Vlaak 12, 8321 RV Urk, Tel: 0527-684141 Fax: 0527 684166 Email: visned@visned.nl Website: www.visned.nl Aan: de leden van VisNed, Urk, 29 januari 2016 David Ras, nieuwe medewerker VisNed stelt zich voor. Omdat ik intussen alweer een aantal weken werkzaam ben bij VisNed werd mij gevraagd iets te schrijven voor de nieuwsbrief om me op die manier aan jullie voor te stellen. Mijn naam is David Ras en sinds begin januari ben ik de nieuwste medewerker van VisNed. Ik heb hiervoor Kust- & Zee-management gestudeerd aan Hogeschool VHL in Leeuwarden. Voor die opleiding heb ik stage- en afstudeeropdrachten gedaan bij de Vissersbond, het LEI, en bij de NVWA om ervaring en kennis op te doen m.b.t. de visserijsector. Tijdens die opdrachten heb ik dus vanuit drie verschillende perspectieven naar de sector kunnen kijken: vanuit de kant van de belangenbehartiging, het onderzoek en de handhaving. Met die opgedane kennis op zak, en de recente ontwikkelingen in het oog houdend, denk ik dat er met een functie bij VisNed een interessante uitdaging voor me in het verschiet ligt. Mijn vaste standplaats is het kantoor van de PO Urk. Voor diegenen van jullie die daar komen en me nog niet kennen; ik zit om de hoek bij Geert, dus vraag me gerust eens van wie ik ur iene bin om kennis te maken. Daarnaast ben ik ook regelmatig in IJmuiden te vinden. Momenteel ben ik vooral bezig met het ondersteunen van Jurgen Batsleer en Wouter van Broekhoven met de MSC puls aanvraag. Andere zaken waarmee ik me bezig ga houden spelen vooral op het gebied van sociale en technische zaken, veiligheid en visserijbeleid. Ik verwacht vanuit deze positie een nuttige bijdrage aan de sector te kunnen leveren en ik hoop dan ook op een prettige samenwerking. (Ik ben per email te bereiken via dras@visned.nl en telefonisch op 0527-684141 of 06-13774213). Dood in de pot door psychologische impact van de Aanlandplicht. De Aanlandplicht is een slechte en onbegrijpelijk beleidsmaatregel. Maar naast het feit dat de Aanlandplicht in haar pure vorm niet uitvoerbaar, niet naleefbaar en niet handhaafbaar is, vormt de onzekerheid die ze bij varende vissers creëert eigenlijk het allergrootste probleem. Er is bereidheid tot innoveren, er is bereidheid tot investeren, maar bij veel vissers is de onzekerheid heel groot. Deze onzekerheid als gevolg van de Aanlandplicht is te groot om met enig realisme innovatieve investeringen verder uit te werken. Verder heeft dit tot gevolg dat visserijbestuurders slechts met grote moeite van hun achterban verplichtingen voor projecten mogen aan gaan. Dat realiseren beleidsmakers en politici zich in onvoldoende mate! De Aanlandplicht kan tot een bepaalde vorm van gelatenheid leiden die te vergelijken is met een burn out. Dat is geen dramatiek, 1
dat is realiteit! Deze constateringen zijn voor ons als VisNed team een stimulans om ons nog harder in te zetten op het dossier Aanlandplicht. Immers als we kijken naar de visbestanden en de vooruitzichten zouden we juist allemaal vol gas moeten kunnen geven. Dat willen wij toch bereiken door enerzijds innovatie in selectievere tuigen, maar vooral door het toepassen van uitzonderingen op overleving zicht op een praktisch werkbare situatie ontstaan. Dan zal dit weer leiden tot perspectief waarbij vissers hun gedachten over innoveren en investeren in duurzaamheid, in nieuwbouw en grootschalige renovatie weer de nodige ruimte durven te geven. Want innoveren en investeren in de sector om verder te verduurzamen is nu mogelijk en het is nodiger dan ooit! Kottersector wil vernieuwen maar banken en fiscus belemmeren dat Het is geen geheim dat 2015 voor de kottersector, gemiddeld genomen, een goed jaar is geweest. De vooruitzichten voor 2016 zijn ook gunstig en zelfs een voorzichtig doorkijkje naar 2018 laat prachtige visbestanden zien en brandstof die nu (voor de toekomst) al niet te duur ingekocht kan worden. Er wordt, na een flink aantal magere jaren, gelukkig eindelijk weer geld verdiend. De bedrijven krijgen weer wat vet op de botten. Steeds vaker horen we geluiden over vlootvernieuwing, want de schepen die nu ingezet worden zijn relatief oud. Maar een bekende dichtregel zegt: tussen droom en daad staan wetten in de weg en praktische bezwaren. Zo ook bij de ideeën over vlootvernieuwing. Elders schreven we over de invloed van de Aanlandplicht. Maar er zijn ook twee hele grote praktische problemen: de bancaire financiering en de fiscale druk. Nu er verdiend wordt is de fiscale druk (te) hoog, waardoor het te lang duurt eer de financiering rond kan komen. Wij vinden dat daar wat aan gedaan moet worden! Daarom gaan we vanuit VisNed bij overheid, in de politiek en bij de banken aandacht vragen voor dit probleem en op zoek naar oplossingen. NSAC werkt aan lange termijn beheerplan garnalenvisserij. Op dinsdag 19 januari jl. vergaderde de NSAC-focusgroep garnalen in Utrecht, onder voorzitterschap van Pim Visser. In deze vergadering heeft de MSC-garnalenwerkgroep van de Deense, Duitse en Nederlandse sector hun nieuwe managementplan voor de garnalenvisserij gepresenteerd. Vanuit de NSAC waren visserijvertegenwoordigers, milieuorganisaties en overheid (ons ministerie van EZ) aanwezig. De focusgroep geeft invulling aan de opdracht van de NSAC om te komen tot een opzet voor een lange-termijn beheerplan voor de garnalenvisserij in de hele Noordzee. Als onderdeel van dat proces is het managementplan, dat geldig is voor alle Deense, Duitse en Nederlandse vissers die aangesloten zijn bij de deelnemende PO s, constructief en kritisch behandeld. Gekeken is hoe we kunnen voorkomen dat we dubbel werk doen en welke (grote) delen van het managementplan 1 op 1 overgenomen kunnen worden. Vanuit de Belgische Rederscentrale werd uitgesproken dat de Nederlandse versie van het managementplan ook zal worden voorgelegd aan de Belgische garnalenvissers. Dat is voor onze Zuidvissers van groot belang, omdat zij nadrukkelijk pleiten voor een gelijk speelveld in de zuidelijke regio. Ook moeten we vanuit de NSAC-focusgroep de Engelse garnalenvisserij in het plan inpassen. De uitkomsten van de Utrecht bespreking worden ingebracht in de Demersale werkgroep van de NSAC op 9 februari as. in Kopenhagen. Daarna gaat het NSAC-secretariaat met de voorzitter van de focusgroep aan de slag om een eerste schets van een beheerplan te maken, waarna dat met de leden van de groep tot een concept zal worden opgewerkt. In april komt de focusgroep weer bij elkaar. Het is de bedoeling dit plan deze zomer af te hebben zodat het in september kan worden vastgesteld. Het is nadrukkelijk een plan wat vanuit het werkveld (sector en ngo s) wordt vorm gegeven. Echt co-management. 2
In het kader van de 3-landen MSC-certificering vergaderde in Oldenburg op 20 januari jl. de internationale Stuurgroep voor het MSC-garnalenproces. Nederland wordt daarin vertegenwoordigd door Johan Nooitgedagt en Matthijs van der Ploeg. Daar sprak men onder andere over de planning van de site-visit van de MSC-certificeerder van volgende maand en de voorbereidingen daarvan. De stuurgroep concludeerde dat er nog veel moet worden voorbereid maar dat de werkgroep op schema zit. Halfjaarlijkse ledenbijeenkomst EAPO in Brussel. Vorige week organiseerde de Europese Associatie van Producentenorganisaties) EAPO een tussentijdse leden bijeenkomst in Brussel. Een dertigtal vertegenwoordigers van PO s waren uit vissershavens in alle windstreken van Europa naar Brussel gereisd om met elkaar over actuele POzaken van gedachten te wisselen. Het eerste deel van de vergadering werd besteed aan huishoudelijke zaken als verslag van de werkgroepen en begroting. Die werkgroepen waarin PO s samen werken vormen de ruggengraat van de EAPO. Die werkgroepen leveren de inbreng van de standpuntnotities die EAPO produceert. Een heel belangrijke is de notitie over de Decemberraad en het vaststellen van TAC en quota. Op deze agenda stond een notitie over de fasering van de Aanlandplicht. Die werd aangenomen en is inmiddels aan de lidstaten verstuurd. Op onze website is de notitie te downloaden. De EAPO is super kritisch over de Aanlandplicht. Het is een regeling die zomaar in onwerkbaarheid kan ontaarden. Daarom moet er heel zorgvuldig gefaseerd ingevoerd worden. Dat de Aanlandplicht uiteindelijk zal mislukken is een breed gedragen mening binnen de EAPO. Omdat het onwaarschijnlijk geacht wordt dat de regelgeving en de quotum vaststelling kunnen aansluiten bij de internationale visserijpraktijk. De EAPO is gevraagd een bijdrage te leveren aan een miniconferentie over de Aanlandplicht, die op 24 februari as. in Brussel wordt georganiseerd door de Europese Commissie. Pim Visser zal daar namens de EAPO spreken en de economische rampspoed die de Aanlandplicht veroorzaakt over het voetlicht brengen. Een volgend belangrijk onderwerp was de procedure rond de Productie en Afzet Programma s (PAP s). De manier waarop lidstaten daar mee om gaan zijn heel verschillend. En de financiering al helemaal. Dat is geen gelijk speelveld. In Nederland en Ierland is de ondersteuning bijna nihil en in Denemarken en Frankrijk is die ondersteuning heel aanzienlijk. Dat is vreemd. De bij de vergadering aanwezige vertegenwoordigers van de Europese Commissie maakten duidelijk dat Brussel de PO s graag wil ondersteunen, maar dat een aantal lidstaten (waaronder Nederland) dat absoluut niet wil. Die landen vinden dat PO s een marketingtaak hebben die ze zelf uit marktwerking moeten financieren. De markt is voor PO s een kerntaak. Daarover werd gesproken in de nabetrachting van de regeling over importheffing vrije import en over de opzet van een Markt Adviesraad. In die Adviesraad zullen aanvoerders, importeurs en verwerkers met elkaar over de markt van vis en visproducten gaan overleggen. Tenslotte werd in de vergadering besloten om toch vooral als visserijsector gezamenlijk op te trekken. Een intensieve samenwerking tussen de EAPO en Europêche is dan ook aan de orde. Wij vinden dat een prima zaak, omdat de Nederlandse visserijsector (kotters en trawlers) van beide organisaties lid is. De jaarvergadering van de EAPO is overigens op 17 juni as. in Vigo in Spanje, met daar aan voorafgaand op 16 juni een belangrijk internationaal symposium over de bodemimpact van trawlvisserij. TTIP en vrijhandelsverdrag Oekraïne. In de kranten staan met enige regelmaat artikelen over TTIP (het handelsverdrag met de VS) en het vrijhandelsverdrag met de Oekraïne. Dat zijn ingewikkelde onderwerpen waar vaak simpel (bijna populistisch) over gepraat en geschreven wordt. Voor beiden geldt dat er voors en tegens zijn. Het is goed om te weten dat het alleen maar om handel gaat. Het gaat om handelsverdragen zoals de EU die ook heeft met Noorwegen, IJsland de Faeröer en nog veel meer landen. Voor 3
onze exporteurs naar Oekraïne en Amerika biedt dit grote kansen. Voor importeurs kan het problemen op leveren. Je kunt niet simpelweg op basis van gevoel voor of tegen zijn. Dat leerden wij afgelopen week. Samen met de Gemeente Urk en de VVU spraken we over de invloed van TTIP op de markt voor schol. In eerste instantie leek dat allemaal erg dreigend (grote hoeveelheden goedkope platvis op onze markt) maar nadere studie leerde juist het tegenover gestelde. Wij zullen ons als VisNed-team in deze materie blijven verdiepen en zullen proberen onze leden zo goed mogelijk te informeren. Juist omdat over het ingewikkelde onderwerp van vrijhandel met Oekraïne een raadgevend referendum op de agenda staat. Gemengde visserijplan Oostzee van grote invloed op Noordzeeplan Al heel lang wordt in Brussel overlegd tussen Europese Commissie, Europese Parlement en Europese Raad (de ministers) over een lange-termijn beheersplan voor de Oostzee. Dat leek voor ons steeds een Ver van ons bed show maar dat is inmiddels niet meer zo. Er is zo n enorm gesteggel over dit plan dat het toch de leidraad dreigt te gaan worden voor het lange-termijn gemengde visserijplan voor de Noordzee. We merken nadrukkelijk dat de manier van werken tussen Parlement, Commissie en Raad tot problemen leidt. In die onderhandelingen wil de ene parlementariër zich nog duurzamer voor doen dan de ander en willen lidstaten niet toegeven. De Europese Commissie zit daar een beetje tussenin. Zonder enige wetenschappelijke onderbouwing worden door sommige Europarlementariërs op bijna schaamteloze manier extremistische stellingen over duurzaamheid geponeerd. En degenen die daar kritische vragen bij stellen krijgen algauw het stempel niet-duurzaam. Dat is goedkoop en simpel afserveren van nuancering. Ook zijn het ondertussen gewoon hele platte onderhandelingen geworden waarbij het evenwicht tussen geven en nemen goed in de gaten gehouden wordt. Vaak nog meer als de inhoud van de argumenten. Het wordt dan zo maar een vorm van politiek spel (om niet te zeggen handjeklap ) terwijl het over de broodwinning van vissers gaat. En omdat het allemaal zo extreem lang duurt zijn deze onderhandelingen het voorspel van het Noordzeeplan geworden. En dat eindspel over de Oostzee gebeurt onder regie van Nederland, als voorzitter van de EU in de eerste helft van 2016. Daarom besteed het VisNed-team op diverse vlakken veel aandacht aan het Oostzeeplan. We spreken veel met betrokken partijen, we bestuderen alle stukken in detail en we volgen de ontwikkelingen nauw gezet. Het Noordzeeplan is immers nog veel ingewikkelder dan het Oostzeeplan. De inhoud staat voor ons voorop, wetenschappelijk onderbouwd. Het Noordzeeplan en mag in geen geval verzanden in politiek geharrewar zoals nu met het Oostzeeplan het geval lijkt te zijn. VisNed bestuurders nemen afscheid van Jaap Hennekeij. Afgelopen vrijdag waren een tiental (oud)bestuursleden van VisNed en Geert Meun en Pim Visser naar Breskens gereisd voor een afscheidsetentje met onze oud-voorzitter Jaap Hennekeij. Dat was een heel plezierig weerzien! De bestuurders ondervonden nu eens aan den lijve dat Breskens voor de meesten van hen niet naast de deur ligt en hoeveel Jaap Hennekeij dus de afgelopen jaren voor VisNed de andere kant op gereisd is, naar de diverse vergaderplaatsen in het land. Niet alleen werd tijdens de vismaaltijd gezellig bijgepraat en werden herinneringen opgehaald. Ook bedankten we Jaap nu nog een keer heel nadrukkelijk voor zijn bestuurlijk vakmanschap en zijn grote inzet voor de kottersector in het algemeen en VisNed in het bijzonder. Als herinnering kreeg hij een gouden scholletje als speld. 4
VisNed Bestuur spreekt over beleidsplan 2016-2018. Tijdens onze afgelopen bestuursvergadering hebben Geert Meun en Pim Visser hun concept voor het beleidsplan 2016-2018 en het jaarplan 2016 aan het bestuur gepresenteerd. Wat VisNed wil zijn is in een paar kernzinnen samen te vatten: Een landelijke visserijorganisatie ingebed in de regio Betrokken en dichtbij, herkenbaar en waarneembaar met focus op de varende vloot Een dienstbare organisatie, een brede en proactieve belangenbehartiger, die actief vissers wil ontzorgen In de vergadering ging het er vooral over hoe deze mooie en goed klinkende voornemens in een realistisch werkplan worden vertaald. Om die discussie richting te geven hadden we als VisNedteam een document opgesteld en alle dossiers waar mee we doende zijn op een rij gezet. We schrokken zelf van het resultaat, want het zijn er meer dan 200. Vooral op het gebied van Visserijbeleid en Ruimtelijke Ordening, met Aanlandplicht, Gemengde Visserijplan Noordzee, Technische Maatregelen, Natura2000 en Windparken als focus. Maar ook veiligheid en bemanningszaken staan in het centrum van de aandacht. Lobby in Den Haag en Brussel vinden we heel belangrijk en communicatie en positionering van de kottersector wordt een kerntaak. Ook willen we bekijken of we vanuit VisNed het initiatief kunnen nemen voor een informatief en gezellig sector-breed jaarevenement op moderne leest geschoeid. We realiseren ons dat dit allemaal veel is en ambitieus, maar de sector verdient dat! In de komende periode wordt het werkplan verder uitgewerkt en geconcretiseerd. In de nieuwsbrieven zullen we er regelmatig over publiceren. VisNed zoekt contact met andere zeebodem gebruikers Al langere tijd zijn we in contact met eigenaren van kabels op de zeebodem. Concreet zijn we doende een werkbijeenkomst te organiseren om over de impact van vistuigen op die kabels te praten. Olie- en gasoperators hebben ook belangstelling getoond. Daarom waren we niet zo blij verrast door het bericht dat Nederlandse offshore bedrijven niet met Kingfisher samen werken. We hebben daarover een bericht aan NOGEPA gestuurd, de Nederlandse brancheverenging van offshore operators, met het verzoek om hierover met elkaar in gesprek te gaan. Kingfisher kaarten geven essentiële (veiligheid) informatie Afgelopen week ontvingen we van Seafish uit het Verenigd Konikrijk berichten over de Kingfisher kaarten. We hebben dat via ons Twitter account @visned door gegeven. De website van Kingfisher bevat veel nuttige en waardevolle informatie. Het is een lange www, die we hierna weergeven (knippen en plakken in uw browser). http://www.seafish.org/industry-support/kingfisher-information-services/kingfisher-bulletins?utm_medium=email&utm_campaign=kingfisher%20fortnightly%20bulletin&utm_content=kingfisher%20fortnightly%20bulletin+cid_cce775a25a9122a141d20969c52a455d&utm_source=campaign%20monit or&utm_term=here Samenvoeging mandjes TR1 en TR2. De RVO van het ministerie van EZ heeft bekend gemaakt dat met ingang van 1 februari 2016 uitvoering gegeven wordt aan een in Brussel genomen besluit om de vistuigcategorie TR1 ( 100 mm +) en vistuigcategorie TR2 (80 t/m 99 mm) samen te voegen tot viscategorie TR. In dit verband is besloten om vissers de mogelijkheid te geven om met grote mazen te gaan vissen. Dit betekent dat alle vissers die tot nu toe een vismachtiging voor TR2 vistuig hadden vanaf 1 februari 2016 ook een machtiging hebben voor TR1. Hiermee hebben alle TR vissers de mogelijkheid om met grote mazen te vissen. Vissers met alleen een vismachtiging van vistuigcategorie TR1 krijgen 5
echter geen machtiging om met TR2 vistuig te gaan vissen; de mogelijkheid om met kleinere mazen te vissen wordt dus niet geboden. De vismachtiging die de vissers met rechten in TR1/TR2 binnenkort ontvangen is hierop aangepast. Voor de overdracht van TR rechten betekent bovenstaande dat overdracht van TR2 rechten alleen mogelijk is in combinatie met TR1 rechten of naar een visser die al TR1 rechten heeft. Losse TR2 rechten zijn niet meer mogelijk en kunnen ook niet apart worden gereserveerd. Kortom: TR1 en TR2 worden wel samengevoegd maar als een visser tot nu toe alleen TR1 had mag deze, ondanks de samenvoeging van TR1 en TR2, niet met een maaswijdte < 100 mm vissen. Alleen ruimte wordt geboden voor het vissen met een grotere maaswijdte, hetgeen ook de overweging is geweest voor de samenvoeging. Voor de uitputting zullen de dagen ook geregistreerd blijven worden onder TR1 en TR2. De registratie zal ook als zodanig worden doorgegeven aan de Europese Commissie. MDV 1 Toekomst door innovatie, uitnodiging presentatie projectresultaten. Het eerste visserijschip van Stichting Masterplan Duurzame Visserij MDV-1 'Immanuel' is sinds juni 2015 in de vaart. Om geïnteresseerden te informeren over de eerste resultaten van het MDV-project wordt een informatiebijeenkomst gehouden. Hierbij worden de specifieke en geteste innovaties van het schip geëvalueerd. Denkt u hierbij aan: Zeegedrag Vangstverwerkingslijn Twinrigpuls Energiehuishouding Ecologische en economische resultaten Geïnteresseerden worden door voorzitter Auke Hoefnagel van de Stichting Masterplan Duurzame Visserij van harte uitgenodigd. Locatie: Van der Valk Schiphol A4, Rijksweg A4, 2135 MA Hoofddorp. Het evenement begint om 9.30 uur en duurt tot 12 uur. Opgave is wel gewenst. U kunt een mailtje te sturen naar: aanmelden@masterplanduurzamevisserij.nl Uitnodiging van Europarlementariër Peter van Dalen (ChristenUnie-SGP). Peter van Dalen EP-lid voor CU-SGP en lid van de Visserijcommissie organiseert in samenwerking met VisNed een bijeenkomst met als titel: De visser centraal eerste ervaringen met de Aanlandplicht. Voor deze bijeenkomst worden alle leden-vissers uitgenodigd. Datum en plaats: vrijdagmiddag 18 maart as. van 13.00 16.00 uur in de kantine van de visafslag Scheveningen. De Aanlandplicht baart veel vissers grote zorgen. Zorgen over de uitvoerbaarheid, doelmatigheid, handhaving en hun economisch voortbestaan. Op deze middag wil Peter van Dalen vissers de gelegenheid geven hun ervaringen met de Aanlandplicht te delen. Hoe gaat het in de praktijk, waar zitten de knelpunten? Als lid van het Europees Parlement in Brussel kan hij verhalen uit de praktijk gebruiken om zijn collega s te overtuigen. Dit is nodig omdat we dit jaar verder beslissen over de uitvoering en uitzonderingen. Zoals de titel aangeeft zullen de vissers en hun ervaringen centraal staan. Van Dalen zal zelf ook geen speech van 20 minuten houden; hij is er om te luisteren. Uiteraard hoopt hij van harte dat er veel vissers aanwezig kunnen zijn! Er wordt om 13.00 begonnen met een broodjeslunch. Aanmelden graag voor 1 maart via: peter.vandalen-office@ep.europa.eu 6
Windgebied Hollandse Kust Zuid eerste publieksconsultatie Kavelbesluiten I en II. Zoals wij vorig jaar berichtten in deze nieuwsbrief komt dit gebied te liggen voor Katwijk / Noordwijk / Zandvoort. Het gebied wordt net als Borssele in vier kavels verdeeld. De indeling is een ingewikkelde puzzel vanwege een veelheid aan bestaande kabels en leidingen, waar niet bovenop of vlak naast gebouwd mag worden. Vervolgens wordt voor de kavels een milieueffectrapportage opgesteld, waarin naast de effecten op natuur ook de effecten op andere gebruikers zoals de visserij worden beoordeeld. Voor de eerste twee kavels wordt nu een begin gemaakt met deze milieueffectrapportage. Daarvoor wordt nu de zogenaamde Notitie Reikwijdte en Detailniveau opgesteld. Daarin wordt bepaald wat er later in de milieueffectrapportage aan de orde gaat komen. Vanaf vandaag 29 januari tot en met donderdag 10 maart ligt deze Notitie ter inzage en kan een ieder hierop een zienswijze indienen. Er worden twee inloopavonden georganiseerd op 17 februari (NH hotel Kijkduin) en 18 februari (NH hotel Noordwijkerhout), beide van 19:00 21:00 uur. Naast op de website van de RVO liggen de documenten op een achttal locaties ter inzage. Details, achtergrondinformatie, en instructies voor het indienen van een zienswijze, zijn verder te raadplegen op: http://www.rvo.nl/subsidies-regelingen/bureau-energieprojecten/windparken/woz-kavels-hollandse-kust-zuid Publieksconsultatie geplande natuurgebieden bruinvis Verenigd Koninkrijk. Op 19 januari jl. werd de publieksconsultatie geopend waar een ieder kan inspreken op de voorgenomen natuurgebieden voor bruinvisbescherming rondom het Verenigd Koninkrijk. Voor de Nederlandse visserij is met name het gebied Southern North Sea van belang. Dit gebied is van een kolossale omvang: het strekt zich uit van het zuiden van Engeland helemaal naar Schotland. Het betreft hier een enigszins bijzondere ontwikkeling, want deze gebieden worden aangewezen op basis van de Europese Habitatrichtlijn, ofschoon het hoofddoel niet de bescherming van specifieke Habitats is. Op dit moment is nog niet bekend wat voor maatregelen zullen voortvloeien uit deze gebieden. Op visserijgebied zullen maatregelen zich vermoedelijk meer richten op visserij met staan want, omdat bijvangst in de sleepnetvisserij nauwelijks voorkomt. VisNed is in overleg met de Britse collega s van de NFFO over de beste aanpak in dit dossier. Iedereen kan inspreken tot en met 19 april as.; alle informatie en instructies over hoe dit gedaan kan worden zijn te vinden op: http://jncc.defra.gov.uk/page-7059 Aanwijzing tweede set Marine Conservation Zones, Verenigd Koninkrijk. Op 17 januari is de tweede set Britse Marine Conservation Zones vastgesteld. Het betreft 23 nieuwe gebieden. Met deze toevoeging heeft nu 20% van de Britse wateren (kust - 200 mijl) een officiële status als natuurgebied gekregen. In de consultatieronde voor deze gebieden heeft VisNed beargumenteerd dat gebied Offshore Brighton niet zou moeten worden aangewezen. Dit gebied wordt behalve door de Nederlandse visserij ook gebruikt door Britse, Belgische, Deense, Franse, en Duitse vissers. De mogelijkheden om de activiteiten naar nabij gelegen gebieden te verplaatsen worden beperkt door ongeschikte grond en scheepvaartverkeer. Toch heeft de Britse overheid besloten het gebied wel aan te wijzen. Als reden wordt gegeven dat dit gebied de enige optie was om de ontbrekende oppervlakte van een bepaald type habitat (hoog dynamische rotsbodem) te behalen. Voor twee andere habitattypes was er nog één andere optie. In de komende periode zal per gebied worden bepaald in hoeverre maatregelen nodig zijn, waarbij veelal sprake zal zijn van gesloten zones binnen de gebieden. VisNed zal hierin de belangen van de Nederlandse vissers verdedigen zoals wij dat ook doen voor de overige natuurgebieden. Op deze link zijn beschrijvingen van alle gebieden in deze set te vinden, inclusief kaarten: 7
https://www.gov.uk/government/collections/marine-conservation-zone-designations-in-england Inmiddels wordt ook een derde tranche van gebieden voorbereid voor aanwijzing in 2018. In 2017 wordt de publieksconsultatie verwacht. Workshop haaien en roggen. Op 1 en 2 februari as. organiseert de Nederlandse Elasmobranchen Vereniging (NEV) een internationale workshop waarbij wetenschappers, beleidsmakers, sectorvertegenwoordigers en NGOs met elkaar om tafel gaan om te proberen effectieve oplossingen voor het beheer voor haaien en roggen te vinden. De workshop kent drie hoofdthema s. Het eerste thema gaat over data-verzameling en identificatie. Het is bekend dat het ontbreken van informatie over de verspreiding en vangsten van deze soorten een groot probleem vormt om een goed beeld te kunnen vormen van de huidige staat. Het is van belang om in de eerste plaats de discussie omtrent kennislacunes aan te gaan en tegelijkertijd ook te kijken naar mogelijkheden om ontbrekende kennis op termijn aan te dragen. Jurgen Batsleer is dan ook vanuit de visserijorganisatie gevraagd een presentatie te geven over de mogelijkheden van data-verzameling georganiseerd vanuit de sector zelf en aan welke voorwaarden een dergelijk data-verzamelingsprogramma in ieder geval moet voldoen om enige kans van slagen te hebben. Het mag namelijk niet zo zijn dat data die door de sector aangeleverd worden tegen de sector gebruikt gaan worden om bijvoorbeeld beschermde gebieden te definiëren. In het tweede thema zal gesproken worden over mogelijkheden om de selectiviteit via zowel technische (net-innovaties) als gedragsaanpassing (vermijding van visgronden) te verhogen. We hebben in een vorige bijeenkomst over dit onderwerp reeds aangegeven dat de haalbaarheid van beide aspecten sterk in twijfel getrokken wordt aangezien deze aanpassingen hoe dan ook gepaard gaat met vangstverlies van waardevolle vis en wij zullen dit in deze vergadering ook zeker weer benadrukken. Verder zal in dit thema ook gesproken worden over het vaststellen van overleving om onder de Aanlandplicht ervoor te zorgen dat haaien en roggen geen verstikkingssoort (choke-species) voor de sector worden. In het laatste thema wordt het huidige beleid en samenwerking tussen beleidsmakers, wetenschap en stakeholders onder de loep genomen. Er zal getracht worden om beleidsmakers van advies te voorzien over mogelijke verbeteringen ten aanzien van het huidige beheer van haaien en roggen in de Noordzee. Het is dan ook belangrijk om als sector bij deze bijeenkomst aanwezig te zijn zodat we mee kunnen denken en input kunnen leveren op mogelijke heroverwegingen van beheermaatregelen voor haaien en roggen. En te zorgen dat er geen onmogelijke eisen bij de vloot worden neergelegd. Consultatie vaststelling s. Al geruime tijd bestaat er veel ongenoegen over het systeem van de vaststelling van de Real Time Closures ( s). Deze maatregel is een aantal jaren geleden afgekondigd om extra bescherming te realiseren voor de zich op een laag niveau bevindende kabeljauwstand. Nederland heeft deze maatregel geïntroduceerd om de jaarlijks vaste ruil van 6 miljoen BT-dagen voor 2 miljoen TR-dagen te rechtvaardigen. Uitvoering wordt gedaan in samenwerking met Engeland. Ondanks dat het kabeljauwbestand zich spectaculair aan het verbeteren is wordt de maatregel in stand gehouden. Door de Nederlandse vloot wordt niet of nauwelijks op kabeljauw gevist maar wel op platvis en Noorse kreeftjes. De bijvangst aan kabeljauw is dan ook zeer laag. Desondanks zien we dat, van de maandelijks 9 s die ingesteld worden, er vaak 7 of soms nog meer op Nederlandse visbestekken worden neergelegd terwijl de Engelse kabeljauwvangsten 3 keer hoger liggen dan de Nederlandse aanvoer van kabeljauw. Al geruime tijd wijzen wij op deze onterechte gang van zaken die Nederlandse vissers, met name de twinriggers op Noorse kreeft en/of platvis en de fly shooters in de Zuidelijke Noordzee en/of het Engelse Kanaal ernstig benadelen. 8
Het ministerie van EZ heeft over vragen rond de vaststelling van de s onlangs met de Engelse MMO overleg gevoerd. Dit heeft geleid tot voorstellen om via een aangepaste procedure tot de aanwijzing van de s te komen. Afgelopen week ontving VisNed deze procedure en op dit moment ligt deze ter beoordeling bij de groep vissers die maandelijks ook geconsulteerd worden over de aanwijzing van de plaatsen waar de s moeten komen. Belangrijke wijziging is om niet meer maandelijks s vast te stellen maar dit nog maar 2 keer per jaar te doen waarbij nog wel steeds de 9 s maandelijks op verschillende locaties worden neergelegd. Wij hebben twijfels of deze voorstellen het gewenste resultaat opleveren. Onze belangrijkste wens is transparantie bij de gegevens die gebruikt worden (omvang kabeljauwvangsten en door welke vloten/schepen gevangen) en een rechtvaardige verdeling van de s tussen Engelse en Nederlandse visbestekken. Volgende week dienen we onze vragen/opmerkingen in waarna er een overleg zal komen. Wordt dus vervolgd. s februari 2016. Hieronder treft u aan de coördinaten van de voor februari 2016 ingestelde s die van toepassing zijn voor Nederlandse schepen opererend met bordentrawl, twinrig en fly shoot (TR - niet voor NL-bokkers/pulsers) en voor Engelse vaartuigen in dezelfde categorieën maar ook voor de VK-boomkorvaartuigen (BT). Op basis van de consultatie zijn 2 s verplaatst. Het bijbehorende kaartje van deze s is te vinden op: www.visned.nl 29-F0-c 29F0-k 37F4-i 32F2-e 32F2-m 640 VIId 50 30.000'N 0 30.000'E 33F2-g 50 30.000'N 0 45.000'E 50 22.500'N 0 45.000'E 50 22.500'N 0 30.000'E 641 VIId 50 15.000'N 0 30.000'E 39F0-a 50 15.000'N 0 45.000'E 50 07.500'N 0 45.000'E 50 07.500'N 0 30.000'E 642 IVb 54 15.000'N 4 00.000'E 32F2-e 54 15.000'N 4 15.000'E 54 07.500'N 4 15.000'E 54 07.500'N 4 00.000'E 643 IVc 51 52.500'N 2 00.000'E 39F0-d 51 52.500'N 2 15.000'E 51 45.000'N 2 15.000'E 51 45.000'N 2 00.000'E 644 IVc 51 37.500'N 2 00.000'E 51 37.500'N 2 15.000'E 51 30.000'N 2 15.000'E 51 30.000'N 2 00.000'E 645 IVc 52 22.500'N 2 30.000'E 52 22.500'N 2 45.000'E 53 07.500'N 3 15.000'E 53 07.500'N 3 00.000'E 637 IVb 55 30.000'N 0 00.000'E 55 30.000'N 0 15.000'E 55 22.500'N 0 15.000'E 55 22.500'N 0 00.000'E 638 IVc 51 52.500'N 2 00.000'E 51 52.500'N 2 15.000'E 51 45.000'N 2 15.000'E 51 45.000'N 2 00.000'E 638 VIId 50 30.000'N 0 45.000'E 50 30.000'N 1 00.000'E 50 22.500'N 1 00.000'E 50 22.500'N 0 45.000'E 9
Seizoen sluitingen. Net als voorgaande jaren zijn er in het kader van het kabeljauwherstelplan door de Engelse en Nederlandse overheid 2 seizoen sluitingen afgekondigd. Deze zijn geldig van 1 januari tot en met 30 april 2016. Deze 2 sluitingen komen bovenop de maandelijkse s. Zijn in Nederland van toepassing voor de TR-vloot en in Engeland voor TR en BT. Het zijn dezelfde gebieden als vorig jaar. Onderstaand de coördinaten, het bijbehorende kaartje is terug te vinden op onze website: www.visned.nl Coördinaten: Seizoen sluiting 1: 52 41.00 N 003 18.00 E; cirkel van 10 nautische mijl rond dit punt. Seizoen sluiting 2: 52 10.50 N 002 50.75 E; cirkel van 10 nautische mijl rond dit punt. VIRIS-overzicht 2015. Hieronder het overzicht 2015 betreffende de benutting van de belangrijkste quota. Peildatum is 31 december 2015; dit betekent dat de aanvoer t/m week 53 verwerkt is maar het overzicht is nog niet definitief want er moeten nog steeds wat aanvoercijfers en internationale ruilen verwerkt worden. Ter vergelijking ook het overzicht van de benutting van de quota per 31 december 2014 (Definitief). 2015 2014 (31-12-2015) (31-12-2014) Vissoort: Quotum: Vangst: Uitputting: Quotum: Vangst: Uitputting: Tong 9.634 8.876 92% 9.775 8.672 89% Schol 60.096 30.794 51% 42.871 27.811 65% Kabeljauw 1.351 1.338 99% 1.484 1.188 80% Wijting 528 544 103% 508 435 86% Tarbot/Griet 2.637 2.799 106% 2.579 2.393 93% Schar/bot 11.421 3.765 33% 11.436 4.101 36% Tongschar 775 423 55% 858 367 42% Langoustines 1.367 1.120 82% 1.316 1.145 87% Rog 245 245 100% 186 207 111% PO-maatregelen. Voor 2015 hebben alle Nederlandse PO s in CVO-verband een aantal PO-maatregelen genomen om de benutting van een aantal nationale quota zo duurzaam mogelijk te laten plaatsvinden en om vroegtijdige sluiting van het quotum proberen te voorkomen. Deze maatregelen zijn: Rog: De maximaal aan te voeren hoeveelheid per vaartuig per week of reis langer dan 7 dagen is door de PO s vastgesteld op 175 kg doodgewicht. De minimum maat is 55 cm. Aanvoer van rog kleiner dan 55 cm en/of meer dan 175 kg is verboden en de PO s hebben een extra heffing van 3,00 per kg ingesteld voor overtredingen. Tarbot, griet: voor deze soorten geldt een minimum aanvoermaat van 27 cm; bij aanvoer kleiner dan 27 cm wordt een extra heffing van 3,00 per kg toegepast. Tongschar: voor tongschar geldt een minimum maat van 25 cm waarbij de tongschar van 25 27 cm moet worden gesorteerd in een aparte klasse: tongschar IIIb of tongschar IV. Noorse kreeft: Noorse kreeft valt enerzijds onder Aanlandplicht maar tegelijk mogen ondermaatse Noorse kreeft gediscard worden onder deminimis-regeling, dus feitelijk is er niets gewijzigd t.o.v. vorig jaar. Verder: max. 10% kreeftstaartjes per aanlanding. Sluitingen: op dit moment geen. 10
Overzicht uitputting zeedagenbeleid 2015-2016. Onderstaand treft u het overzicht aan betreffende de uitputting 2015/2016 van de zeedagen in de verschillende mandjes, stand van zaken per 29 januari 2016 ( t/m week 2 van 2016). Mandje Toegestane Visserij-inspanning feb 2015 t/m jan 2016 transitie Toegestane Visserij-inspanning feb 2015 t/m jan 2016 na transitie Uitputting per 29-01-2016 Uitputtingspercentage van inspanning hele jaar. TR1 A* 147.000 147.000 206.606 141 % TR1 B 110.266 +71.207 181.473 122.935 68 % TR1 C 916.797 916.797 790.854 86 % TR2 1.932.441 1.932.797 1.732.861 90 % TR3 36.610 36.617 12.040 33 % BT1 999.808 999.808 802.671 80 % BT2 22.004.242-50.000 21.954.242 19.272.268 88 % GN 438.664-75.000 363.664 198.337 55 % GT 0 In bovenstaand overzicht is de ruil van BT-effort (6.000.000 kw-dagen) ten behoeve van de TRmandjes (2.000.000 kw-dagen) verwerkt. * Onder TR1A vallen de kabeljauwvissers die deelnemen in CCTV en die daardoor vrijgesteld zijn van zeedagen. Verder is deze week 100.000 BT2-dagen beschikbaar gesteld aan Duitsland in ruil voor o.a. wat rog- en tarbot-quota. Zoals bekend loopt het jaar van de zeedagen van 1 februari 2015 tot en met 31 januari 2016, wat betekent dat volgende week de nieuwe periode in gaat. Hopelijk is dat dan het laatste jaar van de zeedagenregeling. In ieder geval komt er, zoals eerder in de nieuwsbrief vermeld, 1 TRmandje. Voor de administratieve verwerking van tot en met 31 januari 2016 zullen nog 2 weken nodig zijn maar uit bovenstaand overzicht valt op te maken dat er geen problemen zijn wat betreft de benutting van de mandjes. Voor het eerst in jaren hebben we ook geen voortijdige sluiting gehad van het BT1-mandje (boomkor 120 mm+) Met vriendelijke groet, Het VisNed-team. 11