ARS Amsterdamse Raad voor de Stadsontwikkeling Advies over de Pijlernotitie Structuurvisie
Advies over de Pijlernotitie Structuurvisie Aan: College van Burgemeester en Wethouders Amsterdam Gemeenteraad van Amsterdam Juli 2009 serie 2009, nr. 313 (12)
ADVIES OVER DE PIJLERNOTITIE STRUCTUURVISIE INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING EN AANBEVELINGEN 3 I. HET DUURZAME CENTRUM VAN DE METROPOOLREGIO 5 II. STRUCTUUR STAD EN REGIO 5 Geen verstedelijking zonder OV, geen OV zonder verstedelijking Verdichten met kwaliteit III. VAN STRUCTUUR NAAR PROJECTEN 7 Noordoostelijke IJ-oever & Zuidoost Centrum binnen de ring Groene scheggen Ruimte voor duurzame energieopwekking COLOFON Over de ARS De Amsterdamse Raad voor de Stadsontwikkeling is sinds 1957 een onafhankelijk adviesorgaan van de gemeente Amsterdam en geeft (gevraagd en ongevraagd) adviezen aan het centrale stadsbestuur van Amsterdam en de verschillende stadsdeelbesturen. De adviezen handelen over vraagstukken als: stedebouw, ruimtelijke ordening, economie, volkshuisvesting, verkeer & vervoer en openbare ruimte. Dit advies is op 27 mei 2009 vastgesteld door de ARS op zijn plenaire ledenvergadering. Verder gebruik van dit advies staat ieder vrij, mits dit gebeurt met bronvermelding.
SAMENVATTING van het ARS-advies over de Pijlernotitie Structuurvisie De ARS kan zich vinden in de centrale ambitie voor de Structuurvisie dat Amsterdam zich verder ontwikkelt als kernstad van een internationaal concurrerende, duurzame Europese metropool en is verheugd over de aandacht voor duurzame stedelijke ontwikkeling. Veel van de dilemma s uit de notitie hebben te maken met duurzaamheidsvraagstukken. De Pijlernotitie noemt een reeks opties voor ruimtelijke ingrepen om de ambitie te kunnen voldoen. In het vervolgproces moeten daarin keuzes gemaakt worden, onder andere over de grootste opgave: de uitbreiding van de woningvoorraad in 2040 met ten minste 70.000 woningen in de bestaande stad. De ARS doet in dit advies suggesties over de wijze waarop deze keuzes gemaakt kunnen worden. AANBEVELINGEN 1. Neem duurzaamheid als vertrekpunt voor de Structuurvisie. Beschouw duurzaamheid daarbij niet als een inspanningsverplichting, maar als een resultaatverplichting. Ontwikkel instrumenten om de resultaten te kunnen toetsen. 2. Benader het verdichtingsvraagstuk in samenhang met het openbaar vervoersysteem. Geef prioriteit aan het ruimtelijk benutten (intensiveren, transformeren) van gebieden of corridors met reeds aanwezig hoogwaardig openbaar vervoer: de ring en Zuidoost. 3. Laat verdichting en uitbreiding van het OV hand in hand gaan in projecten die bijdragen aan de versterking van de stedelijke en regionale structuur, zoals de Noordoostelijke IJ-oevers en Gooisewegzone. 4. Benader de woningbouwopgave niet alleen als kwantitatieve opgave, maar ook als middel om voor meer variatie in de woonmilieus te zorgen. 5. Geef niet alleen aan waar de woningbouwopgave gerealiseerd kan worden, maar ook waar en hoe in het toekomstige Amsterdam gewerkt gaat worden. 6. Houd de groene scheggen vrij van bebouwing en onderzoek hoe aan de randen van de scheggen de bebouwing kan worden geïntensiveerd. SAMENVATTING EN AANBEVELINGEN ARS-Advies over de Pijlernotitie Structuurvisie, juli 2009 3
ARS-Advies over de Pijlernotitie Structuurvisie, juli 2009 4
ARS-ADVIES OVER DE PIJLERNOTITIE STRUCTUURVISIE Na de Vertrekpuntennotitie wordt met de notitie Pijlers voor de Ruimtelijke Ontwikkeling van Amsterdam de volgende stap gezet naar een Structuurvisie voor Amsterdam. De ARS heeft grote waardering voor het regionaal denken dat uit de notitie spreekt, de samenwerking met de buurgemeenten, de ruimtelijke doelstellingen en de ambities van de notitie. De Pijlernotitie noemt een hele reeks opties voor ruimtelijke ingrepen om aan deze doelstellingen en ambities te voldoen. In het vervolgproces moeten daarin keuzes gemaakt worden. In dit advies doet de ARS daar suggesties voor. I. HET DUURZAME CENTRUM VAN DE METROPOOLREGIO De notitie formuleert als centrale ambitie voor de Structuurvisie dat Amsterdam zich verder ontwikkelt als kernstad van een internationaal concurrerende, duurzame Europese metropool. De ARS kan zich vinden in deze ambitie en is met name verheugd over de aandacht voor duurzame stedelijke ontwikkeling. Veel van de dilemma s uit de notitie hebben te maken met duurzaamheidvraagstukken: hoe kan de stad zich duurzaam ruimtelijk ontwikkelen, niet alleen in ecologisch opzicht (planet), maar ook in sociaal en economisch opzicht (people en profit)? Het is verstandig om deze aspecten niet alleen uiteen te rafelen, zoals in de Pijlernotitie is gedaan, maar ook met elkaar te verbinden. De ARS pleit er daarom voor duurzaamheid als algemeen vertrekpunt te nemen voor de Structuurvisie. Deze zou moeten aangeven hoe zo n duurzame stad eruit ziet en een plan bevatten hoe deze te realiseren. Duurzaamheid is daarbij geen inspanningsverplichting, maar een resultaatverplichting. Daarvoor zullen toetsingsinstrumenten ontwikkeld moeten worden. Het andere aspect van de ambitie is dat Amsterdam zich ontwikkelt tot de kernstad van de metropool. In de reactie op de Vertrekpuntennotitie wees de ARS erop dat Amsterdam zou moeten nagaan welke functionele kwaliteiten daarbij horen om als centrumstad uit te blinken. In de Pijlernotitie wordt daar voldoende aandacht aan gegeven. II. STRUCTUUR STAD EN REGIO Amsterdam staat voor een aantal belangrijke keuzes. Deze gaan vooral over de grootste opgave: de uitbreiding van de woningvoorraad in 2040 met ten minste 70.000 woningen in de bestaande stad. Deze opgave is onontkoombaar als we het contact tussen de stad en het landschap rondom en tussen de woonkernen van de metropool niet willen verliezen. Om de ongewenste effecten van de mobiliteitsverhoging die verdichting met zich meebrengt zoveel mogelijk te beperken, zal de vraag waar deze woningen moeten komen vooral in samenhang met (de ontwikkeling van) het OV-systeem bekeken moeten worden. Geen verstedelijking zonder OV, geen OV zonder verstedelijking De Pijlernotitie noemt als een van de pijlers dat Amsterdam een openbaar vervoersysteem maakt op regionaal niveau dat de drager wordt van de belangrijkste grootstedelijke ontwikkelingen. De ARS juicht dit toe en verwijst voor concrete denkbeelden over ARS-Advies over de Pijlernotitie Structuurvisie, juli 2009 5
de ontwikkeling van een dergelijk regionaal vervoerssysteem naar zijn advies Ruimte voor RegioRail over het regionaal openbaar vervoer (nov. 2006) 1. Het is essentieel dat OV en verstedelijking (verdichting, functiemenging) hand in hand gaan: geen OV zonder verstedelijking, geen verstedelijking zonder OV. Er dient hier zowel op regionaal als op lokaal niveau een inhaalslag én een systeemsprong gemaakt te worden: er moet veel gebeuren en het moet snel. De ARS benadrukt dat er heldere prioriteiten moeten worden gesteld omdat Amsterdam sterk afhankelijk is van het Rijk (MIRT en verstedelijkingsafspraken). Een coherente en breed gedragen prioritering is dan van groot belang. In verhouding tot het ontwikkelen van nieuwe woonwijken of het transformeren van verouderde bedrijventerreinen en kantoorgebieden is het duur, ingewikkeld, tijdrovend en vaak controversieel om nieuwe hoogwaardige OV-lijnen te ontwikkelen. Dit betekent dat absolute prioriteit gegeven dient te worden aan het ruimtelijk benutten (intensiveren, transformeren) van bestaande hoogwaardige OV corridors, zoals het spoor/metro in Zuidoost en de zone langs de westelijke ringspoorbaan. Voor het ontwikkelen van nieuwe OV-lijnen dienen twee overwegingen centraal te staan, het liefst in combinatie: Waar kan het makkelijkst hoogwaardig OV gecreëerd worden? Waar kan nieuw OV de grootste ruimtelijke potenties losmaken? Hier zou het versterken van de totale stedelijke regionale structuur leidend moeten zijn in de keuzes voor ontwikkeling van het regionale openbaar vervoerssysteem. In een policentrische, maar ook weer op een hoofdkern gerichte regio zoals Amsterdam is de logische vervoerstructuur er een van radialen en ringen. Als prioriteiten komen in aanmerking: het sluiten de metroring Sloterdijk (Isolatorweg) Centraal Station, het aanbrengen van betere koppelingen tussen spoor en metro in de zone langs de westelijke ring en in Amsterdam Zuidoost en het verlengen van de Zuidtangent naar IJburg. Het verlengen of aftakken van de NoordZuidlijn naar Schiphol is van groot strategisch belang, maar een besluit over het tracé heeft pas zin in combinatie met een besluit van Schiphol tot de bouw van een tweede terminal. Wij menen dat met het stellen van deze prioriteiten de beste basis wordt gelegd voor een verstedelijking op basis van een robuuste openbaar vervoersinfrastructuur. Verdichten met kwaliteit Om aan de verdichtingsopgave én de duurzaamheidsopgaven te kunnen voldoen is een vernieuwing in de stedebouw noodzakelijk, waarbij aantrekkelijkheid voor uiteenlopende typen huishoudens, intensivering en functiemenging, klimaatbestendigheid en voorrang voor voet/fiets als een integrale ontwerpopgave worden gezien. Met de woningbouwopgave kan Amsterdam zorgen voor meer variatie in de woonmilieus. De Pijlernotitie legt het zwaartepunt in Amsterdam bij hoogstedelijke woonmilieus (pijler 2). Voor Amsterdam is het belangrijk dat er diversiteit in woonmilieus is. Daarvoor moet de tegenstelling tussen laagbouw en hoogbouw overwonnen worden. De opgave is het realiseren van gedifferentieerde woonwerkmilieus in hoge tot zeer hoge dichtheden. Hiervoor moet alle inventiviteit worden ingezet. Waar en hoe kunnen bijvoorbeeld gezinsvriendelijke woonmilieus in hoge dichtheden ontwikkeld worden? Of milieus waar wonen en werken makkelijk te combineren zijn? En hoe kunnen deze mili- 1 Adviezen van de ARS zijn in te zien via www.ars-amsterdam.nl ARS-Advies over de Pijlernotitie Structuurvisie, juli 2009 6
eus ook groen en klimaatbestendig zijn, met een goed evenwicht tussen openbare, collectieve en privé buitenruimte? Naast woonmilieus zal er in de Structuurvisie aandacht moeten zijn voor werkmilieus. Waar en hoe gaat er in het toekomstige Amsterdam gewerkt worden? De transformatie van verouderde bedrijventerreinen door menging met wonen en voorzieningen maakt dit des te urgenter. Belangrijk hierbij zijn variatie (het hele scala van kantoor aan huis tot en met grootschalige kantoorcluster en haventerrein moet mogelijk zijn), flexibiliteit (transformatie van gebieden) én veel menging met wonen en voorzieningen met binnen Amsterdam een focus op de toenemende behoeftes van hoogwaardige, creatieve dienstverlening. III. VAN STRUCTUUR NAAR PROJECTEN Nieuw is dat volgens de nieuwe WRO in een structuurvisie een uitvoeringsstrategie moet worden opgenomen. Dit maakt het maken van keuzes en prioriteitstelling noodzakelijk en maakt de Structuurvisie minder vrijblijvend dan de voorgaande structuurplannen. De keuzes moeten dus realistisch zijn en de overheid moet daarop ook werkelijk invloed uitoefenen. Beleid, financiering en energie van bestuur en ambtelijk apparaat moeten daarop gericht worden. De ARS pleit er daarom voor dat Amsterdam zich richt op een beperkt aantal strategische focusprojecten en geeft daarvoor een aantal voorbeelden. Amsterdam zou daarbij radicale keuzes moeten durven maken ten aanzien van vernieuwende stedebouw, het combineren van functies, duurzame transformaties en de rol van de auto in het centrum. Noordoostelijke IJ-oever & Zuidoost In de Pijlernotitie worden de Noordoostelijke IJ-oevers als kansrijk gebied aangegeven. De ARS ondersteunt dit. Er ligt daar een uitdaging om de ontwikkeling van de zuidelijke IJ-oever af te ronden aan de noordkant en daarmee tegelijkertijd de centrale stad en Noord op een natuurlijke manier over her IJ met elkaar te verbinden. Nu kiezen voor het afronden van dat project door het aanpakken van het oostelijke deel van de noordelijke oever is weliswaar niet makkelijk vanwege de problemen met het verplaatsen van bedrijven en de bodemvervuiling, maar getuigt van moed en visie. Daarbij behoort de realisering van hoogwaardig openbaar vervoer. De aanleg van een Noordoosttangent, aansluitend op stations van de NoordZuidlijn, is een essentiële voorwaarde voor de verstedelijking van de Noordoostelijke IJ-oevers. Een andere kansrijke locatie is Zuidoost waar zowel langs de OV-corridors als de Gooiseweg de nodige potentie ligt. Het behoud van de compartimenteringsfunctie van de Gooiseweg (dus niet geheel verlagen, maar wel ombouwen tot stadsstraat) is eerder te beschouwen als een uitdagende ontwerpopgave dan als een dilemma. Centrum binnen de ring In de Pijlernotitie wordt gepleit voor een nieuwe kijk op de rol van de auto binnen de ring. Als optie wordt daarvoor genoemd dat OV, fiets en voetganger daar prioriteit moeten krijgen. De ARS heeft in zijn eerdere advies over het Fijnmazig Openbaar Vervoer (dec. 2008) concrete voorstellen gedaan voor een herinrichting van het openbaar vervoersnetwerk. Deze ideeën passen binnen de perspectieven van een grotere verdichting in het stedelijk gebied binnen de ring, in Nieuw-West en Zuidoost. Het gebied binnen de ring kan een nationale proeftuin worden voor nieuwe vormen van mobiliteit(sgedrag), waarbij ook aandacht nodig is voor fietsers, voetgangers en goede- ARS-Advies over de Pijlernotitie Structuurvisie, juli 2009 7
rendistributie. De uitdaging is om tegelijkertijd met het terugdringen van milieubelasting en ruimtebeslag de keuzevrijheid te laten toenemen. Groene scheggen In de notitie worden dilemma s geformuleerd met betrekking tot de groene ruimtes om de stad. De ARS heeft daarover in het advies over de Hoofdgroenstructuur en het Metropolitane Landschap (jan. 2009) al haar visie gegeven. In dit verband willen we benadrukken dat het belangrijk is om de agrarische cultuurlandschappen in de scheggen in stand te houden en daar ook geen bebouwing of intensive recreatieve functies toe te staan. De koppen van de scheggen vergen bijzondere aandacht wat betreft het landschappelijk ontwerp, juist om een breed scala aan functies te kunnen herbergen zonder de belevingswaarde aan te tasten. Dat betekent: houd de scheggen zelf vrij van verdere bebouwing en onderzoek hoe aan de rand van de scheggen de bebouwing kan worden geïntensiveerd. Zorg daarbij wel voor een goede geleding door de aanleg van groene verbindingen van de stadswijken naar de scheggen. Ruimte voor duurzame energieopwekking De ARS ondersteunt het streven naar een zo groot mogelijk aandeel van duurzaam opgewekte energie. De transitie naar een duurzame energievoorziening en de ruimtelijke inpassing ervan vergen grote aandacht. Grote windmolens passen uitstekend in havengebieden, op bedrijventerreinen en langs grote infrastructurele werken zoals wegen en waterwegen. Het vereist wel altijd een zorgvuldige aanpak en ontwerp. Ze horen niet thuis in waardevolle cultuurlandschappen, waar ze afbreuk doen aan de belevingswaarde. Energieneutrale bouw is de opgave en uitdaging. Bij nieuw- en verbouw moeten daarom alle mogelijkheden worden aangewend voor energiebesparing en energiewinning. Zonnepanelen kunnen echter niet op daken van historische gebouwen in de binnenstad worden geplaatst omdat ze afbreuk doen aan het stadsgezicht. Integratie in bouwelementen, zoals gevels en daken biedt daarentegen betere en acceptabelere perspectieven. Mw. drs. E. Eshuis (voorzitter) Dhr. drs. H.C. Grünhagen (secretaris) ARS-Advies over de Pijlernotitie Structuurvisie, juli 2009 8
RECENT UITGEBRACHTE PRODUCTEN VAN DE AMSTERDAMSE RAAD VOOR DE STADSONTWIKKELING Te bestellen of in te zien op www.ars-amsterdam.nl NUMMER PRODUCTEN / ADVIEZEN DATUM 313 (12) Advies over de Pijlernotitie Structuurvisie juli 2009 (11) Studiereis Stockholm juni 2009 (10) Brief over De Mirandastrook juni 2009 312 (09) Brief over de Visie Verdubbeling Oosterpark juni 2009 (08) Brief over het Stedebouwkundig Plan Omgeving Amstelstation mei 2009 (07) De Toekomst van Zuidoost! april 2009 311 (06) Advies over de Scheg tussen Schinkel en Schiphol april 2009 (05) Brief over de Schaalsprong Almere mrt. 2009 (04) Brief over de Rode Loper: Nota van Uitgangspunten mrt 2009 (03) Brief over Visie Museumkwartier febr 2009 (02) Brief over Concept-Strategienota Toekomstbeeld 1012 jan. 2009 310 (01) Naar een Groene Topstad, Advies over de Hoofdgroenstructuur jan. 2009 309 (17) Daar komt de tram! Advies over het Fijnmazig Openbaar Vervoer dec. 2008 (16) Brief over het Stedebouwkundig Plan Stadionplein dec. 2008 (15) Brief over Reconstructie Mr. Visserplein nov. 2008 (14) Brief over Vertrekpuntennotitie Structuurvisie nov. 2008 (13) Brief over plannen en ontwikkelingen CS en Stationseiland sept.2008 (12) Manifest IJ Amsterdam okt.. 2008 308 (11) Advies over Slimme Haven, Havenvisie gemeente Amsterdam 2008-2020 juni 2008 (10) Brief over de Concept-Strategienota Surinameplein juni 2008 (09) Dvd: Naples a new approach to public transport mei 2008 307 (08) Advies over de Zuidas: Visie 2007 en de Programma s van Eisen mei 2008 (07) Publieksdebat over de Zuidas (& verslag) 4 april 2008 (06) Brief over Wibaut aan de Amstel, Strategie voor gebiedsontwikkeling april 2008 (05) Conclusies van het symposium 50 jaar ARS: De Topstad bereikbaar april 2008 (04) Brief over het Stedenbouwkundig Plan Driehoek Kop Java mrt 2008 (03) Brief over de OV-visie 2020/2030 Stadsregio Amsterdam jan. 2008 (02) Brief over het Burgerinitiatief Stadionplein jan. 2008 306 (01) Advies over Wonen in de Metropool Woonvisie Amsterdam tot 2020: Durf te kiezen jan. 2008 (22) Symposium 50 jaar ARS: Amsterdam tussen Gisteren en Morgen, deel 2 28 nov. 2007 (21) Brief over de Haalbaarheidsstudie Ferdinand Bolstraat dec 2007 (20) Brief over het Uitvoeringsbesluit Fred. Roeskestraat dec 2007 (19) Publicatie ter ere van 50 jaar ARS: Uitgebreid Amsterdam nov. 2007 (18) Brief over het Metropolitane Landschap dec 2007 305 (17) Advies over het Discussiedocument Voorrang voor een gezonde stad okt 2007 (16) Brief over de Amsterdamse OV-visie 2007-2020 Een enkeltje Topstad sept. 2007 (15) Brief over het Stedebouwkundig Plan Archiefterrein sept. 2007 (14) Brief over Beleidskader Fietsparkeren bij Publiekstrekkende Bestemmingen aug 2007 (13) Brief over Investeringsbesluit Stadionplein aug 2007 (12) Brief over de Wibautas: kansen en aanbevelingen aug 2007 (11) Brief over het Centrumgebied Amsterdam Nieuw West juni 2007 (10) Brief over Wonen: Kansen in de voorraad juni 2007 (09) Reactie op Visie op Hoofdlijnen Openbaar Vervoer in de Stadsregio 2020-2030 juni 2007 (08) Brief over het Uitwerkingsplan Stationslocatie Lelylaan juni 2007 (07) Fietstocht & flitsdebat Wibautas juni 2007 (06) Symposium 50 jaar ARS: Amsterdam tussen Gisteren en Morgen juni 2007 (05) Gids Studiereis Hamburg april 2007 (04) Brief over Tolhuispark mrt 2007 304 (03) Advies over de Strategienota NDSM-werf Oost mrt 2007 (02) Brief over planvorming Parkstad mrt 2007 303 (01) Advies over het Programma van Eisen Westrand Tuinen van West feb 2007 RECENT UITGEBRACHTE ARS-PRODUCTEN