Examen Federatie Financieel Planner Vrijdag 14 juni 2013 DEEL I 10.00-12.00 uur - Meerkeuzevragen - Dit deel van het examen bevat 30 meerkeuzevragen, op 14 pagina's. Norm is 10 fouten. N.B.: Schriftelijke toelichting op antwoorden wordt niet bij de beoordeling meegewogen. Uw naam en examennummer s.v.p. correct op het antwoordformulier vermelden. Vul uw antwoorden in met potlood. U dient te blijven zitten tot 12.00 uur en totdat uw enveloppe is opgehaald door een surveillant.
Vraag 1 Jan Jobsis is 40 jaar oud en heeft sinds 2001 een verhuurde onroerende zaak in eigendom. Op de onroerende zaak is voor Jan vanaf het moment van de aankoop de zogenaamde terbeschikkingstellingsregeling zoals opgenomen in de Wet IB 2001 van toepassing. Gegevens per 1 januari 2013 van de onroerende zaak: - waarde in het economische verkeer en WOZ-waarde 1.000.000; - financiering bij de bank voor de aankoop van onroerende zaak in 2001: met een restanthoofdsom van 100.000, en een rente van 5% op jaarbasis; - financiering voor de verbouwing van de onroerende zaak in 2003 bij Axel B.V., waarin Jan een 50% aandelen belang heeft: met een restanthoofdsom van 100.000, en een rente van 5% op jaarbasis; - bruto huur op jaarbasis 80.000. In welke box van de Wet IB 2001 kwalificeert de financiering bij de bank respectievelijk de financiering bij Axel B.V. voor Jan? A. Financiering bij de bank in box 1, financiering bij Axel B.V. in box 1. B. Financiering bij de bank in box 1, financiering bij Axel B.V. in box 2. C. Financiering bij de bank in box 3, financiering bij Axel B.V. in box 2. D. Financiering bij de bank in box 3, financiering bij Axel B.V. in box 3. Vraag 2 Tineke de Leeuw is op 2 februari 2013 overleden. Zij heeft geen testament. Tineke was niet getrouwd en heeft geen afstammelingen. Haar vader en moeder, haar ene zus Maartje en haar twee broers Pieter en Kars zijn nog in leven. Pieter heeft een dochter Petra. De andere zus van Tineke, te weten Ria, is vooroverleden voor 2 februari 2013 met achterlating van 2 nog in leven zijnde kinderen, René en Ruth. De nalatenschap van Tineke bedraagt 400.000. Alle erfgenamen hebben de erfenis zuiver aanvaard. Bij de beantwoording van de vraag dient geen rekening te worden gehouden met kosten en belastingen. Op welk bedrag van de nalatenschap heeft Ruth recht op grond van het wettelijk erfrecht? A. 0. B. 12.500. C. 25.000. D. 28.571. Page 1 of 14
Vraag 3 Welke van de volgende stellingen over een future als financieel contract is juist? 1. Een future heeft altijd een verwachtingswaarde (tijdswaarde). 2. Aangezien bij een future de prijs in het termijncontract nooit vaststaat, zijn de winsten en verliezen onbeperkt. A. Stelling 1 is juist, stelling 2 is juist. B. Stelling 1 is juist, stelling 2 is onjuist. C. Stelling 1 is onjuist, stelling 2 is juist. D. Stelling 1 is onjuist, stelling 2 is onjuist. Vraag 4 Karel Cornelissen heeft bij financieringsmaatschappij BAC de volgende lening: - hoofdsom van 250.000; - rentevastperiode van 5 jaar; - nominale rente van 3% op jaarbasis, deze is per jaar achteraf verschuldigd; - resterende looptijd is heden exact 1 jaar en de nominale rente voor een rentevastperiode van exact 1 jaar bedraagt op dit moment 4% op jaarbasis bij betaling per jaar achteraf; - boetevrije aflossing van 20% per jaar over de hoofdsom; over het restant van de hoofdsom wordt nominale boeterente berekend bij vervroegde aflossing of oversluiting; - bij berekening van de nominale boeterente wordt gebruik gemaakt van de contante-waarde-methode, waarbij voor het contant maken in casu gerekend wordt met het nominale rentepercentage van de resterende looptijd; - indien het nominale rentepercentage van deze lening lager is dan het per heden geldende nominale rentepercentage voor leningen met een looptijd overeenkomend met de resterende looptijd van de lening, is geen boeterente verschuldigd. Karel besluit de gehele lening per heden over te sluiten bij een andere aanbieder. Bij de beantwoording van de vraag dient geen rekening te worden gehouden met overige kosten en belastingen. Welk afgerond bedrag aan nominale boeterente mag de financieringsmaatschappij BAC aan Karel in rekening brengen, indien Karel de lening geheel per heden oversluit? A. 0. B. 2.000. C. 2.500. D. 8.000. Page 2 of 14
Vraag 5 Marjon Hulst is 40 jaar oud. Zij heeft in 2011 een fiscaal gefacilieerde lijfrentespaarrekening afgesloten. Haar jaarlijkse inleg bedraagt 12.000. Haar loon en factor A zijn als volgt: 2012 2013 Loon 60.500 65.700 Factor A 700 800 Marjon kan geen gebruik maken van de reserveringsruimte. Welk afgerond bedrag van de inleg op de lijfrentespaarrekening kan Marjon in 2013 maximaal in mindering brengen op haar inkomen op grond van de Wet IB 2001? A. 2.599. B. 3.024. C. 3.159. D. 4.909. Vraag 6 De Wet IB 2001 kent mogelijkheden om verliezen te verrekenen. Hoeveel kalenderjaren kan een in 2013 ontstaan verlies uit werk en woning respectievelijk verlies uit aanmerkelijk belang, maximaal worden teruggewenteld bij achterwaartse verliesverrekening? A. Verlies uit werk en woning 1 jaar, verlies uit aanmerkelijk belang 1 jaar. B. Verlies uit werk en woning 1 jaar, verlies uit aanmerkelijk belang 3 jaar. C. Verlies uit werk en woning 3 jaar, verlies uit aanmerkelijk belang 1 jaar. D. Verlies uit werk en woning 3 jaar, verlies uit aanmerkelijk belang 3 jaar. Vraag 7 De rentecurve, of yield curve, is een weergave van de relatie tussen het effectief rendement en de looptijd van qua debiteurenrisico vergelijkbare leningen met een vaste rente tot aflossing van de lening. Het oplopende effectieve rendement wordt weergegeven op de verticale as en de oplopende resterende looptijd op de horizontale as. Stel dat het effectieve rendement daalt als de resterende looptijd van de leningen korter wordt. Welke lijn kent dan de rentecurve? A. Vlak. B. Stijgend. C. Dalend. D. Invers. Page 3 of 14
Vraag 8 Hans Weltevree is 50 jaar oud en alleenstaand. Hij schenkt op 2 januari 2013 aan zijn moeder Charlotte een contant bedrag van 100.000. Hans woont zijn hele leven al in Arnhem. Zijn moeder Charlotte woont sinds 12 jaar permanent in Parijs en heeft een pensioen waarmee ze haar uitgaven ruimschoots kan financieren. Bij de beantwoording van de vraag dient geen rekening te worden gehouden met een eventueel door de Franse overheid geheven belasting over de schenking. Is Charlotte schenkbelasting verschuldigd over de schenking op basis van de Successiewet 1956? Zo ja, welk afgerond bedrag? A. Nee. B. Ja, 9.794. C. Ja, 17.629. D. Ja, 29.383. Vraag 9 Henk Los wordt op 15 november 2016 65 jaar. Hij bouwt sinds 1980 bij zijn huidige werkgever een ouderdomspensioen op dat op de eerste van de maand waarin hij 65 wordt ingaat. Het opgebouwde ouderdompensioen van Henk tot heden bedraagt 50.000 per jaar op basis van een middelloonregeling. Stel dat zijn AOW uitkeert conform de alsdan geldende wettelijke regeling vanaf 15 augustus 2017. Henk is gehuwd met Truus. Truus wordt ook op 15 november 2016 65 jaar. Henk heeft in 2002 een premie gestort voor een lijfrenteverzekering in de zin van artikel 3.125 Wet IB 2001, welke premie fiscaal correct, tijdig en volledig op zijn belastbaar inkomen in aftrek is gebracht. De waarde van de lijfrenteverzekering is thans 15.000. Welk van onderstaande mogelijkheden om het gemis aan AOW in de periode van 15 november 2016 tot 15 augustus 2017 te compenseren, leidt voor Henk tot een fiscale sanctie? A. Henk kan van het lijfrentekapitaal een tijdelijke lijfrenteverzekering aankopen welke uitkeert van 15 november 2016 tot 15 augustus 2017. B. Henk kan in de periode van 15 november 2016 tot 15 augustus 2017 zijn pensioenuitkering verhogen met een bedrag ter grootte van tweemaal de AOWuitkering voor een gehuwde. C. Henk kan met zijn werkgever overeenkomen om door te werken tot 15 augustus 2017 en zijn pensioeningangsdatum uit te stellen. D. Henk kan de uitkeringen van zijn pensioen in hoogte laten variëren, mits deze binnen de bandbreedte blijven van 100:75. Page 4 of 14
Vraag 10 Arie Drucker is 25 jaar oud en heeft op 2 januari 2013 voor het eerst in zijn leven een eigen woning gekocht en geleverd gekregen. Arie heeft een vaste baan en een jaarinkomen van 80.000. Het betreft een huis met energielabel G van 30 jaar oud. Stel dat de marktwaarde en de aankoopwaarde van de woning 400.000 zijn. De kosten koper en 100.000 van de aankoopsom betaalt Arie uit zijn spaargeld. Arie heeft op 2 januari 2013 bij de bank het resterende bedrag van 300.000 geleend. Hij wil zo min mogelijk aflossen aan de bank, waarbij de fiscale aftrekbaarheid in zijn overwegingen geen rol speelt. Welk bedrag moet Arie 30 jaar na verstrekking minimaal hebben afgelost op de lening op basis van de huidige Gedragscode Hypothecaire Financieringen? A. 0. B. 100.000. C. 200.000. D. 300.000. Vraag 11 Bert van Doorn is 30 jaar oud. Hij werkte als werknemer sinds 1 januari 2000 bij Gras Winkels B.V. voor 20 uur per week. Per 31 december 2006 werd hij ontslagen en kreeg hij 2 maanden een uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW). Sinds 1 maart 2007 werkte hij 32 uur bij Championshop B.V. als werknemer. Op 1 april 2013 is hij echter op staande voet ontslagen vanwege op het werk aangetoonde fraude, alcoholmisbruik op het werk en aanranding van een secretaresse op het werk. Al deze feiten heeft Bert voorafgaande aan het ontslag bekend. Heeft Bert vanaf 1 april 2013 recht op een uitkering op basis van de WW? En zo ja, hoe lang? A. Nee. B. Ja, gedurende 3 maanden. C. Ja, gedurende 6 maanden. D. Ja, gedurende een andere termijn dan 3 of 6 maanden. Page 5 of 14
Vraag 12 Anneke de Greeff is 40 jaar oud en houdt een direct belang van: - 10% in Koos B.V. De activiteit van Koos B.V. betreft een inkoopcombinatie voor medicijnen; - 4% in Peter B.V. De activiteit van Peter B.V. betreft een gezondheidscentrum. Anneke exploiteert een apotheek, die kwalificeert als onderneming in de zin van de Wet IB 2001. In overleg met de belastingdienst is vastgesteld dat de aandelen in Koos B.V. en Peter B.V. moeten worden gekwalificeerd als verplicht ondernemingsvermogen bij Anneke. In welke box vallen thans de aandelen in Koos B.V. en Peter B.V. bij Anneke voor de Wet IB 2001? A. Aandelen Koos B.V. in box 1, aandelen Peter B.V. in box 1. B. Aandelen Koos B.V. in box 2, aandelen Peter B.V. in box 2. C. Aandelen Koos B.V. in box 2, aandelen Peter B.V. in box 3. D. Aandelen Koos B.V. in box 3, aandelen Peter B.V. in box 3. Vraag 13 Ans Grijkens is 60 jaar oud en Beert Grijkens is 50 jaar oud. Ans en Beert zijn broer en zus. Ans en Beert willen in het kader van hun estate planning een huwelijk of een geregistreerd partnerschap aangaan. Ans en Beert hebben zowel dezelfde biologische moeder, als biologische vader. Hun ouders die sinds 1948 met elkaar waren gehuwd, zijn inmiddels overleden. Kunnen Ans en Beert naar Nederlands burgerlijk recht met elkaar huwen of met elkaar een geregistreerd partnerschap aangaan? A. Huwelijk is wel mogelijk, geregistreerd partnerschap is wel mogelijk. B. Huwelijk is wel mogelijk, geregistreerd partnerschap is niet mogelijk. C. Huwelijk is niet mogelijk, geregistreerd partnerschap is wel mogelijk. D. Huwelijk is niet mogelijk, geregistreerd partnerschap is niet mogelijk. Page 6 of 14
Vraag 14 Joop Zwartjens is 30 jaar oud en wilde tot 1 mei 2013 alleen maar een woning huren. Op 2 mei 2013 zag hij echter zijn droomwoning en besloot deze te kopen op 1 juni 2013. De aankoopsom van 150.000 financiert hij bij de bank. Voor de aflossing wil Joop belastingvrij sparen in box 1 van de Wet IB 2001 via een kapitaalverzekering eigen woning (KEW) of via een spaarrekening eigen woning (SEW). Is het voor Joop mogelijk via een KEW of een SEW belastingvrij in box 1 te sparen voor de aflossing van de eigenwoningschuld? A. Via een KEW wel, via een SEW wel. B. Via een KEW wel, via een SEW niet. C. Via een KEW niet, via een SEW wel. D. Via een KEW niet, via een SEW niet. Vraag 15 Astrid de Kooper woonde vanaf haar geboorte in Zutphen en is op 2 januari 2013 overleden. Haar dochter Jantine van 40 jaar oud is haar enige erfgenaam. De nalatenschap van Astrid bestaat uit: 1. een bankrekening bij de Nederlandse A bank van 500.000 in Amsterdam; 2. een bankrekening van 400.000 bij de Zwitserse B bank in Bern. Van deze bankrekening heeft Astrid nooit melding gedaan aan de Nederlandse belastingdienst. Astrid heeft haar lichaam ter beschikking gesteld aan de wetenschap, waardoor er geen begrafeniskosten zijn. Jantine doet aangifte Nederlandse erfbelasting in Nederland en verzwijgt daarbij de Zwitserse bankrekening. Wanneer vervalt de bevoegdheid van de Nederlandse belastingdienst om de door Jantine verschuldigde Nederlandse erfbelasting terzake van de Zwitserse bankrekening na te vorderen? A. 3 jaar nadat de belastingschuld is ontstaan. B. 5 jaar nadat de belastingschuld is ontstaan. C. 12 jaar nadat de belastingschuld is ontstaan. D. De bevoegdheid tot navordering vervalt niet door een termijn. Page 7 of 14
Vraag 16 Welke van de volgende obligaties heeft de laagste duration per heden? A. Een zero-coupon obligatie ABC met een resterende looptijd van 5 jaar en een koers van 84% per heden. B. Een zero-coupon obligatie ABC met een resterende looptijd van 6 jaar en een koers van 80% per heden. C. Een 5% obligatie ABC met een resterende looptijd van 6 jaar en een koers van 100% per heden. D. Een 2% obligatie ABC met een resterende looptijd van 4 jaar en een koers van 100% per heden. Vraag 17 Frits Appel is op 2 januari 2013 overleden. Zijn nalatenschap bestaat uit een woonhuis in Maastricht. Het huis heeft zowel in 2013 als in 2014 een WOZ-waarde van 300.000. De WOZ-waarde is ook de waarde in het economisch verkeer. De erfgenamen van Frits zijn Arthur, Bert, Chris en Dirk elk voor een vierde deel. In het kader van de verdeling van de nalatenschap komen de erfgenamen overeen dat het huis op 1 juli 2013 wordt toebedeeld aan Arthur. In verband met deze overbedeling vergoedt Arthur aan elk van de andere erfgenamen 75.000. Welk bedrag aan overdrachtsbelasting is Arthur verschuldigd terzake van de verkrijging van het huis uit de nalatenschap? A. 0. B. 4.500. C. 6.000. D. 13.500. Vraag 18 Mevrouw Janssen is 67 jaar oud. Zij is weduwe en alleenwonend. Zij heeft altijd in Steenwijk gewoond. Haar jongste zoon Dennis is 25 jaar oud, kerngezond, en komt op 1 juli 2013 terug van een wereldreis. Dennis gaat dan meteen bij zijn moeder inwonen. Hij heeft voorlopig geen baan en geen vermogen aangezien hij al zijn spaargeld heeft opgemaakt. Op welke soort AOW-uitkering heeft mevrouw Janssen recht vanaf 1 juli 2013? A. AOW-alleenstaande-ouder-pensioen. B. AOW-ongehuwde-pensioen. C. AOW-gehuwde-pensioen. D. AOW-gehuwde-pensioen met toeslag. Page 8 of 14
Vraag 19 Guido van Welstra is gehuwd op huwelijkse voorwaarden met Geertje en woont met haar samen. Guido is in het dagelijks leven gemeenteambtenaar. Thea, de zus van Guido, heeft privé-schulden. De verwachting is dat, gelet op het inkomen van Thea, zij deze schulden in 5 jaar weer kan aflossen. Om Thea te helpen, kan Guido de volgende rechtshandelingen doen: 1. Persoonlijk borg staan voor de schulden van Thea; 2. Uit zijn privé-spaargeld een bedrag lenen aan Thea onder zakelijke voorwaarden; 3. Hoofdelijk medeschuldenaar worden in een geldleningsovereenkomst van Thea met de bank; 4. Meewerken aan vestiging van een derdenhypotheek op zijn huis ten behoeve van een schuld van Thea. Voor welke van de bovengenoemde rechtshandelingen behoeft Guido op basis van het Nederlands burgerlijk recht toestemming van Geertje? A. Voor alleen 1 en 4. B. Voor alleen 1,3 en 4. C. Voor alleen 2,3 en 4. D. Voor alle genoemde rechtshandelingen. Vraag 20 Jaap Hansens is 40 jaar oud en heeft de volgende vermogensrechten onbezwaard in eigendom: 1. een obligatieportefeuille bij A bank; 2. een aandelenportefeuille bij B bank. Aangezien Jaap geld nodig heeft, wil hij de bovenstaande vermogensrechten gebruiken ter zekerheid voor een door hem aan te trekken financiering bij zijn zakenrelatie Gerrit. Gerrit is 40 jaar oud. De banken willen hieraan meewerken. Welke van de onderstaande rechten ten aanzien van de genoemde vermogensrechten, kan Jaap rechtsgeldig aan Gerrit verstrekken in het kader van de financiering door Gerrit? A. Alleen pandrecht. B. Alleen retentierecht. C. Zowel pandrecht als retentierecht. D. Zowel pandrecht, retentierecht als recht van hypotheek. Page 9 of 14
Vraag 21 Gert van Brabant is 40 jaar oud en heeft aanvang 1 januari 2014 een spaarrekening met een saldo van 20.000. In dit saldo is de rentebijschrijving tot 1 januari 2014 verwerkt. De rentevergoeding op deze spaarrekening bedraagt 0,20% per maand achteraf. De rente wordt ultimo van iedere maand bijgeschreven op de spaarrekening. Elke maand wordt hierbij geacht evenveel rentedagen te hebben. Gert neemt met ingang van januari 2014 maandelijks ultimo van de maand 300 op van de spaarrekening. De laatste opname vindt plaats ultimo december 2015. Gert doet geen andere geldopnamen, dan de hiervoor genoemde maandelijkse. Bij de beantwoording van deze vraag dient geen rekening te worden gehouden met belastingen en kosten. Hoe hoog is het afgeronde saldo van de spaarrekening ultimo december 2015 nadat de opname ultimo december 2015 is gedaan en de rente ultimo december 2015 is bijgeschreven? A. 12.866. B. 13.256. C. 13.600. D. 13.614. Vraag 22 Jodocus de Kunst is 40 jaar oud. Hij is als statutair directeur in dienst bij A N.V. Jodocus houdt 80% van de aandelen A N.V. De overige 20% van de aandelen zijn in handen van een investeringsmaatschappij. Jodocus wil bij A N.V. pensioen in eigen beheer opbouwen. Jodocus vraagt zich af welke van de onderstaande elementen de pensioenregeling in eigen beheer voor de Wet Loonbelasting 1964 fiscaal onzuiver maakt: 1. Inbouw van de gehuwdenfranchise; 2. Een middelloonopbouwpercentage op jaarbasis van 2,50%. Maakt element 1 en/of element 2 een pensioenregeling in eigen beheer fiscaal onzuiver voor de Wet Loonbelasting 1964? A. Element 1 wel, element 2 wel. B. Element 1 wel, element 2 niet. C. Element 1 niet, element 2 wel. D. Element 1 niet, element 2 niet. Page 10 of 14
Vraag 23 John de Groen en Jacqueline Zomers zijn sinds 2001 gehuwd onder huwelijkse voorwaarden met uitsluiting van elke gemeenschap van goederen. John heeft in 2013 de volgende inkomensbestanddelen: 1. Belastbare winst uit onderneming 50.000; 2. Belastbare resultaat uit overige werkzaamheden 50.000; 3. Belastbare inkomen uit aanmerkelijk belang 50.000; 4. Belastbare inkomen uit sparen en beleggen 50.000; 5. Belastbare inkomsten uit eigen woning -/- 20.000; 6. Belastbare loon 30.000. Jacqueline heeft in 2013 geen zelfstandig inkomen en heeft zelf geen vermogen. Ze hebben geen persoonsgebonden aftrekposten. John en Jacqueline kunnen bij de aangifte inkomstenbelasting 2013 bepaalde inkomensbestanddelen van John (deels) toerekenen aan Jacqueline. Welke inkomensbestanddelen zijn dit? A. Alleen 5. B. Alleen 4 en 5. C. Alleen 3,4 en 5. D. Zowel 1,2,3,4,5 als 6. Vraag 24 Gonneke de Jong is op 2 januari 2013 overleden. Haar nalatenschap bestaat uit een bankrekening met een saldo van 78.140. Er is een kostendekkende begrafenisverzekering voor de begrafeniskosten van Gonneke. Haar kerngezonde dochter Beatrijs is op basis van het erfrecht enig erfgenaam. Beatrijs verwerpt de erfenis. Krachtens plaatsvervulling erven de vier kinderen van Beatrijs nu elk 19.535. Hoeveel erfbelasting is in totaal afgerond verschuldigd terzake van het overlijden van Gonneke? A. 0. B. 5.860. C. 7.462. D. 13.934. Page 11 of 14
Vraag 25 Annie Vink en Joep Zwart zijn gescheiden. Annie heeft een pensioenregeling met als pensioendatum 65 jaar. Het verzoek tot echtscheiding is ingediend op 1 juli 2011. Volgens de beschikking van de rechtbank is de peildatum 1 november 2011. De beschikking van de rechtbank is afgegeven op 1 april 2013. De echtscheiding is op 1 juli 2013 ingeschreven in het register van de burgerlijke stand. Het pensioen wordt standaard verevend, aangezien er geen van de wet afwijkende afspraken over de pensioenverevening zijn gemaakt. Wat is het tijdstip van de echtscheiding waarop de pensioenverevening wordt gebaseerd? A. 1 juli 2011. B. 1 november 2011. C. 1 april 2013. D. 1 juli 2013. Vraag 26 Joachim Kuenen is 40 jaar oud. Hij heeft van de bank onderstaande offerte gekregen voor het aangaan van een lening voor de aankoop van een eigen woning. De lening heeft een looptijd van 20 jaar en de hoofdsom bedraagt 300.000. De offerte kent de volgende elementen: - Het betreft een annuïteiten-lening; - De nominale rente staat 20 jaar vast op 4% per jaar; - De nominale rente is jaarlijks achteraf verschuldigd; - De annuïteit moet ultimo van ieder jaar worden betaald. De lening wordt conform de offerte afgesloten. Welk afgerond bedrag moet Joachim na exact 2 jaar afgelost hebben op de annuïteiten-lening? A. 20.552. B. 23.597. C. 25.000. D. 30.000. Page 12 of 14
Vraag 27 Voor Carla de Zwaan geldt het volgende: - zij is geboren op 15 december 1949; - behoudens een spaarrekening van 1.000.000 heeft zij verder geen inkomen of vermogen; - sinds 2 januari 2013 is zij weduwe van Gerrit. Gerrit is 63 jaar geworden. Gerrit en Carla waren 40 jaar gehuwd en hebben tot Gerrit zijn overlijden een gemeenschappelijke huishouding gevoerd; - zij woont sinds het overlijden van haar man alleen. Voor Ada Goedhart geldt het volgende: - zij is geboren op 15 januari 1960; - behoudens een spaarrekening van 1.000.000 heeft zij verder geen inkomen en vermogen; - sinds 2 januari 2009 is zij weduwe van Derk. Derk is 62 jaar geworden. Ada en Derk waren 8 jaar gehuwd en hebben tot Derk zijn overlijden een gemeenschappelijke huishouding gevoerd; - zij is sinds 2 januari 2013 volledig arbeidsongeschikt; - zij woont sinds het overlijden van haar man alleen. Heeft Carla en/of Ada thans recht op een uitkering in de zin van de Algemene Nabestaandenwet (ANW)? A. Carla wel, Ada wel. B. Carla wel, Ada niet. C. Carla niet, Ada wel. D. Carla niet, Ada niet. Vraag 28 Barend de Rhoo heeft een tweetal optie-posities: - 1 Geschreven C AEX Sep 2013 300 (hierna C ); - 1 Geschreven P AEX Sep 2013 400 (hierna P ). Bij de beantwoording van de vraag dient geen rekening te worden gehouden met optiepremies, kosten of marginverplichtingen. Stel dat de AEX op het niveau van 270 staat op het moment dat bovenvermelde opties via cash-settlement worden afgewikkeld op het einde van de looptijd. Wat dient Barend alsdan bij de afwikkeling te betalen op bovenvermelde optieposities? A. C 3.000, P 0. B. C 3.000, P 13.000. C. C 0, P 0. D. C 0, P 13.000. Page 13 of 14
Vraag 29 Truike de Goede is 40 jaar oud en heeft een vermogen van 20.000 gedurende het gehele jaar 2013. Dit vermogen is geheel belegd in beursgenoteerde aandelen van in Nederland gevestigde ondernemingen. Op de aandelen heeft Truike in 2013 dividend ontvangen, waarbij per saldo 500 aan dividendbelasting is ingehouden. Verder heeft Truike in 2013 een inkomen van 50.000 uit freelance werkzaamheden. Kan Truike de dividendbelasting volledig als voorheffing in mindering brengen op de verschuldigde inkomstenbelasting bij de aangifte over het jaar 2013? Zo nee, waarom niet? A. Ja. B. Nee, omdat de dividendbelasting alleen verrekend kan worden met de over het box 3 vermogen geheven inkomstenbelasting. C. Nee, omdat er een drempel geldt van 1% van de waarde van het vermogen in box 3, waardoor een bedrag van 1% van de waarde van het box 3 vermogen aan dividendbelasting niet verrekenbaar is. D. Nee, omdat 4% van de dividendbelasting niet verrekenbaar is. Vraag 30 Sjaak van Dijk is sinds 1 januari 2003 weduwnaar. Hij heeft na het overlijden van zijn vrouw Karin alle goederen van de nalatenschap verkregen op grond van de wettelijke verdeling. Zijn zoon Pieter is 40 jaar oud en alleenstaand. Pieter heeft een rentedragende onderbedelingsvordering op Sjaak. Sjaak heeft in zijn testament zijn zoon Pieter als enig erfgenaam benoemd. Sjaak heeft tevens een legaat van een contant bedrag voor zijn buurman Gijs opgenomen in zijn testament. Bij het legaat zijn geen specifieke bepalingen opgenomen over de opeisbaarheid of uitkering van het legaat. Gijs is 40 jaar oud. Het vermogen van Sjaak is de laatste jaren afgenomen. Mocht hij nu komen te overlijden, dan is de waarde van de schulden zelfs hoger is dan de waarde van de bezittingen. Wat is het gevolg voor de uitkering van het legaat volgens de regels van het Nederlands burgerlijk recht, indien op en na overlijden van Sjaak de waarde van zijn nalatenschap negatief is? A. Het legaat moet altijd geheel worden uitgekeerd. B. Het legaat moet geheel worden uitgekeerd, mits de nalatenschap beneficiair wordt aanvaard. C. Het legaat wordt niet uitgekeerd als de nalatenschap zuiver is aanvaard. D. Het legaat wordt niet uitgekeerd als de nalatenschap beneficiair is aanvaard. - EINDE Page 14 of 14