Oerwoud. Inleiding: Het Oerwoud Minka Dumont Vaardigheden: Onderzoeksvaardigheden.

Vergelijkbare documenten
Kijk je mee? Oerwoud. 2006, Parasol N.V. België

Oerwoud. Inleiding: Het Oerwoud Minka Dumont Vaardigheden: Onderzoeksvaardigheden.

Panter. Ook wel luipaard genoemd

Roofdieren uit de Zee

De kolibrie. Lievelingsbloemen

Het Menselijk Lichaam

inhoud blz. 1. Roofdieren 2. De leeuw 3. De tijger 4. De luipaard 5. De wolf 6. De ijsbeer 7. De bruine beer 8. Filmpjes Pluskaarten

DE MELKSLANG. Na-aap slang

ONTDEKKINGSTOCHT. Deze speurtocht is voor de hele familie! Er zijn kennisvragen en doe-opdrachten. kennisvragen. doe-opdrachten

ONTDEKKINGSTOCHT. Veel plezier! Deze speurtocht is voor de hele familie! De sterretjes geven aan hoe moeilijk de vragen zijn. makkelijk moeilijk

dieren in de dierentuin

Ordening. Groep 4 en 5 van het basisonderwijs

Stokstaartje. Inhoud. 1. Wat is een stokstaartje. 2. Mijn familie onder de grond

SPEURTOCHT. Groep 5 en 6. Veel plezier!

Auditieve oefeningen bij het thema de dierentuin

1 De tropische regenwouden liggen.. de evenaar. 2 Nederland ligt.de evenaar. 3 Het Amazone gebied ligt. de evenaar.

Voeding. klas 1 en 2 van het voortgezet onderwijs

Kopieer dit e-boek en stuur het door naar anderen.

dieren Werkstuk Arianne van der Graaf dieren

SPEURTOCHT THEMA BUSH. voor groep 8 / brugklas VO

Lente. groep 3, 4 en 5

inhoud 1. Slangen 2. Een reptiel 3. Maten 4. Waar? 5. Ruiken 6. Gif 7. Wurgen 8. Hap, slik! 9. Een nieuwe jas 10. Weetjes 11. Filmpje Pluskaarten

Introductieles. Vogels in de klas. groep 5/6. Handleiding leerkracht. Inhoud in het kort. Kerndoelen. Lesdoelen

Zintuigen. Groep 6, 7 en 8 van het basisonderwijs

* makkelijk (voor kleine kinderen) ** normaal (voor kinderen) *** moeilijk (voor volwassenen)

Werkstuk Aardrijkskunde Regenwoud

SPEURTOCHT. Groep 7 en 8

Arie Aardvarken. Lesbrief. Tips

Waarom? 3 1. Waarom heeft een zebra witte en zwarte strepen? 4 2. Waarom worden bladeren in de herfst geel en oranje? 5 3. Waarom hebben leeuwen

Flora en fauna. Flora

1. Mensapen (mensapengebouw, binnen en buiten) Welke ledematen zijn het langst bij de chimpansee?

SPEURTOCHT. Groep 7 en 8. Met deze speurtocht loop je door de hele dierentuin. Beantwoord de vragen, verzamel alle letters en raad het geheime woord!

Handige Harry s. Handleiding en leerdoelen - 2de graad

Handige Harry s. Handleiding en leerdoelen - 1ste graad

inhoud blz. Vleugels 3 1. Zweven 4 2. Vleugels om te zwemmen 5 3. De boemerang 6 4. Vogels op de grond 7 5. Het geheim van vliegen 8 6.

Werkblad Natuurlijk water in de Kwebben

inhoud blz. Inleiding 1. Twee hoofdsoorten 2. Echo 3. Huid en vleugels 4. Jonge vleermuizen 5. Vleermuizen in Nederland

Opdrachten Jaar van de Bever voor groep 3,4,5 van de basisschool

Dieren in de winter 3

Moeder Natuur BESCHUIT MET MUISJES

Veel bezoekers van de dierentuin blijven geboeid voor het verblijf van één van de

Kaartenset gewervelde dieren

Raar, maar waar! deel 1. groep 3 en 4

Een kreeft in de klas

uitga uitg v a e v 2013

5.9. Keuzeopdracht door een scholier 1425 woorden 31 mei keer beoordeeld. Inhoud

Introductieles. Vogels in de klas. groep 5/6. Leerkracht. Inhoud in het kort. Kerndoelen. Lesdoelen

NATUUR EN TECHNIEK V OOR HET BASISONDERWIJS

inhoud 1. Kom jij uit een ei? 2. Dieren uit een ei. 3. Vogels 4. Vissen 5. Insecten 6. Spinnen 7. Reptielen 8. Kikkers en padden 9.

Werkstuk Biologie Slangen

Reptielen. Les 1 Kenmerken reptielen

Dieren in de Winter. Inleiding: 2012 Minka Dumont Vaardigheden: Onderzoeksvaardigheden.

Arie Aardvarken. Lesbrief

Spinnen. Inleiding: Spinnen Minka Dumont Vaardigheden: Onderzoeksvaardigheden.

Amfibieën. Les 1 Kenmerken amfibieën en de kikker. 1. De leerkracht vertelt dat de les gaat over hoe je amfibieën kunt herkennen.

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Adam geeft de dieren namen

DE SIBERISCHE TIJGER

Winterslaap. groep 5/6

De kleine beestjesclub

SPEURTOCHT. Groep 3 en 4. Veel plezier! Welkom in Ouwehands Dierenpark! Kijk goed naar de bordjes en volg de wandelroute. Het wordt vast beregezellig!

Naam: REPTIELEN. Vraag 1. Noem vier kenmerken van een reptiel. Vraag 1b. Welke (soorten) reptielen ken je al? pagina 1 van 8

Afdrukken pagina 2-19 dubbelzijdig formaat A4 naar behoefte kunnen lege A4-pagina s worden tussengevoegd

Werkstuk groep 7 Een dier

!!! "# $ %!!!!! ( " %!!+!! " # +

Katachtigen. Voor groep 7 en 8 van het basisonderwijs D M K B - B & E

Adam geeft de dieren namen

inhoud blz. 1. Soorten 3 2. Zo herken je een insect 4 3. Insecten en hun jong 6 4. Vijanden Meer insecten Filmpjes 15 Pluskaarten 16

KOMODOVARAAN. Door: Jade Boezer

Katachtigen. Groep 6, 7 en 8 van het basisonderwijs

Dierenrijk. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Winterslaap. Met filmpjes, werkblad en puzzels. groep 5/6. uitgave januari 2013

Ogen, oren en neuzen. Groep 4 en 5 van het basisonderwijs

Deze mooi gekleurde vogels hebben een grote snavel. Niemand weet precies waarom, maar hij lijkt handig om noten open te breken.

SPEURTOCHT. Groep 5 en 6. Deze speurtocht bestaat uit twee delen.

Moshi gaat met het vliegtuig naar Malawi

inhoud De wolf 3 1. Een roofdier 2. Ruiken, horen en zien 3. De roedel 4. De taal van de wolf 5. Wolf en hond 6. Soorten wolven 7.

Mondeling Nederlands. Cursus 2 Module 4. Dag 1

Thema 3 Dieren en planten

Nachtvlinders. Glasvleugelpijlstaart. De sint-jansvlinder is een dagactieve nachtvlinder

Spel 0 Adam woont in het paradijs. God praat elke dag met Adam. Hij mag alle dieren een naam geven. Wij gaan Adam helpen.

Auditieve oefeningen - dierentuin. Hakken en plakken

7-12 jaar Scharrelavontuur jaar Scharrelavontuur

jaar 1 Dieren en hun vacht voorbeeldles uit het thema wie ben ik?

Zintuigen. voor klas 1 en 2 van het voortgezet onderwijs

WOLF. Huilend roofdier

Lid van de maand 2 De eekhoorn 3 Wat vinden jullie? 4 Wat vind jij? 5 Doe het zelf 6. Kleurplaat. Leer tekenen 8 Spelletjes 9 Dierenproeven?

inhoud blz. 1. Haar 2. Met of zonder haar 3. Haar beschermt 4. Voelen met haar 5. Praten met haar 6. Mens en haar 7. Wenkbrauwen en wimpers

mei 2014 vanaf 7 jaar Sluipen als een kat tekst: Marian van Gog muziek: Paul Natte

Noach. moest een ark gaan bouwen Ans Heij - de Boer /

Introductieles. Vogels in de klas. groep 7/8. Leerkracht. Inhoud in het kort. Kerndoelen. Lesdoelen

Werkstuk Biologie Nijlpaarden

Braziliaanse regenwoud. Jesse Klever. Groep 7

Dit werkboekje maakt onderdeel uit van en en

Inleiding In het najaar worden de dagen steeds korter en de nachten steeds langer. Kun je je voorstellen dat je in de maand november naar bed gaat?

6.4. Boekverslag door V woorden 11 april keer beoordeeld. Inhoudsopgave. Inleiding. Groep van het dierenrijk

Spreekbeurt Biologie Tijgers

Voortbeweging. Voor groep 6, 7 en 8 van het basisonderwijs

Contactinfo NME. Soorten Kakkerlakken

Transcriptie:

2010 Minka Dumont www.lesmateriaalvoorhoogbegaafden.com Oerwoud Vaardigheden: Onderzoeksvaardigheden Denken: Praktisch, analytisch, kritisch, creatief Benodigdheden: Teken- en schilderspullen Papier Computer Inleiding: In dit project leer je over het Oerwoud. Je leest het boek Kijk je mee - Oerwoud en beantwoordt vragen bij de hoofdstukken van het boek. Na de vragen vind je opdrachten. Je mag deze opdrachten allemaal maken òf er een paar van kiezen. Als je klaar bent met dit project heb je veel geleerd over: Het Oerwoud

Pag. 2 Oriëntatie Bekijk de leuke uitzending van het Klokhuis over de jungle: http://tvblik.nl/het-klokhuis/jungle (Link gebroken? Google klokhuis jungle ) Basisinhoud In het oerwoud 1. Wat zijn roofdieren? 2. Wat is kreupelhout? De luiaard 3. Hoeveel minuten doet de luiaard over 6 meter? En hoeveel over 18 meter? Hoe ver komt de luiaard in 5 minuten? En in 60 seconden? 4. Wat gebeurt er met de pels van de luiaard? Waardoor komt dat? De toekan 5. Waaraan kun je de toekan makkelijk herkennen? 6. Wat zijn soortgenoten? 7. De toekan haalt met zijn bek voedsel uit een boom. Wat eet hij denk je? 8. Vind je de toekan een mooie vogel? Waarom wel/niet?

Pag. 3 Basisinhoud - vervolg De jaguar (jah-koe-war) 9. Kun je nog twee dieren noemen die horen bij de katachtigen? 10. Waar in de wereld vind je jaguars in het wild? De leguaan (lee-guu-waan) 11. Waarom zijn jonge leguanen groen? 12. Leguanen zijn koudbloedig. Hoe krijgen ze het dan toch lekker warm? De tapir 13. De tapir is een heel vreemd dier staat in het boek. Wat is er vreemd aan de tapir? Vind jij het ook een vreemd dier? 14. Hoe vinden tapirs hun voedsel? 15. Wat doen tapirs als ze bang zijn? De papegaai 16. Wat vind jij van het verenkleed van papegaaien? 17. Hoe houden papegaaien hun veren schoon? 18. Wat eten papegaaien?

Pag. 4 Basisinhoud - vervolg Apen 19. Waarom heten de aapjes op de bladzijde in het boek leeuwaapjes denk je? 20. Wat eten apen? 21. Waarvoor hebben apen een staart? De adder 22. Waarom heet de groefkopadder zo? 23. Waarvoor dient de groef tussen zijn ogen? 24. Wat eten adders? Lianen (lie-ja-nen) 25. Wat zijn lianen eigenlijk? 26. Op welke manier helpen lianen een boom? 27. Maar welk gevaar vormen lianen voor de boom? Afronding Basisinhoud Kijk je antwoorden na en verbeter eventuele fouten. Je juf of meester heeft de antwoorden. Bewaar je antwoorden(blad) goed want deze zul je wanneer het project klaar is moeten inleveren bij je juf of meester. Heb je het werkblad op de computer gemaakt, druk dan een exemplaar af.

Pag. 5 Verdieping Opdracht 1. Het oerwoudalfabet! Maak werkblad 1 op bladzijde 9. Verzin voor elke letter van het alfabet een oerwoud-woord. Gebruik je fantasie maar! Is het een beest? Of een plant? Of nog iets heel anders? Opdracht 2. Ik zie ik zie wat jij niet ziet! Bekijk het plaatje hieronder. Wat is het? Op werkblad 2, bladzijde 10 zie je het plaatje nog eens. Maak de tekening af en schrijf een verhaaltje over wat het is.

Pag. 6 Opdracht 3. Beweeg je als een luiaard! Bereid met een vriendje of vriendinnetje een toneelstukje voor over twee luiaards in het oerwoud. Vraag aan je juf of meester of je het toneelstukje in de klas mag opvoeren. Wat maken de luiaards mee? Wordt het een spannend toneelstukje? Of juist grappig? Zorg ervoor dat het stuk een goed begin, midden en slot heeft en dat het publiek echt begrijpt dat jullie luiaards in het oerwoud zijn. GAAAAAP Ik heb slaap! Hangen is ZO vermoeiend! Opdracht 4. Speel het spel Rivercrossing ( steek-de-rivier-over ) Ga hiervoor naar de volgende website: www.puzzles.com/rivercrossing/play.htm Het doel van het spel is dat je de boomstammetjes zo sleept dat je naar de overkant van de rivier kunt komen. Klik op Next puzzle als je de puzzel hebt opgelost. Klik op Restart als je dezelfde puzzel nog een keer wilt doen. De eerste puzzels zijn best makkelijk, maar ze worden steeds moeilijker!

Pag. 7 Opdracht 5. De toekan, de papegaai beiden mooie vogels met een kleurig verenkleed. Zoek plaatjes op internet van beide vogels en bekijk ze goed. Schilder nu je eigen mooie vogel met veren in alle kleuren! Hoe kleuriger, hoe beter! Denk maar niet teveel na over hoe het er uit moet gaan zien. Pak je kwasten, je verf en ga lekker op een groot vel aan de slag! Vogel van de schilder Karel Appel Red het Oerwoud!! Opdracht 6. Zoals je in het klokhuis filmpje hebt kunnen horen en zien wordt het oerwoud (het tropisch regenwoud) door de mensen vernield! Elke dag verdwijnen er grote stukken oerwoud. Planten en dieren lijden hier heel erg onder. Maak een poster waarin je vraagt om te stoppen met het vernietigen van het oerwoud! Zet in het midden duidelijk de titel van je poster. Schrijf een stukje tekst over waarom jij vindt dat het kappen van bomen moet stoppen. Zoek mooie plaatjes op internet en/of maak er mooie tekeningen bij. Hang je poster vervolgens op een plek waar veel mensen de poster kunnen zien.

Evaluatie Beoordeling Onderdelen Criteria Oerwoud Onvoldoende Matig Voldoende Ruim Voldoende Goed Basisinhoud Opdracht 1 Duidelijke, volledige antwoorden Netjes gewerkt Goed eerst zelf geprobeerd antwoorden te vinden, vroeg tijdig om hulp Goede dieren Netjes gewerkt Opdracht 2 Opdracht 3 Origineel en creatief ontwerp Duidelijke beschrijving Nette verzorging Origineel verhaal Duidelijk begin-midden-eind Leuke uitvoering (indien opgevoerd) Opdracht 4 - Opdracht 5 Opdracht 6 Origineel en creatief Kleurgebruik Nette verzorging Duidelijke, volledige informate Overzichtelijke, nette lay-out Mooi en passend beeldmateriaal Eindbeoordeling

Pag. 9 Werkblad 1 A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z Zeg ken jij het Oerwoudalfabet? Verzin bij elke letter een woord dat begint met die letter het woord moet iets met het oerwoud te maken hebben. De Q en de X zullen wel een uitdaging zijn! Maar: Hoe gekker, hoe beter! oerwoudalfabet

Pag. 10 Werkblad 2

Kijk je mee? Oerwoud 2006, Parasol N.V. België

Pag. 2 Inhoudsopgave In het oerwoud 3 De luiaard 4 De toekan 5 De jaguar 6 De leguaan 7 De tapir 8 De papegaai 9 De aap 10 De adder 11 Lianen 12 Woordenlijst 13

Pag. 3 In het oerwoud In het oerwoud is altijd wat te zien, van apen die aan lianen slingeren tot roofdieren die zich in het kreupelhout verstoppen. Wat kun je in het oerwoud zien? jaguar luiaard toekan tapir papegaai leguaan lianen adder aap

Pag. 4 De luiaard De luiaard is, net zoals zijn naam al zegt, heel lui. Hij beweegt heel, heel langzaam, in 1 minuut komt hij maar 2 meter vooruit! Hij slaapt wel 20 uur per dag. De luiaard zit zo lang stil dat er algen in zijn pels groeien. De luiaard heeft aan elke poot 3 grote klauwen. Daarmee houdt hij zich aan de takken vast.

Pag. 5 De toekan De toekan herken je heel gemakkelijk aan zijn reusachtige bek. Hij zit vaak in hoge bomen. Het gele, zwarte en rode verenkleed van de toekan helpt hem bij het herkennen van soortgenoten. De bek kan wel 20 centimeter lang zijn. De toekan haalt met zijn bek voedsel uit een boom. Toekans vliegen meestal niet ver. Ze vliegen omhoog en duiken weer naar beneden, alsof ze in een achtbaan zitten.

Pag. 6 De jaguar De jaguar behoort tot de familie van de katachtigen. De meeste hebben een gele vacht met zwarte ringen erop, maar er bestaan ook witte en zwarte jaguars. Het patroon op de vacht is bij elke jaguar anders. Jaguars leven in het wild in Zuid en Midden Amerika en in het zuiden van de Verenigde Staten. Jaguars kunnen heel goed zwemmen en lusten af en toe een vis.

Pag. 7 De leguaan Er bestaan ongeveer 650 soorten leguanen. Sommige zijn heel klein, andere kunnen wel meer dan 2 meter lang worden. Jonge leguanen zijn lichtgroen. Ze vallen daarom bijna niet op in het oerwoud. Een leguaan houdt van zonnebaden, zodat zijn lichaam warm wordt. Leguanen kunnen heel goed klimmen, omdat ze scherpe klauwen aan hun poten hebben.

Pag. 8 De tapir De tapir is een heel vreemd dier met een grote kop. Zijn neus lijkt een beetje op een korte slurf. Tapirs zien slecht. Ze zoeken hun voedsel dan ook vooral door te ruiken. Tapirs zijn goede zwemmers. Als ze bang zijn, verstoppen ze zich in het water. Tapirs verstoppen zich overdag voor roofdieren. s Nachts gaan ze op zoek naar voedsel. De tapir heeft aan zijn achterpoten drie tenen en aan zijn voorpoten vier.

Pag. 9 De papegaai Papegaaien zijn lawaaierige vogels met een felgekleurd verenkleed en een sterke bek. Ze leven hoog in de bomen. Papegaaien maken hun veren schoon door ze een voor een door hun bek te halen. Papegaaien halen met de scherpe haak vooraan op hun bek de zachte delen uit vruchten. Met de onderkant van hun bek openen ze noten en zaden. De papegaai heeft sterke vleugels. Hij kan heel snel korte afstanden afleggen.

Pag. 10 De aap Er leven in het oerwoud heel veel verschillende apen. Op deze bladzijde zie je leeuwaapjes die goudgele manen en een lange staart hebben. Leeuwaapjes leven in families. Zowel vader als moeder zorgen voor de jongen. Apen slingeren graag van tak naar tak, hoog in de bomen. Met hun lange dunne vingers kunnen ze goed aan takken blijven hangen. Apen eten zoete vruchten, insecten en kleine hagedissen. Apen kunnen hun lange staarten als een soort extra hand gebruiken.

Pag. 11 De adder Adders zijn gifslangen. Hun giftanden zitten in de mond geklapt en komen pas tevoorschijn als ze willen bijten. Deze groefkopadder herken je aan de kleine schubben boven zijn ogen. Met de groef tussen zijn ogen kan deze adder verschillen in warmte opmerken. Zo spoort hij zijn prooien op. Adders eten kleine zoogdieren, hagedissen, kikkers en vogels. Ze jagen s nachts.

Pag. 12 Lianen In het oerwoud zie je overal lianen hangen, zowel hele dunne als hele dikke. Lianen groeien als slierten om een boom heen en geven die boom steun. Maar als de lianen te dik worden verstikken ze de boom, zodat die sterft. Lianen groeien heel snel. Bijna de helft van de bladeren die in het oerwoud hangen, zijn van lianen.

Pag. 13 Woordenlijst Algen: hele kleine plantjes. Gifslangen: slangen die tijdens het bijten een stof vrijgeven die hun prooi kan verlammen of doden. Giftanden: holle tanden waardoor gif kan worden vrijgegeven. Klauwen: scherpe nagels van bepaalde dieren, zoals luiaards en leguanen. Kreupelhout: lage stammen en takken die net boven de grond door elkaar groeien. Manen: lang haar in de nek van bepaalde dieren. Pels: de dichtbehaarde huid van bepaalde dieren, zoals luiaards. Prooien: dieren die worden gedood en opgegeten door andere dieren. Roofdieren: dieren die andere dieren opeten. Soortgenoten: dieren die tot dezelfde soort behoren. Vacht: het haarkleed van bepaalde dieren, zoals bijvoorbeeld de jaguar. Verenkleed: de veren van een vogel. Zoogdieren: dieren die hun jongen levend ter wereld brengen en zogen (melk geven).

Antwoordenblad Oerwoud In het oerwoud 1. Wat zijn roofdieren? Dieren die andere dieren opeten 2. Wat is kreupelhout? Lage stammen en takken die net boven de grond door elkaar groeien. De luiaard 3. Hoeveel minuten doet de luiaard over 6 meter? En hoeveel over 18 meter? Hoe ver komt de luiaard in 5 minuten? En in 60 seconden? 6 meter: 3 minuten. 18 meter: 9 minuten. 5 minuten: 10 meter. 60 seconden: 2 meter. 4. Wat gebeurt er met de pels van de luiaard? Waardoor komt dat? Er groeien algen in zijn pels omdat hij zo lang stil zit. De toekan 5. Waaraan kun je de toekan makkelijk herkennen? Aan zijn reusachtige bek. 6. Wat zijn soortgenoten? Dieren die tot dezelfde soort behoren. 7. De toekan haalt met zijn bek voedsel uit een boom. Wat eet hij denk je? Bessen en andere boomvruchten. 8. Vind je de toekan een mooie vogel? Waarom wel/niet? Eigen mening De jaguar (jah-koe-war) 9. Kun je nog twee dieren noemen die horen bij de katachtigen? (leeuw, tijger, poema, civetkat, huiskat, cheeta, panter, lynx, serval, wilde kat, margay, ocelot. En meer) 10. Waar in de wereld vind je jaguars in het wild? In zuid en Midden-Amerika.

Pag. 2 De leguaan (lee-guu-waan) 11. Waarom zijn jonge leguanen groen? Ze zijn lichtgroen omdat ze dan niet opvallen in het oerwoud. 12. Leguanen zijn koudbloedig. Hoe krijgen ze het dan toch lekker warm? Door in de zon te gaan liggen. De tapir 13. De tapir is een heel vreemd dier staat in het boek. Wat is er vreemd aan de tapir? Vind jij het ook een vreemd dier? Eigen mening 14. Hoe vinden tapirs hun voedsel? Door goed te ruiken. 15. Wat doen tapirs als ze bang zijn? Ze verstoppen zich in het water. De papegaai 16. Wat vind jij van het verenkleed van papegaaien? Eigen mening 17. Hoe houden papegaaien hun veren schoon? Ze maken hun veren schoon door ze een voor een door hun bek te halen. 18. Wat eten papegaaien? Vruchten, zaden, noten. Apen 19. Waarom heten de aapjes op de bladzijde in het boek leeuwaapjes denk je? Omdat ze goudgele manen hebben. 20. Wat eten apen? Zoete vruchten, insecten en kleine hagedissen. 21. Waarvoor hebben apen een staart? Om als soort extra hand te gebruiken.

Pag. 3 De adder 22. Waarom heet de groefkopadder zo? Omdat hij een groef tussen zijn ogen heeft. 23. Waarvoor dient de groef tussen zijn ogen? Hij kan er verschillen in warmte mee opmerken. 24. Wat eten adders? Kleine zoogdieren, hagedisssen, kikkers en vogels. Lianen (lie-ja-nen) 25. Wat zijn lianen eigenlijk? Planten. 26. Op welke manier helpen lianen een boom? Doordat ze als slierten om een boom heen groeien, steunen ze de boom. 27. Maar welk gevaar vormen lianen voor de boom? Als ze te dik worden verstikken ze de boom.