GEMEENTEBLAD. Nr Fietsregeling gemeente Best 2015 e.v.

Vergelijkbare documenten
Fietsreglement SIMON scholen. Het reglement ter bevordering van het gebruik van de fiets voor het werk van medewerkers binnen SIMON scholen

Fietsreglement. Het reglement ter bevordering van het gebruik van de fiets voor het werk van medewerkers binnen Het Sticht geldig per 1 januari 2014

Fietsplan de fietsregeling van Stichting Akkoord! PO 2019

Fietsregeling 2015 SPO De Liemers

ICT-privé. Regeling ter bevordering van het ICT-gebruik van medewerkers binnen HAAL, Veluwe Plus en KOALAH. geldig per tot

Fietsregeling. (Ter uitvoering van artikel 4a:1, lid 5, en artikel 4a:3 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR-UWO)

Fietsregeling stichting Bestuur Openbaar Onderwijs Rotterdam per

Regeling Cafetariamodel

Cafetaria-en salderingsregeling

WERKKOSTENREGELING 2018 (aug-dec) Van toegevoegde waarde

Werkkostenregeling SKBG

Fietsregeling gemeente Oldambt 2010

Eén van deze loonbestanddelen kan ingeruild worden voor:

Individueel Keuze Budget

CVDR. Nr. CVDR132705_1. Cafetariamodel 2012

Bijlage 1: Aanpassingen Arbeidsvoorwaardenregeling Hilversum (ARH) i.v.m. IKB

Fietsregeling 1. ALGEMENE VOORWAARDEN

Trap eens wat vaker naar je werk!

Cafetariasysteem. Flexibilisering arbeidsvoorwaarden

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

44. Doel 2. Contributie beroepsorganisaties

Toelichting Fietsregeling 2017

Regeling fiets-privé 1. Algemene omschrijving 2. Begripsbepalingen

GEMEENTE HOOGEVEEN. Aanvullende rechtspositieregeling vrijwilligers van de brandweer

Regeling cafetariamodel gemeente Steenwijkerland 2015

Toelichting Fietsregeling 2016

TOELICHTING FIETSREGELING

HEEmSkEl'k. IKB-regeling Heemskerk oktober gemeente BIVO/2016/30259 Z021FEC6901

Individueel Keuze Budget

Toelichting Fietsregeling Helder Onderwijs voor werknemers

Fiscale regeling woon- werkverkeer gemeente Oldambt 2010

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,

Fietsproject fiets van de zaak

NFP Fietsplan. de fietsregeling van Universiteit Leiden. Verzorgd door Nationale Fiets Projecten (NFP)

Fiets privé regeling. Stichting Eem-Vallei Educatief

Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden

CVDR. Nr. CVDR396358_1. Fietsplan

Werkkostenregeling/Ruilen van Arbeidsvoorwaarden

WERKKOSTENREGELING 2017 Van toegevoegde waarde

Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden

Regeling Individueel Keuzebudget gemeente Overbetuwe Onderwerp: Regeling Individueel Keuzebudget gemeente Overbetuwe 2017

Regeling uitwisseling arbeidsvoorwaarden gemeente Vught Regeling uitwisseling arbeidsvoorwaarden Gemeente Vught 2015

Cafetariaregeling Arbeidsvoorwaarden 2015 Vereniging van Scholen met de Bijbel Dr. G. van Goor te Bunschoten-Spakenburg

Heeft u interesse in een (aanvullende) reiskostenvergoeding?

Regeling uitwisseling brutoloon Kempengemeenten 2015

Nationale Fietsplan Online. de online fietsregeling van SWKGroep

Provinciaal Blad. 2013/30 Nummer Aanpassing Regeling Uitruil bruto eindejaarsuitkering voor netto reiskostenvergoeding woon-werkverkeer

PROVINCIAAL BLAD. Nr. 3332

Nationale Fietsplan. de fietsregeling van Stichting Akkoord! PO. Verzorgd door Nationale Fiets Projecten (NFP)

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gouda houdende regels omtrent het individueel keuzebudget Regeling IKB Gouda

Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden (MKSA) Bijlage B van de aanvullende ondernemingsovereenkomst arbeidsvoorwaarden

Regeling Aanvulling IKB gemeente Winterswijk 2017

VERGOEDINGEN. Krammer HE Brielle /

TOELICHTING TIJDELIJKE REGELING CAFETARIAMODEL 2011

GEMEENTE. Gemeente Lansingerland Gemeente Lansingerland

Werkkostenregeling. Versie Postbus AX Amersfoort t e.

Regeling keuzemodel arbeidsvoorwaarden voor de organisaties Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest, Zoeterwoude en Servicepunt71

IKB OFGV. OFGV wegwijzer in het IKB. I. Het IKB. VI. Fiscaal. vriendelijk verrekenen. II. Kopen van vakantie uren. van woonwerkverkeer

de Regeling Cafetariaplan personeel gemeente Bronckhorst 2015 Het College van Burgemeester en wethouders van de gemeente Bronckhorst;

Cafetariaregeling Arbeidsvoorwaarden Protestants Christelijk Onderwijs te Bunschoten Inleiding. Beste medewerker / collega,

de Regeling Cafetariaplan personeel gemeente Bronckhorst 2015 Het College van Burgemeester en wethouders van de gemeente Bronckhorst;

dat het gewenst is de CAR-UWO aan te passen in verband met de invoering van het Individueel KeuzeBudget;

IBN Fietsplan. Laat de Belastingdienst meebetalen aan je nieuwe fiets!

Cafetariaregeling Arbeidsvoorwaarden 2017 PCO Gelderse Vallei

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Werkkostenregeling 2015

Regeling fiscale uitruil 1KB

P Lokale IKB-Regeling 2017

Cafetariaregeling Arbeidsvoorwaarden

Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden

Aanpassing Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Sittard-Geleen i.v.m. invoering Individueel Keuzebudget (IKB)

Het College van Burgemeester en wethouders van de gemeente BRONCKHORST;

Cafetariaregeling Arbeidsvoorwaarden Stichting Meer Primair 2015

CAO à la Carte Regeling Vergoeding kosten van vakbondscontributie en lidmaatschappen van beroeps- of vakverenigingen

1. DEELNAMEVOORWAARDEN

Cafetariaregeling Arbeidsvoorwaarden Stichting Meer Primair 2017

Bestedingsplan Decentrale Middelen gemeente Houten 2012

Secundaire arbeidsvoorwaarden. Schoorl, september Secundaire arbeidsvoorwaarden-bro.alg-versie 3 d.d Pagina 1 van 13

Regeling vergoeding reiskosten woon-werkverkeer Gezien het voorstel van de afdeling Concernadvies van 1 december 2016;

Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant houdende regels omtrent levensloopregeling (Levensloopregeling provincies)

Geldend van t/m heden

Cafetariaregeling Arbeidsvoorwaarden 2018 Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Hoeksche Waard

GEMEENTE HOOGEVEEN. Artikel I Voor artikel 4a:1 van de CAR worden de volgende artikelen ingevoegd:

Fietsplan Onderwijsbureau Meppel

Cafetariaregeling Arbeidsvoorwaarden Stichting Meer Primair 2016

Vierde wijziging Besluit salaris, vergoedingen, toelagen en uitkeringen Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,

4a UITWISSELEN VAN ARBEIDSVOORWAARDEN

A. Algemeen beleid werkkostenregeling

Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken

PROVINCIAAL BLAD. Gebaseerd op artikel 5.14 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies 2018

Regeling fietsproject

Zesde wijziging Uitvoeringsregeling salaris, vergoedingen, toelagen en uitkeringen 2016

Cafetaria reglement 2015

PROVINCIAAL BLAD. Nr. 842 LEVENSLOOPREGELING PROVINCIES. Hoofdstuk 1 Algemeen

Negenenveertigste wijziging Arbeidsvoorwaardenregeling

De onderneming behorend tot Brocacef Groep NV waar deze regeling van toepassing is. De werknemer m/v in dienst van de werkgever

Cafetariareglement 2018

Notitie werkkostenregeling De Lichtenvoorde

Algemene toelichting op de Landelijke Dyade regeling 2018 (aanvullende) reiskostenvergoeding woon-werkverkeer zoals overgenomen door uw werkgever

Zundertse Regelgeving

Transcriptie:

GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Best. Nr. 28720 3 april 2015 Fietsregeling gemeente Best 2015 e.v. Artikel 1: Definities In deze regeling wordt verstaan onder: 1. Car-uwo: Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling van de sector gemeente en de Uitwerkingsovereenkomst. 2. Werkgever: de gemeente Best. 3. Medewerker: de ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1 eerste lid, onderdeel a van de car-uwo. 4. Bezoldiging: het bruto salaris, vermeerderd met het bedrag van de aan de medewerker toegekende vaste toelagen, niet zijnde onkostenvergoedingen. 5. Fiets: Een nieuwe fiets, al dan niet met elektrische trapondersteuning. 6. Accessoires: zaken die in direct verband staan met de fiets (regenkleding, fietsslot, fietstassen, onderhoudsbeurten e.d.). 7. Rijwielhandelaar: een -bij de kamer van koophandel ingeschreven rijwielhandelaar of webshop. 8. Fietspakket: het geheel van fiets, bijbehorende accessoires en verzekering. Artikel 2: Doel Doel van deze regeling is de medewerker in staat te stellen tot het kopen van een fietspakket teneinde het woon-werkverkeer op de fiets te bevorderen. Deze regeling biedt de mogelijkheid om afspraken te maken over een fiscaal aantrekkelijke vergoeding voor de aanschafkosten van een fietspakket. De regeling valt onder het regime de Werkkostenregeling. Artikel 3: Voorwaarden voor deelname 1. Eens per vijf jaren (60 maanden) mag de medewerker een fietspakket aanschaffen en op grond van deze fietsregeling declareren bij de werkgever. De factuurdatum van de fiets is als ingangsdatum bepalend is voor het berekenen van deze periode. Indien de medewerker al eerder heeft deelgenomen aan een fietsregeling van de gemeente Best, is de factuurdatum van de laatst aangeschafte fiets bepalend voor de termijn van 5 jaren. 2. Elk kalenderjaar mogen fietsaccessoires aangeschaft en gedeclareerd worden. 3. Medewerkers met een dienstverband voor bepaalde tijd kunnen deelnemen, mits dat dienstverband op het moment van aanschaf van de fiets nog minstens 8 maanden duurt en het fietspakket binnen de looptijd van het dienstverband kan worden afgelost. 4. Er is geen loonbeslag gelegd of sprake van schuldsanering. 5. Jaarlijks wordt een limiet voor deelname aan de fietsregeling vastgesteld, deze mag niet overschreden worden. Artikel 4: Keuze rijwielhandelaar en fiets 1. Het uitleveren van de fiets vindt plaats via een rijwielhandelaar naar keuze. 2. Er zijn beperkende voorwaarden verbonden aan de keuze van het type fiets. Artikel 5: Aanmeldingsprocedure 1. De medewerker die gebruik wil maken van de fietsregeling vraagt vooraf bij de vakgroep P&O toestemming middels het volledig ingevulde Aanvraagformulier Fiets. 2. Na toestemming gaat de medewerker naar een rijwielhandelaar en bestelt een fiets naar keuze die door de rijwielhandelaar aan hem wordt geleverd. 3. De medewerker betaalt de rekening volledig zelf aan de rijwielhandelaar. 4. De medewerker dient het volledig ingevulde Declaratieformulier Fiets in bij de vakgroep P&O en voegt hierbij: De originele factu(u)r(en). Door ondertekening van het Aanvraagformulier Fiets verklaart de medewerker in te stemmen met de bepalingen in deze regeling en bekend te zijn met de geldende voorwaarden. 5. Na indiening van het declaratieformulier fiets, plus de daarbij behorende originele facturen wordt door de werkgever de kosten van het fietspakket, tot het geldende maximum, door de financiële administratie aan de medewerker teruggestort en vindt verrekening plaats via de aangegeven bronnen in de overeengekomen periode. 1

Artikel 6: Uitruilen van het fietspakket 1. Uitruil van het fietspakket gebeurt op basis van artikel 4a:3 van de car-uwo, en vindt plaats door het afzien van (een deel van) één of meerdere brutoloonbestanddelen, conform de in de fietsovereenkomst vastgelegde afspraken. Deze fietsovereenkomst geldt als aanvulling op de aanstelling. 2. De volgende bronnen zijn inzetbaar: Geldbronnen Bezoldiging Vakantietoeslag Eindejaarsuitkering Combinatie van hierboven vermelde bronnen Tijdbronnen Bovenwettelijke vakantie-uren Extra gewerkte uren 3. De bron(nen) moeten binnen een periode van maximaal 36 maanden worden ingeleverd. 4. De minimale maandelijkse inhouding bedraagt 25 per maand. Artikel 7: Voortijdige beëindiging fietsgebruik 1. Als de medewerker binnen een periode van vijf kalenderjaren na verstrekking van het fietspakket uit dienst treedt, het fietspakket geheel of ten dele aan derden verkoopt, of door andere oorzaak niet meer in het bezit is van het fietspakket, dient de medewerker dit direct te melden aan de werkgever. 2. Medewerker is in het geval dat de ruil, zoals genoemd onder betaling van het fietspakket in artikel 6, bij voortijdige beëindiging nog niet geheel heeft plaatsgevonden, een bedrag verschuldigd ter grootte van het restantbedrag. De eventueel resterende termijnen in het kader van deze regeling worden dan verrekend in één termijn met de gekozen bron(nen) of indien dat niet mogelijk is, met het nettoloon van de medewerker. Artikel 8: Aansprakelijkheid 1. De werkgever is niet aansprakelijk voor schade die ontstaat door verlies, diefstal of beschadiging van de fiets, voor enige schade die het gevolg is van het gebruik van de fiets of voor eventuele andere gevolgen die deelname aan deze regeling voor de medewerker met zich meebrengt. 2. Alle noodzakelijke reparaties aan de fiets, die niet onder de garantie- en/of verzekeringsbepalingen vallen, zijn voor rekening van de medewerker. 3. Wanneer na verstrekking blijkt dat de medewerker de bepalingen uit dit fietsplan niet nakomt en wanneer als gevolg daarvan de Belastingdienst een naheffing oplegt, zal de medewerker een schadeloosstelling aan de werkgever betalen voor de nageheven en nagevorderde bedragen. Artikel 9: Looptijd van deze fietsregeling Deze regeling is uitdrukkelijk verbonden aan de fiscale en premierechtelijke wet- en regelgeving. Bij wijziging of opheffing van het fiscale of premierechtelijke regime zal de geldigheid van deze regeling opnieuw worden beoordeeld en al dan niet, eventueel in gewijzigde vorm, worden voortgezet. Wijzigingen zullen dan ter instemming aan de OR worden voorgelegd. Artikel 10: Hardheidsclausule en slotbepaling De werkgever beslist in gevallen waarin deze regeling niet voorziet of kennelijk onredelijk uitwerkt. Artikel 11: Ingangsdatum Deze regeling kan worden aangehaald als Fietsregeling gemeente Best en treedt met ingang van 1 april 2015 in plaats van de vorige fietsregeling. Best, 31-03-2015 A.G.T. van Aert, C.M.M. Noordman, Burgemeester Gemeentesecretaris.. TOELICHTING Algemeen: Deze regeling is een uitwerking van artikel 4a:3 car-uwo, waarin staat dat burgemeester en wethouders zgn. fiscaal aantrekkelijke regelingen kunnen treffen. In dit geval gaat het om de aanschaf van een fiets en aanverwante accessoires en fietsverzekering. Globale inhoud regeling De medewerker kan eens per vijf jaar (60 maanden) voor een bedrag van maximaal 750,00 een fiets aanschaffen bij een rijwielhandelaar. Jaarlijks kan men voor een bedrag van 85,00 accessoires aanschaffen. Daarnaast mag ook een fietsverzekering worden afgesloten. Voor die aanschaf verstrekt de gemeente de medewerker een vergoeding. Die vergoeding moet binnen een periode van maximaal 36 2

maanden worden terugbetaald. Dat kan op verschillende manieren (eventueel in combinatie): - Door verlaging van het brutoloon, en/of vakantieuitkering, en/of eindejaarsuitkering. Ook is terugbetaling via uitbetaling van bovenwettelijk verlof en/of extra gewerkte uren toegestaan. Gang van zaken in de praktijk De medewerker dient een verzoek in bij de vakgroep P&O via een aanvraagformulier. P&O beoordeelt of de aanvraag strookt met de regeling en of er nog voldoende budget is. Indien akkoord, gaat de medewerker naar een rijwielhandelaar en zoekt een fiets plus eventuele accessoires uit, en laat een factuur maken. Op de factuur moeten de naam en adresgegevens van de medewerker vermeld zijn. Een eventuele verzekering van de fiets mag de medewerker bij de rijwielhandelaar of separaat afsluiten. Ook hiervan moet een factuur, voorzien van n.a.w. gegevens gemaakt worden. De originele factu(u)r(en) en het ingevulde declaratieformulier worden ingeleverd bij P&O. P&O zorgt voor de administratieve afhandeling. De wijze van verrekenen tussen werkgever en medewerker wordt vastgelegd in een aanvulling op de aanstelling, die medewerker en werkgever ondertekenen. Artikel 2: Doel In het kader van milieu- en gezondheidsoverwegingen is het doel van de regeling, het bevorderen van het gebruik van de fiets voor het woon-werkverkeer. Onder de werkkostenregeling is het echter niet langer noodzakelijk dat de fiets voor minimaal 50% van het woon-werkverkeer wordt gebruikt. Ook het afstandscriterium van 15 kilometer enkele reis is vervallen. Artikel 3: Voorwaarden voor deelname Voorheen werden door de belastingdienst maximumbedragen gehanteerd met betrekking tot fietsregelingen. Deze bedragen betroffen: voor de fiets 749 en voor de accessoires 82. De bedragen voor de fietsverzekering werden niet gemaximeerd. Onder de werkkostenregeling schrijft de belastingdienst geen maximumbedragen voor. Om budgettaire redenen hanteert de gemeente Best wel een maximumbedrag van in totaal (afgerond) 835,00. Dit bedrag geldt voor de fiets en de accessoires tezamen. De onderlinge verhouding wordt daarbij vrij gelaten. Voor de verzekering geldt geen maximum. Lid 1: Het fietspakket bestaat uit een fiets en daarnaast eventueel accessoires en/of verzekering. Het belastingvoordeel op de fiets en accessoires tezamen is van toepassing tot het maximumbedrag van 835 (incl. BTW). Voor de fietsverzekering geldt geen maximumbedrag. Bij een totale prijs van de fiets plus accessoires boven de 835 komt de meerprijs voor rekening van de medewerker. Lid 2. In jaren dat alleen de aanschaf van accessoires is toegestaan, bedraagt het maximaal te declareren bedrag 85. Het eventuele meerdere komt voor rekening van de medewerker. Voor de aanschaf van alleen accessoires geldt dezelfde procedure als voor een compleet fietspakket. Lid 5. Per 1 januari 2015 is de werkkostenregeling (wkr) van toepassing. Binnen dit fiscale kader kan de werkgever in 2015 maximaal 1,2% van de totale fiscale loonsom besteden aan onbelaste vergoedingen en verstrekking voor de werknemers. Dit heet de vrije of forfaitaire ruimte. Binnen de werkkostenregeling is het fiscaal mogelijk om een fietsregeling aan te blijven bieden. De vergoedingen gaan dan ten laste van de vrije ruimte. Met de komst van de werkkostenregeling vervalt de eis van de fiscus aan de werknemer dat de fiets daadwerkelijk wordt gebruikt voor woon-werkverkeer. Echter, binnen de werkkostenregeling bestaat het risico op het "vollopen" van de vrije ruimte. Er zijn namelijk verschillende posten die met elkaar concurreren om een plaats in de vrije ruimte. Denk daarbij naast de fietsregeling bijvoorbeeld aan kerstpakketten, bovenmatige vergoedingen voor dienstreizen, teambuildingsuitjes en vergoedingen aan college- en raadsleden. Hierbij loopt deze 1,2% vrije ruimte voor gemeenten al snel vol. Mocht blijken dat aan het einde van het jaar deze vrije ruimte is overschreden, dan belast de fiscus het meerdere in een eindheffing loonbelasting tegen een tarief van 80%. Het college van B&W heeft besloten om deze overschrijding te accepteren, voor zover deze veroorzaakt wordt door de bestuursvergoedingen. Toch moet er voor gewaakt worden dat die overschrijding niet te hoog wordt. Om het risico op een hoge eindheffing te beperken wordt daarom een maximum gesteld aan het aantal werknemers dat jaarlijks gebruik kan maken van het fietsenplan. Dit maximum wordt bepaald op basis van de geschatte overschrijding van de vrije ruimte. In jaren waarin weinig deelname aan het fietsplan voorkomt, en daardoor mogelijk ruimte binnen het budget ontstaat, wordt uiterlijk op 1 november de regeling ook opengesteld voor medewerkers waarvan de termijn als vermeld in artikel 3, lid 1 nog niet is verstreken. Bij voldoende budget kunnen dan medewerkers die een fiets hebben van 3 jaar of ouder hun belangstelling voor deelname kenbaar maken. Afhankelijk van het budget kan dan alsnog een aantal medewerkers deelnemen. De leeftijd van de fiets is in dat geval bepalend voor de volgorde van deelname (oudste fiets eerst). Door deze werkwijze wordt mogelijk een golfbeweging voorkomen, waarbij om de vijf jaar pieken ontstaan. Artikel 4: Keuze rijwielhandelaar en fiets Lid 1: De rijwielhandelaar dient bij de kamer van koophandel ingeschreven te zijn. Lid 2: De keuze van het type fiets is in die zin beperkt, dat er geen kinderfietsen of motorisch aangedreven fietsen gekozen kunnen worden. Fietsen met elektrische trapondersteuning, ook wel E-bikes genoemd, zijn daarentegen wel toegestaan. 3

Artikel 5: Aanmeldingsprocedure 1. Het ingevulde en ondertekende aanvraagformulier wordt ter goedkeuring ingeleverd bij de vakgroep P&O. Getoetst wordt of aanvraag strookt met de regeling en of er voor het lopende kalenderjaar voldoende ruimte is binnen de vrije ruimte vanuit de Werkkostenregeling. Indien er geen vrije ruimte meer is, wordt de medewerker op de wachtlijst gezet. Zodra er weer vrije ruimte is in het lopende of het volgende kalenderjaar kunnen, op volgorde van binnenkomst, medewerkers die op de wachtlijst staan alsnog deelnemen, zij hebben voorrang op medewerkers die pas in het volgende jaar recht krijgen op deelname. Vanwege het in artikel 3, lid 5 vastgestelde maximum budget, wordt deelname aan de fietsregeling op enig moment voor de rest van dat jaar stop gezet. 1. De medewerker betaalt alle rekeningen zelf aan de rijwielhandelaar. Daarna declareert hij de kosten bij de werkgever. Na indiening van de originele facturen wordt het gedeclareerde bedrag zo spoedig mogelijk, tot het geldende maximum, via de financiële administratie terugbetaald aan de medewerker. De procedure als vermeld in artikel 5 lid 1 tot en met 4, moet binnen een tijdsbestek van 2 maanden afgehandeld zijn. Indien dit niet het geval is, wordt bij indiening van het declaratieformulier, door P&O opnieuw bepaald of er voldoende budget is. Zo ja, dan vindt vergoeding via de financiële administratie plaats. Zo nee, dan wordt de vergoeding doorgeschoven naar het volgende kalenderjaar. (Hiermee wordt voorkomen dat medewerkers al in januari een aanvraagformulier indienen, en pas in bijvoorbeeld oktober daadwerkelijk een fiets kopen, de kans bestaat dan dat het budget in de tussentijd volgelopen kan zijn.) 1.Op de factuur moet het type fiets vermeld staan en eventueel de aangekochte accessoires en/of verzekering. Facturen voor accessoires en verzekering mogen ook separaat worden ingediend. Op de factu(u)r(en) moet(en) de naam en adresgegevens van de medewerker vermeld staan en deze mag niet ouder zijn dan drie maanden. Een fietsverzekering komt alleen voor het fietspakket in aanmerking indien de premie voor de looptijd in totaal op voorhand is voldaan en deze op de factuur staat vermeld. Tevens geeft de medewerker op het formulier aan van welke brutoloonbestanddelen hij afziet in ruil voor het fietspakket (zie: artikel 6). 1.Onder de werkkostenregeling schrijft de belastingdienst niet langer voor dat de fiets door de werkgever werd verstrekt. De rekening hoeft daarom niet meer op naam van de werkgever te staan. Onder de werkkostenregeling is er geen verschil meer tussen verstrekken en vergoeden. Daarom is er voor gekozen dat de medewerker zelf de fiets aanschaft en betaalt. Dit voorkomt gedoe bij het verrekenen van de meerprijs, als de fiets plus accessoires duurder is dan 835. Bovendien vergemakkelijkt dit het aankopen van fietsen via internet. 1.De originele facturen worden bewaard bij de personeelsadministratie. Indien deze nodig zijn ten behoeve van verzekerings- of garantiedoeleinden, kunnen deze tijdelijk worden opgevraagd. Artikel 6: Uitruilen van het fietspakket Lid 1: Artikel 4a:3 vermeldt het volgende: Inhouding op bezoldiging, eindejaarsuitkering, vakantietoelage of urenvergoeding Lid 1 Het college kan op verzoek van de ambtenaar zijn bezoldiging als bedoeld in artikel 3:1, zijn eindejaarsuitkering als bedoeld in artikel 3:6, zijn vakantietoelage als bedoeld in artikel 6:3 of zijn vergoeding als bedoeld in artikel 4a:1, vijfde lid, verlagen voor door het college vastgestelde bestedingsmogelijkheden. Lid 2 Bij regeling van het college kunnen voor de uitvoering van het bepaalde in het eerste lid nadere voorschriften worden gesteld. Inzet bezoldiging: Een tijdelijke verlaging van de bruto bezoldiging bij deelname aan het Fietsplan heeft geen gevolgen voor de opbouw van pensioen. Wel heeft de verlaging van bruto salaris consequenties voor een aantal andere looncomponenten en inkomensafhankelijke toeslagen, zoals: - eindejaarsuitkering; - vakantietoelage; - overwerkvergoeding - overige toelagen die uitgedrukt worden in een percentage van het bruto loon - loondoorbetaling bij ziekte; - WIA-uitkering; - Suppletie; - WW-uitkering; - ZW-uitkering. De verlaging van het brutosalaris kan ook consequenties hebben voor inkomensafhankelijke toeslagen, zoals huurtoeslag, zorgtoeslag en de rijksbijdrage voor kinderopvang. Deze toelagen worden door de belastingdienst toegekend naar aanleiding van de belastingaangifte van de medewerker. De eventuele tijdelijke verlaging van het salaris kan niet leiden tot een salaris dat lager is dan in de Wet Minimumloon en Minimum Vakantiegeld is bepaald. 4

De medewerker verklaart bij het ondertekenen van het declaratieformulier fiets, tevens op de hoogte te zijn van de gevolgen die kunnen optreden als gevolg van verlaging van het bruto salaris. Inzet verlof-uren: Voor uitruil komt in aanmerking, de vergoeding voor: bovenwettelijk verlof, eventuele ADV-uren en extra gewerkte uren. In afwijking van artikel 4a:1 car-uwo hoeft de aanvraag voor het verkopen van uren t.b.v. een fietspakket niet perse vóór 1 november plaats te vinden. In artikel 4a:3 staat expliciet vermeld dat de vergoeding voor uren in aanmerking komt voor uitruil tegen een fiets. Dit betekent dat de uren via het salaris worden uitbetaald en gelijktijdig de inhouding fietsregeling wordt toegepast. Uiteraard worden verkochte uren in mindering gebracht op de verlofkaart. De waarde van een verlof-uur is gebaseerd op de bruto bezoldiging (als bedoeld in artikel 3:1 car-uwo) van de maand januari van het kalenderjaar waarop het verzoek betrekking heeft. Artikel 8: Aansprakelijkheid De fiets en de bijhorende accessoires zijn vanaf het moment van aankoop eigendom van de medewerker. Beschadiging, diefstal e.d. zijn voor rekening en risico van de medewerker. Het is niet verplicht een verzekering af te sluiten. Dit wordt wel ten zeerste aangeraden. Bij tussentijds verlies of diefstal blijft de termijn van 5 jaar, als bedoeld in artikel 4 lid 1, gehandhaafd. 5