Competentie-invullingsmatrix

Vergelijkbare documenten
Competentie-invullingsmatrix. Master of Science in de industriële wetenschappen: informatica. Academiejaar

Competentie-invullingsmatrix

Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde. Competenties en gedragsindicatoren

Competentie-invullingsmatrix

Competentie-invullingsmatrix

Nota. Generieke leerresultaten van FIIW. 1 Genese van het document

Examenprogramma natuur, leven en technologie vwo vanaf schooljaar

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Beoordeling van het PWS

Natuurwetenschappelijke, wiskundige en technische vaardigheden (bètaprofielniveau)

Competentie-invullingsmatrix

Juridische kennis en professionele vaardigheden

DLR Domeinspecifieke Leerresultaten (DLR) van de Master in Industriële Wetenschappen: Elektronica ICT

WISKUNDIGE TAALVAARDIGHEDEN

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o.

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen

Realiseren van VOET in Geschiedenis: leren leren I II III Leren leren

Toetsplan Bachelor CIW

Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Evolutie

Competentie niveaus HHS TIS opleiding Werktuigbouwkunde

WISKUNDIGE TAALVAARDIGHEDEN. De leerlingen ontwikkelen (binnen het gekende wiskundig instrumentarium) Derde graad kso/tso. Tweede graad kso/tso

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar

Eindtermen. voor de. Bacheloropleiding Bewegingswetenschappen. Faculteit der Medische Wetenschappen. Rijksuniversiteit Groningen

Context. Instroom. 1 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 2 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 3 Een herkenbare, wisselende leef- en werkomgeving.

Bijlagen bacheloropleidingen Wiskunde en Technische Wiskunde

WISKUNDE D VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Examenprogramma wiskunde D vwo

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:

Examenprogramma natuur, leven en technologie vwo

Profilering derde graad

Scheikunde inhouden (PO-havo/vwo): Schaal, verhouding en hoeveelheid

Examenprogramma natuurkunde havo

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Examenprogramma natuur, leven en technologie havo

Examenprogramma scheikunde vwo

Introductie. De onderzoekscyclus; een gestructureerde aanpak die helpt bij het doen van onderzoek.

Secundair onderwijs - Tweede graad ASO/KSO/TSO - Natuurwetenschappen - Vakgebonden eindtermen

NATUUR, LEVEN, TECHNOLOGIE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Toetsplan Bacheloropleiding Informatiekunde

Opleidingsspecifiek deel bij de OER Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO

Profilering derde graad

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o.

Opleiding. Orthopedagogie. Code + officiële benaming van de module. E2 Samenwerkingsvaardigheden 2. Academiejaar Semester.

DOMEINBESCHRIJVING 27 MEI 2014 VOORLOPIG CONCEPT

Vakoverschrijdende eindtermen die van toepassing zijn tijdens de klimaatexcursie

JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2. (her)toetsing Griekse grammatica en

Aansluiting op het actuele curriculum (2014)

10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij

ASO - studierichtingen in VIA-TIENEN

EVC-Beroeps-Overstijgende-Competentiestandaard niveau 1

Examenprogramma natuurkunde vwo

Hoe kan de school in het algemeen werk maken van het nieuwe concept (stam + contexten)?

Formuleren van de onderwijsdoelen van de bacheloropleidingen aan de UA

VOET EN WISKUNDE. 1 Inleiding: Wiskundevorming

2. Selectie van studenten geschiedt op basis van een oordeel over de volgende kerncompetenties van belangstellenden:

Logboek persoonlijk ontwikkelingsplan persoonlijk actieplan. Naam student: Maes Pieter

Examenprogramma scheikunde havo

Examencommissie wiskunde voorzitter Prof. J. Van der Jeugt, secretaris Prof. H. Vernaeve opstellen examenroosters deliberaties, proclamaties

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences

Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Instandhouding

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten

BIJLAGE 1 ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING EINDTERMEN. 3TU Master of Science in Science Education and Communication (croho 68404)

Latijn-wiskunde Latijn-moderne talen wetenschappen economie-wiskunde economie-moderne talen humane wetenschappen

myp havo vwo Beoordelingscriteria Naam Klas Mentor

Profilering derde graad

Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF

De 6 Friesland College-competenties.

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte

Examenprogramma bedrijfseconomie en ondernemerschap vwo

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen.

2 e Fontys Onderzoekscongres Onderzoek & Onderwijs :

Universiteit van Amsterdam FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA

Opleidingsspecifiek deel Natuurwetenschap en Innovatiemanagement bij de OER Bacheloropleidingen Undergraduate School Geosciences

Eerste graad A-stroom

Niveaubeschrijvingen NLQF per descriptor met toelichting, versie 23 maart 2017

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum

TRAINING EN TOETSING BINNEN DE OPLEIDING. Professioneel Handelen

Onderzoekscompetenties (OC) in de 1e graad

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Domein A: Vaardigheden

Bijlage 1: het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs 1

Examencommissie wiskunde voorzitter Prof. J. Van der Jeugt, secretaris Prof. H. Vernaeve opstellen examenroosters deliberaties, proclamaties

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Bijlage III Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Beschrijving leerresultaten van gereguleerde kwalificaties

WISKUNDE D HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o.

Competentie-invullingsmatrix. Master of Science in de industriële wetenschappen: elektronica-ict ICT. Academiejaar

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011

Bachelorcompetenties Mastercompetenties Afstudeerrichtingspecifieke mastercompetenties

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Leerresultaten van FIIW. Master in de industriële wetenschappen: energie (OLR)

Bachelorscriptiebrochure BA Taalwetenschap

DLR families Architectuur en Ingenieurswetenschappen Architectuur

Bijlagen OER Master Educatie en Communicatie in de Wiskunde en Natuurwetenschappen (2016/2017)

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen

Transcriptie:

Competentie-invullingsmatrix masterprf Master of Science in de wiskunde Academiejaar 2016-2017 Legende: W=didactische werkvormen E=evaluatievormen Competentie in één of meerdere wetenschappen Wetenschappelijke competentie Intellectuele competentie Competentie in samenwerken en communiceren CMWISK1.1 Geavanceerde kennis van theorieën, modellen, grenzen, methoden, technieken, processen en toepassingen binnen de wiskunde aanwenden om nieuwe of complexe theoretische of toegepaste probleemstellingen te analyseren en op te lossen. CMWISK1.2 Gespecialiseerde kennis verbonden met de major W 1 (zuivere wiskunde, wiskundige natuurkunde, toegepaste wiskunde) E 1 beheersen en innovatief en creatief benutten. CMWISK1.3 Bij de wiskunde aansluitende technologische W 1 hulpmiddelen (zoals domeinspecieke softwarepakketten) bij E 1 geavanceerde problemen en onderzoek zelfstandig en constructief gebruiken. CMWISK1.4 Samenhang met andere relevante wetenschapsdomeinen en deelgebieden begrijpen en deze kunnen betrekken in meer geavanceerde ideeëen of toepassingen. CMWISK1.5 Grondig inzicht demonstreren in de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen van ten minste een van de deelaspecten van de majoren uit de opleiding wiskunde. CMWISK1.6 Complexe en gespecialiseerde wiskundige vraagstellingen zelfstandig analyseren en met exacte bewijzen onderbouwen. CMWISK1.7(ZW) Major zuivere wiskunde: Gespecialiseerde logische, combinatorische, algebraïsche, meetkundige en analytische methoden beheersen en innovatief gebruiken. CMWISK1.8(ZW) Major zuivere wiskunde: De samenhang van de verschillende domeinen van de wiskunde aantonen. CMWISK1.9(WN) Major wiskundige natuurkunde: Gespecialiseerde wiskundige principes van theoretische fysica beheersen en innovatief gebruiken. CMWISK1.10(WN) Major wiskundige natuurkunde: Hedendaagse specialisatiedomeinen van wiskunde toepassen op vraagstukken uit theoretische fysica. CMWISK1.11(TW) Major toegepaste wiskunde: Gespecialiseerde methoden uit statistiek, stochastiek, numerieke wiskunde en softcomputing beheersen en innovatief toepassen in diverse gebieden zoals biologie, economie en informatica. CMWISK1.12(TW) Major toegepaste wiskunde: Vanuit een wiskundige achtergrond de gepaste praktische methoden en modellen hanteren voor realistische en beroepsrelevante problemen. CMWISK2.1 Innovatief en autonoom oplossingsstrategieën ontwerpen en probleemgestuurd onderzoek uitvoeren, en een oordeel vormen over de kwaliteit van de twee fases. CMWISK2.2 Kritisch beschouwen van en reflecteren op bestaande en nieuwe theorieën, modellen of interpretaties binnen de major. CMWISK2.3 Creatief hypothesen formuleren, nieuwe verbanden ontdekken en een oordeel vormen op basis van gegevens en informatie van mogelijk beperkte, onvolledige of tegenstrijdige aard. CMWISK2.4 Doelgericht experimenten en simulaties ontwerpen, uitvoeren en de verzamelde gegevens kritisch evalueren binnen een onderzoeksgebonden of probleemoplossende context. CMWISK2.5 Informatie uit internationaal gepubliceerde (anderstalige) wetenschappelijke literatuur en complexe informatiebronnen verwerken, analyseren, kritisch evalueren en synthetiseren. CMWISK2.6 Voor een gevorderd wiskundig probleem de gepaste methode kiezen en benutten. CMWISK3.1 Systematisch en kritisch reflecteren over het eigen denken en handelen en dit vertalen naar doordachte conclusies en meer adequate oplossingen. CMWISK3.2 Getuigen van openheid voor nieuwe wetenschappelijke ontwikkelingen en hun toepassingen in een brede wetenschappelijke, economische of maatschappelijke context. CMWISK3.3 Een actieve houding aannemen tegenover permanente kennisontwikkeling, levenslang leren en zelfstandig het eigen leerproces sturen. CMWISK3.4 Zelfstandig logische en analytische redeneringen opbouwen, complexe redeneringen doorgronden en kritisch evalueren. CMWISK3.5 Probleemvoorkomend en probleemoplossend denken en handelen in een verscheidenheid aan situaties of in een nietvertrouwde context. CMWISK3.6 Probleemstellingen veralgemenen en op het gepaste abstractieniveau benaderen. CMWISK4.1 Eigen onderzoek, gedachten, ideeëen, meningen of voorstellen binnen professionele activiteiten schriftelijk en mondeling presenteren (ook in een tweede taal). W 1 E 1 W 1 E 1 W 1 E 1 W 1 E 1 W 1 E 1 C002308 MASTERPROEF W E W E W E W E W E W E W E

Competentie-invullingsmatrix Master of Science in de wiskunde Academiejaar 2016-2017 Legende: W=didactische werkvormen E=evaluatievormen Competentie in samenwerken en communiceren Maatschappelijke competentie Beroepsspecifieke competentie CMWISK4.2 Mondeling en schriftelijk communiceren over nieuwe W 1 ontwikkelingen, onderliggende grondgedachten en E 1 oordeelsvorming binnen het vakgebied en de randwetenschappen met deskundigen en niet-deskundigen. CMWISK4.3 Projectmatig werken in een wiskundige context: doelstellingen formuleren, gericht rapporteren, einddoelen en ontwikkeltraject in het oog houden. CMWISK4.4 Afhankelijk van de situatie gepast ondersteunend, inspirerend of gezaghebbend handelen en samenwerken. CMWISK5.1 De betekenis van de wiskunde binnen de historische evolutie van het wetenschappelijk denken duiden en aantonen hoe ze een basisvereiste voor volwaardige wetenschap is. CMWISK5.2 Ethisch, professioneel en maatschappelijk verantwoord handelen in een academische context. CMWISK6.1 Professioneel gedrag vertonen, gekenmerkt door gedrevenheid, betrouwbaarheid, betrokkenheid, doorzettingsvermogen, nauwkeurigheid en zelfstandigheid. CMWISK6.2(RES) Minor onderzoek: Grondig inzicht demonstreren in de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen van ten minste een van de deelaspecten van de disciplines aanwezig in de major en waar mogelijk verbanden leggen met andere deelaspecten. CMWISK6.3(RES) Minor onderzoek: Over de nodige theoretische inzichten en methodologische vaardigheden beschikken om een aansluitende doctoraats- of master-na-masteropleiding aan te vatten aan binnenlandse en buitenlandse universiteiten. CMWISK6.4(RES) Minor onderzoek: Via seminarie, literatuurstudie en/of stage met grote zelfstandigheid verdiepend kennis hebben gemaakt met onderzoek in een theoretische of toegepaste context. CMWISK6.5(EDU) Minor onderwijs: Kennis van algemene begrippen, concepten, theorieën en principes van didactiek toepassen om wiskunde en verwante wetenschappen te onderwijzen op verschillende niveaus. CMWISK6.6(EDU) Minor onderwijs: Enthousiasme opwekken voor de schoonheid en de noodzakelijkheid van de wiskunde. CMWISK6.7(ECO) Minor economie en verzekeringen: De beginselen beheersen van algemene en bedrijfseconomische wetenschappen en van risico en financiële processen in de verzekerings- en banksector. CMWISK6.8(ECO) Minor economie en verzekeringen: Relevantie en implicaties van wetenschappelijke ontwikkelingen of toepassingen inschatten in een economische en beleidsmatige context. CMWISK6.9(ECO) Minor economie en verzekeringen: Over de nodige theoretische inzichten en methodologische vaardigheden beschikken om een aansluitende beroepsgerelateerde master-namasteropleiding (bijv. in de actuariële wetenschappen) aan te vatten aan binnenlandse en buitenlandse universiteiten. W 1 E 1 C002308 MASTERPROEF W E W E W 9 E 9

<< CMWISK1.1 Geavanceerde kennis van theorieën, modellen, grenzen, methoden, technieken, processen en toepassingen binnen de wiskunde aanwenden om nieuwe of complexe theoretische of toegepaste probleemstellingen te analyseren en op te lossen. Competentie in één of meerdere wetenschappen 3 / 41

<< CMWISK1.2 Gespecialiseerde kennis verbonden met de major (zuivere wiskunde, wiskundige natuurkunde, toegepaste wiskunde) beheersen en innovatief en creatief benutten. Competentie in één of meerdere wetenschappen C002308 MASTERPROEF masterproef mondeling examen werkstuk participatie Een onderwerp kunnen bestuderen, in context plaatsen, synthetiseren. Argumenten kunnen aanvullen, zelf vinden, vergelijken. Literatuurstudie met internationale bronnen kritisch kunnen uitvoeren, een wetenschappelijk rapport kunnen schrijven over een onderzoeksvraag (met eventuele eigen originele inbreng), er mondeling over rapporteren. Blijk geven van zelfstandigheid, gedrevenheid en zin voor nauwkeurig werken. 4 / 41

<< CMWISK1.3 Bij de wiskunde aansluitende technologische hulpmiddelen (zoals domeinspecieke softwarepakketten) bij geavanceerde problemen en onderzoek zelfstandig en constructief gebruiken. Competentie in één of meerdere wetenschappen C002308 MASTERPROEF masterproef mondeling examen werkstuk participatie Een onderwerp kunnen bestuderen, in context plaatsen, synthetiseren. Argumenten kunnen aanvullen, zelf vinden, vergelijken. Literatuurstudie met internationale bronnen kritisch kunnen uitvoeren, een wetenschappelijk rapport kunnen schrijven over een onderzoeksvraag (met eventuele eigen originele inbreng), er mondeling over rapporteren. Blijk geven van zelfstandigheid, gedrevenheid en zin voor nauwkeurig werken. 5 / 41

<< CMWISK1.4 Samenhang met andere relevante wetenschapsdomeinen en deelgebieden begrijpen en deze kunnen betrekken in meer geavanceerde ideeëen of toepassingen. Competentie in één of meerdere wetenschappen C002308 MASTERPROEF masterproef mondeling examen werkstuk participatie Een onderwerp kunnen bestuderen, in context plaatsen, synthetiseren. Argumenten kunnen aanvullen, zelf vinden, vergelijken. Literatuurstudie met internationale bronnen kritisch kunnen uitvoeren, een wetenschappelijk rapport kunnen schrijven over een onderzoeksvraag (met eventuele eigen originele inbreng), er mondeling over rapporteren. Blijk geven van zelfstandigheid, gedrevenheid en zin voor nauwkeurig werken. 6 / 41

<< CMWISK1.5 Grondig inzicht demonstreren in de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen van ten minste een van de deelaspecten van de majoren uit de opleiding wiskunde. Competentie in één of meerdere wetenschappen C002308 MASTERPROEF masterproef mondeling examen werkstuk participatie Een onderwerp kunnen bestuderen, in context plaatsen, synthetiseren. Argumenten kunnen aanvullen, zelf vinden, vergelijken. Literatuurstudie met internationale bronnen kritisch kunnen uitvoeren, een wetenschappelijk rapport kunnen schrijven over een onderzoeksvraag (met eventuele eigen originele inbreng), er mondeling over rapporteren. Blijk geven van zelfstandigheid, gedrevenheid en zin voor nauwkeurig werken. 7 / 41

<< CMWISK1.6 Complexe en gespecialiseerde wiskundige vraagstellingen zelfstandig analyseren en met exacte bewijzen onderbouwen. Competentie in één of meerdere wetenschappen C002308 MASTERPROEF masterproef mondeling examen werkstuk participatie Een onderwerp kunnen bestuderen, in context plaatsen, synthetiseren. Argumenten kunnen aanvullen, zelf vinden, vergelijken. Literatuurstudie met internationale bronnen kritisch kunnen uitvoeren, een wetenschappelijk rapport kunnen schrijven over een onderzoeksvraag (met eventuele eigen originele inbreng), er mondeling over rapporteren. Blijk geven van zelfstandigheid, gedrevenheid en zin voor nauwkeurig werken. 8 / 41

<< CMWISK1.7(ZW) Major zuivere wiskunde: Gespecialiseerde logische, combinatorische, algebraïsche, meetkundige en analytische methoden beheersen en innovatief gebruiken. Competentie in één of meerdere wetenschappen 9 / 41

<< CMWISK1.8(ZW) Major zuivere wiskunde: De samenhang van de verschillende domeinen van de wiskunde aantonen. Competentie in één of meerdere wetenschappen 10 / 41

<< CMWISK1.9(WN) Major wiskundige natuurkunde: Gespecialiseerde wiskundige principes van theoretische fysica beheersen en innovatief gebruiken. Competentie in één of meerdere wetenschappen 11 / 41

<< CMWISK1.10(WN) Major wiskundige natuurkunde: Hedendaagse specialisatiedomeinen van wiskunde toepassen op vraagstukken uit theoretische fysica. Competentie in één of meerdere wetenschappen 12 / 41

<< CMWISK1.11(TW) Major toegepaste wiskunde: Gespecialiseerde methoden uit statistiek, stochastiek, numerieke wiskunde en soft-computing beheersen en innovatief toepassen in diverse gebieden zoals biologie, economie en informatica. Competentie in één of meerdere wetenschappen 13 / 41

<< CMWISK1.12(TW) Major toegepaste wiskunde: Vanuit een wiskundige achtergrond de gepaste praktische methoden en modellen hanteren voor realistische en beroepsrelevante problemen. Competentie in één of meerdere wetenschappen 14 / 41

<< CMWISK2.1 Innovatief en autonoom oplossingsstrategieën ontwerpen en probleemgestuurd onderzoek uitvoeren, en een oordeel vormen over de kwaliteit van de twee fases. Wetenschappelijke competentie 15 / 41

<< CMWISK2.2 Kritisch beschouwen van en reflecteren op bestaande en nieuwe theorieën, modellen of interpretaties binnen de major. Wetenschappelijke competentie 16 / 41

<< CMWISK2.3 Creatief hypothesen formuleren, nieuwe verbanden ontdekken en een oordeel vormen op basis van gegevens en informatie van mogelijk beperkte, onvolledige of tegenstrijdige aard. Wetenschappelijke competentie 17 / 41

<< CMWISK2.4 Doelgericht experimenten en simulaties ontwerpen, uitvoeren en de verzamelde gegevens kritisch evalueren binnen een onderzoeksgebonden of probleemoplossende context. Wetenschappelijke competentie 18 / 41

<< CMWISK2.5 Informatie uit internationaal gepubliceerde (anderstalige) wetenschappelijke literatuur en complexe informatiebronnen verwerken, analyseren, kritisch evalueren en synthetiseren. Wetenschappelijke competentie C002308 MASTERPROEF masterproef mondeling examen werkstuk participatie Een onderwerp kunnen bestuderen, in context plaatsen, synthetiseren. Argumenten kunnen aanvullen, zelf vinden, vergelijken. Literatuurstudie met internationale bronnen kritisch kunnen uitvoeren, een wetenschappelijk rapport kunnen schrijven over een onderzoeksvraag (met eventuele eigen originele inbreng), er mondeling over rapporteren. Blijk geven van zelfstandigheid, gedrevenheid en zin voor nauwkeurig werken. 19 / 41

<< CMWISK2.6 Voor een gevorderd wiskundig probleem de gepaste methode kiezen en benutten. Wetenschappelijke competentie 20 / 41

<< CMWISK3.1 Systematisch en kritisch reflecteren over het eigen denken en handelen en dit vertalen naar doordachte conclusies en meer adequate oplossingen. Intellectuele competentie 21 / 41

<< CMWISK3.2 Getuigen van openheid voor nieuwe wetenschappelijke ontwikkelingen en hun toepassingen in een brede wetenschappelijke, economische of maatschappelijke context. Intellectuele competentie 22 / 41

<< CMWISK3.3 Een actieve houding aannemen tegenover permanente kennisontwikkeling, levenslang leren en zelfstandig het eigen leerproces sturen. Intellectuele competentie C002308 MASTERPROEF masterproef mondeling examen werkstuk participatie Een onderwerp kunnen bestuderen, in context plaatsen, synthetiseren. Argumenten kunnen aanvullen, zelf vinden, vergelijken. Literatuurstudie met internationale bronnen kritisch kunnen uitvoeren, een wetenschappelijk rapport kunnen schrijven over een onderzoeksvraag (met eventuele eigen originele inbreng), er mondeling over rapporteren. Blijk geven van zelfstandigheid, gedrevenheid en zin voor nauwkeurig werken. 23 / 41

<< CMWISK3.4 Zelfstandig logische en analytische redeneringen opbouwen, complexe redeneringen doorgronden en kritisch evalueren. Intellectuele competentie 24 / 41

<< CMWISK3.5 Probleemvoorkomend en probleemoplossend denken en handelen in een verscheidenheid aan situaties of in een niet-vertrouwde context. Intellectuele competentie 25 / 41

<< CMWISK3.6 Probleemstellingen veralgemenen en op het gepaste abstractieniveau benaderen. Intellectuele competentie 26 / 41

<< CMWISK4.1 Eigen onderzoek, gedachten, ideeëen, meningen of voorstellen binnen professionele activiteiten schriftelijk en mondeling presenteren (ook in een tweede taal). Competentie in samenwerken en communiceren 27 / 41

<< CMWISK4.2 Mondeling en schriftelijk communiceren over nieuwe ontwikkelingen, onderliggende grondgedachten en oordeelsvorming binnen het vakgebied en de randwetenschappen met deskundigen en niet-deskundigen. Competentie in samenwerken en communiceren C002308 MASTERPROEF masterproef mondeling examen werkstuk participatie Een onderwerp kunnen bestuderen, in context plaatsen, synthetiseren. Argumenten kunnen aanvullen, zelf vinden, vergelijken. Literatuurstudie met internationale bronnen kritisch kunnen uitvoeren, een wetenschappelijk rapport kunnen schrijven over een onderzoeksvraag (met eventuele eigen originele inbreng), er mondeling over rapporteren. Blijk geven van zelfstandigheid, gedrevenheid en zin voor nauwkeurig werken. 28 / 41

<< CMWISK4.3 Projectmatig werken in een wiskundige context: doelstellingen formuleren, gericht rapporteren, einddoelen en ontwikkeltraject in het oog houden. Competentie in samenwerken en communiceren 29 / 41

<< CMWISK4.4 Afhankelijk van de situatie gepast ondersteunend, inspirerend of gezaghebbend handelen en samenwerken. Competentie in samenwerken en communiceren 30 / 41

<< CMWISK5.1 De betekenis van de wiskunde binnen de historische evolutie van het wetenschappelijk denken duiden en aantonen hoe ze een basisvereiste voor volwaardige wetenschap is. Maatschappelijke competentie 31 / 41

<< CMWISK5.2 Ethisch, professioneel en maatschappelijk verantwoord handelen in een academische context. Maatschappelijke competentie 32 / 41

<< CMWISK6.1 Professioneel gedrag vertonen, gekenmerkt door gedrevenheid, betrouwbaarheid, betrokkenheid, doorzettingsvermogen, nauwkeurigheid en zelfstandigheid. Beroepsspecifieke competentie C002308 MASTERPROEF masterproef mondeling examen werkstuk participatie Een onderwerp kunnen bestuderen, in context plaatsen, synthetiseren. Argumenten kunnen aanvullen, zelf vinden, vergelijken. Literatuurstudie met internationale bronnen kritisch kunnen uitvoeren, een wetenschappelijk rapport kunnen schrijven over een onderzoeksvraag (met eventuele eigen originele inbreng), er mondeling over rapporteren. Blijk geven van zelfstandigheid, gedrevenheid en zin voor nauwkeurig werken. 33 / 41

<< CMWISK6.2(RES) Minor onderzoek: Grondig inzicht demonstreren in de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen van ten minste een van de deelaspecten van de disciplines aanwezig in de major en waar mogelijk verbanden leggen met andere deelaspecten. Beroepsspecifieke competentie 34 / 41

<< CMWISK6.3(RES) Minor onderzoek: Over de nodige theoretische inzichten en methodologische vaardigheden beschikken om een aansluitende doctoraats- of master-na-masteropleiding aan te vatten aan binnenlandse en buitenlandse universiteiten. Beroepsspecifieke competentie 35 / 41

<< CMWISK6.4(RES) Minor onderzoek: Via seminarie, literatuurstudie en/of stage met grote zelfstandigheid verdiepend kennis hebben gemaakt met onderzoek in een theoretische of toegepaste context. Beroepsspecifieke competentie 36 / 41

<< CMWISK6.5(EDU) Minor onderwijs: Kennis van algemene begrippen, concepten, theorieën en principes van didactiek toepassen om wiskunde en verwante wetenschappen te onderwijzen op verschillende niveaus. Beroepsspecifieke competentie 37 / 41

<< CMWISK6.6(EDU) Minor onderwijs: Enthousiasme opwekken voor de schoonheid en de noodzakelijkheid van de wiskunde. Beroepsspecifieke competentie 38 / 41

<< CMWISK6.7(ECO) Minor economie en verzekeringen: De beginselen beheersen van algemene en bedrijfseconomische wetenschappen en van risico en financiële processen in de verzekerings- en banksector. Beroepsspecifieke competentie 39 / 41

<< CMWISK6.8(ECO) Minor economie en verzekeringen: Relevantie en implicaties van wetenschappelijke ontwikkelingen of toepassingen inschatten in een economische en beleidsmatige context. Beroepsspecifieke competentie 40 / 41

<< CMWISK6.9(ECO) Minor economie en verzekeringen: Over de nodige theoretische inzichten en methodologische vaardigheden beschikken om een aansluitende beroepsgerelateerde master-na-masteropleiding (bijv. in de actuariële wetenschappen) aan te vatten aan binnenlandse en buitenlandse universiteiten. Beroepsspecifieke competentie 41 / 41