Protocol Huisbezoek Wet Werk en Bijstand Gemeente Boxmeer

Vergelijkbare documenten
Protocol Huisbezoek 2015

Afdeling Samenleving Sectie Sociale Zaken November Protocol Huisbezoeken

PROTOCOL HUISBEZOEK. 1. Inleiding

Protocol huisbezoeken 2015

GEMEENTEBLAD. Nr Protocol Huisbezoek WIZ, gemeente Weert 1. INLEIDING

Protocol huisbezoeken Sociale Zaken / Loket Zorg & Welzijn gemeente Koggenland

Protocol huisbezoek

BAR HUISBEZOEKPROTOCOL UITKERINGEN Barendrecht-Albrandswaard-Ridderkerk

Protocol Huisbezoeken in het kader van de WWB

GEMEENTEBLAD. Nr PROTOCOL HUISBEZOEKEN 2015

Protocol Huisbezoek WIZ

Protocol huisbezoeken

Beleidsregels huisbezoek gemeente Wierden 2013

PROTOCOL HUISBEZOEKEN (PARTICIPATIEWET, IOAW, IOAZ, BBZ) Gemeente Heerhugowaard

Protocol huisbezoeken (participatiewet, ioaw, ioaz, bbz 2004), gemeente Alkmaar

Voorbeeldprotocol huisbezoek (per )

Protocol huisbezoeken sociaal domein gemeente Den Helder

Gemeente Hoogeveen. Protocol huisbezoeken door team handhaving van de eenheid Dienstverlening & Activering

BELEIDSREGELS HUISBEZOEK ASTEN 2015, ZOALS OPGENOMEN IN RICHTLIJN PARTICIPATIEWET B039

Naam Protocol huisbezoeken Wet werk en bijstand ( trefwoord beleidsregel)

Protocol huisbezoeken 2013 Wet Werk en Bijstand

B&W 15 januari 2013 Gemeenteblad 32E WIJZIGING BELEIDSREGELS WWB, RICHTLIJN B039 BELEIDSREGEL HUISBEZOEK

Protocol huisbezoeken Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Castricum

Rapport. Rapport over een klacht over de gemeente Weert. Datum: 27 juni Rapportnummer: 2013/073

HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE GRONINGEN,

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Altena,

Het college kan daarbij aanbieden dit te doen d.m.v. een huisbezoek.

INSTRUCTIE PROTOCOL HUISBEZOEK WERK EN INKOMEN HELMOND Vast te stellen de Instructie protocol huisbezoek Werk en Inkomen Helmond 2007

Protocol huisbezoek Ferm Werk

Protocol Huisbezoeken 2008 SoZaWe Rotterdam

Protocol huisbezoek. 1 Inleiding

Binnentreden Pagina s 79 t/m 84

Ons kenmerk L400/ Aantal bijlagen

Protocol Huisbezoeken. SoZaWe Rotterdam

Protocol huisbezoeken en afdoening motie huisbezoek

PROTOCOL HUISBEZOEK ISD BOLLENSTREEK 2017

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

FACTSHEET FRAUDEWET, WET HUISBEZOEKEN EN BUITENWETTELIJK BELEID GEMEENTE LEEUWARDEN

ECLI:NL:CRVB:2013:2444

De Minister van Veiligheid en Justitie. Postbus EH Den Haag. Advies wetsvoorstel toevoegen gegevens aan procesdossier minderjarige

CENTRALE RAAD VAN BEROEP MEERVOUDIGE KAMER U I T S P R A A K

Rapport. Rapport over een klacht over het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen te Amsterdam. Datum: 5 juni Rapportnummer: 2012/0094

De Minister van Veiligheid en Justitie. Postbus EH DEN HAAG

TOESLAGENVERORDENING WWB HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE 2012

Het binnentreden van een woning

Rapport. Een onderzoek naar een klacht over informatieverstrekking aan derden. Oordeel

Protocol informatieverstrekking gescheiden ouders

Omdat huisbezoeken een inbreuk betekenen op de privacy van de cliënt, is het huisbezoek omgeven met spelregels. Dit protocol bevat deze regels.

Protocol huisbezoeken

ECLI:NL:RVS:2017:1318

31 mei 2012 z

Afdeling Werk en Inkomen Gemeente Enschede

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het Openbaar Ministerie te Den Haag. Datum: 13 juni Rapportnummer: 2012/101

de minister van Economische Zaken, de heer mr L.J. Brinkhorst Postbus EC Den Haag Ministeriële regeling afsluitingen

Ons kenmerk z Contactpersoon

Rapport. Klacht over de Sociale Verzekeringsbank te Breda. Datum: 7 april Rapportnummer: 2011/0104

Privacy op school in 10 stappen geregeld! Job Vos expert privacy en uitwisseling leerlinggegevens - Kennisnet

Rapport. Rapport over een klacht over de regionale politie-eenheid Rotterdam. Datum: 8 november Rapportnummer: 2013/166

Inhoudsopgave. 3 Waar gaat deze brochure over?

Afwijzing van een bijstandsuitkering Dienst Werk en Inkomen, Markplein Nieuw West en Dienstencentrum, Juridische Zaken

Ons kenmerk. Uw briefvan 22 februari Contactpersoon

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 maart 2013, nr ;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d. 27 april 2010;

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van, nr. ;

B&W 30 maart 2010 Gemeenteblad. Vast te stellen de gewijzigde invulling van richtlijn nr. B078 Kosten rechtsbijstand

Camera-toezicht op de werkplek

Verordening tot wijziging van de Verordening maatregelen en handhaving Regionale Sociale

Rapport. Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/190

Werkwijze DGSenB voor rechtmatige en gestructureerde gegevensuitwisseling

B&W 16 juni 2009 Gemeenteblad RICHTLIJN NR. B052 VERLAGING ALGEMENE BIJSTAND WEGENS ONTBREKEN WOONKOSTEN

Huisbezoeken Sociale Zaken

ALGEMENE WET BESTUURSRECHT

Beoordeling. h2>klacht

Rapport. Rapport over een klacht over het regionale politiekorps Gelderland-midden, thans regionale eenheid Oost-Nederland. Datum: 17 oktober 2013

Handleiding behandeling WOB-verzoeken

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

ECLI:NL:RBDHA:2017:5165

Rapport. Een onderzoek naar een klacht over de Raad voor Rechtsbijstand.

verklaring omtrent rechtmatigheid

CENTRALE RAAD VAN BEROEP MEERVOUDIGE KAMER U I T S P R A A K

Fraudebeleidsplan Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Haren

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waddinxveen

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 11 november 2013;

Ons kenmerk z Onderwerp Verzoek om wetgevingsadvies onderdelen Wijzigingswet financiële markten 2018

c) persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon;

Beleidsregel krediethypotheek en pandrecht

Informatieplicht van school naar ouders

Datum 5 november 2012 Onderwerp Antwoorden kamervragen over strafrechtelijke ontruiming van krakers

Handhavingsverordening Wet Werk en bijstand en Wet investeren in jongeren Handhavingsverordening WWB en WIJ

De raad van de gemeente Schinnen;

Privacyreglement. Elk gegevens, betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

Aanbeveling binnentreding woning i.v.m. nutsvoorzieningen

BIBOB beleidslijn horeca- en seksinrichtingen. Gemeente Voorst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

VERDRAG INZAKE SOCIALE ZEKERHEID TUSSEN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN

ECLI:NL:CRVB:2016:4998

Transcriptie:

Protocol Huisbezoek Wet Werk en Bijstand Gemeente Boxmeer Boxmeer, juli 2012 I-SZ/2012/479 RIS 2013-549 Bijlage 2

Inhoudsopgave: 1. Inleiding 2. Het huisbezoek 2.1 Soorten huisbezoek 2.2 Varianten van het huisbezoek bij verificatie en controle 3. Belangrijke wetsartikelen 3.1 Rechten van de betrokkene(n) 3.2 A Plichten van de betrokkene(n) 3.2.B Nader onderzoek / huisbezoek 3.3 Binnentreden van een woning 3.4 Begripsomschrijvingen 3.5 Ambtelijke huisvredebreuk 4. Uitvoering van een huisbezoek 4.1 Inleiding 4.2 Proportionaliteit- en subsidiariteitsbeginsel 4.3 Aanvang van het huisbezoek 4.4 Afsluiting van het huisbezoek 5. Weigering van het huisbezoek 5.1 Inleiding 5.2 Dringende redenen 5.3 Consequenties 5.4 Hersteltermijn 5.5 Informed consent (uitspraak CRvB 11-04-2007) 6. Bronvermelding Protocol Huisbezoek WWB gemeente Boxmeer 2

1. Inleiding Het protocol behandelt de algemene, verplichte werkwijze voor huisbezoeken die door medewerkers van de afdeling Sociale Zaken van de gemeente Boxmeer worden afgelegd in het kader van de Wet Werk en Bijstand (WWB) met het oog op dienstverlening, verificatie (bij aanvraag) of controle van het recht op uitkering. Het gaat hierbij om huisbezoeken met een bestuursrechtelijk karakter. Bij het verrichten van een huisbezoek is het belangrijk dat er een goede voorbereiding en een plan van aanpak is. Ook de nodige actuele wetskennis is hiervoor noodzakelijk. Uit de praktijk blijkt het dat voor het succesvol afleggen van een huisbezoek de nodige deskundigheid en ervaring vereist is. Dit protocol is opgesteld om zaken aan de orde te stellen die samenhangen met het uitvoeren van een huisbezoek. In verband met de praktische invulling en uitvoering van een huisbezoek en de bijbehorende formulieren wordt verwezen naar de werkinstructie huisbezoeken gemeente Boxmeer. 2. Het huisbezoek 2.1 Soorten huisbezoek: Om een huisbezoek te kunnen afleggen moet er altijd een duidelijk gemotiveerde reden zijn. Huisbezoeken kunnen om diverse redenen worden afgelegd, te weten: 1. als onderdeel van de dienstverlening (in het kader van het zorgaspect): als de klant niet in staat is om een bezoek te brengen aan het gemeentehuis (bijvoorbeeld ziekte); 2. als verificatiemiddel: tijdens de aanvraagprocedure voor een uitkering en bijzondere bijstand (bijvoorbeeld inrichtingskosten). 3. als controlemiddel: om de rechtmatigheid van de uitkeringsverstrekking vast te stellen. 2.2 Varianten van het huisbezoek bij verificatie en controle Een huisbezoek ter verificatie of ter controle van de rechtmatigheid kan op 2 manieren worden afgelegd: - aangekondigd, of - onaangekondigd. Huisbezoeken in het kader van verificatie en controle met betrekking tot de woon- en of leefsituatie worden op initiatief van de gemeente Boxmeer onaangekondigd uitgevoerd. Huisbezoeken in het kader van de dienstverlening vinden meestal plaats op verzoek van de klant. 3. Belangrijke wetsartikelen 3.1 Rechten van de betrokkene(n) Voordat een huisbezoek wordt afgelegd, moet bekend zijn welke regels aan het uitvoeren van een huisbezoek zijn verbonden. Immers het uitvoeren van een huisbezoek is een behoorlijke inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van een betrokkene. Er zijn wel grenzen aan de toelaatbaarheid van een dergelijke inbreuk. Deze grenzen worden bepaald door wetgeving op Europees en nationaal niveau. Onder dit punt behandelen we de belangrijkste artikelen uit die wetten. Protocol Huisbezoek WWB gemeente Boxmeer 3

Artikel 8 Europees Verdrag van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (EVRM) 1. Een ieder heeft recht op respect voor zijn privé-leven, zijn familie- en gezinsleven, zijn woning en zijn correspondentie. 2. Geen inmenging van enig openbaar gezag is toegestaan in de uitoefening van dit recht, dan voor zover bij de wet is voorzien en in een democratische samenleving noodzakelijk is in het belang van de nationale veiligheid, de openbare veiligheid of het economisch welzijn van het land, het voorkomen van wanordelijkheden en strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of goede zeden of voor de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen. Artikel 10 Grondwet 1. Ieder heeft, behoudens bij of krachtens de wet te stellen beperkingen, recht op eerbiediging van zijn persoonlijke levenssfeer. 2. De wet stelt regels ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer in verband met het vastleggen en verstrekken van persoonsgegevens. 3. De wet stelt regels inzake de aanspraken van personen op kennisneming van over hen vastgelegde gegevens en van het gebruik dat daarvan wordt gemaakt, alsmede op verbetering van zodanige gegevens. Uit zowel artikel 8 EVRM als uit artikel 10 Grondwet wordt duidelijk dat een ieder recht heeft op eerbiediging van zijn persoonlijke levenssfeer. Inbreuk op iemands privé-leven kan alleen op grond van wettelijke bepalingen Deze inbreuk is volgens de Centrale Raad van Beroep in bijzondere omstandigheden gerechtvaardigd. 3.2 A Plichten van de betrokkene(n) In artikel 17 WWB wordt de inlichtingenplicht van belanghebbende genoemd. Op grond van dit artikel rust op de belanghebbende de verplichting om desgevraagd of uit eigen beweging de gemeente te informeren over alles wat van belang is voor de verstrekking van de bijstand. Tevens dient belanghebbende op verzoek medewerking te verlenen die nodig is voor de uitvoering van de WWB. 3.2 B Nader onderzoek / huisbezoek Artikel 53a lid 2 WWB geeft aan dat de gegevens die door de belanghebbende zijn verstrekt aan de afdeling Sociale Zaken onderzocht mogen worden op juistheid en volledigheid. Het afleggen van een huisbezoek kan een onderdeel vormen van het onderzoek/de verificatie van de gegevens die de klant heeft verstrekt. 3.3 Binnentreden van een woning Artikel 12 Grondwet geeft aan dat het binnentreden in een woning zonder toestemming van de bewoner alleen geoorloofd is in de gevallen bij of krachtens de wet bepaald, door hen die daartoe bij of krachtens de wet zijn aangewezen. In de Nederlandse wetgeving is geen regeling te vinden waarin de medewerkers van een afdeling Sociale Zaken de bevoegdheid hebben om ter aflegging van een huisbezoek tegen de wil van de bewoner binnen te treden. De voorwaarden die de Grondwet verbindt aan het betreden van een woning zijn verder uitgewerkt in de Algemene Wet op het Binnentreden (AWOB). Daarbij gaat de AWOB zelfs nog verder dan de Grondwet. Zo stelt de AWOB dat voorafgaande Protocol Huisbezoek WWB gemeente Boxmeer 4

legitimatie en mededeling van het doel van het binnentreden ook vereist zijn in het geval dat een woning met toestemming van de bewoner wordt betreden. Artikel 1, lid 1 AWOB schrijft voor dat wanneer een medewerker een woning gaat binnentreden uit een genoemde hoedanigheid, dat deze zich moet legitimeren en de bewoner moet mededelen met welk doel hij wil binnentreden. Deze verplichting heeft de medewerker altijd en het maakt daarbij niet uit of de bewoner de toestemming verleent of weigert. Als twee of meer personen voor hetzelfde doel willen binnentreden moet degene die de leiding heeft aan deze verplichtingen voldoen. Als er meerdere bewoners aanwezig zijn hoeft de medewerker zich slechts aan één van hen te legitimeren en te vertellen wat het doel van het binnentreden is. Het vierde lid van artikel 1 AWOB bepaalt nog eens uitdrukkelijk dat de medewerker voorafgaand aan het binnentreden de toestemming aan de bewoner moet vragen en dat de verleende toestemming hem moet blijken. 3.4 Begripsomschrijvingen Woning Omdat de woning bij het betreden van plaatsen een aparte positie inneemt moet duidelijk zijn wat een woning is. De minister van Justitie heeft zich bij de behandeling van diverse wetsvoorstellen daar wel over uitgelaten. Ook zijn rechterlijke uitspraken van belang om het begrip woning te kunnen omschrijven. Het beste kan de woning worden omschreven zoals dat in de AWOB wordt gedaan. Een van de buitenwereld afgesloten plaats waar iemand zijn privaat huiselijk leven leidt of pleegt te leiden, alsmede alle ter beschikking en ten gebruiken van de bewoner staande besloten ruimten die binnenshuis gemeenschap hebben met de woning, zonder dat daarvoor andermans gebied behoeft te worden betreden. Bij een woning zullen veel mensen meteen denken aan een eengezinswoning, flat of etagewoning. Hoewel dit wel voor de hand ligt zijn er ook andere ruimten die als woning in gebruik kunnen zijn. Denk bijvoorbeeld aan woonwagens, caravans of kajuiten op binnenvaartschepen. Het is wel een vereiste dat deze ruimten als woning in gebruik zijn. Staat een woning leeg en deze is ook niet ingericht als woning, dan geeft de wet deze ruimte niet de extra bescherming, omdat ze dan aangemerkt wordt als een besloten lokaal. Bewoner(s) Als bewoner wordt aangemerkt: Elke persoon, al dan niet meerderjarig, die zich voordoet als gebruiker. Elk lid van het gezin, ongeacht zijn leeftijd, wordt als bewoner aangemerkt en kan al dan niet toestemming verlenen om de woning te betreden. Het is wel van belang dat het gezinslid kan inzien wat de gevolgen zijn van de toestemming of weigering. Is de persoon zo jeugdig of als er een reden is om aan te nemen dat van hem geen inzicht in de situatie verwacht mag worden, dan kan deze niet als bewoner worden beschouwd. Een logé en een niet inwonende huishoudelijke hulp zijn weliswaar geen bewoners maar kunnen wel als lasthebbers van de bewoner(s) worden gezien. Deze kunnen dus namens de bewoners toestemming geven of weigeren Toestemming Zijn er meerdere bewoners aanwezig, dan is in beginsel toestemming van één bewoner voldoende. Uit die toestemming kan gerechtvaardigd worden afgeleid dat de overige bewoners instemmen met dit binnentreden. Elke bewoner, dus ook Protocol Huisbezoek WWB gemeente Boxmeer 5

degene die toestemming gaf, heeft evenwel het recht om de ambtenaar de verdere aanwezigheid in de woning te weigeren. Indien verschillende gebruikers van de woning het over de te geven toestemming oneens zijn, dan gaat het verbod boven de toestemming! Het zou andersom zijn indien bijvoorbeeld een zoon geen toestemming verleent over een deel van de woning waar diens ouders hun dagelijks leven leiden. Wanneer in een pand meerdere woningen aanwezig zijn (kamerverhuur) dan heeft de verhuurder/eigenaar/hoofdbewoner geen recht meer om aan de ambtenaar de toegang tot de verhuurde kamers te ontzeggen. De toestemming van de huurder gaat in dit geval voor de weigering van de verhuurder. Wel kan de verhuurder de ambtenaar geen toestemming verlenen om door het deel van het pand waarin de verhuurder zelf woont naar de verhuurde kamer te gaan. Wanneer er dus in een pand meerdere aparte verhuurde kamers bevinden (kamerverhuur) dan dienen deze elk als woning te worden gezien en dus voor elk aparte toestemming van de bewoner/huurder. Wanneer er sprake is van kamerbewoning (kostganger) en de hoofdbewoner en de kamerbewoner zijn aanwezig, dan moeten beiden toestemming verlenen tot het betreden van de woning. Wanneer één van beiden niet aanwezig is ontstaat er een lastige situatie. De hoofdbewoner kan wel toestemming geven voor die ruimten die hij als bewoner gebruikt maar geen toestemming verlenen om de kamer van de kamerbewoner te betreden. De kamer kan dan niet betreden worden. Wanneer alleen de kamerbewoner aanwezig is kunnen alleen die ruimten betreden worden die hij huurt en gezamenlijk gebruikt met de hoofdbewoner. Uit een uitspraak van de rechtbank Alkmaar (16-03-2007, nr. 06/1995 WWB) blijkt dat wanneer een belanghebbende zijn medewerking aan een huisbezoek afhankelijk maakt van een voorafgaand gesprek met de hoofdbewoner hij zijn medewerkingplicht schendt. Het feit dat een belanghebbende voor een huisbezoek toestemming van de hoofdbewoner moet of wil hebben komt voor risico van de belanghebbende. Als de hoofdbewoner de toegang tot de woning weigert en deze geen belanghebbende is, dan ontstaat er een lastige situatie. Wanneer de kamerbewoner er niet is dan zal er op een ander moment nogmaals geprobeerd moeten worden. Als de kamerbewoner zelf wel aanwezig is dan zal deze gewezen moeten worden op de mogelijke consequenties. Het is aan de kamerbewoner om voor een oplossing te zorgen dat er een huisbezoek verricht kan worden. Een bewoner zal op duidelijke wijze kenbaar moeten maken dat hij geen bezwaar heeft tegen het betreden van de woning. De bewoner kan dat zeggen maar kan de toestemming ook geven door het maken van gebaren. Als het niet duidelijk is of de bewoner de toestemming verleent, moet worden aangenomen dat de bewoner de toestemming weigert. Over de vraag of de bewoner al dan niet toestemming verleent, mag geen twijfel bestaan. Bij een positieve reactie van de bewoner is er doorgaans geen enkel probleem. Wanneer er door de bewoner geen toestemming wordt verleend, dan dient de bewoner op de (eventuele) consequentie te worden gewezen als hij geen medewerking verleent aan het huisbezoek. Hierover later meer. Bij het uitvoeren van een onderzoek in de verschillende ruimten is het noodzakelijk telkens toestemming te vragen aan de bewoner(s) voor de toegang tot die ruimten of plaatsen. Zo zal er dus toestemming moeten worden gevraagd voor het openen van een kamer of laden en kasten. Laat de klant zelf deuren, laden en kasten openen. Elke ruimte moet volledig worden bekeken voor zover dat noodzakelijk is voor het onderzoek, maar voorkomen moet worden dat het huisbezoek een doorzoeking van de woning wordt! Protocol Huisbezoek WWB gemeente Boxmeer 6

3.5 Ambtelijke huisvredebreuk Artikel 370 van het Wetboek van Strafrecht regelt dat het zonder toestemming van de bewoner betreden van een woning dan wel het zonder toestemming van de bewoner verblijven in een woning onder bepaalde voorwaarden strafbaar is. Hieronder valt ook het erf en omliggende grond dat bij een woning hoort. Als een klant aan de medewerker geen toestemming geeft om de woning of het erf te betreden en de medewerker daar toch verblijft als de klant uitdrukkelijk kenbaar heeft gemaakt dat hij de woning of het erf moet verlaten, kan er sprake zijn van ambtelijke huisvredebreuk. 4. Uitvoering van een huisbezoek 4.1 Inleiding Een medewerker zal bij elk huisbezoek dat afgelegd dient te worden in het kader van dienstverlening, verificatie of controle, de afweging moeten maken of een huisbezoek gerechtvaardigd en noodzakelijk is. Klantmanagers kunnen voor huisbezoeken gebruik maken van de ondersteuning van de handhaver Sociale Zaken. Naar aanleiding van een verzoek zal de toets van het proportionaliteit- en subsidiariteitsbeginsel gedaan worden door deze handhaver. Voor de praktische invulling en uitvoering van een huisbezoek en het bijbehorende formulier wordt verwezen naar de werkinstructie huisbezoek gemeente Boxmeer. 4.2 Proportionaliteit- en Subsidiariteitsbeginsel Bij de afweging of een huisbezoek wordt afgelegd zijn de volgende uitgangspunten leidend: - een huisbezoek wordt alleen afgelegd als er geen ander, minder ingrijpend middel dan het huisbezoek is om de rechtmatigheid van de bijstand te onderzoeken (subsidiariteitsbeginsel); - hou altijd voor ogen dat het controledoel in verhouding moet staan tot het middel huisbezoek. Ook mag niet om meer informatie gevraagd worden dan noodzakelijk is voor het bereiken van dit doel (proportionaliteitsbeginsel). Voor het vaststellen van het recht op en de hoogte van de bijstand is het van wezenlijk belang dat er voldoende duidelijkheid bestaat omtrent de woon- leefen/of inkomstensituatie. De verificatie van verstrekte gegevens is in veel gevallen niet anders mogelijk dan door middel van een huisbezoek (het moet niet op een minder belastende manier uitgevoerd kunnen worden). Een onaangekondigd huisbezoek kan alleen gebruikt worden bij bijzondere rechtmatigheidonderzoeken of eerste aanvragen om bijstand waarbij concrete vermoedens aanwezig zijn op onrechtmatig gebruik van de bijstandsuitkering. Op dat moment (bijvoorbeeld bij vermoedens van woon- en/of leefvormfraude) kan een onaangekondigd huisbezoek noodzakelijk en proportioneel zijn om het recht op bijstand vast te stellen. Zo n onderzoek kan gediend zijn bij een onaangekondigd huisbezoek, daar de betrokkene(n) dan niet de mogelijkheid hebben om zich voor te bereiden op het huisbezoek en de situatie te fingeren. 4.3 Aanvang van het huisbezoek Voor het uitvoeren van een huisbezoek zijn er concreet een aantal verplichtingen voor de ambtenaar. voorafgaand aan het huisbezoek is legitimeren verplicht; het doel van het huisbezoek dient aan de betrokkene(n) te worden medegedeeld; voorafgaand aan het binnentreden dient toestemming aan de bewoner(s) te worden gevraagd. vooraf mededelen dat het eventueel weigeren van toestemming geen directe gevolgen heeft voor de bijstandsverlening. Protocol Huisbezoek WWB gemeente Boxmeer 7

Slechts wanneer de gemeente op grond van feiten en omstandigheden reden heeft om te twijfelen aan de rechtmatigheid van de bijstandsverlening, kan deze weigering gevolgen hebben voor de uitkering, conform vaste jurisprudentie. 4.4 Afsluiten van het huisbezoek Wanneer het huisbezoek is verricht, is een kort samenvattend gesprek met de betrokkene(n)/bewoner(s) aan te raden. Dit kan door het vervolgtraject toe te lichten of preventief advies te geven. 5. Weigering van het huisbezoek 5.1 Inleiding Hoewel de betrokkene(n) op grond van het huisrecht kan weigeren het huisbezoek toe te staan, betekent dit niet dat zo n weigering geen gevolgen heeft voor zijn uitkering. Het weigeren mee te werken aan een huisbezoek kan aanleiding zijn om de bijstand niet toe te kennen dan wel in te trekken. De reden hiervoor is dat het in dat geval niet mogelijk is om het recht op bijstand vast te stellen. 5.2 Dringende redenen Het weigeren mee te werken aan een huisbezoek heeft geen gevolgen voor het recht op bijstand indien er sprake is van zeer dringende redenen die de onmiddellijke uitvoering van het huisbezoek in de weg staan. Volgens vaste jurisprudentie zal hier zelden of nooit sprake van zijn. Bij het weigeren van de medewerking moet er aan de betrokkene(n) gevraagd worden wat de dringende redenen zijn van de weigering! De CRvB oordeelde dat de wens van een betrokkene om eerst contact op te nemen met zijn advocaat, niet als zeer dringende reden kan worden aangemerkt. (CRvB 14-05-2002, nrs. 99/5002 NABW) Ook het feit dat een betrokkene aangeeft dat het een rotzooi is en er niemand verblijft op de boven verdieping, is ook niet als zeer dringende reden aan te merken, volgens het CRvB. (CRvB 07-03-2005, nrs. 02/3737 NABW) 5.3 Consequenties Bij het weigeren van medewerking aan de uitvoering van een huisbezoek, moet de betrokkene(n) op de consequentie van de weigering gewezen worden. Deze consequentie moet vooraf aan betrokkene(n) worden gemeld. 5.4 Hersteltermijn Bij het weigeren van medewerking aan de uitvoering van een huisbezoek is het niet nodig om een hersteltermijn te geven op grond van artikel 54 lid 1 van de WWB. Een (on)aangekondigd huisbezoek dient onmiddellijk ten uitvoer gebracht te worden. De betrokkene(n) zou dan immers de gelegenheid krijgen om de situatie in de woning in strijd met de feitelijke situatie tijdelijk aan te passen. (CRvB 14-05- 2002, nr. 99/5002 NABW). 5.5 Informed consent: De Centrale Raad van Beroep (CRvB) heeft op 11 april 2007 uitspraak gedaan in een aantal beroepszaken betreffende het uitvoeren van huisbezoeken respectievelijk het verbinden van directe consequenties aan de weigering van dat huisbezoek. Belangrijkste conclusie is dat dit hoogste rechtsprekende orgaan aangeeft dat het huisbezoek een belangrijk en noodzakelijk controle-instrument is. Kort gezegd komt het er op neer dat het onaangekondigd huisbezoek nog steeds gebruikt mag worden als controle-instrument. Wel stelt de rechter daar duidelijke voorwaarden aan, te weten: Protocol Huisbezoek WWB gemeente Boxmeer 8

- er moet in beginsel een aanleiding zijn voor een huisbezoek; - de klant moet duidelijk geïnformeerd zijn over zijn rechten en plichten en; - de klant moet toestemming geven voor het huisbezoek. De CRvB geeft in haar uitspraken aan wanneer een huisbezoek mag worden afgelegd in combinatie met de mogelijkheden voor een bewoner om dit te weigeren. Voor wat betreft het instellen van een huisbezoek zijn verschillende varianten denkbaar. Daarbij valt te onderscheiden de situatie waarin (A) wel sprake is van een concrete aanwijzing waardoor gerede twijfel ontstaat over de opgegeven woonsituatie of (B) waarin geen sprake is van een concrete aanwijzing. A: Wel aanwijzing: Betrokkene moet allereerst geïnformeerd worden over de reden en het doel van het onderzoek. In deze eerste situatie (wel concrete aanwijzing) kan de betrokkene de toegang weigeren. Hij is echter op basis van wet- en regelgeving wel verplicht zijn medewerking te verlenen en moet rekening houden met de mogelijke directe consequenties van die weigering (bijvoorbeeld weigering of beëindiging van de uitkering). Het ligt voor de hand dat betrokkene in het geval van een weigering op deze verplichting en de directe consequenties wordt gewezen. In de praktijk zal dit ook meestal gebeuren om een aanvankelijke weigering tot medewerking alsnog om te zetten in toestemming. Daarnaast is het wijzen op de mogelijke directe consequenties van belang in verband met de transparantie die naar de betrokken burger moet worden betracht. Dit kan er toe leiden dat betrokkene de toestemming om de woning te betreden alsnog verleent. In deze gevallen is overigens geen sprake van een informed consent. De betrokkene heeft zijn toestemming immers niet op basis van echte vrijwilligheid verleend maar (mede) op basis van de mogelijke directe consequenties. Er is simpelweg sprake van wel of geen toestemming om de woning te betreden. Het kan ook leiden tot een blijvende weigering toegang te verlenen waarop de toepasselijke consequentie(s) kan worden geëffectueerd. Daarbij moeten overigens de gebruikelijke termijnen en bezwaar en beroepsmogelijkheden in acht worden genomen. B: Geen aanwijzing: Betrokkene moet eveneens geïnformeerd worden over de reden en het doel van het onderzoek. Denk hierbij aan het standaard huisbezoek bij intake; periodiek bezoek in het kader van controle of dienstverlening. Hem moet worden meegedeeld dat het niet meewerken aan het onderzoek geen directe consequenties kan of zal hebben. Slechts wanneer aan deze voorwaarden is voldaan is sprake van een zogenaamd informed consent en kunnen de uitkomsten van het onderzoek in bezwaar en beroep stand houden. Ook in deze situatie waarin geen concrete aanwijzing is die leidt tot gerede twijfel over de woonsituatie kan de betrokkene de toegang echter weigeren. Aan de weigering kunnen zoals eerder gesteld geen directe consequenties worden verbonden (bijvoorbeeld weigering of beëindiging van de uitkering), maar het is bijvoorbeeld wel mogelijk het onderzoek naar de woonsituatie voort te zetten met andere middelen dan het huisbezoek. De bevindingen van dit onderzoek kunnen uiteindelijk alsnog leiden tot directe consequenties voor de betrokkene in kwestie. Ook kan een vervolgonderzoek er toe leiden dat alsnog concrete aanwijzingen ontstaan waardoor gerede twijfel ontstaat over de woonsituatie. Hierop kan alsnog een huisbezoek worden uitgevoerd als bedoeld onder A. Vastlegging instemming bewoner Op grond van het Europese verdrag van de rechten van de mens (EVRM) is het noodzakelijk dat bij inbreuk op het huisrecht sprake is van een zogenaamde informed consent. Dit begrip houdt in dat de betrokkene/bewoner zijn toestemming op basis van vrijwilligheid moet verlenen. Deze toestemming moet gebaseerd zijn op volledige en juiste informatie over de reden en doel van het Protocol Huisbezoek WWB gemeente Boxmeer 9

huisbezoek. Tevens moeten hem de rechten en plichten rondom het huisbezoek duidelijk zijn. De bewijslast dat sprake is geweest van een zogenaamd informed consent ligt bij de controlerende organisatie i.c. de gemeente. Het is in alle gevallen dus van belang dat de toestemming van de bewoner deugdelijk wordt vastgelegd. Ook hierbij kunnen de eerder beschreven twee situaties worden onderscheiden. 6. Bronvermelding Ter samenstelling van dit protocol is gebruik gemaakt van de onderstaande bronnen: - Burgerlijk Wetboek - Wetboek van Strafvordering - Wetboek van Strafrecht - Wet Werk en Bijstand - Handboek Schulinck - Grondwet - Regionaal Coördinatiepunt Fraudebestrijding (RCF), Zuid-Oost Nederland Protocol Huisbezoek WWB gemeente Boxmeer 10