dragen van hoed, rok of hoofddoek het weigeren van bepaalde voeding, zoals varkensvlees of alcohol. 8

Hoofdstuk 1 Regels in het dagelijks leven Hoe streng volg je deze regels? Dat hangt af van jouw thuissituatie. Vinden jouw ouders, verzorgers of huisgenoten de regels belangrijk? Dan laten ze de regels thuis ook gelden. Ouders of verzorgers kunnen je de vrijheid geven om zelf te kiezen. Dan bepaal jij zelf welke geloofsregels je wel of niet volgt. Opdracht 4 Doe deze opdracht samen met iemand anders. Bekijk de strip. Geef daarna antwoord op de vragen. Welke regel geldt voor Nadia? 9

Hoofdstuk 1 Regels in het dagelijks leven Dit is een huisregel/geloofsregel. Deze regel vind ik goed/niet goed, want Stel, jij bent degene die met anderen zo n uitstap bedenkt. Welke regel geldt voor jou? Dit is een huisregel/geloofsregel. Deze regel vind ik goed/niet goed, want Regels overtreden Regels zorgen voor een goede gang van zaken. Ze zijn er niet voor niets. Daarom is het slim je aan de regels te houden. Houd je je niet aan de regels? Dat kan gevolgen hebben. Dat kan vervelend zijn voor je huisgenoten. Er kan ruzie van komen. Je krijgt misschien straf. Die straf krijg je omdat iemand boos op je is. Of teleurgesteld in je. Je hebt je tenslotte niet aan de regels gehouden. Je hebt de regels overtreden. Het doel van de straf is: zorgen dat je de regels voortaan wel volgt. Opdracht 5 Schrijf 1 regel van thuis op die jij weleens overtreedt. Wat gebeurt er als je deze regel weer eens overtreden hebt? 10