RAADSVOORSTEL EN O. Behandeld door: Jantien Rentenaar

Vergelijkbare documenten
Voorschoolse voorzieningen in Purmerend 2011

RAADSVOORSTEL EN O ERPBESLUIT

Voorgesteld besluit de Verordening Verordening ruimte- en inrichtingseisen peuterspeelzalen gemeente Wijk bij Duurstede 2012 wordt vastgesteld.

GEMEENTERAAD MENAMERADIEL

Subsidieregeling Peuteropvang en Voor- en Vroegschoolse Educatie

Regeling Peuteropvang en Voorschoolse Educatie gemeente Waalwijk 2019

Subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie

Beleidsregels peuteropvang en voorschoolse educatie, gemeente Tytsjerksteradiel

Deelsubsidieverordening Voorschoolse voorzieningen Den Helder

Gemeente Baarn - subsidieregeling Peuteropvang en Voorschoolse educatie gemeente Baarn (gewijzigd)

Als gevolg hiervan kan bovenstaande verordening worden ingetrokken.

Harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk in de gemeente West Maas en Waal per

RAADSVOORSTEL MET VERORDENING

Ve rordening peuteropvang e n voorschoolse e ducatie gemeente Vijfheerenlanden (i.o.) 2019

Samen staan we sterker

B en W. nr d.d

Beleidsregel subsidie Peuteropvang en Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE)

1. Kinderopvang: opvang vanuit een landelijk geregistreerd Kinderdagverblijf in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.

Nadere regels peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Rheden Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rheden;

BELEIDSREGEL. Subsidieregeling voorschoolse educatie opvang gemeente Aalten 2018

UITVOERINGSPROGRAMMA 2013

Verordening tegemoetkoming kosten peuteropvang in Midden-Delfland

Memo Aan: College Cc: Van: Wethouder Van de Wardt Datum: 10 maart 2015 Kenmerk: 15ini00570 Onderwerp: Harmonisatie Peuterspeelzalen

Beleidsregel Peuteropvang Koggenland 2017.

Uitvoeringsnotitie VVE gemeente Dalfsen Uitwerking VVE-beleid en toelichting op de beleidsregels VVE

Subsidieregeling individuele voorschoolplaatsen kindercentra Vastgesteld op 6 mei 2014

1. Kinderopvang: opvang vanuit een landelijk geregistreerd Kinderdagverblijf in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.

Beleidskader Peuteropvang Ede 2016

Subsidieregeling Kinderopvang gemeente Haren 2018

Onderwijsachterstanden beleid en harmonisatie kinderopvang

Subsidieregeling Onderwijsachterstanden

Portefeuillehouder: Ter behandeling in de vergadering van: de commissie samenleving d.d. 30 oktober 2017 de Raad d.d.

DEELSUBSIDIEVERORDENING VOORSCHOOLSE VOORZIENINGEN DEN HELDER

Subsidieregeling geharmoniseerde voorschoolse voorzieningen Zaanstad

Onderwerp: Subsidieregeling tegemoetkoming kosten kinderopvang gemeente Overbetuwe 2017

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen,

GEMEENTEBLAD. Nr Subsidieregeling peuteropvang en VVE 2018 HOOFDSTUK 1: ALGEMEEN

Regeling subsidie onderwijsstimulering gemeente Oisterwijk 2015

A. Pietersen Vergunningen, Voorzieningen en Handhaving / Renske van der Peet

PRAAT MET DE RAAD kort verslag

Subsidieregeling peuterspeelzaalwerk en voorschoolse voorzieningen op peuterspeelzalen Edam-Volendam

Uitgangspuntennotitie harmonisatie voorschoolse voorzieningen Gooise Meren

Nadere regels Peuteropvang Hellevoetsluis 2018

overwegende dat het hiervoor noodzakelijk is om regels te stellen omtrent de tegemoetkoming in de kosten van (VVE-)peuteropvang;

Inleiding en probleemstelling

UITVOERINGSREGELING VOORSCHOOLSE EDUCATIE IN DE PEUTEROPVANG Burgemeester en Wethouders van de gemeente Boxtel:

SUBSIDIEREGELING TEGEMOETKOMING KOSTEN PEUTEROPVANG DEN HAAG 2017

Bijzondere subsidieverordening peuteropvang gemeente Purmerend 2019

Gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening De Ronde Venen 2017 en titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

Memo Reg.nr.: I-WL/2011/2330

Verordening tegemoetkoming kosten (VVE-)peuteropvang in Tiel

Gemeente Rhenen - Subsidieregelingen 2017: Reguliere peuteropvang en voor- en vroegschoolse educatie

Subsidieregeling geharmoniseerde voorschoolse voorzieningen Zaanstad

Voorstel aan de gemeenteraad

Prestatie-overeenkomst subsidie peuterspeelzaal Lennisheuvel en WE- doelgroepkinderen in 2016: H. SchujjŗmşíP-^''^

Subsidieregeling Voorschoolse voorzieningen Gemeente Krimpenerwaard 2019

Burgemeester en wethouders van Gouda

Notitie Wet OKE. Gemeente Zeevang 2010

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tiel;

Visie Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) gemeente Goirle

Agendanummer: Begrotingswijz.:

Voor- en vroegschoolse educatie

DISCUSSIENOTITIE VOOR DE COMMISSIE

Verordening Gemeentelijke tegemoetkoming voorschoolse voorzieningen gemeente Stede Broec

Voorschoolse voorzieningen in Gouda. visie, doelstellingen & plan van aanpak

Raadsvoorstel AGENDAPUNT NO.

Het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen,

De Tijdelijke subsidieverordening Peuteropvang en VVE gemeente Zaanstad 2019

Culemborgs VVE beleid

Subsidieregeling Voorschools aanbod gemeente Arnhem

Subsidieregeling Peuteropvang en Voor en Vroegschoolse Educatie gemeente Zeist Burgemeester en wethouders van de gemeente Zeist besluiten,

Addendum Doelgroepdefinitie VVE. Lokaal Educatieve Agenda Samenwerken aan talent

M O N T F O O R T g e m e e n t e

RAADSVOORSTEL Rv. nr.: B en W-besluit d.d.: B en W-besluit nr.:

Subsidieregeling voorschoolse voorzieningen 2020

SUBSIDIEVERORDENING PEUTERPROGRAMMA GEMEENTE ECHT-SUSTEREN 2013

Subsidieregeling VVE gemeente Maasdriel 2018

DE KWALITEIT VAN VVE IN DE GEMEENTE MAASDONK IN 2012

Gelet op artikel 2 lid 2 van de Algemene subsidieverordening De Ronde Venen 2013 en titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

Kadernotitie Voor- en Vroegschoolse Educatie, Een stap vooruit,

Model Subsidieregeling kinderopvang

Advies: In te stemmen met bijgaande raadsinformatiebrief en deze door te sturen naar de raad.

Onderwerp : Uitvoeringsnotitie harmonisatie voorschoolse voorzieningen

RAADSVOORSTEL Verseon kenmerk: Raadsvergadering van 19 april 2012 Agendanummer: Onderwerp: Toekomst peuterwerk gemeente Moerdijk

REGELING TOT WIJZIGING VAN DE SUBSIDIEREGELING INTEGRALE PLANNEN PRIMAIR ONDERWIJS EN VOORSCHOLEN DEN HAAG 2016

gelet op artikel 4 lid 2 en artikel 6 lid 2 van de Algemene subsidieverordening (ASV) Boxtel 2010 besluiten

Concept-Convenant Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) Someren

PROGRAMMA 2018 Voor- en Vroegschoolse Educatie + Subsidie peuteropvang

Subsidieverordening peuterprogramma gemeente Stein

besluiten vast te stellen: de Subsidieregeling kindgebonden financiering peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Gouda.

Beleidsnota peuteropvang Heemstede

Subsidieregeling peuteropvanggroepen met voorschoolse educatie gemeente Schiedam. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schiedam;

ALGEMEEN We beginnen met enkele vragen over VVE in uw gemeente.

Routíngformulier informatienota raad

Gemeente Rhenen - Subsidieregelingen 2018 Reguliere peuteropvang en vooren vroegschoolse educatie

Onderwerp: Gevolgen bezuinigingen op peuterspeelzaalwerk voor Westvoorne

CVDR. Nr. CVDR600886_1

Verdeelregel peuteropvang en voor en vroegschoolse educatie (vve)

Kadernotitie harmonisatie kinderopvang, peuterspeelzalen en VVE in Leeuwarden

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Ede (Gelderland)

Transcriptie:

P li ft M E ft E RAADSVOORSTEL EN O Agendanummer 11-56 Registratienummer raad 624243 Behorend bij het B&W-advies met registratienummer 624242 Moet in elk geval behandeld zijn in de raadsvergadering van de gemeente Purmerenc 2011 d. 29-09- Datum: 23-06-2011 Behandeld door: Jantien Rentenaar Afdeling/Team: Maatschappelijke Ontwikkeling / Beleidsontwikkeling Onderwerp: Toekomst voorschoolse voorzieningen in Purmerend Samenvatting: Door verschillende ontwikkelingen is het noodzakelijk om het huidige peuterspeelzaal- en onderwijsachterstandenbeleid te actualiseren. Dit heeft o.a. te maken met een daling van het peuterspeelzaalbezoek en een bezuinigingsopdracht op het product peuterspeelzaalwerk. In bijgaande notitie 'Voorschoolse voorzieningen in Purmerend' en de 'Bijzondere subsidieverordening peuterspeelzalen Purmerend 2012' welke tot stand zijn gekomen in nauwe samenwerking met het veld, worden nieuwe uitgangspunten geformuleerd voor voorschoolse voorzieningen in Purmerend en voorschoolse educatie. Het beschreven beleid levert een aantal voordelen op, zoals een, reeds ingeboekte, bezuiniging van 100.000.- op het product peuterspeelzaalwerk, een voorschoolse voorziening in de wijk die voor alle ouders toegankelijk is en blijft, financieel gezonde peuterspeelzalen en financiële ruimte voor het aanbieden van voorschoolse educatie in de kinderopvang. Daarom is het voorstel om de notitie 'Voorschoolse voorzieningen in Purmerend' en de 'Bijzondere subsidieverordening peuterspeelzalen Purmerend 2012' vast te stellen en akkoord te gaan met de besteding van gemeentelijke middelen en de specifieke uitkering Onderwijsachterstandenbeleid (OAB) op de in dit voorstel beschreven wijze.

Agendanummer: 11-56 Registratienummer: 624243 Onderwerp: Toekomst voorschoolse voorzieningen in Purmerend Inleiding en probleemstelling: Purmerend, Aan de gemeenteraad van Purmerend, Peuterspeelzaalwerk is een basisvoorziening in de gemeente. Peuterspeelzaalwerk behoort tot het gemeentelijke domein en wordt bekostigd met lokale middelen. Landelijk gezien is er een afname te zien van het gebruik van de peuterspeelzaal ten gunste van de kinderdagopvang. Ook in Purmerend is sprake van een grote afname van het peuterspeelzaalbezoek. In 2009 maakte, in vergelijking met 2003, bijna een derde minder peuters gebruik van de peuterspeelzaal. Er was sprake van overcapaciteit. Ondanks dat er peuterspeelzalen en groepen zijn gesloten, krijgen de houders van peuterspeelzalen de exploitatie (op basis van subsidie en ouderbijdragen) nog altijd niet sluitend. De kosten voor een uur peuterspeelzaalwerk in Purmerend zijn 0,61 lager zijn dan de gemiddelde kosten in Nederland. De kosten voor de exploitatie van een peuterspeelzaal moeten worden gedekt door inkomsten uit, de door de gemeente vastgestelde ouderbijdragen en subsidie. Dit is in Purmerend niet het geval. Het college heeft besloten dat moet worden gezocht naar een structurele oplossing voor behoud van het peuterspeelzaalwerk in Purmerend en hierbij een taakstellende bezuiniging van 100.000.- per 2012 meegegeven. Ook is per 2011 de specifieke Rijksuitkering Onderwijsachterstandenbeleid fors gedaald. Veel ouders kiezen bewust voor een peuterspeelzaal om de buurtfunctie spelen en ontmoeten en/of omdat zij geen gebruik willen maken van hele dagopvang. Daarnaast kan een deel van de ouders niet terecht in de kinderopvang omdat zij geen recht hebben op kinderopvangtoeslag. Dat pleit ervoor om peuterspeelzaalwerk in Purmerend te behouden en deze als gemeente te blijven subsidiëren. Tevens is op 1 augustus 2010 de wet Oké (Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie) in werking getreden met als doel meer en betere voorschoolse educatie in de kinderopvang en peuterspeelzalen. Uitgangspunt van nieuw te vormen beleid is bijdragen naar draagkracht. De kinderopvang hanteert een inkomensafhankelijke ouderbijdrage. In Purmerend is peuterspeelzaalwerk voor minima gratis. Voor alle overige inkomens is de ouderbijdrage peuterspeelzaalwerk gelijk. Door bovenstaande ontwikkelingen op het gebied van voorschoolse voorzieningen is het noodzakelijk de notitie Peuterspeelzaalwerk en de Beleidsnotitie onderwijsachterstanden 2006-2010 te actualiseren. Oplossingsrichtingen: Toekomstbestendig peuterspeelzaalwerk Samen met het veld zijn de mogelijkheden van integratie van peuterspeelzaalwerk en kinderopvang onderzocht. In het rapport 'kosten baten peuterspeelzaalwerk Purmerend' van onderzoeks- en adviesbureau Sardes worden verschillende scenario's van integratie van peuterspeelzaalwerk en kinderopvang beschreven. Voor deze optie is bij het veld echter geen draagvlak; de organisaties achten de onzekerheid in de toekomst en de financiële risico's die dit model met zich meebrengt te groot. Daarna is aan een zogenaamd 'afbouwscenario' gewerkt. Dit scenario is door het veld zelf voorgesteld. Dit betekent o.a. dat, om het voortbestaan van hoogwaardig en toekomstbestendig peuterspeelzaalwerk in Purmerend te waarborgen, er minder peuterspeelzalen zullen komen op basis van, met het veld geformuleerde, uitgangspunten voor onder meer spreiding en behoud van kwaliteit. Medio 2012 neemt, t.o.v. 2011, het totaal aantal

Agendanr.: 11-56 Registratienr: 624243 Onderwerp: Toekomst voorschoolse voorzieningen in Purmerend peuterspeelzaalplaatsen af met bijna 20%. Het veld heeft voorgesteld om schooljaar 2011-2012 als overgangsjaar te nemen. In dat jaar wordt het grootste deel van de afbouw gerealiseerd, maar een aantal groepen blijft open tot aan de zomervakantie 2012 zodat er geen peuters 'op straat' komen te staan. Een deel van de peuterspeelzalen en groepen zal m.i.v. schooljaar 2011-2012 al sluiten. Om peuterspeelzaalhouders tegemoet te komen in de kosten die deze sluiting met zich meebrengt wordt voorgesteld om de subsidie in 2011 niet vast te stellen op basis van daadwerkelijk bezette kindplaatsen, maar op basis van werkelijk gemaakte kosten. Per jaar wordt het aanbod afgestemd op de vraag en de beschikbare middelen in de begroting van de gemeente. Om aan te sluiten bij de tarieven in de kinderopvang en het principe van betalen naar draagkracht wordt voor ouders een inkomensafhankelijke ouderbijdrage geheven die is gebaseerd op de ouderbijdragen in de kinderopvang. De VNG heeft hiervoor een adviestabel gemaakt. Deze wordt gehanteerd voor het berekenen van de ouderbijdrage, m.u.v. de korting voor het 2 e kind en verder. Ouders met een laag inkomen betalen dan een lage bijdrage. De minimaregeling voor peuterspeelzaalwerk kan hiermee komen te vervallen. Voorschoolse educatie Purmerend moet wettelijk gezien een dekkend aanbod aan voorschoolse educatie aanbieden. Dat betekent dat we een aanbod moeten realiseren voor tenminste het aantal peuters in de gemeente met een leerlinggewicht 1. Voorschoolse educatie zal geconcentreerd worden aangeboden op plekken met veel gewichtenpeuters. Het aanbod aan voorschoolse educatie in Purmerend zal ruimschoots dekkend zijn. Doelgroeppeuters moeten 4 dagdelen voorschoolse educatie volgen. Om ouders van doelgroeppeuters te stimuleren hun peuter 4 dagdelen naar de peuterspeelzalen met voorschoolse educatie te sturen, betalen ouders van doelgroepkinderen een inkomensafhankelijke ouderbijdrage die gelijk is aan de ouderbijdrage voor 2 dagdelen. Met deze regeling vervalt de regeling waarbij ouders van doelgroeppeuters een lagere ouderbijdrage betalen. Uitgangspunten peuterspeelzaalwerk en voorschoolse educatie De uitgangspunten voor peuterspeelzaalwerk en voorschoolse educatie zijn beschreven in bijgaande notitie voorschoolse voorzieningen in Purmerend. Bij deze uitgangspunten is uitgegaan van de volgende zaken: - er is sprake van een afname van het peuterspeelzaalbezoek in Purmerend; - een deel van de ouders van peuters op de peuterspeelzalen in Purmerend heeft recht op kinderopvangtoeslag, kinderen van deze ouders kunnen terecht op de kinderopvang; - een deel van de ouders van peuters op de peuterspeelzalen in Purmerend heeft geen recht op kinderopvangtoeslag, voor deze groep peuters moet er ook een voorschoolse voorziening in de wijk zijn; - de kwaliteit van het peuterspeelzaalwerk moet op orde zijn; - houders van peuterspeelzalen hebben een gezonde exploitatie, daarbij geldt het volgende uitgangspunt: subsidie gemeente Purmerend + inkomsten uit ouderbijdragen = kosten; - er is wettelijk gezien een dekkend aanbod aan voorschoolse educatie; De uitwerking van de notitie m.b.t. de subsidiëring van peuterspeelzaalwerk en voorschoolse educatie staat beschreven in de 'Bijzondere subsidieverordening peuterspeelzalen Purmerend 2012'. Dit is een bijzondere subsidieverordening zoals bedoeld in artikel 1:1 van de Algemene subsidieverordening Purmerend 2010, waarin voor de daarin vermelde activiteiten aanvullende regels zijn opgenomen. In de verordening worden de te subsidiëren activiteiten uitgewerkt. Kwaliteitsimpuls leidsters Aandacht voor ontwikkeling van kinderen staat nog niet op alle kinderdagverblijven centraal en 1 De gewichtenregeling in het basisonderwijs bepaalt hoeveel geld basisscholen en gemeenten krijgen voor het wegwerken van onderwijsachterstanden. De gewichtenregeling kent geldbedragen toe aan leerlingen op basis van het opleidingsniveau van de ouders en het postcodegebied van de school. blz. 3 van 9

Agendanr.: 11-56 Registratienr: 624243 Onderwerp: Toekomst voorschoolse voorzieningen in Purmerend ook op peuterspeelzalen zonder voorschoolse educatie behoeft de ontwikkeling van peuters aandacht. Om een kwalitatief hoogwaardig aanbod in de reguliere kinderdagverblijven en peuterspeelzalen te realiseren zullen middelen worden ingezet voor een kwaliteitsimpuls voor leidsters in de kinderopvang en peuterspeelzalen waar geen voorschoolse educatie wordt aangeboden. Voorschoolse educatie in de kinderopvang Er zijn drie wijken waar geen voorschoolse educatie wordt aangeboden (Centrum, Weidevenne en Purmer-Zuid) en in de kinderopvang wordt geen voorschoolse educatie aangeboden. Hierdoor bereiken we op dit moment een deel van de doelgroep niet. Daarnaast is het van belang om te anticiperen op een verdere terugloop van het peuterspeelzaalwerk. Om bovenstaande redenen is het belangrijk om te starten met voorschoolse educatie in de kinderopvang. Hiervoor worden middelen gereserveerd. Samengevat betekent het in de notitie Voorschoolse voorzieningen in Purmerend' beschreven beleid het volgende: - afbouw van het aantal peuterspeelzalen; - per 2012 een bezuiniging van 100.000.- op het product peuterspeelzaalwerk; - voor alle ouders een toegankelijke voorschoolse voorziening in de wijk; - instandhouding van voldoende aanbod voorschoolse educatie; - financieel 'gezonde' peuterspeelzalen; - eerlijker beleid voor ouderbijdragen; - financiële middelen voor het realiseren van voorschoolse educatie in de kinderopvang; - financiële middelen voor een kwaliteitsimpuls in kinderopvang en peuterspeelzaalwerk zonder voorschoolse educatie. Meetbare doelstellingen: - Per 2012 een kostendekkende exploitatie van peuterspeelzalen. - Per 2012 een dekkend aanbod voorschoolse educatie. Financiële consequenties: De gemeente compenseert het verschil tussen de inkomensafhankelijke bijdrage en de ouderbijdrage die nodig is om de kosten te dekken en de ouderbijdrage voor ouders van doelgroeppeuters voor het derde en vierde dagdeel. Bij de subsidiëring van het peuterspeelzaalwerk en voorschoolse educatie gaan we uit van de gemiddelde kosten van de aanbieders in Purmerend. Deze kosten zijn in Purmerend respectievelijk 5,42 en 6,68 per uur (exclusief huurkosten). Uit een onderzoek van de MOgroep blijkt dat deze kosten landelijk 6,03 en 7,48 zijn. In Purmerend wordt aldus kwalitatief hoogwaardig peuterspeelzaalwerk en voorschoolse educatie aangeboden voor lagere kosten dan het landelijke gemiddelde. Het aantal te subsidiëren peuterspeelzalen (en groepen) wordt per 2012 met 20% verminderd. Voorstel voor de besteding van voorgaand voorstel. Begroting 2012 e.v. Gemeentelijke middelen 661.363 (2011: 762.510) Specifieke Rijksuitkering OAB* 326.172 blz. 4 van 9

Uitgaven Gemeentelijke Specifieke middelen Rijksuitkering OAB* Reguliere subsidie aan peuterspeelzalen 390.696 - Subsidie voorschoolse educatie aan - 277.860 peuterspeelzalen Inkomensafhankelijke ouderbijdrage 142.325 - Derde en vierde dagdeel voor doelgroeppeuters 83.585 - Resterend saldo 44.757 48.312 Reservering voor kwaliteitsimpuls leidsters en 44.757 - onzekerheid inkomensafhankelijke ouderbijdrage Reservering voor voorschoolse educatie in kinderopvang - 48.312 * De specifieke uitkering Onderwijsachterstanden bedraagt voor de gemeente Purmerend jaarlijks (vanaf 2011) 493.172.- hiervan wordt ook de schakelklas, coördinatie OAB en toeleiding van doelgroepkinderen gefinancierd. De besteding van het resterende saldo wordt ingezet voor de onzekerheid m.b.t. de inkomensafhankelijk ouderbijdrage, de kwaliteitsimpuls leidsters en voorschoolse educatie in de kinderopvang. Voor deze laatste twee volgen nadere voorstellen aan het college. In verband met het overbruggingsjaar 2011-2012 is het saldo met 16.526.- voor de kwaliteitsimpuls leidsters en de onzekerheid m.b.t. de inkomensafhankelijke ouderbijdrage in 2012 lager dan in de daarop volgende jaren. Communicatie: De notitie voorschoolse voorzieningen en de subsidieverordening peuterspeelzalen zijn in nauwe samenwerking met het veld tot stand gekomen. Ook de uitwerking van deze stukken zal in samenwerking met het veld worden gedaan. Ouders van peuterspeelzaalkinderen zullen per brief worden geïnformeerd over het gewijzigde beleid en de consequenties die dat voor hen heeft. Monitoring/evaluatie: N.v.t. Voorstel: Gelet op het voorgaande stel ik u voor te besluiten: 1. De notitie 'Voorschoolse voorzieningen in Purmerend 2011' vast te stellen. 2. In te stemmen met de besteding van gemeentelijke middelen en de specifieke uitkering Onderwijsachterstandenbeleid op de in dit voorstel beschreven wijze. 3. De 'Bijzondere subsidieverordening peuterspeelzalen Purmerend 2012' vast te stellen. blz. 1 van 9

Bijlage(n): Notitie 'Voorschoolse voorzieningen in Purmerend 2011' Agendanummer: 11-56 Registratienummer: 624243 Onderwerp: Toekomst voorschoolse voorzieningen in Purmerend De Raad van de gemeente Purmerend; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van Purmerend van 16 augustus 2011, registratienummer 62424; BESLUIT: 1. Het bestaande beleid op het gebied van voorschoolse voorzieningen (opgenomen in de notitie Peuterspeelzaalwerk en de Beleidsnotitie onderwijsachterstanden 2006-2010) bij te sturen op basis van het gestelde in de notitie "Voorschoolse voorzieningen in Purmerend 2011" 2. In te stemmen met de besteding van gemeentelijke middelen en de specifieke uitkering Onderwijsachterstandenbeleid overeenkomstig de in het voorstel beschreven wijze. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering d.d. de griffier, de voorzitter, blz. 2 van 9

Agendanummer: 11-56 Registratienummer: 624243 Onderwerp: Bijzondere subsidieverordening peuterspeelzalen Purmerend 2012 De Raad van de gemeente Purmerend; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van Purmerend van 16 augustus 2011, registratienummer 624243; gelet op titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene subsidieverordening Purmerend 2010 en de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; overwegende dat het gewenst is in aanvulling op de Algemene Subsidieverordening Purmerend 2010 aanvullende regels te stellen ten aanzien van subsidies die verstrekt worden aan de houders van peuterspeelzalen; BESLUIT: vast te stellen de Bijzondere subsidieverordening peuterspeelzalen Purmerend 2012 Artikel 1 Begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. Peuterspeelzaal: hetgeen daaronder wordt verstaan in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; b. Houder: degene die een of meerdere peuterspeelza(a)l(en) exploiteert; c. Peuterspeelzaalwerk: hetgeen daaronder wordt verstaan in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; d. Voorschoolse educatie: hetgeen daaronder wordt verstaan in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; e. Een reguliere kindplaats: rekeneenheid die overeenkomt met 2 dagdelen per week bezoek aan een peuterspeelzaal gedurende maximaal 40 weken per jaar. De subsidienorm voor een dagdeel is 3 uur voor een ochtenddagdeel en 2,5 voor een middagdagdeel. f. Een kindplaats voorschoolse educatie: rekeneenheid die overeenkomt met 4 dagdelen of ten minste 10 uur per week bezoek aan een peuterspeelzaal waar voorschoolse educatie wordt aangeboden gedurende maximaal 40 weken per jaar. De subsidienorm voor een dagdeel is 3 uur voor een ochtenddagdeel en 2,5 voor een middagdagdeel. g. Groep: een groep van 16 peuters of ten minste het aantal dat maximaal is toegestaan volgens de Verordening ruimte- en inrichtingseisen peuterspeelzalen Purmerend 2011. h. Doelgroeppeuter voorschoolse educatie: een peuter met, zoals in de gewichtenregeling basisonderwijs omschreven, leerlinggewicht en/of een indicatie op risico op taalachterstand door GGD-jeugdgezondheidszorg. Artikel 2 Te subsidiëren activiteiten 1. Een houder kan subsidie aanvragen voor kindplaatsen peuterspeelzaalwerk; 2. Een houder kan subsidie aanvragen voor kindplaatsen voorschoolse educatie; 3. Een houder kan subsidie aanvragen voor de huur van de accommodatie; 4. Een houder kan subsidie aanvragen voor de compensatie van de inkomensafhankelijke ouderbijdrage. blz. 3 van 9

Artikel 3 Subsidie voor de huurkosten Het college subsidieert de huurkosten van de huidige behuizing. Artikel 4 Ouderbijdrage 1. De ouderbijdrage is inkomensafhankelijk. 2. Het college subsidieert het verschil tussen de kostendekkende ouderbijdrage en de inkomensafhankelijke ouderbijdrage. 3. De ouderbijdrage voor ouders van doelgroeppeuters die, mits hiervoor voldoende plek is op de peuterspeelzaal, minimaal 4 dagdelen per week voorschoolse educatie volgen is gelijk aan de ouderbijdrage voor de helft van het aantal uren dat de peuters voorschoolse educatie volgen. Het college subsidieert aan de houder de kostendekkende ouderbijdrage voor het derde en vierde dagdeel voor doelgroepkinderen. Artikel 5 Weigeringsgronden 1. De subsidie wordt geweigerd als de aanvrager niet kan aantonen dat: a. het peuterspeelzaalwerk voldoet aan de eisen genoemd in artikel 2.5 en artikel 2.6 eerste lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzaalwerk; b. in geval van subsidie voor voorschoolse educatie, de voorschoolse educatie voldoet aan de basisvoorwaarden genoemd in het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie. Artikel 6 Nadere regels college Het college stelt nadere regels vast met betrekking tot de hoogte en de berekeningsgrondslag van de in artikel 2 en 4 genoemde subsidies. Artikel 7 Hardheidsclausule Het college kan de verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voorzover toepassing gelet op het belang dat deze verordening beoogt te beschermen leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard. Artikel 8 Inwerkingtreding Deze bijzondere verordening treedt in werking op 1 januari 2012. Artikel 9 Citeertitel Deze verordening wordt aangehaald als: Bijzondere subsidieverordening peuterspeelzalen Purmerend 2012 Aldus vastgesteld in de openbare vergadering d.d. de griffier, de voorzitter, blz. 4 van 9

V Voorschoolse voorzieningen in Purmerend 2011 Gemeente Purmerend Afdeling Maatschappelijke Ontwikkeling Juli 2011

INHOUDSOPGAVE Samenvatting 2 1 Inleiding 2 2. Begrippenkader 2 3. Aanleiding 3 4. Voorschoolse voorzieningen 4 4.1 Wat willen we? 4 4.2 Wat zien we? 4 4.2.1 Aanbieders 4 4.2.2 Vraag en aanbod 5 4.2.3 Kinderopvangtoeslag 5 4.3 Hoe willen we het? 5 4.3.1 Kinderdagverblijven 5 4.3.2 Peuterspeelzalen 5 4.3.3 Kwaliteit reguliere kinderdagverblijven en peuterspeelzalen 6 5. WE 6 5.1 Wat willen we? 6 5.2 Wat zien we? 6 5.3 Hoe willen we het? 7 1

Samenvatting Voor u ligt de nota 'Voorschoolse voorzieningen in Purmerend'. In de eerste levensjaren is aandacht voor ontwikkeling belangrijk. In deze periode wordt het fundament gelegd voor het sociaal-emotioneel en cognitief functioneren. Daarom is het belangrijk voldoende goede voorschoolse voorzieningen in de stad te hebben die de ontwikkelingskansen van alle jonge kinderen bevorderen. Voor kinderen met een risico op taalachterstand dient er een extra aanbod te zijn op peuterspeelzalen en kinderdagverblijven om taalachterstanden zo vroeg mogelijk te voorkomen en te bestrijden. Door ontwikkelingen met betrekking tot wetgeving, daling van het peuterspeelzaalbezoek, problemen met de exploitatie van peuterspeelzalen en vermindering van budgetten is het noodzakelijk het bestaande beleid op het gebied van voorschoolse voorzieningen te actualiseren. In voorliggende nota staat beschreven hoe het nieuwe beleid ten aanzien van voorschoolse voorzieningen en voor- en vroegschoolse educatie eruit gaat zien. Veel ouders kiezen bewust voor een peuterspeelzaal om de buurtfunctie spelen en ontmoeten en/of omdat zij geen gebruik willen maken van hele dagopvang. Daarnaast kan een deel van de ouders niet terecht in de kinderopvang omdat zij geen recht hebben op kinderopvangtoeslag. Dat pleit ervoor om peuterspeelzaalwerk in Purmerend te behouden en deze als gemeente te blijven subsidiëren, maar het aantal peuterspeelzalen zal verminderen. Daarbij wordt voortaan een inkomensafhankelijke ouderbijdrage geheven. Voorschoolse educatie blijven we aanbieden op de plaatsen met concentraties doelgroeppeuters, maar het aantal beschikbare plaatsen wordt minder. We voldoen daarmee nog ruimschoots aan de door de wet voorgeschreven omvang van het aanbod. Leidsters in de kinderopvang en op de peuterspeelzalen worden zo nodig extra geschoold. 1. Inleiding Het is van maatschappelijk belang dat kinderen gezond opgroeien, zich goed voelen en zich optimaal kunnen ontwikkelen. Met name in de eerste levensjaren is aandacht voor de ontwikkeling belangrijk. In deze periode wordt het fundament gelegd voor het sociaalemotioneel en cognitief functioneren. Veel jonge kinderen ontmoeten andere kinderen dagelijks in kinderdagverblijven of peuterspeelzalen. Ouders moeten kunnen rekenen op dezelfde goede kwaliteit van de leidsters en benodigde aandacht voor ontwikkeling van het kind. In de ontwikkeling van het kind is de taalontwikkeling van essentieel belang. De afgelopen jaren is er steeds meer aandacht geweest voor het belang van educatieve programma's die kinderen in hun taalontwikkeling stimuleren. Taalontwikkeling is daarbij onderdeel van het spel. 2. Begrippenkader In deze nota wordt verstaan onder: Kinderdagverblijf: een kinderdagverblijf is primair gericht op opvang en verzorging van kinderen van werkende ouders. De voorziening biedt hele dagopvang tot de leeftijd waarop de kinderen het basisonderwijs volgen. Deze voorziening wordt niet door de gemeente bekostigd. Ouders kunnen voor de bekostiging in aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag 1. Leerlinggewicht: De gewichtenregeling uit het basisonderwijs bepaalt hoeveel geld basisscholen en gemeenten krijgen voor het wegwerken van onderwijsachterstanden, op basis van leerlinggewichten. De regeling kent 2 (leerling)gewichten: 0,3 en 1,2. De gewichten zijn gekoppeld aan opleidingscategorieën van de ouders. Om in aanmerking te komen voor kinderopvangtoeslag moeten beide ouders/verzorgers werken en/of studeren. 2

Onderwijsachterstandenbeleid: Het onderwijsachterstandenbeleid op scholen en in gemeenten is gericht op het vroegtijdig signaleren en bestrijden van onderwijsachterstanden bij kinderen. Gemeenten ontvangen hiervoor geoormerkte middelen van het Rijk. Peuterspeelzaal: een peuterspeelzaal is primair gericht op spelen, ontmoeten en ontwikkelen van kinderen vanaf de leeftijd van twee jaar tot het tijdstip waarop die kinderen kunnen deelnemen aan het basisonderwijs. Peuters gaan twee tot vier dagdelen naar de peuterspeelzaal. De voorziening wordt door de gemeente gesubsidieerd. Ouders van kinderen op een peuterspeelzaal kunnen geen aanspraak maken op kinderopvangtoeslag. Voor- en vroegschoolse educatie (WE): WE is een verzamelnaam voor de methodische en systematische ondersteuning van de ontwikkeling van jonge kinderen, in de leeftijd van twee tot zes jaar. Voorschoolse educatie wordt aangeboden op peuterspeelzalen en kinderdagverblijven voor kinderen vanaf 2 tot 4 jaar. Het gaat om uitvoering van een programma dat gericht is op het verbeteren van de voorwaarden voor het met succes instromen in het basisonderwijs voor kinderen met een risico op een onderwijsachterstand. Dit is een gemeentelijke verantwoordelijkheid. Vroegschoolse educatie is gericht op kinderen in de kleuterklassen en valt onder verantwoordelijkheid van de schoolbesturen. Voorschoolse voorzieningen: peuterspeelzalen en kinderdagverblijven. WE-doelgroepkinderen: kinderen met een, zoals in de gewichtenregeling basisonderwijs omschreven, leerlinggewicht en/of een indicatie op risico op taalachterstand door GGDjeugdgezondheidszorg. WE-programma's: speciale programma's die gericht zijn op het versterken van de ontwikkeling van kinderen en het verkleinen van risico's op onderwijsachterstand. 3. Aanleiding In 2006 heeft de gemeente de notitie Peuterspeelzaalwerk vastgesteld. In deze notitie wordt het huidige peuterspeelzaalbeleid van Purmerend beschreven. Het beschreven beleid in deze notitie vormt de onderligger voor de verordening peuterspeelzaalwerk Purmerend 2006. Ook het huidige Onderwijsachterstandenbeleid is in 2006 vastgesteld (Beleidsnotitie onderwijsachterstanden 2006-2010). Door verschillende nieuwe ontwikkelingen op dit werkterrein is het noodzakelijk deze visies te actualiseren. Bedreiging voortbestaan peuterspeelzalen Peuterspeelzaalwerk is een basisvoorziening in de gemeente. Peuterspeelzaalwerk behoort tot het gemeentelijke domein en wordt bekostigd met lokale middelen. Landelijk gezien is er een afname te zien van het gebruik van de peuterspeelzaal ten gunste van de kinderdagopvang. Ook in Purmerend is sprake van een grote afname van het peuterspeelzaalbezoek. In 2009 maakte, in vergelijking met 2003, bijna een derde minder peuters gebruik van de peuterspeelzaal. Er was sprake van overcapaciteit. Hierdoor zijn peuterspeelzalen en groepen gesloten en krijgen houders de exploitatie met de huidige subsidies, niet meer sluitend. Het peuterspeelzaalaanbod is inmiddels verminderd. Het college heeft besloten dat moet worden gezocht naar een structurele oplossing voor behoud van het peuterspeelzaalwerk in Purmerend. Wet Oké Op 1 augustus jl. is de wet Oké (Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie) in werking getreden. Dit is geen wet op zich, maar een wijziging van de Wet kinderopvang, de Wet op het onderwijstoezicht, de Wet op het primair onderwijs en enkele andere wetten in verband met wijzigingen in het onderwijsachterstandenbeleid. Het doel van dit wetsvoorstel is meer en betere voorschoolse educatie in de kinderopvang en peuterspeelzalen. Kinderen met een taalachterstand kunnen zo beter worden geholpen om die achterstand weg te werken waardoor zij vanaf de eerste schooldag zo min mogelijk achterlopen bij hun klasgenootjes. Het minimumniveau van de kwaliteitseisen voor peuterspeelzalen is meer in lijn met die van 3

de kinderopvang en de nieuwe wet houdt voor de ouders van doelgroepkinderen WE de prijzen in de peuterspeelzalen laag. Gemeenten zijn verplicht om voorschoolse educatie aan te bieden voor ten minste het aantal kinderen dat in de voorschoolse periode een leerlinggewicht heeft. De specifieke uitkering Onderwijsachterstanden is dan ook gekoppeld aan het aantal peuters in de gemeente met een leerlinggewicht. Daarnaast is er een inspanningsverplichting om een zo groot mogelijk bereik van de doelgroep te realiseren. In Purmerend zijn de concentraties doelgroepkinderen laag en verspreid over de stad. In Purmerend wordt voorschoolse educatie momenteel alleen aangeboden op peuterspeelzalen, terwijl de laatste jaren steeds minder peuters naar de peuterspeelzaal zijn gegaan ten gunste van de dagopvang. Dit betekent dat ook steeds meer doelgroepkinderen die naar de kinderopvang gaan, niet van deze programma's profiteren. Voor de wijze waarop het peuterspeelzaalwerk en de voorschoolse educatie momenteel in Purmerend is georganiseerd, zijn de beschikbare Rijksmiddelen voor de bestrijding van onderwijsachterstanden 2 ontoereikend om het aanbod van voorschoolse educatie uit te breiden (naar de kinderopvang). 4 Voorschoolse voorzieningen 4.1 Wat willen we? De voorschoolse fase is zeer belangrijk in de ontwikkeling van kinderen. Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat kinderdagverblijven en peuterspeelzalen een positief effect hebben op de ontwikkeling van jonge kinderen. De kwaliteit van de voorziening is echter wel bepalend voor de effecten. Er zijn vooral positieve effecten bij kinderen uit lagere sociale groepen (Onderwijsraad). Daarom dienen er voldoende goede voorschoolse voorzieningen in de stad aanwezig te zijn die de ontwikkelingskansen van alle jonge kinderen bevorderen. De voorschoolse voorziening in Purmerend: biedt voldoende plaats voor alle kinderen van ouders die er gebruik van willen maken; heeft de kwaliteit op orde: er wordt voldaan aan de wettelijke eisen; heeft aandacht voor de brede ontwikkeling van kinderen (cognitief, sociaalemotioneel, motorisch en lichamelijk); heeft een doorgaande lijn met het basisonderwijs voor de overdracht van kindgegevens; bevfndt zich bij voorkeur in de woonomgeving van het kind; is ook toegankelijk voor kinderen van ouders die niet in aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag. 4.2 Wat zien we? 4.2.1 Aanbieders Op dit moment zijn er in Purmerend voldoende voorschoolse voorzieningen waar de ontwikkeling van jonge kinderen wordt gestimuleerd, maar het aanbod is versnipperd. Purmerend telt 14 kinderdagverblijven. Er zijn zeven verschillende aanbieders, waarvan St. Kinderopvang Purmerend de grootste is. Er zijn in Purmerend 17 peuterspeelzalen. Stichting Kinderen en Ouders is in Purmerend de grootste aanbieder van peuterspeelzaalwerk. Clup Gemeenten ontvangen ook vanaf 2011 geoormerkte middelen van het Rijk voor de bestrijding van onderwijsachterstanden. Vanaf 2011 geldt de nieuwe gewichtenregeling voor de verdeling van middelen voor onderwijsachterstandenbeleid. Door deze nieuwe regeling is in Purmerend het gemeentegewicht flink gedaald en als gevolg hiervan ook de uitkering Onderwijsachterstanden. 4

welzijnswerk en CPOW exploiteren ook peuterspeelzalen. De overige zalen zijn zogenaamde éénpitters. 4.2.2 Vraag en aanbod Met de huidige organisatie van het peuterspeelzaalwerk wordt het aanbod onvoldoende afgestemd op de vraag en krijgen peuterspeelzalen hun exploitatie, met de bestaande subsidies, niet meer sluitend. Dit zal tot gevolg hebben dat het peuterspeelzaalwerk verdwijnt, terwijl juist het peuterspeelzaalwerk zo'n positief effect heeft op de kwetsbare doelgroep, kinderen uit lagere sociale klassen. Het verdwijnen van peuterspeelzalen zonder vervangende voorziening betekent voor ouders die niet in aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag dat een voorschoolse voorziening onbetaalbaar wordt. Omdat steeds meer kinderen naar de kinderopvang (zijn ge)gaan, betekent dat, dat de kwaliteit van de kinderopvang steeds belangrijker wordt. Aandacht voor ontwikkeling van kinderen staat (nog) niet op alle kinderdagverblijven centraal. Daarnaast wordt voorschoolse educatie nu alleen nog aangeboden op peuterspeelzalen. Met het verdwijnen van het peuterspeelzaalwerk zou ook de voorschoolse educatie verdwijnen. 4.2.3 Kinderopvangtoeslag Een deel van de ouders van kinderen op de peuterspeelzalen komt in aanmerking voor kinderopvangtoeslag. De gemeente kiest ervoor om peuterspeelzalen toegankelijk te houden voor deze groep ouders. Het uitsluiten van ouders die in aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag werkt segregatie in de hand. Segregatie is ongewenst en daarnaast hebben gemeenten een wettelijke inspanningsverplichting om segregatie tegen te gaan. Ook kiezen ouders vaak bewust voor een peuterspeelzaal om de buurtfunctie spelen en ontmoeten en/of willen zij geen gebruik maken van hele dagopvang in de kinderopvang. Wanneer er wachtlijsten ontstaan bij peuterspeelzalen kan worden besloten om voorrang te geven aan ouders die niet in aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag. 4.3 Hoe willen we het? 4.3.1 Kinderdagverblijven We willen voldoende aanbod in de kinderdagverblijven. Momenteel sluit het aanbod aan op de vraag. Als dat niet het geval is kan de gemeente een faciliterende en stimulerende rol vervullen om het aanbod te vergroten. De gemeente heeft geen middelen om sturend op te treden naar de kinderdagverblijven. Zij zijn en blijven wel gesprekspartner over onderwerpen als WE en kwaliteitsverbetering. 4.3.2 Peuterspeelzalen Zoals hiervoor beschreven kiezen veel ouders bewust voor een peuterspeelzaal om de buurtfunctie spelen en ontmoeten en/of omdat zij geen gebruik willen maken van hele dagopvang. Daarnaast kan een deel van de ouders niet terecht in de kinderopvang omdat zij geen recht hebben op kinderopvangtoeslag. Dat pleit ervoor om peuterspeelzaalwerk in Purmerend te behouden en deze als gemeente te blijven subsidiëren. Om het voortbestaan van hoogwaardig en toekomstbestendig peuterspeelzaalwerk in Purmerend te waarborgen zijn nieuwe uitgangspunten nodig. De voorziening is voornamelijk gericht op ouders die niet in aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag. Het aantal peuterspeelzalen zal verminderen. Per jaar wordt het aanbod afgestemd op de vraag en de beschikbare middelen in de begroting van de gemeente. Bij de subsidiering aan peuterspeelzalen gelden de volgende uitgangspunten: 1. Het aantal peuterspeelzaallocaties in een wijk is standaard 1 per wijk. Tenzij het aantal doelgroeppeuters op de scholen groter is dan 10%, of aantal peuters in de wijk meer is dan 300. 5

2. Een peuterspeelzaal biedt maximaal 2 groepen * 9 dagdelen * 16 kinderen. 3. Een ochtenddagdeel is 3 uur en een middagdagdeel is 2,5 uur. Peuterspeelzaalwerk wordt 40 weken per jaar aangeboden. 4. Een reguliere kindplaats is 2 dagdelen per week. 5. In een peuterspeelzaalgroep zitten 16 peuters of tenminste het aantal dat is toegestaan volgens de 'Verordening ruimte- en inrichtingseisen peuterspeelzalen Purmerend 2011'. 6. De subsidie van de gemeente voor een reguliere kindplaats in 2012 bedraagt 2,95 per uur en wordt ieder jaar geïndexeerd gelijk aan de indexering van de CAO welzijn. 7. Bij vaststelling van de subsidie wordt een marge aangehouden van 15% 3. Dit betekent dat de peuterspeelzaal nooit voor 100%, maar voor 85% moet zijn. De 100%-bezetting is niet haalbaar vanwege de grote doorloop, en de vrijblijvende aard van het peuterspeelzaalwerk. 8. De ouderbijdrage is inkomensafhankelijk. Hierbij wordt de meest recente versie van de VNG Adviestabel ouderbijdrage peuterwerk aangehouden m.u.v. de korting voor 2 e kind en verder. De minimaregeling 'gratis bezoek aan peuterspeelzaal voor kinderen van 2 en 3 jaar' via bureau M rdoen, komt hiermee te vervallen. De gemeente compenseert het verschil tussen de kostendekkende ouderbijdrage en de inkomensafhankelijke ouderbijdrage. 9. Vervolgens spelen bij de keuze voor instandhouding of sluiting van peuterspeelzaallocaties en groepen onderstaande factoren een rol: - aantal kindplaatsen bezet: zoveel mogelijk; - ontwikkeling bezetting kindplaatsen: voorkeur voor stijgend of gelijkblijvend t.o.v. dalend. - gemeentelijke huisvestingsplannen voor scholen: voorkeur voor zo min mogelijk nieuwbouw en/of uitbreiding; - kosten van de huisvesting; zo laag mogelijk. - locatie: in of bij een school: bij voorkeur combinatie van 2 scholen, daarna 1 school, daarna geen school; - locatie: ligging in de wijk. Centraal in de wijk en bij meerdere peuterspeelzalen in de wijk een evenwichtige spreiding. 4.3.3 Kwaliteit reguliere kinderdagverblijven en peuterspeelzalen Om een kwalitatief hoogwaardig aanbod in de reguliere kinderdagverblijven en peuterspeelzalen te realiseren zijn er eenmalig middelen beschikbaar voor scholing van medewerkers in de kinderopvang en peuterspeelzalen (niet-we). Instellingen kunnen eenmalig een bijdrage vragen voor medewerkers om scholing te volgen. 5 WE 5.1 Wat willen we? We willen meer voorschoolse educatie en ook in de kinderopvang. Deelname aan een stimuleringsprogramma als WE vergroot de ontwikkelingskansen van kinderen. Onderzoek heeft aangetoond dat deze WE-programma's effectief zijn in het wegwerken en voorkomen van onderwijsachterstanden als zij onder de juiste condities worden uitgevoerd. Dit is niet alleen goed voor kinderen, maar ook voor de samenleving. Het leidt tot betere sociale vaardigheden en op termijn tot minder schooluitval en betere loopbaanperspectieven. Daarom moet er een VVE-aanbod zijn geconcentreerd op plekken met veel gewichtenpeuters met aandacht voor de doorgaande lijn met het basisondenwijs. Het doel: het voorkomen en bestrijden van ontwikkelingsachterstanden bij jonge kinderen. 5.2 Wat zien we? In Purmerend wordt voorschoolse educatie aangeboden op peuterspeelzalen bij basisscholen met hogere concentraties doelgroepkinderen; het aanbod is wettelijk gezien voldoende groot. Er zijn drie wijken waar geen WE wordt aangeboden (Centrum, 3 De marge van 15% wordt momenteel ook gehanteerd bij vaststelling van de subsidie. 6

Weidevenne en Purmer-Zuid) en in de kinderopvang wordt geen voorschoolse educatie aangeboden. Hierdoor bereiken we op dit moment een deel van de doelgroep niet. 5.3 Hoe willen we het? Volgens de wet moet voorschoolse educatie aan een aantal eisen voldoen en ook voor de effectiviteit zijn de volgende eisen van belang: - Voorschoolse educatie omvat per week ten minste vier dagdelen van ten minste 2,5 uur of per week ten minste 10 uur. - De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal kinderen in een groep bedraagt ten minste één beroepskracht per acht kinderen en de groep bestaat uit ten hoogste 16 kinderen. - De beroepskracht heeft minimaal een PW-3 opleiding en een opleiding afgerond die specifiek is gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma's. - Voor de voorschoolse educatie worden integrale programma's gebruikt. Daarmee wordt op gestructureerde en samenhangende wijze de ontwikkeling gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling. Om doelgroepkinderen te bereiken in de kinderopvang worden samen met het veld locatie(s) bepaald met veel doelgroepkinderen. Op deze plek(ken) kan een pilot worden gestart met een vorm van WE in de kinderopvang. Het aanbod van WE in Purmerend voldoet aan de volgende eisen: Voorschoolse educatie is geconcentreerd op plekken met veel doelgroepkinderen. Doelgroepkinderen worden actief toegeleid naar voorschoolse en vroegschoolse educatie zodat zoveel mogelijk doelgroepkinderen bereikt worden. Voorschoolse educatie wordt aangeboden aan kinderen van 2 tot 4 jaar. Er is voldoende aanbod voor de doelgroep. heeft een doorgaande lijn met het basisonderwijs. De doorgaande lijn heeft in ieder geval betrekking op het aanbod, het pedagogisch beleid, de overdracht van kindgegevens en de zorgstructuur. Hierover en over de resultaten van WE worden met het basisonderwijs afspraken gemaakt. Wanneer er sprake is van een wachtlijst heeft een doelgroepkind voorrang op een niet-doelgroepkind. Bij de subsidiering aan WE-peuterspeelzalen gelden de volgende uitgangspunten: 1. Een doelgroepkind is een peuter met een leerlinggewicht en/of een indicatie door GGDjeugdgezondheidszorg (consultatiebureaus). 2. WE-subsidie wordt verleend aan peuterspeelzalen gekoppeld aan een school met meer dan 10% gewichtenleerlingen van 4-5 jaar of meer dan 8 gewichtenleerlingen van 4-5 jaar. 3. Per WE-locatie wordt subsidie verleend voor één WE-groep + een dagdeel, tenzij het aantal doelgroepkinderen groter is dan 20. Een WE-groep is 16 peuters * 4 dagdelen. 4. Een ochtenddagdeel is 3 uur en een middagdagdeel is 2,5 uur. Peuterspeelzaalwerk wordt 40 weken per jaar aangeboden. 5. De ouderbijdrage voor doelgroeppeuters voor vier dagdelen is gelijk aan de ouderbijdrage voor twee dagdelen. 6. Een kindplaats WE is 4 dagdelen per week. 7. De subsidie van de gemeente voor een WE-kindplaats in 2012 bedraagt 4,21 per uur en wordt ieder jaar geïndexeerd gelijk aan de indexering van de CAO welzijn. 7