Sint Joris te Alphen aan den Rijn. Memoriam ). In Mei 1918 verspreidde zich door Alphen de treurige tijding: Sint Joris zal niet langer blijven bestaan; hij is aangekocht door een vereeniging, die aldaar een Christelijke Burgerschool zal stichten. Een treurige tijding! Niet om hetgeen ervoor in de plaats treedt. In deele! Wij zijn gelukkig onbevooroordeeld genoeg om de stichting der nieuwe H.B.S. al is de richting, waarin geleerd wordt, niet de onze met een welgevallig oog aan te zien. Waar het helaas! maar al te veel op de R. H.B.S. gebeurt, dat de bloem van onze jongelingschap aan kerk en godsdienst den rug toekeert, daar moest noodwendig een instituut als boven worden opgericht, waar althans beproefd wordt de belangstelling voor de religie te wekken.
83 Neen, het was droevig nieuws om wat voor altoos van ons heenging: het oord, waar wij aangename uren gesleten hebben in de gezellige zaaltjes daarbinnen en in den heerlijken tuin aan den Rijn. Het was geen oord van grove uitspattingen, van brasserij en dronkenschap. Het was een plaats van genoeglijk samenzijn. Wat kon het er aardig zijn, in de groote met vlaggendoek versierde zaal als de kamer er speelde voor een steeds belangstellend publiek. Of als er een zangkoor met ongeschoolde stemmen zijn liederen ten gehoore bracht. In die groote zaal hielden de onderwijzers uit het arrondissement Woerden hun vergaderingen onder voorzitterschap van hun schoolmonarch, die zich wàt gewichtig gevoelde. Menig onderwerp werd daar behandeld, dat niemand schelen kon; menige stelling met aplomb verdedigd, die den anderen dag precies tegenovergesteld in de school werd toegepast. Maar de gezellige omgeving, waarin men elkaar terugvond, maakte alles goed. In die groote zaal hebben tal van deftige familiën te midden van familie en vrienden en onder het genot van het beste wat Alphen opleverde, hun eersten huwelijksavond doorgebracht. Studentengezelschappen vierden er hun diës natalis met gloeiende toosten en even gloeiende koppen. Politieke gingen hielden er hun bijeenkomsten, waarbij geduchte rookwolken uit pijp en sigaar den redenaar een olympische tint verleenden. In de dansclubs leerde ieder Alphenaar, thans met den ernst op het gelaat en de haren met een weinig grijs doorsprenkeld.
84 op schuchtere wijze zijn en zijn eerste passen. Inderdaad een rijke verscheidenheid van tafreelen, waarop het oog van Koningin Wilhelmina staarde, wier beeltenis ter herinnering aan de heuchelijke gebeurtenis van het jaar 1898 die zaal was aangebracht. Een even aardigen aanblik bood de gezellige koffiekamer aan den Rijn, al ging hier alles petit Menig alleenloopend gezel of eerwaardig celibatair zocht daar troost voor zijn eenzaamheid. Was het alleen materiëel genot dat de bezoekers hier bij elkander bracht? Neen! Behalve de politiek van gemeente, en buitenland, werden daar allerlei zaken besproken. Stellingen werden opgeworpen en met vuur bestreden als verdedigd. Men leverde elkander spiegelgevechten van vernuft, men leerde er oefenen, beantwoorden en, wat meer zegt, verdragen. En al was nu ook soms het onderwerp van luttele beteekenis: men leerde een zaak van verschillende kanten bezien en zich voor eenzijdigheid hoeden. Menigeen, die thans zijn bestuursfunctie met waardigheid vervult, heeft hij dit althans met de hand op het hart zou willen bekennen in dit opzicht veel aan St. Joris te danken. Sint Joris, in 1620 gesticht op de plaats waar vóór den dorpsbrand van 1619 een oliemolen had gestaan, heeft steeds een goeden naam gehad. Werd
85 het vanouds. het voornaamste logement uit Alphen en omgeving genoemd: in 1712 was Lord Strafford, ambassadeur op de vredesonderhandelingen zóó voldaan over zijn verblijf, dat hij aan de herberg zijn wapen schonk, omgeven door de Orde van den Kouseband. In het midden der eeuw logeerde er de Alleenheerscher aller Russen. Zooals oudere schrijvers de studenten steeds naar den laten trekken, zullen latere letterkundigen wij zijn er van overtuigd in hun werken den Sint Joris aanhalen. Dien roem dankt dan St. Joris voornamelijk aan de Hollandiafeesten, elk jaar in Juni gehouden. Dan rees op den koepel de standaard van Hollandia, lagen talrijke boeien, gieken en andere voor het hotel gemeerd, waren alle kamers meer dan bezet en gaf Adam met zijn moniekapel concert in den tuin. In de groote zaal was de feestdisch gespreid, waarop menige toost werd ingesteld, óók op het degelijke, gastvrije hotel en op zijn eigenaar, den Heer J. M. van der Sande. sont passes ces jours de fête, voor altijd! Zij zullen echter in onze herinnering leven en onafscheidelijk blijft daaraan den naam van der Sande verbonden. Voor zijn goede, degelijke leiding zij het ons vergund als is hij nog onder de levenden hem hier een welverdiend eeresaluut te brengen! W. M. C. REGT.