Tabel PREZO VV&T: Indicatorenset 2010 - indicatorenset mei 2012 Per indicator uit KK 2010 is bekeken welke wijzigingen er ten opzichte van de indicatorenset mei 2012 zijn en welke effecten dit heeft op de bijbehorende PREZO VV&T prestaties. Met deze tabel kan gekeken worden of uitkomsten van de indicatorenset mei 2012 (met vervallen en gewijzigde indicatoren) een ander beeld geeft ten aanzien van de prestaties dan de indicatorenset van 2010. De grijs gearceerde rijen betreffen de ZI indicatoren. Indicator 2010 (oud) Indicator mei 2012 (nieuw) Wijziging PREZO VV&T prestaties 1.1 De mate waarin cliënten of lichamelijke verzorging 4.5 Effect van zorg op iemands leven: De mate waarin cliënten of (lichamelijke) verzorging ZT Verplaatst naar onderdeel van mentaal welbevinden; CQ vragen vervallen; alleen ZT! s D4.1.1; D4.1.2, D4.2 1.2 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers goede maaltijden 2.1 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers goed wooncomfort 2.2 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers goede sfeer 2.3 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers goede privacy (en woonruimte) Indicator 1.1 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers goede maaltijden Indicator 2.2 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers goede schoonmaak Indicator 2.1 De mate waarin cliënten en vertegenwoordigers prettig met elkaar omgaan Indicator 2.4 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers goede privacy Indicator 2.3 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers vrijheid bij de inrichting van de woonruimte CQ vraag vervallen D4.3 CQ vragen vervallen; toegespitst op omgang met elkaar Indicator is gesplitst in privacy en woonruimte Indicator specifiek over inrichting is toegevoegd D1.4 D1.4 s D1.1 en D1.4 s D1.4 2.4 De mate waarin cliënten of Indicator 7.5 De mate waarin cliënten Verplaatst naar s 2012, Stichting Perspekt, keurmerk in de zorg 1
vertegenwoordigers een veilige woonleefomgeving 3.1 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers goede mogelijkheden voor dagbesteding en participatie aan de samenleving 3.2 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers goede zelfstandigheid/ autonomie veiligheid VV 3.1 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers een zinvolle dag zorginhoudelijke kwaliteit en veiligheid; 1 CQ vraag overgebleven; Alleen VV van toepassing vervallen; Is niet meer op ZT van toepassing; Geen aparte indicator meer; een CQ vraag is onderdeel geworden van indicator 4.5; D1.3, D1.5 en V 2.4 s D1.2 en D2.2 Effect op de prestaties D2.1, D2.2, D3.1, D3.2 en V1.2 4.1 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers goede mentale ondersteuning 5.1 De mate waarin cliënten of professionaliteit (en veiligheid) in de zorgverlening 5.2 De mate waarin cliënten of bejegening -TZ 5.3 De mate waarin cliënten of 4.3 Respect voor mensen: Ervaren bejegening: De mate waarin cliënten of bejegening 5.4 De mate waarin cliënten of kwaliteit van zorg 4.3 Respect voor mensen: Ervaren bejegening: De mate waarin cliënten of bejegening 5.4 De mate waarin cliënten of kwaliteit Veel CQ vragen zijn komen te vervallen; Onderdeel mentaal welbevinden is in 4 indicatoren opgesplitst Indicator is gesplitst in kwaliteit en inspraak; CQ vragen zijn komen te vervallen; Is onderdeel geworden van thema mentaal welbevinden; vervallen Op 1 vraag na is deze indicator komen te Effect op de prestaties D3.1, D3.2, D3.3, D4.1.1, D4.1.2 Effect op de prestaties D1.3, D1.5, D4.2, V1.1, V1.3, V2.4 Heeft effect op prestaties D1.1, P2.1, P2.2, V1.2 Heeft effect op de prestaties D1.1, D1.2, 2012, Stichting Perspekt, keurmerk in de zorg 2
betrouwbaarheid van de zorgverleners PG-ZT 6.1 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers een goed zorgleefplan 6.2 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers goede inspraak en goed overleg 6.3 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers goede informatie 6.4 De mate waarin cliënten of bereikbaarheid (en communicatie ) 6.5 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers goede samenhang in de zorg ZT 6.6 De mate waarin cliënten of vertegenwoordigers voldoende beschikbaarheid van personeel (en continuïteit) 6.7 De organisatorische eenheid kan aantonen dat voor de functie verblijf gecombineerd met van de zorgverleners vervallen D4.2, V1.3 Geen indicator Is komen te vervallen Heeft effect op de prestaties P1.1 en P1.2 6.1 de mate waarin cliënten of vertegenwoordigers een goed inspraak 6.2 De mate waarin cliënten of informatie 5.1 De mate waarin cliënten of kwantiteit van de zorgverleners 5.2 De organisatorische eenheid kan aantonen dat voor de functie verblijf vervallen; CQ vragen onderdeel geworden van indicator informatie; CQ vragen uit indicator 5.1 (KK2010) vervallen Ook CQ vraag uit 6.2 (KK2010) CQ vraag over bereikbaarheid is opgenomen in indicator 6.2 informatie CQ vraag over samenwerking andere hulpverleners opgenomen in indicator 5.4 vervallen CQ vraag naar onderdeel bejegening CQ vraag naar onderdeel informatie Heeft effect op de prestaties D4.2, P1.1, P1.2 en P2.1 s D1.2, P2.1 en P2.2 s D1.2 en P2.1 V2.5 s V1.1 en V2.2.1 Effect op de prestatie V2.2.1 2012, Stichting Perspekt, keurmerk in de zorg 3
verpleging en/ of behandeling 7x24 uur een BIG geregistreerde verpleegkundige bereikbaar is die binnen tien minuten ter plaatse kan zijn 6.8 De organisatorische eenheid kan aantonen dat voor de functie verblijf gecombineerd met verpleging en/ of behandeling 7x24 uur een arts bereikbaar en oproepbaar is: deze arts reageert binnen tien minuten en kan binnen 30 minuten ter plaatse kan zijn 6.9 De organisatorische eenheid kan aantonen dat het een cyclisch scholingsbeleid heeft op voorbehouden handelingen en risicovolle handelingen en dat door middel van een praktijktoets is getoetst of medewerkers die voorbehouden en risicovolle handelingen uitvoeren hierin bekwaam zijn 7.1 a. Risicosignalering - uitvoering: Percentage cliënten bij wie uit het zorgleefplan blijkt dat een risicosignalering is gedaan op de zorgproblemen huidletsel, ondervoeding /overgewicht, vallen, problemen medicatiegebruik, depressie en incontinentie b. Risicosignalering - opvolging: Percentage cliënten bij wie uit het zorgleefplan blijkt dat een risicosignalering is gedaan op de betreffende zorgproblemen en bij wie naar aanleiding van verhoogd risico adequate opvolging heeft plaatsgevonden gecombineerd met verpleging en/ of behandeling 7x24 uur een BIG geregistreerde verpleegkundige bereikbaar is die binnen tien minuten ter plaatse kan zijn 5.3 De organisatorische eenheid kan aantonen dat voor de functie verblijf gecombineerd met verpleging en/ of behandeling 7x24 uur een arts bereikbaar en oproepbaar is: deze arts reageert binnen tien minuten en kan binnen 30 minuten ter plaatse kan zijn 7.1 a. Risicosignalering - uitvoering: Percentage cliënten bij wie uit het zorgleefplan blijkt dat een risicosignalering is gedaan op de zorgproblemen huidletsel, ondervoeding /overgewicht, vallen, problemen medicatiegebruik, depressie en incontinentie b. Risicosignalering - opvolging: Percentage cliënten bij wie uit het zorgleefplan blijkt dat een risicosignalering is gedaan op de betreffende zorgproblemen en bij wie naar aanleiding van verhoogd risico adequate In de indicatorenset 2012 is hierover geen indicator meer opgenomen Effect op de prestatie V2.2.1 Heeft effect op prestaties V1.1 en V2.2.2. In de prestaties D3.3, D4.1.1, D4.1.2, D4.1.3, D4.1.4, D4.1.5, D4.1.6, D4.1.8 indicator 7.1a en 7.1b handhaven 2012, Stichting Perspekt, keurmerk in de zorg 4
opvolging heeft plaatsgevonden 7.2 Percentage cliënten met huidletsel - Effect op de prestatie D4.1.3 7.3 Percentage cliënten dat volgens de SNAQ een verhoogd risico heeft op ondervoeding/ onbedoeld gewichtsverlies 7.4 Percentage cliënten dat in de afgelopen dertig dagen te maken had met een valincident 7.5 Percentage cliënten dat in de afgelopen dertig dagen te maken had met een medicijnincident 7.6 Percentage cliënten dat in de afgelopen zeven dagen antipsychotica gebruikte 7.7 Percentage cliënten dat in de afgelopen drie dagen symptomen van depressie vertoonde 7.8 Percentage cliënten dat een paar keer per week of elke dag incontinent is van urine/ betrokkenheid diagnose 7.9 Percentage cliënten dat één of meer symptomen van probleemgedrag vertoonde 7.10 prevalentie:percentage cliënten bij wie in de afgelopen 30 dagen een onrustband, een tafelblad of diepe stoel als vrijheidsbeperkende maatregel is toegepast Beschrijving: Percentage cliënten bij wie de toepassing van deze vrijheidsbeperkende maatregelen beschreven is in het zorgleefplan; Effectevaluatie: Percentage cliënten bij wie het effect van deze vrijheidsbeperkende maatregelen is geëvalueerd en vastgelegd in 7.2 Percentage cliënten dat in de afgelopen dertig dagen te maken had met een valincident 7.3 Percentage cliënten dat in de afgelopen dertig dagen te maken had met een medicijnincident 4.2 Leven in vrijheid: Percentage cliënten dat in de afgelopen zeven dagen antipsychotica gebruikte 4.4 Percentage cliënten dat in de afgelopen drie dagen symptomen van depressie vertoonde 7.4 Percentage cliënten dat één of meer symptomen van probleemgedrag vertoonde 4.1 Prevalentie:Percentage cliënten bij wie in de afgelopen 30 dagen een onrustband, een tafelblad of diepe stoel als vrijheidsbeperkende maatregel is toegepast VV Valt onder thema mentaal welbevinden Valt onder thema Mentaal welbevinden Onder thema leven in vrijheid en alleen onderdeel prevalentie D4.1.4 D4.1.5 D4.1.6 D4.1.6 D3.3 D4.1.8 D3.3 D4.1.9 2012, Stichting Perspekt, keurmerk in de zorg 5
het zorgleefplan; Afbouw onrustband: Percentage cliënten met een onrustband, bij wie afbouw mogelijk is 7.11 De organisatorische eenheid kan aantonen dat zij preventiebeleid heeft op vrijheidsbeperkende maatregelen 7.12 De mate waarin vertegenwoordigers een goede respectering van de rechten met betrekking tot vrijheidsbeperkingen 7.13 De organisatorische eenheid kan aantonen dat zij een hitteprotocol heeft dat is afgestemd met de cliëntenraad 7.14 De organisatorische eenheid kan aantonen dat zij een risicoanalyse heeft opgesteld om vitale functie- en zorgprocessen te kunnen opvangen bij uitvallen van de stroom D4.1.10. D4.19 V2.4 V2.4 2012, Stichting Perspekt, keurmerk in de zorg 6