HET GAAT BEST GOED MET CULTUUREDUCATIE OP DE BASISSCHOOL Het aanbod van het cultuuronderwijs op de basisschool is om te huilen, concludeerde Volkskrant-journalist Karolien Knols afgelopen december in een spraakmakend artikel. Scholen en cultuurinstellingen boos, handige zzp ers twitterden dat kinderen bij hun in ieder geval wél goede muzieklessen krijgen. Maar is het wel zo treurig gesteld met ons onderwijs? Je moet ons niet wegzetten als het achterlijke neefje van Europa. MEST ging via Facebook en Twitter op zoek naar opvallende kinderkunst. Dat hebben we geweten. Op deze en de volgende pagina s een selectie. Aquarel hier rechts is gemaakt door Tom Overweel (toen 4 jaar), zoon van illustrator Martyn F. Overweel. 48 MEST nr 5
MEST nr 5 49
Stoel van Abel (toen 9 jaar), zoon van Petra Servaes (gezondheidszorgpsycholoog Radboud UMC). Tekening van Toon (9 jaar), zoon van Francine Bardoel, hoofdredacteur van Univers. Maanmannetje van Dot (6 jaar), dochter van Daniëlle Schaffelaars (illustrator). rots gaf de buurjongen (6) me afgelopen kerst een zelfgemaakt schilderij. Hij had rode, groene en roze vakken geschilderd en geprobeerd binnen strakke lijnen te kleuren. Net als Mondriaan, zei hij achteloos, waarna hij wegliep om verder te spelen met zijn nieuwe auto. Na wat doorvragen, bleek dat de juf hem op school had verteld over de schilder. Ze had schilderijen laten zien en daarna mocht hij zelf zo'n kunstwerk maken. Mijn buurjongetje snapte niet waarom ik zo verbaasd was. Zal ik het je leren? Er is niks aan. Bak met geld In 2012 presenteerde het ministerie van OCW het programma Cultuureducatie met Kwaliteit. Een stimuleringsregeling die tot 2016 tachtig miljoen beschikbaar stelt voor kwalitatief goed cultuuronderwijs op de basisschool. Hoewel onderwijs suggereert dat lagere scholen aanspraak kunnen doen op de regeling, is dat niet zo. Scholen kunnen niet zelf een aanvraag doen, culturele instellingen wel. Zij ontwikkelen vervolgens programma's, veelal in samenwerking met scholen. Het is een aardig steuntje in de rug, dat scholen de kans biedt kunst- en cultuureducatie naar een (nog) hoger plan te tillen. Ook Kunstbalie, het expertisecentrum voor cultuureducatie en amateurkunst in Noord-Brabant, deed een beroep op de regeling. Het centrum introduceerde samen met Erfgoed Brabant in 2013 De Cultuur Loper, een programma waarmee scholen (online) ondersteuning en advies krijgen over het versterken van hun cultuurprogramma. Volgens de bedenkers geen overbodige luxe. Doordat gediplomeerde vakleerkrachten Beeldende Vorming zijn wegbezuinigd, moeten de groepsleerkrachten op de basisschool tegenwoordig van alle markten thuis zijn. Voor sommige docenten is dat geen probleem, maar scholen in achterstandsgebieden of met speciale kinderen in hun klas (u weet wel: de rugzakjes) hebben wel wat anders aan hun hoofd. Zij moeten al hun aandacht richten op lezen en schrijven, kunst- en cultuuronderwijs schiet er dan wel eens bij in. Dat betekent dat de ene school maandelijks naar het museum gaat en de andere het houdt bij een middagje herfstbladeren plakken. Is dat erg? Soms wel. Als een school het bijvoorbeeld anders wil, maar de mogelijkheden niet heeft. Voor dat soort scholen kan De Cultuur Loper een oplossing zijn. Maar de regeling is ook bedoeld voor scholen die al veel verder zijn. Petra Levert van Kunstbalie: We hebben er expliciet voor gekozen om te starten met scholen die de ambitie hebben om cultuureducatie beter in hun onderwijs te verankeren. Niet het niveau waarop ze nu zitten, maar het feit dát ze stappen vooruit willen zetten, is bepalend geweest voor hun deelname. Alle scholen mogen dus meedoen, ook zij die al heel ver zijn met kunst - en cultuureducatie. Geen rigide sturing En die zijn er genoeg. Hoewel de stimuleringsmaatregel van het ministerie lijkt te suggereren dat de cultuureducatie wel wat hulp kan gebruiken, moeten we niet denken dat het zo slecht gaat in Nederland. Volgens Volkskrant-journalist Karolien Knols lopen we achter op de rest van Europa, maar dat valt wel mee. Wie zich verdiept in enkele onderzoeken 50 MEST nr 5
Schilderij van Mirthe Trieling (11), dochter van Marieke Trieling. Tekening van Tina de Leijer (9 jaar), dochter van tekenaars Jeroen de Leijer en Marjolein Schalk. Zandsculptuur van Ravi (9), kleinzoon van kunstschilder JCJ Vanderheyden. kan zelfs optimistisch zijn. Al voordat de miljoenen subsidie vrij kwamen, wezen wetenschappers erop dat we het best goed doen. In opdracht van de Europese Commissie verscheen in 2009 een groot onderzoek naar kunsteducatie in Europa. De onderzoekers stelden vast dat een rigide nationale sturing in Nederland ontbreekt, waardoor scholen niet verplicht worden om een aantal uur aan kunst- en cultuuronderwijs te besteden. Wat geen negatieve gevolgen hoeft te hebben. Die vrijheid kan er namelijk ook toe leiden dat scholen zich vrij voelen om álle kunstvormen te onderwijzen en zich niet beperken tot een verplicht rijtje. Nederland loopt voorop Daarnaast worden Nederlandse scholen, net als in sommige andere landen, aangemoedigd om met hun leerlingen naar het museum of theater te gaan. Dat is anders in sommige Oost-Europese landen, waar geen samenwerking is tussen musea en scholen. Nederland loopt samen met Vlaanderen en Denemarken voorop in het stimuleren van samenwerkingen tussen scholen en instellingen voor extra activiteiten, buiten het reguliere curriculum om. We lopen voorop Dat klinkt dus helemaal niet zo slecht. Tot die conclusie kwam Anne Bamford, professor aan de University of the Arts in London, in 2007 ook al. Ze deed onderzoek naar kunst- en cultuureducatie in ons land en concludeert dat het niveau hoog is. Ook de culturele vorming staat verhoudingsgewijs internationaal gezien op een hoog peil. Folkert Haanstra, bijzonder hoogleraar cultuureducatie en cultuurparticipatie aan de Universiteit Utrecht: Ze noemde ons zelfs 'potentially leading'. Het beeld dat Knols van de Nederlandse situatie schetst in haar artikel is veel te negatief. Je moet ons niet presenteren als het achterlijke neefje van Europa. Ook als je kijkt naar de mate van cultuurdeelname doen we het in vergelijking met de rest van Europa helemaal niet slecht. Dat is deels te danken aan het onderwijs. Maar: er zijn grote verschillen Gaat alles dan goed? Nou nee. Zoals gezegd zijn er grote verschillen tussen scholen. Wanneer dat een vrije keuze is, hoeft dat niet erg te zijn. Het Nederlandse onderwijssysteem wordt gekenmerkt door een grote mate van vrijheid. We hebben geen nationaal curriculum, ook niet voor rekenen en taal. Zoals uit het Europese onderzoek bleek, kan dit positieve gevolgen hebben. Maar uiteraard zit er ook een andere kant aan. Scholen kunnen het zich permitteren nauwelijks iets aan cultuuronderwijs te doen, daar wordt op dit moment niet op gecontroleerd. Volgens Haanstra is dat een zwakte in ons systeem. De onderwijsinspectie controleert van alles, maar kunst- en cultuureducatie hoort daar niet bij. Ook de bedenkers van De Cultuur Loper worstelen daarmee. Kunstbalie en Erfgoed Brabant zijn daarom nu druk bezig meerdere instrumenten te ontwikkelen die de diverse culturele vermogens bij leerlingen kunnen toetsen en stimuleren. Zij zijn blij met de nieuwe financiële middelen van het Rijk. Vroeger kon ieder kantklosmuseum of creatief-met-kurk-instelling subsidie krijgen, als ze er maar het predicaat educatie op plakten. De nieuwe regeling van het ministerie is een stuk strenger en zinvoller. Tera Uijtdewilligen van Erfgoed Brabant: Er zit nu veel meer controle op de besteding van het geld. Vroeger kon iedereen die iets met educatie deed, geld MEST nr 5 51
Tekening van Carel (7 Jaar), zoon van kunstenaars Roel Sloot en Ulrike Doszmann. krijgen. Uiteindelijk werd helemaal niet getoetst of leerlingen er ook echt iets aan hadden. Dat is nu anders. Wakker worden Ook Haanstra is blij met dit programma, maar ziet nog wel een verbeterpunt. De regeling komt van het ministerie van OCW, maar is geïnitieerd vanuit het departement Cultuur. En dat zien we veel vaker. De C-poot trekt er binnen het ministerie veel harder aan. Culturele instellingen ontwikkelen bijvoorbeeld nu weer veel aanbod, terwijl onderwijs ook wel eens wakker zou mogen worden. Dat alle vakleerkrachten Beeldende Vorming zijn wegbezuinigd, lijkt me bijvoorbeeld een punt van aandacht. O mag best wel eens vaker op de koffie bij C om die dingen bespreekbaar te maken en samen op te trekken. Een voorbeeld van een school waar het al heel goed gaat, is De Bron in Den Bosch. De christelijke basisschool is bijzonder actief op het gebied van kunst en cultuur en maakt die ook toegankelijk voor kinderen van andere scholen. Twee jaar geleden organiseerde de school bijvoorbeeld voor het eerst de Pythische Spelen, de culturele tegenhanger van de Olympische Spelen. Directeur Marco Meima: Een groot cultureel evenement waar het niet zozeer gaat om te winnen, als wel om de aanraking met allerlei vormen van kunst en cultuur. Kinderen uit Den Bosch en omliggende dorpen kunnen kiezen uit beeldende kunst, muziek, taal, dans en theater. En wie niet van wedstrijden houdt, kan ook vrijblijvend aan workshops meedoen." Gratis aan de slag Van zulke initiatieven wordt Joke Backx van het Stedelijk Museum in Den Bosch vrolijk. Het hoofd Publiekszaken werkt intensief samen met scholen en onderzoekt een mogelijke samenwerking tussen het museum en De Cultuur Loper. We merken dat sommige scholen al heel ver zijn, maar hier komen ook kinderen die helemaal niet gewend zijn aan kunst- en cultuuronderwijs. Iedere zondag kunnen kinderen gratis naar het museum, wordt er naar kunst gekeken en gaan ze zelf aan de slag. Dan zie je meteen voor welke kinderen dit nieuw is. Zij vinden het lastiger iets op papier te krijgen; ideeën te vertalen in beeld. Kinderen die dat wekelijks op school doen, vinden dat veel gemakkelijker. Regelmatig zorgen de workshops in het museum voor enthousiasme bij ouders en kinderen. Backx' ogen beginnen te schitteren wanneer ze vertelt over een kind dat wat schuchter binnenkwam. Ze leefde die zondagmiddag helemaal op. Haar ouders vertelden later dat ze dyscalculie en dyslexie heeft en dat ze op school moeilijk meekomt. Hier voelde ze eindelijk eens dat ze best ergens goed in is. Tekst Mijke Pol ZO MOEILIJK IS HET NIET We kunnen heel ingewikkeld doen over kunsteducatie, maar zo moeilijk hoeft het niet te zijn. Joke Backx van het Stedelijk Museum 's-hertogenbosch (SM'S) heeft een gratis tip (kost je dagelijks maar vijf minuten lestijd): Al zou je als leerkracht maar iedere ochtend vijf minuten met je klas naar een schilderij kijken. Dan heb je na acht jaar basisschool zo'n ontzettende rijkdom aan kunst gezien! Voor scholen die méér willen doen, bezoek de site van De Cultuur Loper (www.decultuurloper.nl) of die van het SM'S (www.sm-s.nl). 52 MEST nr 5