Actieprogramma meerderjarige veelplegers 2005-2006 Gemeente Leeuwarden Juni 2005
Inleiding In het veiligheidsplan 2005-2009 is aangegeven dat de aanpak van veelplegers voor zowel gemeente als haar strafketenpartners hoge prioriteit heeft. Het jaarlijks actieplan veelplegers, dat voor u ligt, bevat de praktische uitwerking van de aanpak. Veelplegers in Leeuwarden plegen veel misdrijven en veroorzaken daardoor veel overlast. Landelijke cijfers geven aan dat ca. 20% van de kleine criminaliteit wordt gepleegd door veelplegers 1. Dit betreft vaak de criminaliteit waar burgers en bedrijven veel last van ondervinden, met als gevolg dat men zich niet veilig voelt in Leeuwarden. Het is de verwachting dat met de intensieve aanpak van de veelplegers de criminaliteit zal dalen. De aanpak van veelplegers staat niet op zichzelf, maar hangt nauw samen met andere maatregelen als bijv. aanpak straatoverlast, cameratoezicht, preventief fouilleren etc. Hierop wordt nader ingegaan in het actieplan aanpak risicogebieden. In dit actieprogramma wordt alleen de aanpak van meerderjarige veelplegers beschreven, die in de gemeente Leeuwarden is gestart op 1 april 2004. Deze aanpak is op 1 november 2004 uitgebreid naar de politieregio Fryslân. Afbakening en definitie In de aanpak maken we onderscheid in jeugdige (t/m 17 jaar) en meerderjarige veelplegers (vanaf 18 jaar). De aanpak van jeugdige veelplegers wordt beschreven in het actieplan aanpak jeugdcriminaliteit en risicogroepen. Wel kan gezegd worden dat deze aanpak dezelfde grote lijn heeft als die van de meerderjarige veelplegers. Dit actieplan beperkt zich echter tot de doelgroep meerderjarige zeer actieve veelplegers. De landelijke definitie (bron: ministerie van Justitie) luidt: Een persoon van 18 jaar of ouder die over een periode van vijf jaar meer dan tien processen verbaal tegen zich zag opgemaakt, waarvan ten minste een proces verbaal in het peiljaar. Probleemanalyse In Leeuwarden betreft dit 106 volwassen, actieve veelplegers (0-meting: bron: HKS/KLPD 2002), waarvan 39,2% allochtoon en 60,8% autochtoon. In april 2004 is een top 37 van de meest actieve veelplegers samengesteld, die in aanmerking komen voor de veelpleger-aanpak. Deze veelplegers worden verantwoordelijk gehouden voor een aardig deel van de vermogenscriminaliteit, zoals (winkel)diefstallen. Zij plegen vaak kleine delicten en doen dat voortdurend opnieuw. Van de veelplegers die voor het project zijn geselecteerd, is bekend dat zij actuele overlast veroorzaken. Het merendeel van hen (90%) is verslaafd aan alcohol en/of drugs. Resultaten aanpak in Leeuwarden sinds 1 april 2004 Het project veelplegers is op 1 april jl. van start gegaan met de aanpak van 37 veelplegers in de stad Leeuwarden, de zogenaamde VIP s (Veelpleger In Persoon). Inmiddels zijn 5 veelplegers van de lijst gehaald, omdat zij niet meer woonachtig zijn in het district. Voor hen zijn 5 andere veelplegers in de plaats gekomen. Van de 37 veelplegers heeft 1 veelpleger, bij aanvang van het project, vrijwillig voor het begeleidingstraject gekozen. In november 2004 doen 5 veelplegers onder toezicht van de reclassering mee aan het begeleidingstraject en zitten 17 personen in de cel. Sinds 1 april jl. is er in Leeuwarden een daling te zien van het aantal winkeldiefstallen (18%), woninginbraken (50%) en auto-inbraken (50%), vergeleken met dezelfde periode in 2003. Hoewel deze daling waarschijnlijk niet alleen is toe te schrijven aan het project veelplegers, hebben politie en justitie wel de indruk dat het project zijn eerste vruchten afwerpt. 1 Bron: Naar een veiliger samenleving -de stelselmatige dader 2
Omgevingsfactoren: Kansen en bedreigingen De kans bij deze aanpak is de intensieve samenwerking van vele partijen. Nadere toelichting op de inzet van te onderscheiden partijen vindt u in de paragraaf Verantwoordelijke partners. In deze kans ligt ook meteen de bedreiging: de informatie over alle stappen in het proces van een cliënt moet op een plek samenkomen. Bovendien moet ervoor gewaakt worden dat er geen gaten vallen in een traject. Het is van belang, juist voor een kwetsbare groep als deze, dat de diverse onderdelen van een traject naadloos op elkaar aansluiten. Dit is nog niet het geval en speelt met name bij de overgang van cliënten in de justitieketen naar de lokale keten. Genoemde samenwerking is al in een convenant vastgelegd, waarin iedereen de intentie tot nauwe samenwerking uitspreekt. De daad moet daarna bij het woord gevoegd worden, met andere woorden op de werkvloer moet de samenwerking daadwerkelijk gestalte krijgen. Daarvoor is een werkprotocol gemaakt dat de komende jaren geïmplementeerd wordt. Dat kost enige tijd, ook kunnen op basis van voortschrijdend inzicht werkafspraken worden gewijzigd. De oplossing voor dit probleem zien wij in de aanstelling van een uitvoeringscoördinator. De uitvoeringscoördinator is de schakel tussen de diverse stappen en houdt de ketenpartners op de hoogte van wijzigingen in processen. Deze oplossing is aangedragen door de integraal samengestelde kerngroep veelplegers. Ook het Arrondissementaal Justitieel Beraad heeft ons geadviseerd te kiezen voor deze oplossing. Daarnaast blijkt dat er onvoldoende reclasseringscapaciteit beschikbaar is voor intensieve begeleiding. Juist voor de categorie veelplegers is het noodzakelijk dat de begeleiding erg intensief is. De ervaring leert ons dat bijv. reclasseringscapaciteit vaak onvoldoende intensief is. Om ook dit probleem te tackelen wordt extra geïnvesteerd in begeleiding van de veelpleger. Binnen het gemeentelijk deel van de resocialisatie kan er een knelpunt ontstaan in de huisvesting van ex-gedetineerde veelplegers. De gezamenlijke partners zullen alles doen wat in hun vermogen ligt om de veelplegers een kans te geven. Uiteraard is de motivatie van de veelpleger doorslaggevend voor succes of falen van een traject. Doelstellingen, beoogde resultaten en verwachte effecten + indicatoren De algemene doelstelling is het verminderen van de criminaliteit door veelplegers. Wij verwachten dat dit effect heeft op de veiligheidsbeleving van burgers en bezoekers van Leeuwarden. De volgende prestatieafspraken hebben wij gemaakt met het rijk in het kader van GSB/MOP 2005-2009: Outputdoelstelling: Het verminderen van de criminaliteit door meerderjarige veelplegers Jaarlijks worden 37 veelplegers in traject genomen, dit zijn de VIP veelplegers Resultaat 2009: Betrokken instellingen hebben aan hun inspanningsverplicht voldaan. Zij hebben de activiteiten die voor de VIP-veelplegers zijn geïndiceerd aangeboden (en/of uitgevoerd). Prognose is dat 50% van de VIP-veelplegers daadwerkelijk wordt opgenomen in een resocialisatietraject. Aan een doorlopend geactualiseerde top 37 van VIP-veelplegers wordt een resocialisatietraject aangeboden. 3
Deelindicatoren, er wordt jaarlijks gemeten op resultaten: Aantal veelplegers op jaarbasis, uitgesplitst naar bekende, reeds op de lijst staande en nieuwe, aan de lijst toegevoegde, veelplegers Aantal (nieuwe) veelplegers op jaarbasis, uitgesplitst naar allochtoon en autochtoon. Aantal veelplegers waarvoor traject wordt aangeboden Aantal veelplegers in traject, uitgesplitst naar straftraject, resocialisatietraject en resocialisatietraject na straftraject 2. Aantal veelplegers dat traject heeft gestaakt; Aantal veelplegers dat traject heeft doorlopen Politie Midden Fryslân houdt nauwgezet de ontwikkeling van de criminaliteitscijfers bij. Met name de ontwikkeling van winkeldiefstel en autocriminaliteit is interessant bij de aanpak van veelplegers. Uit analyse blijkt dat gedurende het eerste half jaar van de aanpak veelplegers deze criminaliteitscijfers daalden. Wij gaan volgen of deze trend doorzet. Hierover zullen wij (i.s.m. politie) jaarlijks rapporteren. Maatregelen/activiteiten Hoe willen we bereiken dat de veelplegers stoppen met hun criminele activiteiten? Een meersporen aanpak is het antwoord. Een intensieve samenwerking van strafketenpartners en Gemeente Leeuwarden heeft geresulteerd in een plan van aanpak. De aanpak in het algemeen: Het project veelplegers is een samenwerkingsverband tussen Politie Fryslân, Reclassering Nederland, Verslavingszorg Noord Nederland (VNN), de afdeling reclassering van het Leger des Heils en gemeenten onder voorzitterschap van het Openbaar Ministerie. De aanpak van de veelplegers vindt langs twee wegen plaats: begeleiding op maat of verwijdering uit de maatschappij. Allereerst wordt een lijst van de overlastveroorzakende veelplegers opgesteld, waarna een selectie plaatsvindt van de top 37; de zgn VIP-veelplegers. Deze vip veelplegers worden geïnformeerd over het feit dat zij op de lijst veelplegers staan. Vanaf dat moment worden zij extra scherp in de gaten gehouden en kunnen ze vrijwillig instappen in het begeleidingstraject. Kiest een veelpleger voor vrijwillige deelname aan het begeleidingstraject dan bepalen medewerkers van de reclassering in overleg met de veelpleger wat er nodig is om hem geen strafbare feiten meer te laten plegen. Dit kan een afkicktraject zijn, het zoeken van een woning, of begeleiding bij het vinden van een baan. Dit kan ook na detentie plaatsvinden. De veelplegers krijgen verplicht met de aanpak te maken op het moment dat ze weer een strafbaar feit plegen. Ze worden dan, na aanhouding, voorgeleid aan de officier van justitie. De officier kan hen dan, op advies van de reclassering, nogmaals het begeleidingstraject aanbieden, hetgeen in de praktijk niet vaak voorkomt. Als de veelpleger het begeleidingstraject aanvaardt, geldt er een inspanningsverplichting. Als de veelpleger het begeleidingstraject afwijst of halverwege afhaakt, resteert de harde aanpak die tot doel heeft de veelpleger uit de maatschappij te verwijderen. Politie en justitie zullen de veelpleger dan eerder voorgeleiden, eerder de voorlopige hechtenis vorderen, sneller dagvaarden en tijdens de zitting hogere gevangenisstraffen eisen (het dubbele van de normale straf ISD maatregel). Het Openbaar Ministerie heeft met de rechtbank Leeuwarden afgesproken dat er capaciteit is om in beginsel twee keer per maand een zogenaamde veelplegerszitting te houden. 2 Het is mogelijk dat een veelpleger meerdere trajecten doorloopt in een jaar. 4
Ook tijdens de detentie zal er extra aandacht aan de veelplegers worden besteed. Zo zullen zij worden onderworpen aan een 'sober' regime. Dat houdt in dat de veelplegers extra worden gecontroleerd, zij geen verlof krijgen en niet in aanmerking komen voor vervroegd ontslag. Het Openbaar Ministerie heeft hiertoe afspraken gemaakt met de penitentiaire inrichtingen in Noord-Nederland. Bovengenoemde aanpak behelst de volgende stappen: 1. Aanbieden van begeleiding op maat. De veelpleger krijgt de mogelijkheid om zijn leven te beteren, zodat hij geen strafbare feiten meer hoeft te plegen. Reclassering heeft thans (2004) onvoldoende capaciteit voor intensieve begeleiding van deze personen. Met ingang van 2005 heeft het Openbaar Ministerie advies gegeven over de verdeling van de extra middelen reclasseringscapaciteit die door de rijksoverheid toegekend zijn tbv de aanpak veelplegers. Penitentiaire inrichtingen hebben eveneens geld ontvangen voor het inkopen van reclasseringscapaciteit. In Fryslân is besloten dat deze middelen worden ingezet voor extra reclasseringscapaciteit. De genoemde mogelijke knelpunten in de huisvesting van de ex-gedetineerde veelplegers gaan wij bespreken met de woningbouwcorporaties. 2. Door het hard aanpakken van veelplegers die niet (meer) in aanmerking komen voor begeleiding op maat. Het moet de veelpleger onmogelijk worden gemaakt om ongestraft strafbare feiten te kunnen plegen. Uiteindelijk komt dit neer op het zolang als mogelijk uit de maatschappij verwijderen van de veelpleger. Met andere woorden: 1. Conform de landelijke definities is vastgelegd wie onze veelplegers zijn. Aangezien dat tot meer veelplegers leidt dan de keten aan kan, is er op basis van het criterium actuele overlast door de ketenpartners een nadere selectie gemaakt ( VIPveelpleger -37 in Leeuwarden). 2. Met de ketenpartners is afgesproken hoe met VIP-veelplegers in het algemeen wordt omgegaan. Tevens wordt voor elke afzonderlijke VIP-veelpleger een aanpak op maat afgesproken. Uiteraard kan deze aanpak op maat worden aangepast als de situatie van de VIP-veelpleger zich wijzigt. 3. Elke VIP-veelpleger is als zodanig bestempeld. Hij krijgt te horen dat hij bij politie, justitie en reclassering het etiket VIP-veelpleger draagt en extra aandacht krijgt. Dit gaat door middel van een brief van de officier van justitie, die door politie persoonlijk wordt overhandigd. 4. Elke VIP-veelpleger krijgt in principe een begeleidingstraject/individuele casemanager aangeboden. Met behulp van de reclassering en/of de zorgcoördinator van de gemeente wordt gekeken hoe hij zijn leven weer op de rails kan krijgen. Plaatsing in een intramurale voorziening het liefst met voorrang hoort tot de mogelijkheden. 5. Elke VIP-veelpleger wordt intensief gevolgd door de politie. De politie maakt van elk geconstateerd strafbaar feit een VIP-veelplegers proces-verbaal op. Dat procesverbaal geeft aan dat de verdachte is bestempeld als VIP-veelpleger. 6. Op elk geconstateerd strafbaar feit volgt een reactie. 7. VIP-veelplegers die het begeleidingstraject niet aanvaarden, die dat traject niet volhouden of daarvoor niet geschikt worden geacht, komen in het handhavingstraject terecht. Dat traject wordt gekenmerkt door een actief, dadergerichte opsporing van politie en justitie en een harde aanpak. 5
De VIP-veelpleger wordt door politie, justitie en anderen op de huid gezeten. Voor elke strafbaar wordt hij vervolgd. Indien mogelijk wordt de VIP-veelpleger voor elk geconstateerd strafbaar feit voorgeleid en vastgehouden tot aan de strafzitting. Als bij misdrijven een voorgeleiding niet tot voorlopige hechtenis tot aan de zitting leidt, dan kan stapeling van zaken (of bij de politie of bij het OM) worden overwogen. 8. Ten aanzien van elke VIP-veelpleger die wordt voorgeleid en/of moet voorkomen wordt een reclasseringsrapport opgemaakt. In dat rapport wordt de voorgeschiedenis van de VIP-veelpleger beschreven. Aangegeven wordt of de veelpleger wel of niet in het begeleidingstraject zit en waarom. 9. Zeker in het handhavingstraject worden ter zitting gemotiveerd hogere straffen geëist dan te doen gebruikelijk. Doel: het zo lang als mogelijk uit het verkeer halen van de veelpleger. 10. Bij elke eis ter zitting wordt afgewogen of een voorwaardelijke straf zinvol kan zijn om de VIP-veelpleger met succes in het zorgtraject te krijgen. Door middel van bijzondere voorwaarden kunnen daartoe aanzetten worden gegeven. Toezicht van de reclassering is gewenst, tenzij de VIP-veelpleger absoluut niets wil. 11. Tijdens detentie krijgt de VIP-veelpleger extra positieve of negatieve aandacht. Bijvoorbeeld extra aandacht op drugsgebruik, wel of geen verlof en strafonderbreking. 12. Na detentie krijgt elke VIP-veelpleger weer de gebruikelijke VIP-veelplegeraandacht van politie. 13. Na detentie wordt de veelpleger onmiddellijk opgevangen door een van de daartoe aangewezen ketenpartners. In de meeste gevallen de Kuno van Dijkstichting. In samenwerking met de gemeentelijke Sociale Dienst, de afdeling Burgerzaken en indien nodig de Sociale Teams wordt begeleiding geboden t.b.v. de resocialisatie. Communicatie Algemeen De communicatie over de voortgang aanpak Veelplegers wordt gedaan door het Openbaar Ministerie. Een werkgroep, bestaande uit de hieronder genoemde ketenpartners, brengt relevantie informatie in en bepaalt gezamenlijk de momenten van perspublicatie. In de digitale Veiligheidsprestatieindex van de gemeente Leeuwarden wordt 3 keer per jaar bijgehouden hoeveel veelplegers in detentie c.q. traject zitten en de resultaten van de aanpak. De informatie van deze VPL is in zijn totaliteit beschikbaar voor de directe ketenpartners politie en OM en informatie is deels voor publiek toegankelijk middels internet publicaties (www.leeuwarden.nl). Dit in het kader van de transparante beleidsvoering. Cliëntvolgsysteem De communicatie op cliënt-(casus)niveau tussen een veelheid aan partners is van groot belang voor het slagen van de aanpak. De informatieoverdracht over de cliënt t.b.v. alle trajectonderdelen moet soepel verlopen. De casusregisseur/uitvoeringscoördinator speelt hierin een cruciale rol. De inhoud van deze functie wordt bepaald aan de hand van noodzakelijk geachte informatie voor alle betrokken partners. Een klein onderzoek zal uitwijzen welke soort functie wij hiervoor nodig hebben. Dit wordt in de eerste helft van 2005 uitgewerkt als leeronderzoek van studenten van de NHL Integrale veiligheid onder begeleiding van het OM en de Gemeente Leeuwarden. Aan de hand van de aanbevelingen (juli 2005) wordt deze functie ondergebracht, naar alle waarschijnlijkheid, bij politie. 6
Verantwoordelijke partners (en de taakverdeling) Deelnemers / ketenpartners: Openbaar Ministerie (regisseur van de ketenaanpak Veelplegers) en voorzitter van de integrale werkgroep. Verder verantwoordelijk voor de snelle voortgang van het strafproces. Binnen het OM wordt het Arrondissementaal Justitieel Beraad (AJB) alsmede het Arrondissementaal Platform Jeugdcriminaliteit (APJ) geïnformeerd over kansen en knelpunten in de aanpak, waarmee gelijk de strafketenpartners worden bereikt. Politie Fryslân: verantwoordelijk voor de straataanpak van de veelplegers (d r bovenop zitten) en voor informatievoorziening naar de andere ketenpartners over de daders. Voorts verantwoordelijk voor snelle en goede opmaak en afhandeling van de PV s. Binnen de politie wordt in 2005 een veelplegerbureau opgezet waar de casusregie/informatiemakelaar (voor de integrale trajecten strafketen en resocialisatie) zetelt. Reclassering Noord Nederland, indien reclasseringstoezicht bij vonnis is opgelegd, draagt zij zorg voor begeleiding van de veelplegers. Extra formatie is hiertoe aangetrokken vanuit extra rijksbudget en rapportage aan OM, PI en ZM. PI Noord, tijdens detentie wordt aan gedetineerden de kans geboden om te starten met (voortrajecten van) resocialisatietrajecten. Bij beëindigen van detentie wordt eveneens onmiddellijk gestart met het resocialisatietraject samen de lokaal werkende organisaties. Directe verwittiging van deze instanties door de PI e.o. gemandateerde (regie PI Noord) vindt plaats naar de lokale organisaties i.c. Sociaal Team. Verslavingszorg Noord Nederland, inclusief de afd. verslavingsreclassering; aangezien ca. 90% van de veelplegers verslaafd is, is zij de meest voor de hand liggende ketenpartner voor de intensieve begeleiding van de VIP s, deels al tijdens detentie en/of na detentie. Extra formatie is hiertoe aangetrokken. Gemeente Leeuwarden komt met activiteiten in beeld na detentie: dan is het van belang dat de veelpleger onmiddellijk een ID bewijs en uitkering ontvangt. Dit ter voorkoming van recidive, omdat de veelpleger na detentie immers geen geld heeft om te voorzien in basisbehoefte als onderdak en voeding. De te onderscheiden taken en afspraken op gemeentelijk niveau: o Burgerzaken: onmiddellijk na detentie wordt zonodig een ID bewijs verstrekt, zodat een uitkering etc. kan worden aangevraagd. o Sociale zaken: onmiddellijk na detentie wordt een (voorschot op de) uitkering verstrekt, opdat de VIP er kan voorzien in de eerste levensbehoefte o Dienst Welzijn, cluster ZHS en als afgeleide daarvan in de uitvoering de Sociale Teams. Deze hebben zich verplicht om bij aanmelding de veelplegers prioriteit in hun ketenaanpak te geven. De casusregisseur (OMveelplegerbureau) is de centrale schakel om de Sociale Teams in te seinen zorg te dragen voor extra ondersteuning, huisvesting etc. De casemanager (Kuno of reclassering) draagt zorgt voor intensieve begeleiding bij de te nemen stappen. o Het eerder genoemde (mogelijke) knelpunt van de huisvesting wordt in eerste instantie door de Sociale Teams opgepakt, omdat daar de woningbouwcorporatie in vertegenwoordigd is. Mocht dit niet lukken, dan wordt dit probleem naar een strategisch niveau getild (stuurgroep Sociale Teams) en/of verantwoordelijk portefeuillehouder (Hafkamp). o De gemeente Leeuwarden is in de werkgroep veelplegers vertegenwoordigd door een beleidsafvaardiging van het cluster ZHS (WZ). Deze afgevaardigde zorgt voor implementatie op beleidsniveau binnen de gemeentelijke diensten en sectoren en informeert JVZ periodiek over kansen en knelpunten in de aanpak. o Ten behoeven van de aanpak GSB/MOP veelplegers is JVZ (GSB coördinator) verantwoordelijk voor de voortgang (vwb de gemeentelijke aspecten), de monitoring en de financiële en inhoudelijke verantwoording. 7
Periodiek wordt overleg gevoerd met de verantwoordelijke officier van justitie. Leger des Heils voert enkele reclasseringsactiviteiten uit conform afspraken zijn gemaakt. Last but not least: het Arrondissementaal Justitieel Beraad, waarin de directies van alle strafketenpartners zijn vertegenwoordigd. Vanwege de integraal opgebouwde expertise van dit overleg is dit een goed adviesorgaan voor de Gemeente Leeuwarden v.w.b. de veelplegeraanpak. De burgemeester voert periodiek overleg met het AJB. Financiën De veelplegeraanpak wordt, vanwege de hoge prioriteit, grotendeels gefinancierd uit de reguliere middelen van de ketenpartners. De taak- en aandachtsverschuiving heeft reeds in 2004 plaatsgevonden en is vastgelegd in het convenant Aanpak veelplegers van de strafketenpartners en de gemeente Leeuwarden. Naast de reguliere budgetten ontvangen de drie RO s van het ministerie van Justitie met ingang van 2005 extra budget tbv veelplegers. De gemeente Leeuwarden ontvangt van het ministerie van BZK jaarlijks ook extra budget in het kader GSB/MOP tbv het resocialisatieproces na detentie. Dit budget ad 100.000,- op jaarbasis wordt in de jaren 2005 en 2006 ingezet op een goed lopende informatievoorziening tussen de diverse ketenpartners en stappen in het samenwerkingsproces en op extra intensieve begeleiding/casusmanagement door VNN. De functie van informatiemakelaar wordt ondergebracht bij een van de ketenpartners politie of OM en bedraagt 40.000,- op jaarbasis (nb: deels wordt dit budget ook ingezet tbv de ketenaanpak jeugdcriminaliteit en jeugdige veelplegers) en 60.000,- (1 fte) extra (woon)begeleiding verslavingsreclassering. Na de genoemde periode van 2 jaar wordt geëvalueerd of de genoemde budgetten adequaat zijn benut of eventueel anderszins moeten worden ingezet. In schema: Rijksbudget MOP/GSB 2005-2009 op jaarbasis 100.000,- 40.000,- OM als volgt verdeeld: 60.000,- VNN Rijksbudget Justitie op jaarbasis PM reclasseringstoezicht RNN en VNN Monitoring Een werkgroep bestaande uit de (straf)ketenpartners bewaakt de voortgang van de aanpak, zowel op groeps- als op casusniveau. In het Arrondissementaal Justitieel Beraad (AJB) wordt eveneens de voortgang gemonitord. Omdat vele partners deelnemen aan deze aanpak is het belangrijk dat een informatiemakelaar alle stappen in relatie tot de instanties volgt van de veelpleger. Juist voor deze groep moeten de diverse stappen in het proces opeenvolgend zijn; elke onderbreking kan leiden tot recidive bij deze kwetsbare groep. De informatiemakelaar is de schakel tussen de diverse stappen en houdt de ketenpartners op de hoogte van wijzigingen in processen. Er wordt gemonitord op successen en recidive van cliënten, maar ook op etniciteit. Dit alles ten behoeve van de verantwoording aan het rijk. Drie keer per jaar wordt gerapporteerd over de resultaten via de Veiligheidsmonitor Leeuwarden. 8