Jan Lauwereyns [Nederland Japan] DE VALVERSNELLING DE DERDE DAG De man was oud hij had geen moed geen kracht alleen een hond die hem naar geuren voerde vage sporen van haar de geliefde die zomaar was verdwenen hij zocht en vond van alles pennen poppen dingen die hij niet zocht maar bleef verzamelen foto s van andere geliefdes kinderen netjes wachtend gele hoedjes op nu dood wellicht verzopen of ergens onder geplet gespleten spijs hij mocht er niet aan denken de man was veel te oud begreep geen snars van wie gestorven waren waarom en hoe geen snars van zij die blijven leven.
DE VIERDE De man bleef zoeken zonder moed en zonder kracht hij had alleen zijn domme hond zijn trouwe beest dat kleine partikels snoof van vreemde gevallen diep onder verse grond begraven hier zojuist nog twee bejaarden ouder dan de man in leven nipt onmogelijk haast een reden om opnieuw te hopen zelfs geloven dat het kan en dat het werkelijk zal gebeuren het weerzien met zijn arme lieve mooie vrouw zijn enige echte zijn dame van vele jaren die verdwenen was maar daarom niet verloren.
VIJFDE De hond kon niet ontkennen wat hij vond hij snuffelde snoof en kreeg op enkele dagen meer te snuiven dan goed kon zijn voor hem en voor zijn baasje dat neerzonk op zijn knieën naast het lijk dat onder platen en planken lag in zeewier gewikkeld valse vieze onwaardige sporen van haar de geliefde die zomaar was verdwenen tussen pennen poppen pannen pincetten dingen die hij weigerde weg te gooien zinloos absurd en nodig broodnodig tekens symbolen wegwijzers voorwerpen die hij moest verzamelen lijmen ooit voor haar.
ENKELE WEKEN EN ENKELE JAREN LATER Het lijk kon niet ontkennen wat het was het was voorbij de hond begon veel vaker dan vroeger te blaffen de man begon veel vaker dan vroeger te denken aan zijn arme lieve mooie vrouw zijn enige echte zijn dame van vele jaren die verloren was maar daarom niet verdwenen hij kocht een blauwe gitaar hij las hij leerde begon veel vaker dan vroeger zijn hond te aaien groette de mensen s morgens groette de dingen zong van stoel en tafel en pennen poppen pannen pincetten zinloos absurd en nodig broodnodig ook voor haar.
WEKEN EN JAREN WERDEN EEUWEN EN EEUWEN De man was jong hij had veel moed veel kracht en ook een hond die hem naar geuren voerde scherpe sporen van haar de mooie die hem aankeek en scheen hij zong en tokkelde op de blauwe gitaar dingen veranderden vatten samen hervonden bijna iets wat bloed gaf warmte kinderen wandelend gele domme hoedjes op hun vrolijke hoofden doodgewoon met veel lawaai op weg naar machtige vissen en haaien in aquaria heden en morgen hier en overal begon de man te denken hield van haar en zong en wist.
PAARDEN TEVOORSCHIJN TROJE Het veelvuldige geeft ons een dak voor de nacht voor het geheel van alles beweerde het virus tijd vliegt en ruimte breidt zich uit ettelijke eeuwigheden en zo is het enkel en nergens onderscheidbaar de weggesneden longen het door water vervangen bloed het exacte ogenblik waarop de krijgsgevangene zich overgeeft.
VERGETEN VINDT PLAATS Wat een bittere dag is het geweest zijnde de wind ruist achter in mijn geheugenimplantaat vreemde levens zwemmen voorwaarts achterwaarts scholen vissen dode vraagstukken het minimale van mijn ruitenwissers de regen het piepen de vlucht van de nachtegaal haat je het regent het wast het over en weg.
MEESTERES VAN HET TOEVAL Nieuwe woorden ontspringen weet je zei de meesteres in de kieren tussen oude zorg ervoor je vooruitzichten mee te nemen herinnerde zij zich maar niet de welke we wensten perestrojka en staken de brug over aan de Redder op het Bloed vissen lagen in glasnost te rotten kwam er maar een schaduw langs een kus genade.
EEN NIEUWE OORLOG EEN NIEUW GELUID Het bewijsvlak van het werkelijke janken gezien vanop veilige afstand moet melancholisch zijn volgens Boek Vier over het ware van het veelvuldige een afgrijselijk lawaai op de achtergrond een sardonisch muziekje de platonische procedure zal ons naar het verloren paradijs voeren en eeuwig breken we water bij het roeien staccato in de Styx de haat of de afschuw een nieuw herinneringsprogramma.
HERSENBLOEMEN Naar de ondiepte een paard vrijlaten in het veld in de hippocampus koolzaadbloesem de verdwenen B-52 kwam neer de verloren parachutes gingen open sommigen bleven in de boom steken een of twee werd of werden door flinke boerinnen terstond gekeeld hij of zij mocht of mochten van geluk spreken en kennis negen staten zalige heuvels de anderen moesten ongeduldig op iets wachten.