Warmer Wonen in uw stad/gemeente

Vergelijkbare documenten
Regionaal woonoverleg

Stakeholdersoverleg. Kwaliteitsverbeteringstraject bestaand woonpatrimonium Warmer wonen. 18 maart 2013

Warmer wonen. Stakeholdersoverleg 29/04/2013

Nele nodigt Isabel Tremerie en Daevy Deboeuf mee uit als vertegenwoordigers vanuit IGS en met wens dat er een wederzijdse terugkoppeling is met IGS.

Vergaderingsverslag. Stuurgroep Kwaliteitsverbetering private huurmarkt - Warmer Wonen

Warmer Wonen. Stand van zaken regionaal project


Vergaderingsverslag. Verslag kerngroep warmer wonen 22 november 2013

samenwerking regionaal RENOVATIERAPPORT 2018

samenwerking regionaal RENOVATIERAPPORT 2017

samenwerking regionaal RENOVATIERAPPORT 2017

Warmer wonen. Werkgroep premies. 20 juni 2013

Stakeholdersoverleg Kwaliteitsverbetering private huurmarkt - Warmer Wonen


2. Voorbereiding stuurgroep Warmer Wonen en persmoment 16 december

kerngroep warmer wonen Vergaderingsverslag nvd g warmer wonen v kerngroep warmer wonen.docx leiedal 6 februari 2014

Vergaderingsverslag. Verslag stakeholdersoverleg 29 april 2013

De Renovatie Coach. Haal kennis in huis

Wie legt de puzzel? I N T E R C O M M U N A L E L E I E D A L 5

Verslag vorig stakeholdersoverleg: rechtszetting omtrent Europees project bij huidig verslag mee te sturen.

Verslag telefoongesprekken renovatie-begeleiders in de regio. Midden april NVD

Verslag telefoongesprekken renovatie-begeleiders in de regio

INTERGEMEENTELIJKE SAMENWERKING LOKAAL WOONBELEID CLUSTER IZEGEM (Ingelmunster, Izegem, Ledegem, Oostrozebeke)

Studiedag energie. Energielening en sociale isolatie huurwoningen. 18 september 2017

Projectvoorstel lokale aanpak energiearmoede i.k.v. opstart FRGE in de Westhoek

Naar meer dakisolatie voor sociale huurwoningen

- Algemeen - Website - Huis inclusief - Renben - Refurb - Frge - energiesnoeiers - datamanagement - Regionale ploeg renovatiebegeleiding

Woningkwaliteit op de private huurmarkt verhogen. Woondag 6 december 2018

Kwalitatief en duurzaam wonen voor iedereen

Wonen. Hoe kan Leiedal bijdragen aan een toekomstgericht wonen?

Programmasporen

Doenja Lefebure. Wat voorafging

RENBEN: GEFASEERDE RENOVATIE VAN PRIVATE HUURRIJWONINGEN TOT BIJNA ENERGIENEUTRALE WONINGEN

Samenwerken aan integratie. Titeltekst

Carine Dewaele, Lendelede (vertegenwoordigd door woonwijs) David Debosschere, Harelbeke (vertegenwoordigd door woonwijs)

Dominiek Vandewiele 12 november 2014

Vier geslaagde praktijkvoorbeelden lokaal woonbeleid. Regionaal woonoverleg 19 maart Leiedal

VLAAMSE ENERGIELENING

Zuid-West-Vlaanderen Energieneutraal in Naar een regionale energiestrategie

Infovergadering adviesraden WOONBELEIDSPLAN WOONPLUS LWW. Wetteren 16 mei 2017

Met volle teugen de Westhoek in: De winst van goed wonen. Sessie 6: Samenwerken tegen energiearmoede

(Energetische) renovaties en financiering

ZORGELOOS VERHUREN. Premies en steunmaatregelen voor verhuurders. Katja Calsyn projectcoördinator Beter Wonen aan de Gete

SVK NOORDERKEMPEN VZW

de woonkantoren van de stad Antwerpen

VEEL GESTELDE VRAGEN MBT OPROEP KOALA

VERSLAG COMMISSIE WONEN

Projectfiche. werktitel: warmer wonen

Energierenovatiecoach EcoHuis Antwerpen

Van bouwsector naar woonsector

Het Sociaal Verhuurkantoor professioneel partner in het Woonbeleid. Presentatie door. Yannick Claes Sociaal Verhuurkantoor Waasland

Schimmel en vochtproblemen bij kwetsbare groepen. Voorbeelden over hoe je bewoners kan ondersteunen en motiveren.

COLLECTIEF RENOVEREN. K A M P C o n d e r s t e u n t l o k a l e o v e r h e d e n e n b u r g e r s

Zuid-West-Vlaanderen, energieke en sociaal inventieve regio?

Recht op wonen én zorg voor iedereen?

WOONTAFEL WOONKWALITEIT STELLING VASTSTELLINGEN VOORSTELLEN BEMERKINGEN Instrumenten zijn niet

Budget 2015 OCMW BEVEREN

Woonbeleidsplan Bertem samenwerking

Over de Zulle. Stem van kansengroepen binnen het woonbeleid van de stad Roeselare

Een kader voor het lokaal woonbeleid. Regionaal woonoverleg 27/11/2018

Strategische nota meerjarenplanning

PERSBERICHT. Annemie Turtelboom Vlaams Viceminister-president Annemie Turtelboom Vlaams minister van Financiën, Begroting en Energie

Bouwblokrenovatie. 4 mei 2010

Huizen van het Kind. Gezinnen ondersteunen in hun kracht

Persbericht Vlaams volksvertegenwoordiger / Schepen Maldegem Valerie Taeldeman

Woonbeleid Vlaams-Brabant

Klimaatnetwerk Vlaams-Brabant: samenwerking tussen middenveld en provincie Vlaams-Brabant

Arrondissement Kortrijk. Kortrijk ,0 402,9 3144,3. Kortrijk. Index Kortrijk. Index

Waar vind ik de verplichte bijlagen? Achtergrondinfo bij deze bijlagen!

Arrondissement Waregem. Kortrijk ,3 402,9 3144,3. Waregem. Index Waregem. Index

Arrondissement Zwevegem. Kortrijk ,2 402,9 3144,3. Zwevegem. Index Zwevegem. Index

MEMORIE VAN TOELICHTING

FRGE: wat? Het fonds ter reductie van de globale energiekost is een

WONEN VLAAMS-BRABANT Raadscommissie 22 mei 2018 Evaluatie 2017

Startdag vocht en schimmel Workshop wooninfopunt

Verslag aan de Provincieraad

DRAAIBOEK REGIONALE SAMENWERKING KRACHT.WONEN. September 2017

NIEUWSBRIEF WOONWINKEL REGIO TIELT

ICCARus, een Gents project rond betere huisvesting voor kwetsbare doelgroepen krijgt 5 miljoen euro aan Europese subsidies

Good practices: ondersteunend werken bij woonproblemen

Actualisatie woonplan Waregem 2011 Evaluatie en bijsturing acties. oktober 2011, einddocument

Agenda. 1. Verwelkoming 2. Kennismaking 3. Huis van het kind - Toelichting 4. Ronde tafel met kernvragen 5. Cirkels 6. Slot

Werkpunt 2: Betrekken van moeilijk bereikbare doelgroepen

VR DOC.0775/3

Totale oppervlakte Nieuwpoort Arrondissement West-Vlaanderen ,0 275,2 3144,3. Index Index

Maatschappelijke uitdagingen voor brede scholen

Organisatie van opvang en vrijetijdsbesteding van schoolkinderen [1]

Totale oppervlakte Koksijde Arrondissement West-Vlaanderen ,0 275,2 3144,3. Index Index

Bredene ,1 291,6 3144,3. Bredene. Totaal Totaal Totaal. Index Bredene

SAMEN VOOR EEN BETER WOONKLIMAAT

Woonfiche SPIERE-HELKIJN

Conceptnota voor nieuwe regelgeving. betreffende een verhoging van het aanbod aan woningen door middel van huurbemiddeling door sociale woonactoren

Arrondissement Oostende. Oostende ,7 291,6 3144,3. Arrondissement Oostende. Oostende

Brugge ,4 661,3 3144,3. Brugge. Index Brugge. Index Arrondissement Brugge

Ieper ,6 549,6 3144,3. Ieper. Index Ieper. Index Arrondissement Ieper

STUDIEDAG EXPERIMENTELE WOONPROJECTEN van de Provincie Oost-Vlaanderen - BERT VAN DEN BROELE -

Arrondissement Diksmuide. Diksmuide ,4 362,4 3144,3. Arrondissement Diksmuide. Diksmuide. Totaal Totaal Totaal

Houthulst ,9 362,4 3144,3. Houthulst. Totaal Totaal Totaal. Index Houthulst

Arrondissement Izegem. Roeselare ,5 271,5 3144,3. Izegem. Totaal Totaal Totaal 12,5 49% 75,6 28% 657,9 21% 12,9 51% 78,4 29% 679,3 22%

Ondersteuning lokale projecten klimaat (proeffase)

Transcriptie:

Warmer Wonen in uw stad/gemeente Jaarlijks zijn er in onze regio ongeveer 2500 huishoudens met betalingsmoeilijkheden voor elektriciteit en/of gas (LAC dossiers). Naar schatting 35.000 huishoudens betrekken een private huurwoning in onze regio. Naar schatting 100.000 woningen zijn gebouwd voor 1980 en scoren 7 keer zo slecht naar energieprestatie als nieuwbouwwoningen anno 2014 Het project Warmer Wonen wil effectief werk maken van de geïntegreerde renovatie van een groot aantal bestaande slechte woningen in de regio. De private huurmarkt en kwetsbare doelgroepen krijgen prioriteit. Het project richt zich zowel op de woning, de bewoner, de eigenaar als de woonomgeving. De aanpak van de woningen omhelst op zijn minst kwaliteit en energiezuinigheid, maar kan ook aspecten zoals zorg of erfgoedwaarde omvatten. Warmer Wonen draagt de mogelijkheid in zich om verschillende beleidsdomeinen met elkaar te verbinden en uit te groeien tot een voorbeeld van een gebiedsgerichte en geïntegreerde aanpak. Het is tegelijk ook een project dat op korte termijn concrete resultaten op het terrein helpt boeken.

pagina 2 Warmer Wonen is een puzzel met veel verschillende stukjes die op een goede manier in elkaar moeten passen. Sommige puzzelstukjes bestaan al (energiesnoeiers, frge, intergemeentelijke samenwerking wonen, ) en vragen optimalisatie en vermenigvuldiging. Sommige puzzelstukjes moeten nog uitgebouwd worden. Sommige puzzelstukken zijn relatief autonome projecten met een eigen projectopbouw en financieel plaatje (zoals pool tijdelijke woningen, woonclub). Deze projecten zijn echter inhoudelijk sterk gelinkt met Warmer Wonen en kunnen elkaar versterken. Andere worden specifiek binnen Warmer Wonen uitgebouwd (zoals de regionale pool van renovatiebegeleiders). Het schema hieronder geeft globaal het streefdoel weer: een traject waarin verschillende schakels op elkaar afgestemd worden en samen werken in functie van opvolging en aanpak op het terrein. In de tekst hierna geven we deze verschillende schakels weer, geconcretiseerd op niveau van de gemeente en OCMW. Bepaalde onderdelen in het traject zijn al relatief concreet, andere moeten nog verder uitgewerkt worden. Het ideale streefbeeld is een traject waarin alle schakels uitgebouwd zijn. Dit neemt niet weg dat indien er in uw lokaal bestuur een aantal schakels niet aanwezig of minder uitgewerkt zijn, het traject van Warmer Wonen toch een belangrijke meerwaarde kan zijn.

pagina 3 Geïntegreerde screenings Vanuit heel wat verschillende organisaties wordt vandaag reeds ingezet op het screenen van woningen: energiesnoeiers, frge dossiers, kwaliteitsonderzoeken vanuit Wonen Vlaanderen, vooronderzoeken rond kwaliteit door (inter)gemeentelijke diensten, bouwblokrenovatie (Kortrijk), eerste bezoeken door svk s in functie van inhuren woningen en plaatsbezoeken door Zonnewindt in functie van energiezuinige renovaties. Op vandaag worden de linken tussen deze initiatieven nog te weinig benut. In veel gemeenten en OCMW s volstaat het om op deze initiatieven (waar vaak reeds vanuit gemeente/ocmw cofinanciering of personeelsinzet rond gebeurt) verder in te zetten maar ze via een coördinatie en datamanagementsysteem van opvolging te voorzien. In een aantal gemeenten (Anzegem, Spiere-Helkijn, Waregem, Wevelgem, Zwevegem), vaak de gemeenten die geen deel uitmaken van een intergemeentelijk samenwerkingsverband, vraagt de kwaliteitsscreening een bijkomende inzet. Deze inzet is echter niet enkel vanuit de aanpak van de renovatie van woningen gewenst. De gemeenten zijn immers ook verplicht om zelf conformiteitsattesten uit te reiken ten aanzien van nieuwe svk-woningen en in functie van de opheffing van onbewoonbaarverklaringen. Verdere uitbouw van deze expertise is dus in elk geval nodig. Warmer Wonen stelt als ambitie om minstens 1% of 1000 woningen per jaar te screenen, wat perfect overeenkomt met de ambitie van de gemeenten binnen het project energiesnoeiers op vandaag. Deze screening zou minstens een kwaliteitsaspect en een energie-aspect moeten omvatten. Het komt er dus op neer om het luik kwaliteitsscreening (verder) te ontwikkelen en te koppelen aan de energiescans. De gemeente/ocmw kan zelf een keuze maken van welke woningen/bewoners prioritair gescreend worden in afstemming met beleidskeuzes. Eenvoudig is de keuze om de woningen van de energiescan aan te vullen met een kwaliteitsscan, maar er kan ook gekozen worden voor een buurtgerichte aanpak, een focus op doelgroepen, zolang het voor de gemeente/ocmw mogelijk blijft om de adressen hiervoor samen te stellen. Voor de gemeenten waar een bijkomende inspanning nodig is of voor gemeenten die hogere ambities willen stellen, zijn verschillende denkpistes mogelijk. Enkele suggesties: zelf personeel inzetten om vooronderzoeken rond kwaliteit te doen, toenadering zoeken bij bestaande intergemeentelijke samenwerking om vandaaruit screenings te kunnen uitvoeren, inzetten van stageplaatsen, vrijwilligers en jobstudenten, vergoeding betalen tav andere actor voor uitvoeren van screenings (igs wonen, Leiedal, renovatiebegeleiders, energiesnoeiers, andere gemeente/ocmw,?). Worden/zijn er in de gemeente andere initiatieven gepland/lopende die hiermee hand in hand kunnen gaan, zoals buurtwerking, onderzoeken naar erfgoed, vaststelling leegstand, woonzorgscreenings,? Om een inschatting te maken van de kostprijs (in personeelstijd) van een screening, kan volgend kencijfer gebruikt worden: 1 voltijdse medewerker kan per jaar ongeveer 300 screenings uitvoeren. Eén screening kost ongeveer 180.

pagina 4 Loketfunctie Heel wat gemeenten hebben reeds een woonloket (onder welke vorm dan ook) uitgebouwd. Dit woonloket blijft van belang binnen het traject Warmer Wonen. De burger moet een duidelijk en laagdrempelig aanspreekpunt hebben voor al zijn vragen rond de renovatie van zijn woning. Ook in gemeenten waar geen dergelijk woonloket bestaat, is er in elk geval een contactpersoon bij gemeente/ocmw in functie van energiesnoeiers en FRGE. Deze persoon levert adressen aan, geeft begeleiding aan het loket en overlegt met energiesnoeiers en welzijnsconsortium. Anderzijds komen vaak heel wat vragen rond huisvestingspremies terecht aan het loket stedenbouw. Het is perfect mogelijk om deze bestaande kanalen verder in te zetten in functie van een goede dienstverlening rond de renovatie van de woningen, mits een aantal aandachtspunten: Afstemming tussen ocmw/gemeente, tussen energie/wonen Verdere expertise opbouw van loketmedewerkers Voldoende tijdsbestek om uitgebreidere, geïntegreerde vragen rond kwaliteit te kunnen beantwoorden Het project woonclub, dat in voorbereiding is door CAW en Samenlevingsopbouw vormt een belangrijke meerwaarde in het uitbouwen van de loketfunctie. De verregaande begeleiding omvat ook de hulp bij inschrijven voor een sociale woning, de toeleiding van eigenaarverhuurders naar een sociaal verhuurkantoor, het aanleveren van te screenen woningen,

pagina 5 Lokale Coördinatie Tussen de screening van woningen en de verdere opvolging op verschillende manieren, is een lokale coördinatie van groot belang. Deze persoon roept periodiek de noodzakelijke actoren bijeen om op basis van informatie uit de screenings de nodige vervolgtrajecten uit te zetten en concrete afspraken hierover te maken. Ook de verdere opvolging van de dossiers is van belang. Een aantal steden en gemeenten beschikt reeds over een woonbeleidscoördinator of een gelijkaardige functie. Ook in andere gemeenten/ocmw s is er zonder twijfel competent personeel aanwezig om deze taak op te nemen. Net als het project woonclub situeert Warmer Wonen zich op het kruispunt tussen wonen en welzijn. Indien beide projecten uitgebouwd worden is het wenselijk de aansturing en coördinatie te koppelen. Vanuit de regionale coördinatie binnen Warmer Wonen zal ondersteuning voorzien worden ten aanzien van deze lokale draaischijven. Dit kan gaan om regionale afstemming tussen betrokken actoren, draaiboeken voor aanpak van bepaalde situaties, Het komt erop neer bij de gemeente/ocmw iemand aan te duiden voor deze rol, wat dezelfde persoon als de loketfunctie kan zijn.

pagina 6 Renovatiebegeleiding Het voorzien van intensieve renovatiebegeleiding voor die doelgroep die zelf te weinig capaciteit heeft om een renovatieproces in goede banen te leiden, is een belangrijk element binnen Warmer Wonen. Uit verschillende ervaringen (bouwblokrenovatie Kortrijk, premies die moeilijk de doelgroep bereiken, ) blijkt dit een essentieel element te zijn in het effectief realiseren van de renovatie van woningen. Met uitzondering van Kortrijk en het sociaal verhuurkantoor De Poort is dit echter iets wat nog niet uitgebouwd is in de regio. Het project Warmer Wonen wil dan ook in het bijzonder inzetten op het ontwikkelen van een regionaal team van renovatiebegeleiders. Het is op vandaag nog onduidelijk binnen welke organisatie dit team best geplaatst wordt. Om dit aspect te kunnen uitrollen, zoeken we zeer actief naar cofinanciering. Jammergenoeg werd het Europees subsidiedossier REFURB niet weerhouden. Er zijn echter zeker nog andere opportuniteiten bij Europa, Vlaanderen, provincie. Daar maken we op korte termijn werk van. Daarnaast worden ook specifieke kanalen onderzocht: IWT, KBS, Vlaanderen, Op het laatste regionaal woonoverleg ( 17 sept 2013) werd een scenario voorgesteld waarbij voor de eerste 3 jaar gemikt werd op 150 renovatiebegeleidingen jaarlijks in de regio. De tabel hieronder geeft het kostenplaatje hiervan weer met en zonder subsidies. Indien de drie genoemde kanalen (Europa/Vlaanderen, provincie, Leiedal) cofinancieren blijft het kostenplaatje voor de gemeente/ocmw beperkt tot ongeveer 265 per renovatiebegeleiding. Zonder subsidies is dit het viervoud. Met uitzondering van kwetsbare eigenaars is het mogelijk een deel van de kosten voor renovatiebegeleiding op de particulier te verhalen, zeker bij verhuurders. Voor wat betreft het aantal renovatiebegeleidingen per jaar is het aan de gemeente om aantallen en hiermee samengaand budgetten te bepalen. Wat is voor uw gemeente haalbaar en wenselijk? Deze intensieve begeleiding moet gezien worden aansluitend bij (de grootste groep) renovaties die uit zichzelf of via beperktere stimulansen (informatie, premies, opleiding, screeningsadvies) gebeuren.

pagina 7 STREEFDOEL VLAANDEREN EUROPA PROVINCIE WEST- VLAANDEREN LEIEDAL RESTEREND BEDRAG GEMEENTEN ANZ 7 7.000 1.855 AVE 5 5.000 1.325 DEE 6 6.000 1.590 HAR 13 13.000 3.445 KOR 39 39.000 10.335 KUU 6 6.000 1.590 LEN 3 3.000 795 MEN 17 17.000 4.505 SPI 1 1.000 265 WAR 18 18.000 4.770 WER 9 9.000 2.385 WEV 15 15.000 3.975 ZWEV 12 12.000 3.180 TOTAAL 150 150.000 52.875 45.000 12.500 39.750

pagina 8 Financiële stimuli Financiële stimuli zijn bij renovaties uiteraard van belang. Ook hier bestaan heel wat initiatieven op vandaag: de renteloze lening FRGE, premies vanuit hogere overheden onder meer ten aanzien van sociale verhuurkantoren, samenaankopen energie (provincie), Er lijkt nog een grote marge te bestaan om meer premies van hogere overheden aan te trekken door als lokaal bestuur in te zetten op toeleiding, loketfunctie, communicatie, Ook de praktijk van groepsaankopen van energieverslindende huishoudtoestellen of bouwelementen in de verbouwing lijken nog heel wat kansen te bieden. Verschillende gemeenten en actoren beproeven dit op vandaag. Wat betreft prefinanciering kan het een denkpiste zijn om het gas-en elektriciteitsfonds te heroriënteren naar een pro-actieve inzet. De denkpiste van prefinanciering van energiezuinige renovatiewerken wordt binnen ocmw s verkend. Voor gemeenten die een specifieke lokale premie wensen te ontwikkelen binnen de doelgroep van Warmer Wonen, werden een aantal aanbevelingen en aandachtspunten opgesomd op basis van een overleg. Een lokale premie lijkt echter geen noodzaak. Pool van tijdelijke woningen Bij het aanpakken van de bestaande woningen kunnen er situaties voorkomen waarbij woningen toch onbewoonbaar verklaard moeten worden of waarbij de renovatie zo grondig is dat de bewoner niet kan blijven wonen. In deze gevallen is een crisiswoning nodig. In dit kader bereidt het welzijnsconsortium samen met caw en ocmw Kortrijk een project voor om een regionale pool van tijdelijke woningen samen te stellen. Hiermee wil men de capaciteit van het aantal tijdelijke woningen verhogen om sneller en meer te kunnen inspelen op vragen. In de komende maanden zal dit project concreter worden en zal ook het financieel plaatje duidelijk worden.

pagina 9 Vervangbouw Zoals recent in de pers aangehaald, is het in een aantal gevallen zinvol eerder naar vervangbouw over te gaan dan nog verder te renoveren. Voor individuele woningen zijn hier op vandaag echter geen actoren in de regio actief. Er wordt daarom onderzocht of Leiedal eventueel hierin een rol kan spelen. Op welke manieren en in welke gevallen kan actief opgetreden worden? Kunnen instrumenten als voorkooprecht en register leegstand hiervoor benut worden? Er wordt hiervoor gezocht naar een systeem van een rollend fonds, waarbij cofinanciering van gemeente of ocmw geen noodzaak is. Datamanagement Op basis van ervaringen in de praktijk is er duidelijk nood aan een digitaal datasysteem dat het bijhouden en koppelen van gegevens uit diverse screenings mogelijk maakt: energiescans, vooronderzoeken kwaliteit, contacten vanuit FRGE, zonnewindt, woonclub, Het beleid kan op basis van dit datasysteem de voortgang evalueren, prioriteiten bepalen, en zo meer. Zowel de provincie West-Vlaanderen (steunpunt sociale planning) als de cluster e-gov van Leiedal beschikken over expertise met betrekking tot datamanagement. Met subsidies van Europa kan hier een verregaande toepassing ontwikkeld worden. Ook zonder subsidies van Europa bestaat de wil om samen een weliswaar beperktere toepassing te ontwikkelen om de inspanningen vanuit de screening maximaal te laten renderen. Hiervoor wordt geen cofinanciering van gemeenten gevraagd, tenzij hier bijzondere eisen of verregaande toepassingen gevraagd zouden worden.

pagina 10 Algemene coördinatie Bij het traject Warmer Wonen zijn verschillende gemeenten en bovenlokale actoren betrokken ( provincie, Vlaanderen, Leiedal, welzijnsconsortium, sociale verhuurkantoren, intergemeentelijke samenwerkingsverbanden wonen, energiesnoeiers, regionale ploeg renovatiebegeleiders, ). Voor een vlotte werking is een bovenlokale coördinatie en aansturing nodig. Zo moet niet iedere gemeente op zichzelf alle moeilijkheden overwinnen, maar kan dit voor verschillende gemeenten samen gebeuren. Het lijkt op zijn minst zinvol om één regionale aansturing te voorzien die de link maakt tussen de puzzelstukken binnen het traject Warmer Wonen. Er bestaan op vandaag twee regionale fora waar elementen uit het project Warmer Wonen aan bod komen, met name het regionaal woonoverleg en de beleidsgroep energiearmoede. Afstemming tussen beide staat op de agenda. De organisaties binnen de kerngroep Warmer Wonen engageren zich om mee te werken aan een regionale afstemming. Leiedal neemt hierin de trekkersrol en aansturing op zich. Communicatie en sensibilisatie In het activeren van de renovaties van bestaande woningen is communicatie en sensibilisatie een belangrijk element. Hoe kunnen we de eigenaar-verhuurder en de kwetsbare eigenaar mee krijgen in dit verhaal? Welke communicatie-strategie werkt naar deze doelgroep toe? Dit is een element dat verder geconcretiseerd moet worden samen met de gemeenten/ocmw s op basis van bestaande ervaringen binnen en buiten de regio. Hiervoor is het nodig om maximaal de bestaande communicatiekanalen bij de gemeente in te zetten en dit eventueel in samenwerking met diensten als het CAW en Samenlevingsopbouw.

pagina 11 Verder verloop Met de communicatie rond het Memorandum Wonen begin 2013 werd voor het eerst gepolst bij de gemeenten naar de ideeën rond het bestaand woningpatrimonium. Ook de feedbackronde bij de gemeenten vanuit energiesnoeiers/frge gaf hieromtrent signalen. In het voorjaar 2013 werden de juiste partners bijeen gebracht, werd de inhoud concreter afgebakend. Ingaand op de timing van Europa werd in mei 2013 het Europees subsidiedossier Refurb ingediend. Hiermee hopen we bepaalde aspecten van Warmer Wonen te financieren, in het bijzonder renovatiebegeleiders, data-management en regionale coördinatie. De ambities rond energie liggen in dit project zeer hoog. In november weten we hierover meer om hopelijk in het voorjaar 2014 van start te kunnen gaan. Na de zomer 2013 werden verschillende financiële scenario s onderzocht.. Diverse subsidiekanalen worden intensief verkend. Contacten werden gelegd.

pagina 12 Ondertussen gebeurt op lokaal niveau, op het terrein heel wat. Samen met een aantal voorlopers werd reeds gestart met de uitwerking van een geïntegreerde scan, datamanagement, aanbevelingen voor lokale premies, de pool tijdelijke woningen, Op basis van de intentieverklaringen van de gemeenten ( december 2013) zal een dossier opgemaakt worden tav de provincie. Afhankelijk van de uitkomst van Europa zullen al dan niet bijkomende middelen aan Vlaanderen gevraagd worden. Afhankelijk van het aantal screenings/renovatiebegeleidingen, zal het project verder praktisch en financieel uitgewerkt worden. In de komende maanden bouwen we verder aan het project en zoeken we onder meer naar linken met de bedrijfswereld, innovatieve technieken en materialen, sociale economie, klusjesdiensten, We beogen om halfweg 2014 van start te kunnen gaan.