Inzameling van bedrijfsafvalstoffen door of in opdracht van lokale besturen



Vergelijkbare documenten
IVAREM is de Intergemeentelijke Vereniging voor duurzaam Afvalbeheer in de regio Mechelen.

Toelichting afvalcijfers 2017

IVAREM is de Intergemeentelijke Vereniging voor duurzaam Afvalbeheer in de regio Mechelen.

INZAMELING VAN BEDRIJFSAFVAL DAT VERGELIJKBAAR IS MET HUISHOUDELIJK AFVAL

Toelichting afvalcijfers 2018

Belgen doen het slimmer en goedkoper Wat is de toverformule van Vlaanderen?

TOELICHTING AFVALCIJFERS IVAREM IVAREM is de Intergemeentelijke Vereniging voor duurzaam Afvalbeheer in de regio Mechelen.

Vlaamse bedrijven produceren minder afval en sorteren voortaan ook pmd

23 DECEMBER Decreet betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen

Bijlage 4: Berekening van de restafvaldoelstelling

Gemeentelijke afvaltarieven: harmonisering en mogelijkheid tot intergemeentelijke inning

Zaterdag 26 juni 2010 Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR Opening vernieuwd containerpark Erpe-Mere

Gemeentelijke afvalbelastingen: hoe zet u de wettelijke spelregels om in de praktijk?

Gemeentelijk afval- en materialenbeleid 2016

Veelgestelde vragen betreffende inning 54 euro vaste bijdrage per jaar

OOK BEDRIJVEN MOETEN SORTEREN

2 Correctiefactoren 1. 3 Analyse De hoeveelheid voor verwijdering Selectieve inzameling 3

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 16 DECEMBER 2010.

Retributiereglement betreffende de inzameling van huishoudelijk afval aanslagjaar 2015

UITTREKSEL UIT HET NOTULENBOEK VAN DE GEMEENTERAAD

MEER en BETERE selectieve inzameling bij BEDRIJVEN

AGENDAPUNT VAN DE GEMEENTERAAD VAN HAMME IN ZITTING VAN 27/05/2015

Het nieuwe Vlaamse afvalplan Uw lokaal afvalbeheer mee met zijn tijd?

Ondergrondse inzamelsystemen. Griet Bossaerts Stafmedewerker IOK Afvalbeheer

Retributiereglement op het aanbieden van huishoudelijk afval en/of vergelijkbaar bedrijfsafval.

Provincie Arrondissement Gemeente Oost-Vlaanderen Dendermonde Buggenhout

A. De retributie bedraagt voor gebouwen met tien of minder wooneenheden

gemaakt worden tussen de scholen onderling, volgens het principe van de gelijke behandeling uit het Schoolpact.

Veelgestelde vragen betreffende inning 54 euro vaste bijdrage per jaar

Agenda. Infomoment DIFTAR. Huidige situatie Turnhout. Huidige situatie Turnhout. Huidige situatie Turnhout. Huidige situatie Turnhout

De selectieve fracties bij ondergrondse inzameling

UITTREKSEL UIT HET REGISTER VAN DE BERAADSLAGINGEN VAN DE GEMEENTERAAD.

Ook bedrijven moeten sorteren

GEMEENTERAAD. Ontwerpbesluit. Onderwerp: Nieuw retributiereglement op het ophalen, verwerken en het aanbieden van huishoudelijk afval - Goedkeuring

Diftar. Belasting op ophaling en verwerking van huisvuil en GFT-afval - vanaf 01 januari 2009 tot en met De in openbare vergadering zetelende

GECOÖRDINEERDE VERSIE.

POLITIEREGLEMENT BETREFFENDE HET ORGANISEREN VAN AFVALARME EVENEMENTEN

Politiereglement betreffende het organiseren van afvalarme evenementen. ( GR p9, aangepast GR p20)

DE RAAD : Gelet op de bespreking van het college van burgemeester en schepenen d.d. 15 mei 2009 waarbij het nieuwe systeem werd goedgekeurd;

Ook bedrijven moeten sorteren

Collegevoorstel. Onderwerp. Samenvatting. Voorstel. Reg. nr.: Afdeling: Openbare Ruimte

Persdossier Tendensen, cijfers en achtergrondinfo over het Vlaams huishoudelijk afval

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD ZITTING VAN 17/12/2013

FAQ s - diftar Inhoud

BELASTING OP HET AAN HUIS OPHALEN EN VERWERKEN VAN AFVAL GEMEENTERAAD 7 NOVEMBER 2016

Raad van bestuur van de intergemeentelijke vereniging IVAREM 26 oktober 2016 (140) LIJST MET BEKNOPTE OMSCHRIJVING VAN BESLISSINGEN

Artikel 1: Artikel 2:

HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN

Net Brussel. Afval sorteren in de onderneming : Principes en sensibiliseringsmateriaal. Oktober 2010

Belasting op de ophaling en verwerking van afval - diftar huis-aan-huis

DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

UITTREKSEL UIT HET REGISTER VAN DE BERAADSLAGINGEN VAN DE GEMEENTERAAD.

Terminaal te verwijderen huishoudelijk afval in kg/inwoner/jaar

GEMEENTE KAMPENHOUT PROVINCIE VLAAMS-BRABANT

HET STARTFORFAIT U SORTEERT UW KARTONAFVAL? WIJ STEUNEN U HIERIN!

OPENBARE VERGADERING. Financiële Dienst - Belastingen 1. Verordeningen inzake gemeentebelastingen. Verlenging (21269)

UITTREKSEL UIT HET REGISTER VAN DE BERAADSLAGINGEN VAN DE GEMEENTERAAD.

Samenvatting haalbaarheidsstudie invoering diftar. in de gemeente Heusden

A. De retributie bedraagt voor gebouwen met tien of minder wooneenheden

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 2 juni 2008, Nr. PD/2008/1959;

Wat? Waarom? Dit zetten we even apart. Inrichten van een containerparkje op maat

BESLUIT: Enig artikel Goedkeuring te hechten aan het voorliggend ontwerp van het Algemeen Politiereglement Hoofdstuk A.4. Afdeling 4.2.

RETRIBUTIEREGLEMENT OP HET OPHALEN, VERWERKEN EN HET AANBIEDEN VAN HUISVUIL

nieuw recyclagepark Wevelgem

Grondstof voor een beter milieu

74% van het Vlaamse bedrijfsafval krijgt tweede leven

Implementatie zelfvoorzieningsprincipe in Vlaanderen 1 september 2011

Selectieve luierinzameling voor recyclage: het standpunt van de OVAM

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

REGLEMENT. Afdeling 1 Algemeen. Artikel 1. Artikel 2. Artikel 3

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD

MODELFORMULIER AFVALPLAN

3. Het is verboden afvalstoffen, afkomstig uit andere gemeenten, ter inzameling aan te bieden.

S T A D M E C H E L E N

Burgerinitiatief inzameling plastic afvalstoffen.

Raadsvoorstel en besluit

Contantbelastingreglement vastgesteld door de gemeenteraad op 16 december 2013

Gescheiden gft inzameling Nesselande

MEESTGESTELDE VRAGEN VERVANGEN GRIJZE BAKKEN BIJ LAAGBOUWWONINGEN

Retributie betreffende de inzameling van huishoudelijk afval aanslagjaren 2016 en wijziging

VERORDENING AFVALSTOFFENHEFFING 2017

Voorstel voor de Raad

AFVALBANDEN ONZE OPLOSSING VOOR UW ZORG

Goedkeuring politiereglement Afvalarme Evenementen. (gemeenteraad 14 november 2005)

Restafval verdubbelt van prijs

DIFTAR IN DE MEEST UITGEBREIDE VORM

Memo. de leden van de gemeenteraad. het college. Datum: 5 mei scenario s het nieuwe inzamelen. Geachte leden van de raad,

Analyse van de markt voor inzameling en verwerking van huishoudelijk afval Jaar 2012

Veelgestelde vragen voorstel afvalinzameling

Voor Leiden is uitgegaan van 2 inzamelpunten: de milieustraat op de Waard en een tweede inzamelpunt in de stad.

Naam en telefoon Portefeuillehouder

VVSG Raad van Bestuur van 6 mei 2015

Belasting op de ophaling en verwerking van afval - diftar huis-aan-huis

plage-lestijden onderwijzer

Geef afval waarde. Samen naar een duurzaam Westvoorne

Zaanpanel 37: Duurzame afvalinzameling

REGIONS FOR R4R RECYCLING. Janna Vandecruys OVAM 03/06/2014

Van Afval Naar Grondstof:

Technische specificaties voor een dienstencontract voor het verwijderen van afval

38070 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

Transcriptie:

Inzameling van bedrijfsafvalstoffen door of in opdracht van lokale besturen Inleiding De gemeenten of intergemeentelijke verenigingen hebben de zorgplicht voor de inzameling van huishoudelijk afval. Daarnaast zijn er veel gemeentebesturen die het afval ophalen of aanvaarden van bedrijven en instellingen. Dit is een autonome beslissing van het gemeentebestuur. Deze inzameling is onderworpen aan een aantal voorwaarden, vastgelegd in het Uitvoeringsplan gescheiden inzameling bedrijfsafval van kleine ondernemingen (KMO plan). Het openstellen van de gemeentelijke inzamelkanalen voor vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen is voor kleine bedrijven en zelfstandige ondernemers vaak een oplossing. Het inzamelen van gemengde vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen samen met huisvuil van de gezinnen biedt zeker logistieke voordelen. In bepaalde gemeenten zou het inzamelen van het afval door verschillende overbrengers op verschillende tijdstippen nadelig kunnen zijn voor de mobiliteit en de leefbaarheid. Wanneer kleine bedrijven kunnen gebruik maken van gemeentelijke containerparken voor de selectieve inzameling van bepaalde afvalfracties, dan stijgt de bereidheid om vergelijkbaar bedrijfsafval aan de bron te scheiden. De acties 15 en 16 van het KMO-plan willen gemeenten en intergemeentelijke verenigingen aanmoedigen om hun inzamelkanalen voor huishoudelijke afvalstoffen open te stellen voor kleine bedrijven. Bij de inzameling van bedrijfsafvalstoffen door de gemeenten en de intergemeentelijke verenigingen stellen zich vandaag twee problemen: - Het Uitvoeringsplan Huishoudelijke Afvalstoffen en de samenwerkingsovereenkomst Milieu als opstap naar duurzame ontwikkeling hebben als doelstelling om tegen 2007 maximum 150 kilogram restafval in te zamelen per inwoner per jaar. Het samen inzamelen van huishoudelijk restafval en bedrijfsafval maakt het voor de lokale besturen moeilijker om dit doel te bereiken. - Indien de inzameling van vooral de gemengde bedrijfsafvalstoffen door de lokale besturen voor de bedrijven aan dezelfde prijs gebeurt als voor de huishoudens, wordt een deel van de ophaalkost gedragen door de lokale besturen en dreigt dit de markt te verstoren voor privé-bedrijven die aan de ondernemingen dezelfde dienstverlening aanbieden. Om het eerste probleem te verhelpen zal binnen actie 14 van het KMO-plan de invloed van de inzameling van vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen op de doelstellingen voor het huishoudelijk afval worden onderzocht. Dit onderzoek met de bijhorende handleiding is een deel van deze actie. Dit rapport schetst eerst het wettelijke kader waarbinnen de inzameling gebeurt van (vergelijkbare) bedrijfsafvalstoffen door of in opdracht van lokale besturen. Het tweede deel bespreekt de praktijk van de inzameling van bedrijfsafvalstoffen door de lokale besturen. Dit tweede deel vermeldt de mogelijkheden voor afsplitsing van bedrijfsafval uit de cijfers huishoudelijke afvalstoffen. Het omvat een overzicht van de gegevens over inzameling en een analyse van deze cijfers. We bespreken in het derde hoofdstuk aandachtspunten en voorwaarden voor de afsplitsing van de hoeveelheid bedrijfsvuil van het cijfer huishoudelijke afvalstoffen. Tot slot geeft dit rapport richtlijnen en aanbevelingen voor de afbakening van de dienstverlening door de lokale besturen aan de producenten van (met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare) bedrijfsafvalstoffen. 1

1.1 Wettelijk kader Het wettelijk kader waarbinnen de inzameling van bedrijfsafvalstoffen door of in opdracht van de gemeenten verloopt, omvat het Afvalstoffendecreet, het uitvoeringsbesluit VLAREA, het Uitvoeringsplan gescheiden inzameling van het bedrijfsafval van kleine ondernemingen (KMO-plan) en indirect ook het Uitvoeringsplan Huishoudelijke Afvalstoffen. De lokale besturen zijn gebonden door de taakstellingen en bepalingen die zowel in het decreet als de uitvoeringsplannen zijn opgenomen. De gemeentelijke politiereglementen, die verplichtingen opleggen aan gebruikers van de gemeentelijke inzamelkanalen, zijn een vertaling van dit wettelijke kader. 1.1.1 Afvalstoffen ingezameld door de lokale besturen De lokale besturen, gemeenten en intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, zamelen huis-aan-huis en in de containerparken zowel huishoudelijke als bedrijfsafvalstoffen in. De verschillende afvalstoffen die de gemeenten inzamelen worden juridisch als volgt bepaald: - Huishoudelijke afvalstoffen zijn alle afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding volgens artikel 3, 2,1 van het Afvalstoffendecreet. Ook het straat- en veegvuil dat daarmee gelijkgesteld wordt in artikel 2.1.1 van VLAREA zijn huishoudelijke afvalstoffen; - Bedrijfsafvalstoffen zijn volgens artikel 3, 2, 2 van het Afvalstoffendecreet de afvalstoffen die ontstaan ten gevolge van een industriële, ambachtelijke of wetenschappelijke activiteit. Artikel 2.2.1 van het VLAREA stelt alle afvalstoffen die geen huishoudelijke afvalstoffen zijn gelijk aan bedrijfsafvalstoffen; De bedrijfsafvalstoffen worden in twee groepen opgedeeld: - De gemeentelijke bedrijfsafvalstoffen (GBAS) zijn de afvalstoffen die ontstaan uit de activiteiten van de gemeentedienst. Volgens het Uitvoeringsplan Huishoudelijke Afvalstoffen 2003-2007 zijn de marktafvalstoffen, straat- en veegvuil, strandafval, afval van recipiënten tegen zwerfvuil, de opruiming van sluikstorten echter geen gemeentelijke bedrijfsafvalstoffen. Die behoren tot het gemeentevuil (GE), dat het VLAREA gelijkstelt met huishoudelijke afvalstoffen - De met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen (VgBA). Volgens artikel 1.1.1, 2, 82 van het VLAREA zijn dit bedrijfsafvalstoffen van vergelijkbare aard, samenstelling en hoeveelheid als huishoudelijke afvalstoffen en die ontstaan ten gevolge van activiteiten die van dezelfde aard zijn als activiteiten van de normale werking van een particuliere huishouding. In de tekst worden zij vaak als vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen aangeduid; - Met ongesorteerde bedrijfsafvalstoffen wordt het bedrijfsafval bedoeld waaruit de materiaalstromen vermeld in artikel 5.2.2.1 van VLAREA niet aan de bron zijn uitgesorteerd. Dit omvat het gemengd bedrijfsafval (HV) en het bedrijfsmatige grofvuil (GV); - Gemengd bedrijfsafval is het bedrijfsmatige equivalent van huisvuil. 2

1.1.2 Zorgplicht: wie doet wat? De gemeenten hebben volgens artikel 15 van het Afvalstoffendecreet een zorgplicht voor de inzameling en de verwerking van de huishoudelijk afvalstoffen van particuliere gezinnen. De gemeente of een intergemeentelijke vereniging kan deze taak zelf uitvoeren of uitbesteden aan een privé-bedrijf. Het inzamelen van huisvuil of grofvuil van de gezinnen behoort niet tot de taken van een privé-bedrijf, tenzij ze daarvoor over de expliciete toelating van de gemeenten beschikken. Gemeenten die dit oogluikend toelaten overtreden hierbij de gemeentelijke zorgplicht zoals voorzien in artikel 15 van het Afvalstoffendecreet. De gemeenten hadden tot voor het eerste VLAREA verplichtingen voor de inzameling en de verwerking van een aantal bedrijfsafvalstoffen die bij besluit van de Vlaamse regering gelijk werden gesteld met huishoudelijke afvalstoffen. In het VLAREA is de gelijkstelling van bedrijfsafvalstoffen met huishoudelijk afval beperkt tot het straat- en veegvuil. Volgens artikel 2 van het Afvalstoffendecreet zijn de producenten van bedrijfsafvalstoffen zelf organisatorisch en financieel verantwoordelijk voor de inzameling en verwerking van hun afvalstoffen. De gemeenten hebben dus geen zorgplicht voor bedrijfsafvalstoffen, ook niet voor de met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen. Hieruit volgt dat de lokale besturen geen algemene middelen van de gemeentebegroting mogen aanwenden voor de inzameling en de verwerking van de bedrijfsafvalstoffen van ondernemingen en instellingen. 1.1.3 Erkenning en registratie van de gemeente als overbrenger De gemeenten en de intergemeentelijke verenigingen zijn volgens het VLAREA van rechtswege erkend als overbrengers van huishoudelijke afvalstoffen en nietgevaarlijke vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen. Dit betekent dat een lokaal bestuur enkel vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen van een instelling of onderneming mag inzamelen en overbrengen, in overeenstemming met de definitie ervan. Voor bedrijfsafvalstoffen is de erkenning van rechtswege volgens artikel 5.1.2.1 1 van VLAREA niet geldig. Een lokaal bestuur, gemeente of intercommunale, kan net zoals een privé-overbrenger wel een erkenning aanvragen bij de OVAM voor zowel gevaarlijke als voor niet-gevaarlijke bedrijfsafvalstoffen. 1.1.4 Bepalingen over afvalinzameling door de gemeenten in het KMO-plan In het Uitvoeringsplan gescheiden inzameling van bedrijfsafval van kleine ondernemingen (KMO-plan) vragen de acties 15, 16 en 17 dat de gemeenten voor de inzameling van vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen hun huis-aan-huis inzameling en/of hun containerpark open stellen voor kleine ondernemingen. Voor de beperkte hoeveelheden afval van vooral kleine ondernemingen kunnen de privéoverbrengers niet altijd een gepaste en aantrekkelijke dienstverlening aanbieden. De lokale besturen beslissen autonoom om een afvalinzameling van bedrijfsafvalstoffen uit te voeren voor de kleine ondernemingen en instellingen op hun werkingsgebied. Het KMO-plan bepaalt de voorwaarden waaraan de inzameling van bedrijfsafvalstoffen moet beantwoorden: 3

- de bedrijven dienen de effectieve kostprijs van de inzameling te vergoeden; - de capaciteit van het gemeentelijk inzamelcircuit mag niet overbelast worden waardoor de dienstverlening naar de burger in het gedrang komt; - de bij bedrijven ingezamelde hoeveelheden afval moeten kunnen losgekoppeld worden van de cijfers voor de huishoudelijke afvalstoffen; - de scheidingsregels vervat in de bepaling van het VLAREA (artikel 5.2.2.1) dienen door de bedrijven te worden nagevolgd. Wanneer de gemeenten hun dienstverlening voor de inzameling van de huishoudelijke afvalstoffen openstellen voor de bedrijven en de instellingen op hun grondgebied dan heeft die een invloed op de ingezamelde hoeveelheden van de verschillende afvalfracties. Indien de gemeenten niet kunnen aanduiden welk gedeelte van de door haar ingezamelde gemengde afvalstoffen afkomstig zijn van bedrijven of instellingen wordt de totale hoeveelheid als huishoudelijk afval beschouwd. Dit geldt zowel voor het huisvuil als het grofvuil. Beide afvalfracties zijn erg belangrijk voor het bepalen van het cijfer voor restafval per inwoner van een gemeente. De evaluatie van de taakstellingen in zowel het Uitvoeringsplan als de samenwerkingsovereenkomst gebeurt door het berekenen van de hoeveelheid huishoudelijk restafval per inwoner. Het huishoudelijk restafval omvat volgens de definitie in het Uitvoeringsplan Huishoudelijke Afvalstoffen 2003-2007: - het huisvuil en het sorteerresidu van het PMD van de huishoudens; - het grofvuil aangeboden voor inzameling door de gezinnen; - het gemeentevuil (vaak straat- en veegvuil). Een zeer belangrijke component daarin is het huisvuil. Ook de hoeveelheid ingezameld grofvuil heeft een grote invloed op het restafvalcijfer. Het is echter belangrijk om hier te noteren dat deze taakstellingen enkel gelden voor huishoudelijke afvalstoffen, niet voor de (vergelijkbare) bedrijfsafvalstoffen van bedrijven, instellingen en gemeentediensten. Hieruit volgt dat de hoeveelheden ingezameld bij de bedrijven en instellingen het restafvalcijfer van een gemeente kunnen verhogen. Dit brengt in een aantal gemeenten het behalen van de taakstellingen in gevaar. De gemeenten hebben er daarom alle belang bij om nauwkeurig de oorsprong van het gemengde afval te bepalen. Het equivalent van huisvuil van de gezinnen wordt voor de bedrijven en instellingen aangeduid als bedrijfsvuil. Dit wordt uitsluitend aan huis ingezameld. Het bedrijfsmatige grofvuil wordt vooral ingezameld op de containerparken of op afroep opgehaald bij de bedrijven of instellingen. 1.1.5 Juridische aandachtspunten en analyse Uit de juridische analyse van de bepalingen die de inzameling van bedrijfsafvalstoffen regelen, volgen enkele belangrijke knelpunten en zaken die bijzondere aandacht vereisen. De zorgplicht van de gemeenten voor de huishoudelijke afvalstoffen is eenduidig opgenomen in het Afvalstoffendecreet en de bepalingen van het VLAREA. De rol en functie van de lokale besturen wordt verder uitgediept in het Uitvoeringsplan 4

Huishoudelijke Afvalstoffen 2003-2007. Voor de (vergelijkbare) bedrijfsafvalstoffen geeft het KMO-plan de voorwaarden aan waarbinnen lokale besturen kunnen werken (zie 1.1.4). Volgens het VLAREA zijn de gemeenten van rechtswege erkend als overbrenger van vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen. Dit duidt op de intentie van de decreetgever om de lokale besturen een rol toe te kennen voor de inzameling van de vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen. Dat deze bedrijfsafvalstoffen ook wat betreft de hoeveelheid vergelijkbaar moeten zijn met de afvalstoffen van de gezinnen, betekent dat de gemeenten in de praktijk zich moeten beperken tot het inzamelen van de bedrijfsafvalstoffen van de kleine bedrijven en zelfstandige ondernemers. Omdat de gemeenten enkel van rechtswege erkend zijn als overbrenger van met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, dan gelden voor deze dienstverlening zeker beperkingen wat betreft de hoeveelheden. Maximale hoeveelheden van een afvalfractie die gelden voor een gezin, zijn van toepassing op de aan te bieden hoeveelheden bedrijfsafvalstoffen door een onderneming of instelling. Volgens het KMO-plan kan de gemeente kiezen of ze de inzameling van (vergelijkbare) bedrijfsafvalstoffen zelf uitvoert of niet. Het is niet duidelijk welke rol de gemeenten moeten spelen bij de inzameling van vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen. Gaat het om de uitvoering, of enkel om de regie? Kan een lokaal bestuur ook het bedrijfsafval van grotere instellingen en ondernemingen inzamelen en verwerken? Of dient de dienstverlening beperkt te worden tot kleine ondernemingen, die het KMO-plan definieert als bedrijven met minder dan 10 werknemers? Ongeacht de beleidskeuze wat betreft de rol van de lokale besturen en de taakafbakening met de privé-bedrijven zijn de financiële en budgettaire aspecten van de bedrijfsafvaldienstverlening belangrijk. Zoals hoger aangeduid moeten de producenten van bedrijfsafvalstoffen de volledige kosten voor de inzameling en verwerking van hun afvalstoffen vergoeden. Wanneer een openbaar bestuur deze taak uitvoert dan zal zij door contantbelasting of een combinatie van belastingen en een contantbelasting de gehele kost moeten verhalen op de bedrijven of instellingen. Maar wanneer de bedrijfsafvalstoffen samen met huishoudelijke afvalstoffen worden ingezameld, dan is het in de praktijk niet altijd evident om een verschillende vergoeding op te leggen. 1.2 Bedrijfsafvalinzameling in de praktijk vandaag Ruim 90% van alle afvalstoffen die in het Vlaamse gewest worden geproduceerd zijn bedrijfsafvalstoffen. Uit cijfers van de OVAM blijkt dat ruim 80% van deze bedrijfsafvalproductie komt van Kleine en Middelgrote Ondernemingen (KMO s). Dat is niet verwonderlijk, want Vlaanderen is een regio met zeer veel KMO s. In dit rapport gaat bijzondere aandacht naar de afvalinzameling en -verwerking van de bedrijfsafvalstoffen van kleine ondernemingen. Dit zijn volgens de bepalingen van het KMO-plan ondernemingen met minder dan 10 werknemers. Dit betekent dat bij deze groep ook de zelfstandige ondernemers horen. De gegevens verzamelen over de afvalproductie van kleine ondernemingen in het Vlaamse gewest is niet eenvoudig. De ondernemingen hebben in het verleden niet altijd de afvalmeldingsplicht opgevolgd. Vandaag werkt de OVAM met een statistische verantwoorde steekproef van ondernemingen en instellingen om de productie, inzameling en verwerking van bedrijfsafvalstoffen in kaart te brengen. 5

Uit de commentaar bij de enquête huishoudelijke afvalstoffen blijkt dat het niet voor elke gemeente helemaal duidelijk is welke afvalstoffen met bedrijfsafvalstoffen gelijkgesteld worden. Het onderscheid tussen huishoudelijke en bedrijfsafvalstoffen is belangrijk om te bepalen: - wie de zorgplicht heeft; - hoe de kostenvergoeding moet gebeuren; - welke afvalstoffen kunnen afgesplitst worden van het cijfer van huishoudelijke afvalstoffen 1.2.1 Types bedrijfsafvalstoffen Bedrijfsafvalstoffen ontstaan niet enkel in bedrijven, maar ook bij verenigingen en bij instellingen zoals scholen en eigen gemeentediensten. Het VLAREA stelt namelijk alle afvalstoffen die geen huishoudelijke afvalstoffen zijn gelijk aan bedrijfsafvalstoffen. 1.2.1.1 Gemeentelijke bedrijfsafvalstoffen De diensten en instellingen van de gemeente produceren bij hun activiteiten verschillende afvalstromen. Die worden aangeduid onder de algemene noemer gemeentelijke bedrijfsafvalstoffen (GBAS). Een groot aantal daarvan kan selectief worden ingezameld voor recyclage of aangepaste verwerking. Het is belangrijk dat gemeentediensten vanuit een voorbeeldfunctie voor de burgers en de bedrijven hun afvalstoffen sorteren aan de bron. Toch blijft er nog een bepaalde hoeveelheid ongesorteerd afval. Gemeentelijke bedrijfsafvalstoffen kunnen op verschillende locaties in een gemeente ontstaan: - gemeentehuis - andere gemeentediensten - cultureel centrum - gemeentelijke bibliotheek - kantoren van politie, brandweer of andere gemeentelijke hulpdiensten - OCMW-kantoren - gemeentelijke begraafplaatsen en columbaria - depot van de technische diensten - werkplaats voor machines en voertuigen van de gemeente - gemeenteschool - gemeentelijke sporthal of zwembad Het gaat dus om alle gemeentelijke diensten, met uitzondering van de straatreiniging en openbare netheid. Het ledigen van de straatvuilnisbakjes, het vegen van de straten, het opruimen van sluikstorten en andere ingrepen die zorgen voor openbare reiniging, leveren straat- en veegvuil op dat gelijkgesteld is met huishoudelijke afvalstoffen. Dit is geen bedrijfsafval. 6

De inzameling van de gemeentelijke bedrijfsafvalstoffen gebeurt soms op het depot van de technische diensten, maar soms ook op het gemeentelijke containerpark. Niet zelden wordt daarvoor geen afgiftebewijs of een factuur voor opgesteld. Gemeentebesturen zijn dus vaak niet op de hoogte hoeveel gemeentelijke bedrijfsafvalstoffen er jaarlijks ingezameld worden. Om precies te bepalen hoeveel bedrijfsvuil en grofvuil de gemeentediensten hebben geproduceerd in een jaar, kunnen dezelfde methodes als voor de afsplitsing van het afval van bedrijven en instellingen worden gebruikt die later worden besproken. 1.2.1.2 Scholen en onderwijsinstellingen Scholen van het Gemeenschapsonderwijs en vrije, gesubsidieerde scholen mogen van de lokale besturen geen sociale voordelen ontvangen, tenzij deze uitdrukkelijk worden vermeld in het besluit van de Vlaamse regering van 1991. Deze limitatieve lijst heeft geen enkele verwijzing naar de afvalinzameling en verwerking van scholen. Het gratis ophalen van bedrijfsafvalstoffen van scholen, of toekennen van bepaalde verminderingen op de afvalfactuur is in een strikte interpretatie een overtreding van de bepaling van het Schoolpact. Deze beperkingen gelden niet voor scholen waarvan de gemeente of de provincie de inrichtende macht is. Anderzijds mogen de lokale besturen geen onderscheid maken in de behandeling van de scholen. Indien een gemeente zelf of in opdracht de bedrijfsfvalstoffen van onderwijsinstellingen inzamelt, dan dient zij dat te doen voor scholen van alle onderwijsnetten zonder onderscheid. Een onderscheid wat betreft de contantbelasting of retributie voor de afvaldienstverlening is wel toegestaan tussen de lokale gemeente- of provinciale school enerzijds en de scholen van de andere netten. Wanneer een of alle scholen van het gemeentelijke onderwijs autonoom bestuurd worden door een zelfstandige inrichtende macht, dan dienen zij wat betreft de afvaldienstverlening zoals de scholen van de andere netten te worden behandeld. De afvalstoffen van die scholen behoren dan ook niet langer tot de gemeentelijke bedrijfsafvalstoffen. 1.2.1.3 Afval van socio-culturele verenigingen en evenementen De gemeenten stellen veel infrastructuur ter beschikking van de burgers en verenigingen. Bij de activiteiten die zich daarin afspelen ontstaan afvalstoffen die als bedrijfsafvalstoffen worden beschouwd. Een voorbeeld is de afvalberg na een fuif of een ander evenement in een gemeentelijke feestzaal, of het afval dat wordt opgeruimd na een wedstrijd in een gemeentelijke sporthal of sportstadion. In de kleedruimtes en kantines van sportclubs, in de clublokalen van jongerenverenigingen of de jeugdhuizen ontstaan bij de activiteiten (vergelijkbare) bedrijfsafvalstoffen. Een gemeentebestuur kan autonoom beslissen om deze op te halen tijdens de huis-aan-huis inzameling van het afval van de gezinnen, of de vereniging en zijn vertegenwoordigers de mogelijkheid geven om bepaalde afvalfracties selectief op het containerpark aan te bieden. Het afval van een door de gemeente ingericht evenement behoort uiteraard tot de gemeentelijke bedrijfsafvalstoffen. Dit geldt ook voor de culturele en sportinfrastructuur wanneer dit in beheer door de gemeente gebeurt. Wanneer een zwembad, sportzaal of andere infrastructuur door een concessie of partnerschap is overgedragen aan het beheer van een privaatrechterlijke persoon dan zijn produceert men daar niet langer gemeentelijke bedrijfsafvalstoffen. 7

De gemeente kan autonoom en zonder beperkingen de inzameling en verwerking organiseren van de gemeentelijke bedrijfsafvalstoffen. De inzameling van bedrijfsafvalstoffen van concessiehouders of onafhankelijke onderwijsinstellingen dient te voldoen aan de voorwaarden opgenomen in het KMO-plan. 1.2.1.4 Handelaren- en HoReCa-afval, Dat handelaren, uitbaters van de horecazaken, eigenaars van verschillende soorten ondernemingen bedrijfsafvalstoffen produceren is evident. Vaak zijn deze bedrijven gevestigd in het centrum van een gemeente. De organisatie van de afvalinzameling heeft daarom een belangrijke invloed op de mobiliteit en de leefbaarheid van het centrum.. Handelaren hebben belangrijke hoeveelheden verpakkingsafval zoals karton en plastic folies. Uitbaters van horecazaken hebben dan weer veel keukenafval. Dit afval omvat groente- en fruitafval, maar ook overschotten van bereid voedsel. Zelfs als de hoeveelheden relatief beperkt zijn, moeten zowel lokale besturen als private afvalophalers de handelaars aanmoedigen om hun afvalstromen aan de bron te sorteren. Ook voor deze afvalfracties zijn de gemeenten van rechtswege erkend voor het inzamelen van de met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare fracties. Maar de beperkingen op de hoeveelheden die gelden voor een gezin, zijn ook van toepassing op de handelaren en de horeca. 1.2.1.5 Vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen Bedrijfsafvalstoffen die ontstaan bij huishoudelijke activiteiten zoals het middageten of het reinigen van de lokalen zijn beperkt in hoeveelheid. Ook wat betreft de samenstelling en de aard zijn ze te vergelijken met de afvalstoffen van een gezin. De gemeenten mogen deze afvalstoffen inzamelen, maar zijn daartoe niet decretaal verplicht. Indien de hoeveelheden beperkt zijn, dan kunnen de lokale besturen ook bepaalde vergelijkbare bedrijfsafvalfracties inzamelen van grotere bedrijven. De contantbelasting of retributie voor de inzameling van de vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen moet niet gelijk zijn aan deze voor de gezinnen. De restafvalzak voor bedrijfsafval zou bijvoorbeeld iets duurder kunnen zijn dan die voor het huishoudelijk afval. Algemene regel is dat de lokale besturen voor de inzameling en verwerking van (vergelijkbare) bedrijfsafvalstoffen de volledige kosten moet aanrekenen. Dit kan zowel via een contantbelasting, retributie, algemene milieubelasting of een combinatie ervan. 1.3 De gemeentelijke inzameling van bedrijfsafvalstoffen in cijfers Dit onderzoek gebeurde met gegevens uit de jaarlijkse enquête huishoudelijke afvalstoffen die door de gemeenten wordt ingevuld. Daarin kunnen zij onder de hoofding vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen aanduiden welke hoeveelheden zij van verschillende fracties bedrijfsafvalstoffen hebben ingezameld bij bedrijven en instellingen tijdens het voorbije jaar. Voor 2002, 2003 en 2004 zijn daarover betrouwbare gegevens beschikbaar bij de OVAM. 8

1.3.1 Registratie van ingezamelde bedrijfsafvalstoffen door de gemeenten Het apart registreren van de hoeveelheden ongesorteerde bedrijfsafvalstoffen is erg belangrijk voor de gemeenten. Onder meer om de taakstellingen in het Uitvoeringsplan Huishoudelijke Afvalstoffen en de samenwerkingsovereenkomst te behalen, leveren zij grote inspanningen om het huis-aan-huis ingezamelde gemengd bedrijfsafval en het grofvuil van bedrijfsmatige oorsprong apart bij te houden Een ander voordeel van deze registratie is dat de lokale besturen zo een beter zich krijgen op de uitgaven voor de inzameling en verwerking van afvalstoffen. Op de containerparken starten veel gemeenten met een registratie van de bezoekers en de hoeveelheden afval die ze aanbieden. Met deze systemen kunnen de kleine bedrijven en zelfstandige ondernemers als aanbieders van vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen worden herkend. Voor de huis-aan-huisinzameling is een aparte registratie voor KMO s niet altijd mogelijk. Daarom heeft de OVAM in de voorbije jaren zes methodes goedgekeurd voor de afsplitsing van het gemengd bedrijfsafval van de huishoudelijke afvalstoffen. - anders gekleurde zakken of betaalstickers voor afval van bedrijven en instellingen (A) - statistisch bepalen van het procentuele aandeel in gewicht van het ongedifferentieerd bedrijfsvuil in het huisvuil (B) - statistisch bepalen van de verhouding tussen het aantal recipiënten voor gemengde afvalstoffen door gezinnen enerzijds; en bedrijven en instellingen anderzijds (C) - inzameling met rolcontainers tijdens aparte rondes waarvoor de gebruikers een abonnement betalen. Bepalen van het aandeel van ondernemingen en gezinnen (vooral appartementsgebouwen) (D) - inzameling en aparte weging van de inhoud van permanente of tijdelijk opgestelde containers voor bedrijfsafvalstoffen (E) - weging of volumeregistratie door een ingebouwde chip bij inzameling met automatische diftar (F) De letter tussen haakjes wordt in de verdere tekst gebruikt om op een bondige wijze te kunnen verwijzen naar een bepaalde afsplitsingmethode. Een uitgebreide beschrijving van de verschillende methodes voor afsplitsing staat vermeld bij 1.4. 1.3.2 Resultaten van de bedrijfsafvalinzameling door de gemeenten 160 Vlaamse gemeenten melden de inzameling van één of meer bedrijfsafvalstoffen in de enquête huishoudelijke afvalstoffen. Veel gemeenten vermelden uitdrukkelijk dat zij helemaal geen bedrijfsafvalstoffen inzamelen. Meestal betekent dit echter dat zij geen aparte registratie van de hoeveelheden ingezamelde bedrijfsafvalstoffen hebben uitgevoerd. Elke gemeente heeft immers bedrijfsafvalstoffen, ook wanneer zij geen specifieke afvaldienstverlening biedt aan bedrijven en instellingen. Het afval dat bij de gemeentelijke diensten, de politie en hulpdiensten, het cultureel centrum, ontstaat, is volgens VLAREA bedrijfsafval. 9

Dit is het gemeentelijke bedrijfsafval (GBAS, als GE aan te duiden op de enquête onder de rubriek vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen). 134 gemeenten hebben in de voorbije drie jaar de inzameling van gemengde bedrijfsafvalstoffen gemeld. In 18 gemeenten gaat het daarbij uitsluitend over het gemengde bedrijfsafval van de gemeentediensten. In twee gemeenten worden permanent opgestelde containers in een sporthal geledigd door de gemeentediensten. 116 gemeenten halen bedrijfsvuil huis-aan-huis op bij de bedrijven en instellingen op hun grondgebied. In 2004 zamelden de gemeenten en de lokale besturen samen 164.000 ton van verschillende fracties bedrijfsafvalstoffen in. Daarvan is slechts 45.000 ton selectief ingezameld, tegenover 119.000 ongesorteerd bedrijfsafval. Slechts een klein deel van de gemengde bedrijfsafvalfractie uit de bedrijven is grofvuil (9874 ton). De gemeenten haalden in 2004 ongeveer meer dan 105.000 ton bedrijfsvuil huis-aan-huis op bij de bedrijven en instellingen. 1.3.2.1 Evolutie van de hoeveelheid ingezameld gemengd bedrijfsafval De onderstaande tabel geeft een overzicht van de ongesorteerde bedrijfsafvalstoffen die de gemeenten tussen 2002 en 2004 hebben ingezameld. 2002 2003 2004 Bedrijfsvuil (HV) 86.033 91.754 105.052 Grofvuil (GV) 5.616 8.283 9.874 Gemeentevuil (GE) 927 1.156 4.432 Sorteerresidu PMD(SR) 17 15 16 Totaal 92.593 101.208 119.374 Tabel 1: Hoeveelheden ingezamelde restafvalfracties van bedrijven en instellingen door de gemeenten (in ton) De hoeveelheid gemengd bedrijfsafval die de gemeentebesturen aangeven in de afvalenquête, is in 2004 gestegen met bijna 20.000 ton. In totaal registreerden de gemeentebesturen 105.000 ton bedrijfsvuil. Door het invoeren van aparte registratiesystemen is het voor meer gemeenten mogelijk om de afkomst te bepalen van het aangeboden grofvuil op het gemeentelijke containerpark. Dit verklaart de scherpe toename van de hoeveelheden bedrijfsmatig grofvuil die worden ingezameld. De aangehaalde cijfers zijn opgenomen in dit rapport om een beeld te schetsen van de omvang van de inzameling van bedrijfsafvalstoffen door of in opdracht van de gemeenten. De registratie en de melding ervan bij de enquête huishoudelijke afvalstoffen evolueren positief maar zijn nog verre van volledig. 1.3.2.2 Resultaten per afsplitsingsmethode De lokale besturen kunnen zoals hoger vermeld op verschillende manieren de hoeveelheden bepalen van het gemengd vergelijkbaar bedrijfsafval dat zij hebben ingezameld samen met het huisvuil. Tussen 2002 en 2004 is de toename van hoeveelheid die met elke afsplitsingsmethode werd bepaald niet gelijk. 10

Bedrijfsafval (kg) Figuur 1: evolutie van de hoeveelheid door de gemeenten ingezameld bedrijfsvuil 70.000.000 60.000.000 50.000.000 40.000.000 2002 2003 2004 30.000.000 20.000.000 10.000.000 0 KMO-zakken Statistische berekening Automatische diftar Aparte inzamelrondes Methode Afsplitsingsmethode 2002 2003 2004 Anders gekleurde bedrijfsvuilzakken (A) 8.866.426 10.227.682 14.196.504 Statistische berekening (B en C) 28.281.967 26.653.131 26.348.540 Aparte inzamelrondes (D en E) 38.700.703 53.298.349 62.899.639 Automatische diftar (F) (container met chip) 593.400 1.243.228 1.481.259 Totaal 86.442.496 91.422.390 104.925.942 Tabel 2: ingezamelde hoeveelheid gemengd bedrijfsafval per methode (in kg) Ongeveer 60% van het gemengd bedrijfsafval dat lokale besturen inzamelen, wordt tijdens aparte rondes opgehaald. De afgesplitste hoeveelheid bedrijfsvuil die samen met huisvuil werd ingezameld, steeg maar in beperkte mate in vergelijking met de toename van de hoeveelheid gemengd bedrijfsvuil dat bij aparte rondes werd ingezameld vanaf 2002 tot 2004. De afgesplitste hoeveelheid (methodes A, B, C en F) nam slechts toe van 37.000 ton tot 42.000, terwijl de door de gemeenten apart ingezamelde bedrijfsafvalstoffen een sterke stijging kende van 38.000 ton tot 62.000 ton in twee jaar. Het totaal aantal gemeenten dat gegevens verstrekt over de inzameling van gemengde bedrijfsafvalstoffen aan huis bij de bedrijven en instellingen, is op twee jaar tijd meer dan verdubbeld. 11

2002 2003 2004 Anders gekleurde bedrijfsvuilzakken 20 40 48 Statistische berekening 6 8 16 Automatische diftar (container met chip) 2 11 13 Aparte inzamelrondes 33 43 51 Totaal 61 102 128 Tabel 3: aantal gemeenten per methode om gemengde bedrijfsafvalstoffen in te zamelen Om bedrijfsvuil dat samen met huisvuil is ingezameld af te splitsen, gebruiken zeer veel gemeenten anders gekleurde recipiënten voor de gemengde bedrijfsafvalstoffen. Toch wint gewogen diftar met chip veld als afsplitsingmethode. De invoering van dit type diftar voor huishoudelijk afval speelt hier duidelijk een rol. De toename van het aantal gemeenten dat een bepaalde methode van inzameling en/of afsplitsing toepast en de totale hoeveelheid bedrijfsvuil die door die gemeenten wordt ingezameld is verschillend. Bij de gemeenten die anders gekleurde bedrijfsafvalzakken gebruiken is de toename van het ingezamelde bedrijfsvuil relatief beperkt. Dit geldt ook voor de zogenaamde diftar-gemeenten. Wanneer meer gemeenten een aparte inzamelronde voor bedrijfsafval registreren in de afvalenquête, stijgt logischerwijze de hoeveelheid ingezameld bedrijfsvuil. Nader onderzoek leert dat vooral kleine en landelijke gemeenten voor anders gekleurde zakken kiezen. In de grote stedelijke centra en de gemeenten met belangrijke economische centrumfuncties of een belangrijke toeristische activiteit wordt gemengd bedrijfsafval vooral via aparte inzamelrondes opgehaald.. 1.3.2.3 Overzicht van de huis-aan-huis inzameling van gemengd bedrijfsafval door de gemeenten De grote steden Antwerpen en Gent zamelen de grootste hoeveelheden gemengd bedrijfsafval in. In Antwerpen gebeurt dit vooral samen met het huisvuil. De geregistreerde hoeveelheid is statistisch bepaald als een procentueel deel van de hoeveelheid ingezameld gemengd afval. In Gent organiseert een aparte bedrijfstak van de intergemeentelijke vereniging IVAGO aparte inzamelrondes bij bedrijven. In vrijwel alle kustgemeenten en enkele toeristische centra worden zowel bij de inzamelrondes voor het huisvuil van de gezinnen, als bij aparte rondes voor de lediging en inzameling van de inhoud van grotere rolcontainers, vrij grote hoeveelheden gemengd bedrijfsafval opgehaald bij de ondernemingen. Ook in de economische knooppunten van Vlaanderen halen de lokale besturen vrij belangrijke hoeveelheden bedrijfsvuil bij de ondernemingen en handelaren op. Opvallend zijn de grote hoeveelheden die in gemeenten met een grote industriële activiteit worden ingezameld door of in opdracht van de lokale overheid. De dienstverlening die de lokale besturen de bedrijven aanbieden lijkt dus gestuurd te worden vanuit een bezorgdheid om de lokale economische bedrijvigheid te ondersteunen. 12

De onderstaande tabel geeft een overzicht van de 20 Vlaamse gemeenten die de grootste hoeveelheden gemengd bedrijfsafval aan huis hebben ingezameld in 2004. Gemeente/stad Hoeveelheid bedrijfsvuil (in ton) Inzamel/afsplitsingsmethode 1 Antwerpen 17.805,65 Statistisch aandeel 2 Gent 16.090,00 Aparte ronde 3 Koksijde 7.882,44 Aparte ronde en KMO-afvalzakken 4 Brugge 6.418,87 Aparte ronde en KMO-afvalzakken 5 Kortrijk 4.381,28 Aparte ronde 6 Mechelen 3.808,60 Statistisch aandeel 7 Middelkerke 2.795,83 Aparte ronde en KMO-afvalzakken 8 Oostende 2.183,51 Aparte ronde 9 De Haan 2.171,28 Aparte ronde en KMO-afvalzakken 10 Geel 1.969,84 Aparte ronde 11 Knokke-Heist 1.925,25 Aparte ronde en KMO-afvalzakken 12 Blankenberge 1.854,87 Aparte ronde en KMO-afvalzakken 13 Vilvoorde 1.489,82 Aparte ronde 14 Bredene 1.459,89 Aparte ronde en KMO-afvalzakken 15 Sint-Niklaas 1.416,32 Aparte ronde en KMO-afvalzakken 16 De Panne 1.317,74 Aparte ronde en KMO-afvalzakken 17 Beveren 1.050,58 Aparte ronde 18 Willebroek 1.031,52 Statistisch aandeel 19 Roeselare 838,321 Kmo-afvalzakken 20 Edegem 785,126 Statistisch aandeel Tabel 4: Omvang van de inzameling van gemengd bedrijfsvuil door de lokale besturen in ton per jaar In de bovenstaande tabel zijn naast de hoeveelheden ook de methode van afsplitsing of inzameling opgenomen. Opvallend is verder dat de grootste hoeveelheden bedrijfsvuil vooral ingezameld worden tijdens aparte rondes die gemeenten of intergemeentelijke verenigingen organiseren om het gemengd bedrijfsvuil van bedrijven en instellingen in te zamelen. In gemeenten waar de hoeveelheid ingezameld gemengd bedrijfsafval statistisch werd bepaald liggen de waarden opvallend hoger dan in de gemeenten waar de afsplitsing met anders gekleurde zakken of een geautomatiseerde diftar met chip gebeurt. 13

1.3.3 Analyse van de bedrijfsafvaldienstverlening 1.3.3.1 Gemengd bedrijfsafval per inwoner De dienstverlening aan bedrijven en de omvang van de inzameling van bedrijfsvuil vergelijken kan enkel door de hoeveelheden om te rekenen naar het aantal inwoners van elke gemeente. Bij deze vergelijking blijkt beter de omvang van de activiteiten van bepaalde gemeenten en intergemeentelijke verenigingen op dit vlak. Tabel 5 geeft een overzicht voor de twintig Vlaamse gemeenten die per inwoner de grootste hoeveelheid gemengd bedrijfsafval inzamelen. In de laatste kolom is de methode van inzamelen of van het afsplitsen van bedrijfsafval opgenomen. Bedrijfsvuil per inwoner (in kg per inwoner) Totale hoeveelheid bedrijfsvuil (in ton) Inzamel/afsplitsing-methode Koksijde 377,22 7.882,44 Aparte ronde en KMO-afvalzakken De Haan 185,31 2.171,28 Aparte ronde en KMO-afvalzakken Middelkerke 159,75 2.795,83 Aparte ronde en KMO-afvalzakken De Panne 132,80 1.317,74 Aparte ronde en KMO-afvalzakken Blankenberge 102,55 1.854,87 Aparte ronde en KMO-afvalzakken Bredene 98,62 1.459,89 Aparte ronde en KMO-afvalzakken Gent 70,16 16.090,00 Aparte ronde Kortrijk 59,22 4.381,28 Aparte ronde Geel 57,19 1.969,84 Aparte ronde Knokke-Heist 57,00 1.925,25 Aparte ronde en KMO-afvalzakken Brugge 54,85 6.418,87 Aparte ronde en KMO-afvalzakken Mechelen 49,47 3.808,60 Statistische bepaling Lennik 47,03 410,383 Aparte ronde Willebroek 45,17 1.031,52 Statistische bepaling Vilvoorde 40,85 1.489,82 Aparte ronde Antwerpen 39,12 17.805,65 Statistische bepaling Machelen 38,87 470,737 Aparte ronde Edegem 35,83 785,126 Statistische bepaling Zemst 35,1 738,189 Aparte ronde Meise 34,86 642,407 Aparte ronde Tabel 5: Hoeveelheid bedrijfsvuil per inwoner per jaar ingezameld door de gemeenten 14

Bij de vergelijking volgens de ingezamelde hoeveelheid gemengd bedrijfsafval per inwoner per jaar treffen we boven aan de lijst opnieuw vooral de kustgemeenten, de grote steden en de gemeenten met belangrijke industriële activiteit. Met 100 en meer kilogram gemengd bedrijfsafval per inwoner per jaar zijn de kustgemeenten duidelijk koploper van de gemeentelijke bedrijfsafvalinzamelaars. Gemiddeld zamelt een gemeente of intergemeentelijke vereniging 25,2 kg gemengd bedrijfsafval in per inwoner per jaar. Dit gemiddelde ligt opvallend hoger dan de mediaan. Die bedraagt 12,8 kg per inwoner per jaar. Dit verschil kan worden verklaard door de zeer grote gemiddelde hoeveelheden gemengd bedrijfsafval die door enkele gemeenten worden ingezameld. Slechts een veertigtal gemeenten zamelt meer dan de gemiddelde hoeveelheid gemengd bedrijfsvuil in per inwoner. Het probleem van de afbakening van de afvaldienstverlening voor de bedrijven lijkt daarom sterk gebonden aan lokale, vooral economische omstandigheden. 1.3.3.2 Aandeel bedrijfsafval in het ongesorteerde afval van de gemeenten De omvang van de dienstverlening binnen het takenpakket van de lokale besturen is duidelijk wanneer het procentueel aandeel van het gemengd bedrijfsafval wordt berekend ten opzicht van de totale hoeveelheid ongesorteerd afval dat de gemeenten huis-aan-huis inzamelen. In de onderstaande tabel zijn ook de inzamel- en afsplitsingsmethodes opgenomen ter vergelijking. Aandeel% Methode 1 KOKSIJDE 62,54 Andere zakken + aparte rondes 2 DEHAAN 45,21 Andere zakken + aparte rondes 3 GEEL 40,01 aparte ronde 4 BREDENE 36,42 Andere zakken + aparte rondes 5 BLANKENBERGE 34,36 Andere zakken + aparte rondes 6 GENT 33,14 aparte ronde 7 KORTRIJK 32,22 aparte ronde 8 LENNIK 31,50 aparte ronde 9 EDEGEM 27,74 statistisch aandeel 10 AALST 27,00 aparte ronde 11 MECHELEN 26,61 statistisch aandeel 12 ANTWERPEN 25,10 statistisch aandeel 13 BRUGGE 23,22 Andere zakken + aparte rondes 14 PUURS 22,26 statistisch aandeel 15 WILLEBROEK 20,79 statistisch aandeel Tabel 6: Aandeel bedrijfsvuil in totaal ingezamelde gemengde afvalstoffen door de lokale besturen 15

Het bedrijfsvuil is in de gemeenten waarvoor gegevens beschikbaar zijn, gemiddeld precies één vijfde (20%) van het gemengde afval dat de gemeenten inzamelen. Het bijzonder grote aandeel van bedrijfsvuil in het ingezamelde ongesorteerd afval in de kustgemeenten duwt dit cijfer de hoogte in. Berekend zonder de kustgemeenten bedraagt het gemiddelde aandeel in gemeenten met deze dienstverlening slechts 17,5%. De gemiddelde hoeveelheid die per inwoner wordt ingezameld en het aandeel van het bedrijfsvuil in de ingezamelde gemengde afvalstoffen verschillen bijzonder sterk tussen de verschillende inzamel- en afsplitsingmethodes. Behalve in combinatie met aparte rondes, zoals in de kustgemeenten, zijn de hoeveelheden die per inwoner worden ingezameld met anders gekleurde bedrijfsafvalzakken vrij beperkt. De hoeveelheden die worden ingezameld in diftar-gemeenten liggen zeer ver onder de gemiddelde waarde per inwoner. Anderzijds levert een afsplitsing van samen ingezameld bedrijfsvuil met een statistische methode opvallend hoger waarden dan anders gekleurde zakken of geautomatiseerde diftar. Uit tabel 6 blijkt dat vooral in gemeenten die aparte inzamelrondes inrichten naar verhouding veel gemengd bedrijfsafval wordt ingezameld. In vergelijking met andere afsplitsingmethodes levert de statistische bepaling van het aandeel gemengd bedrijfsafval een hoger procentueel aandeel ten opzichte van het ingezamelde ongesorteerd afval van de gemeenten. Methode %aandeel gemengd afval KMO-afvalzakken (A) 7,3 Statistische bepaling (B en C) 18,6 Aparte rondes (D en E) 18,7 Automatische diftar (container met chip) (F) 6,0 Tabel 7: Gemiddeld aandeel bedrijfsvuil van ingezamelde gemengde afvalstoffen per inzamel/afsplitsingmethode 1.3.4 Besluit De inzameling van gemengd bedrijfsafval is zeer verschillend in de Vlaamse gemeenten. De meeste gemeenten beperken zich tot het inzamelen van relatief beperkte hoeveelheden ongesorteerd bedrijfsafval van kleine bedrijven en zelfstandige ondernemers. Enkele gemeenten halen veel meer bedrijfsafval op bij waarschijnlijk grotere ondernemingen. De inzameling van huisvuil en vergelijkbaar bedrijfsafval in de kustgemeenten is verschillend van deze in andere Vlaamse gemeenten. Het is voor de lokale besturen bij de zeer talrijke inzamelrondes tijdens het toeristische hoogseizoen vaak erg moeilijk om het onderscheid tussen huishoudelijke en de vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen te maken. Deze problematiek zal bij de werkzaamheden van een speciale werkgroep verder worden besproken. Het afsplitsen van bedrijfsvuil van het cijfer voor huishoudelijke afvalstoffen is en blijft moeilijk voor deze gemeenten. Ook de relatie tussen de afsplitsing en de correctiefactor op het restafval verdient verdere aandacht. 16

1.4 Afsplitsen van bedrijfsafval uit cijfer huishoudelijke afvalstoffen De OVAM biedt de gemeenten de mogelijkheid om de hoeveelheid huishoudelijke restafval te corrigeren door de hoeveelheden van de betreffende bedrijfsafvalfracties in mindering te brengen. Elke gemeente kan slechts een methode aanwenden om de hoeveelheid vergelijkbaar gemengd bedrijfsafval te berekenen dat zij heeft opgehaald. De gemeenten kunnen op verschillende manieren de hoeveelheden gemengd bedrijfsafval en grofvuil bepalen: door een aparte inzameling of registratie of door het nauwkeurig en betrouwbaar berekenen van het aandeel bedrijfsafvalstoffen in het huisvuil of grofvuil. De OVAM aanvaardt verschillende meet- en berekeningswijzen daarvoor: - anders gekleurde zakken voor afval van bedrijven en instellingen (A) - statistisch bepalen van het aandeel gemengd bedrijfsvuil (B) - statistisch bepalen van de verhouding tussen huisvuil en gemengd bedrijfsafval(c) - inzameling tijdens aparte (D) - inzameling van permanente of tijdelijk opgestelde containers voor bedrijfsafvalstoffen (E) - weging met automatische diftar (F) 1.4.1 Afsplitsing aanvragen en melden Ongeacht de methode van inzameling of afsplitsing, de OVAM dient daaraan vooraf haar goedkeuring te verlenen. De gemeenten richten per brief een aanvraag daartoe aan de OVAM. Daarbij legt de gemeenten of de intergemeentelijke vereniging voor op welke manier zij de hoeveelheden gemengd bedrijfsafval wil bepalen. Jaarlijkse bieden de gemeenten een overzicht van de berekeningen voor de afsplitsing aan de OVAM aan. De gevraagde gegevens zijn afhankelijk van de gebruikte afsplitsingmethode. Om de procedure eenvoudiger te maken zijn bepaalde verplichtingen voor het uitvoeren van steekproeven en wegingen sterk verminderd. Met verwijzing naar de toestemming van de OVAM kunnen de gemeenten of de intergemeentelijke verenigingen de hoeveelheid gemengd bedrijfsafval afsplitsen van het cijfer huishoudelijke afvalstoffen. De hoeveelheid bedrijfsafval moet echter wel worden meegedeeld in de enquête huishoudelijke afvalstoffen. 17

1.4.2 Methode A: anders gekleurde bedrijfsafvalzakken 1.4.2.1 Werkwijze Gemeenten die deze afsplitsingmethode gebruiken, verstrekken anders gekleurde vuilniszakken voor de huis-aan-huis inzameling van met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbaar gemengd bedrijfsafval. Deze bedrijfsafvalzakken of andere recipiënten worden samen met het huisvuil van de gezinnen ingezameld. De berekening van de hoeveelheid gemengd bedrijfsafval aangeboden door ondernemingen en instellingen gebeurt op basis van het aantal verkochte bedrijfsafvalzakken op jaarbasis en met het gemiddelde gewicht van deze zakken. Voor de bedrijfsvuilzak is door het KMO-plan geen gemiddeld gewicht bepaald. Daarom bepalen de gemeenten zelf het gemiddeld gewicht van hun bedrijfsafvalzak ten minste twee maal per jaar. Daarvoor verzamelen en wegen ze een representatief aantal bedrijfsafvalzakken uit verschillende delen van een gemeente. Deze meting wordt in principe elk jaar opnieuw uitgevoerd. De berekeningen worden ofwel vooraf naar de OVAM gestuurd met de vraag voor goedkeuring van de afsplitsing. Indien bij het invullen van de enquête huishoudelijke afvalstoffen in maart nog geen toelating is verleend door OVAM, dan wordt de berekening van de afsplitsing als bijlage gevoegd bij de enquête. Ofwel voert de gemeente ze reeds zelf door, ofwel zal de OVAM een aanpassing volgens de goedgekeurde afsplitsing doorvoeren. Op de enquête huishoudelijke afvalstoffen dienen de gemeenten de hoeveelheid gemengd afval dat werd opgehaald bij bedrijven en instellingen aan te duiden met de code HV in het luik vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen. De commentaarrubriek dient een verwijzing te bevatten naar de toelating van de OVAM voor de afsplitsing van het betreffende jaar (referentie van de brief). 1.4.2.2 Randvoorwaarden Deze vuilniszakken voor de bedrijven worden vaak aangeduid als KMOafvalzakken. Ze zijn niet enkel bestemd voor kleine ondernemingen en handelaren. Ook scholen, kantoren, instellingen, gemeentediensten, verenigingen en sportclubs zijn producenten van bedrijfsafvalstoffen en dienen deze specifieke afvalzakken te gebruiken. Het gemeentelijke politiereglement vermeldt best dat alle producenten van bedrijfsafvalstoffen verplicht zijn de anders gekleurde zakken te gebruiken voor de inzameling van hun vergelijkbaar gemengd bedrijfsafval. Bij de verkoop van de bedrijfsafvalzakken registreert de gemeente naam, adres, BTW-nummer en andere gegevens waaruit blijkt dat de aankoper een producent is van (vergelijkbare) bedrijfsafvalstoffen. Dit moet vermijden dat particuliere gezinnen deze zakken aanschaffen en gebruiken. De beoefenaars van vrije beroepen die werken op hun vaste verblijfplaats kunnen geen gebruik maken van de bedrijfsafvalzakken. Het is onmogelijk om een scheiding door te voeren met het afval uit de normale activiteiten van het gezin van de beoefenaar van een vrij beroep. Voor de medische en paramedische beroepen bestaan voor de bedrijfseigen afvalstoffen geschikte inzamelkanalen van privé-bedrijven. Om verder een correct beeld te krijgen van het afgesplitste bedrijfsafval wordt het aantal bedrijfsafvalzakken dat aangekocht kan worden in het begin beperkt tot de maximale voorraad die een bedrijf nodig heeft voor één jaar. Grotere aankopen zouden in de beginfase van deze methode immers kunnen leiden tot een verkeerde weergave van de hoeveelheid ingezameld bedrijfsafval. 18

Het blijkt voor veel gemeenten bijzonder moeilijk te zijn om deze steekproef elk jaar opnieuw uit te voeren. De resultaten verschillen meestal slechts in zeer beperkte mate van elkaar. Het is voor de OVAM niet mogelijk om de metingen op te volgen en standaarden op te leggen. Een vereenvoudiging is dus zeker nodig. De verplichting om elk jaar steekproeven van het gemiddeld gewicht te organiseren vervalt voor gemeenten die met deze methode een afsplitsing van het bedrijfsvuil willen doorvoeren. Bij de berekening van de hoeveelheid ingezameld bedrijfsvuil mogen de gemeenten enkel een gemiddeld gewicht van 7,26 kilogram per 60 liter gebruiken. Dit is het gemiddeld gewicht van een huisvuilzak van de gezinnen zoals bepaald in het Uitvoeringsplan Huishoudelijke Afvalstoffen. De gemeente of de intergemeentelijke verenigingen zamelen kan in principe enkel vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen in. Dit betekent dat naar aard, samenstelling, maar voor de hoeveelheid het aangeboden gemengd bedrijfsvuil vergelijkbaar moet zijn met wat de gezinnen aanbieden. Indien de inzameling gebeurt met rolcontainers van verschillende volumes dan dient op basis van de verhouding tussen gewicht en volume van de 60 liter huisvuilzak een omrekening te gebeuren. Het is dus niet langer vereist om rolcontainers te wegen tijdens een steekproef. De volgende omzetting geldt dan voor de berekening: - Een container gemengd afval met inhoud 120 liter weegt 14,5 kilogram - Een gevulde container van 240 liter weegt 29,04 kilogram - De inhoud van een 1100 liter container weegt gemiddeld 133,1 kilogram. Het aangeboden gemengde bedrijfsafval dient ook qua hoeveelheid vergelijkbaar te zijn met het huisvuil van de gezinnen. De maximaal aan te bieden hoeveelheden gemengd bedrijfsafval mogen de bij politiereglement vastgelegde hoeveelheden voor de particuliere gezinnen niet overschrijden. Het Uitvoeringsplan Huishoudelijke Afvalstoffen oppert dat een gemiddeld gezin bij een tweewekelijkse inzameling gemiddeld vier huisvuilzakken of één container van 240 liter aanbiedt. Wanneer bedrijven grotere hoeveelheden gemengd bedrijfsafval wensen aan te bieden, dan dienen zij zich te richten tot een privé-bedrijf voor deze dienstverlening. Lokale besturen kunnen instaan voor de inzameling van bedrijfsafvalstoffen als ze over de nodige vergunningen beschikken en de volledige kost doorrekenen. Aandachtspunten: - aantal verkochte zakken registreren; - gegevens registreren van bedrijven die zakken aankopen; - maximum aantal zakken verkopen op jaarbasis; - goede communicatie en stimuleren van de bedrijven en instellingen voor sorteren aan de bron; - maximale hoeveelheden aan te bieden vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen; - doorverwijzen naar privé-(milieu)bedrijven van producenten van grotere hoeveelheden gemengd bedrijfsafval; 19

1.4.3 Methode B: Statistische bepaling van het aandeel bedrijfsvuil bij een gemeenschappelijke inzameling met het huisvuil 1.4.3.1 Werkwijze De afsplitsing gebeurt op basis van een statistisch verantwoorde schatting van de verhouding tussen het gemengd bedrijfsafval en het huisvuil dat samen werd ingezameld. Het resultaat van deze schatting is ofwel een procentueel aandeel voor het bedrijfsvuil, ofwel een bepaalde hoeveelheid bedrijfsvuil uitgedrukt in gewicht per inwoners per jaar. Elk jaar berekent de gemeente of intergemeentelijke vereniging vanuit de totale huis-aan-huis ingezamelde hoeveelheid gemengd afval de grootte van het bedrijfsvuil. De gemeente kan in het andere geval de totale hoeveelheid bedrijfsvuil bepalen door het gewicht per inwoner te vermenigvuldigen met het aantal inwoners voor dat jaar volgens de gegevens van het Nationaal Instituut voor de Statistiek. De metingen en de berekeningen vergen een belangrijke inspanning van de gemeenten. De steekproeven dienen slechts elke vijf jaar te worden herhaald. Deze methode blijft geldig voor maximum 5 jaren op voorwaarde dat de resultaten jaarlijks aangepast worden via een correctiefactor. Deze wordt bepaald op basis van de verhouding tussen de inzamelpunten bedrijven tegenover de inzamelpunten gezinnen. Tijdens tenminste twee ruim in de tijd gescheiden momenten worden bijzondere ronden georganiseerd om het gemengd bedrijfsafval op te halen. Dit gebeurt op hetzelfde ogenblik als de inzameling van het huisvuil. Een eerste ophaalwagen neemt enkel de huisvuilzakken of de rolcontainer van particulieren mee. Deze wordt gevolgd door een tweede ophaalwagen die op de adressen van bedrijven, horecazaken, winkels, scholen, de zakken ophaalt of de inhoud van de aangeboden containers ledigt. Hieruit bepaalt men als momentopname de verhouding in gewicht van bedrijfsvuil en huisvuil als een procentuele verhouding. Dit geeft een beeld van het aangeboden bedrijfsafval per ophaalronde en kan men dit extrapoleren op jaarbasis. 1.4.3.2 Voorwaarden Op adressen met een gemengde woon- en bedrijfsfunctie (woonst en handelszaak of bedrijf op hetzelfde adres) wordt het aantal wooneenheden en bedrijfseenheden geteld en wordt het overeenstemmend aandeel huisvuilzakken ofwel als huishoudelijk afval ofwel als bedrijfsafval beschouwd. Deze aanpassing is bijzonder belangrijk om een overschatting te vermijden. 1.4.3.3 Aandachtspunten: - correct en objectief onderscheid tussen afval van een woongelegenheid en een handelszaak - duidelijke definitie van bedrijf of instelling - gemengd afval van beoefenaars van vrije beroepen komen niet aanmerking voor afsplitsing - opvangen van seizoensinvloeden of van bepaalde evenementen - maximale hoeveelheden voor vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen 20