PSYCHOPATISCHE TREKKEN BIJ JONGEREN: EEN MIEKE DECUYPER UNIVERSITEIT GENT PSYCHOPATHIE BIJ VOLWASSENEN Definiërende kenmerken PSYCHOPATHIE: - gedragsmatig: impulsief, vaak risico s nemen, betrokken in criminele activiteiten - interpersoonlijk: hoogdravend, egoïstisch, dwingend, manipulatief, koel - affectief: f oppervlakkige emoties, gebrek aan empathie, angst en wroeging Grote gelijkenissen met Antisociale PS - diepgaand patroon van gebrek aan achting voor en de schending van de rechten van anderen - substantiële overlap ITEMS PCL-R (Hare, 2001) Gladde prater / oppervlakkige charme Promiscue seksueel gedrag Sterk opgeblazen gevoel van Gedragsproblemen op jonge leeftijd eigenwaarde Prikkelhonger / neiging tot verveling Pathologisch liegen List en bedrog / manipulerend gedrag Gebrek aan berouw of schuldgevoel Ontbreken aan emotionele diepgang Kil / gebrek aan empathie Parasitaire levensstijl Gebrekkige beheersing van het gedrag Ontbreken van realistische doelen op lange termijn Impulsiviteit Onverantwoordelijk gedrag Geen verantwoordelijkheid nemen voor eigen gedrag Veel kortstondige partnerrelaties Jeugdcriminaliteit Schending van voorwaarden Veelsoortige criminaliteit 1
VOORLOPERS PSYCHOPATHIE Voorlopers persoonlijkheidspathologie - DSM-IV: begin in late adolescentie of vroege volwassenheid - evidentie voor voorlopers in vroege ontwikkeling (De Clercq, De Fruyt, van Leeuwen, & Mervielde, 2006) die ongeveer even stabiel zijn als in de volwassenheid (De Clercq, Van Leeuwen, Van den Noortgate, De Bolle, & De Fruyt, 2009), met vergelijkbare erfelijkheidscoëfficiënten (Coolidge, Thede, & Jang, 2001). Concept psychopathie wordt ook toegepast bij kinderen en adolescenten om antisociaal gedrag en agressie bij jongeren te beschrijven en te vatten. PSYCHOPATHISCHE TREKKEN BIJ JONGEREN Focus op interpersoonlijke, affectieve en gedragsmatige kenmerken Glad, onbetrouwbaar, manipulatief, gevoelloos, onverantwoordelijk, impulsief, gebrek aan schuldgevoel en oppervlakkig affect (Lynam & Gudonis, 2005) CU trekken - onderdeel van psychopathie - subschaal van PCL-YV (Forth, Kosson, & Hare, 2003) en APSD (Frick & Hare, 2003) FRICK (2003) - INVENTORY OF CALLOUS- UNEMOTIONAL TRAITS (ICU) Kinderen / jongeren met CU trekken: - ernstiger patroon agressie - proactief en reactieve agressie - vroege aanvang - gelijkaardige trekken / kenmerken als volwasssen psychopaat - neuropsychologische tekorten Valide en betrouwbare meting door ICU - 24 items - 3 versies: ouder, adolescent en leerkracht - 3 factoren: callous unemotional - uncaring 2
callous callous uncaring unemotional unemotional uncaring : VFM - Neuroticisme (N): individuele verschillen in (sociale angst), ergernis, kwetsbaarheid en negatieve emotionaliteit - Extraversie (E): refereert naar sociaal, assertief, dominant, energiek en optimistisch zijn, versus een voorkeur hebben voor solitaire activiteiten, anderen volgen en introvert zijn - Openheid voor ervaringen (O): creatief zijn, problemen/situaties met open geest benaderen tov minder fantasierijk en meer nuchter zijn, voorkeur hebben voor gekende paden en oplossingen - Altruïsme (A): kwaliteit van sociale interactie: warm vriendelijk, empatisch versus koud, egocentrisch en antagonistisch en - Consciëntieusheid (C): werkgerelateerde trekken: precies, ordelijk, planmatig, ambitieus, maar ook beschikken over zelfdiscipline en zichzelf als competent beschouwen NEO-PI-R: - 5 domeinen, 30 facetten - 240 items - Items 1 5 format Persoonlijkheidsstoornissen, inlcusief psychopathie, als (profiel) extreme scores op algemene trekken expert psychopathie prototype bij volwassenen (Miller, Lynam, Widiger, &Leukefeld, 2001): hoog op N5, E3, E5, O4 & C1 laag op N1, N3, N6, E1, O3, A1, A2, A3, A4, A5, A6, C3, C5 & C6 3
Lynam & Widiger (2001): prototypes voor PS door experten - empirische ondersteuning - complexe berekening Miller et al. (2005): count techniek - som ipv prototype - meest kenmerkende facetten worden opgeteld Psychopathie count = N1r + N3r + N4r + N5 + N6r + E1r + E3 + E5 + O3r + O4 + A1r + A2r + A3r + A4r + A5r + A6r + C1 + C3r + C5r + C6r Antisociale count = N1r + N2 + N4r + N5 + E3 + E4 + O4 + A1r + A2r + A3r + A4r + A5r + A6r + C3r + C5r + C6r 4
Normen voor count techniek bij volwassenen op basis van 3 normatieve steekproeven (Miller et al., 2008) Normatieve steekproef adolescenten (Decuyper et al., 2009): - 376 jongens (N = 189) en meisjes (N = 187) - gemiddelde leeftijd: 16.18 jaar, range 13.00-17.92 - cut-off: T-score 65 - verschillende cut-offs voor zelf- en moederbeoordelingen - validering adhv de ICU (PP count), ADP-IV en DAPP-BQ (As-II stoornissen) IMPLICATIES COUNT TECHNIEK Zelfde techniek van toepassing in adolescentie en de volwassenheid vergelijking van individuele verschillen over de tijd heen beschrijving ontwikkelingspaden Ondersteuning spectrummodel Screening psychopathische trekken op jonge leeftijd adhv algemene persoonlijkheidsvragenlijst Traceren van kwetsbare adolescenten op jonge leeftijd Zicht op de sterktes en meer adaptieve kenmerken in profiel TOEGEPASTE BIJDRAGE Vierstapsmodel Widiger et al. (2002) 1. Assessment algemene persoonlijkheid 2. Identificatie moeilijkheden in dagelijkse leven 3. Ernst problemen en evaluatie of formele diagnose nuttig is 4. Profiel algemene trekken linken aan categorische PS diagnose Brug tussen PS constructen en complexe trekmodellen Integratief dimensioneel model persoonlijkheidspathologie (Widiger, Clark, & Livesley, 2009) 1. Assessment algemene trekken (NEO-PI-R) 2. Assessment maladaptieve trekken (DAPP-BQ en SNAP) 5
CASUS KAREL Ontwikkelingsgeschiedenis Karel groeit op in een sociaal-emotioneel afwijkend gezin. Het gezin is eerder economisch dan emotioneel ingesteld. Moeder is een affectief kille vrouw. Vader wordt beschreven als een man die meer betrokken is met zijn kinderen, maar hij reageert vaak agressief. In dit gezin is het niet mogelijk om over intieme zaken zoals seksualiteit te praten. Karel heeft geen vriendjes en wordt vaak gepest. Hij speelt enkel met andere kinderen, maar praat heel weinig. Hij wordt zelden geaccepteerd door leeftijdsgenoten; zelf wil hij enkel met jongens spelen. Meestal kiest hij voor activiteiten die alleen gedaan moeten worden. Karel vertoont sociaal inadequaat gedrag dat niet door de ouders opgemerkt wordt. Als kind heeft hij leermoeilijkheden en vergeet hij veel. Hij heeft een duidelijke leerachterstand. DELICTEN Op 14 jarige leeftijd fietst Karel rond in wijk en gaat een openstaande achterdeur binnen. Wanneer een jonge vrouw naar beneden komt, grijpt hij haar om de hals en knijpt hij haar keel dicht tot ze niet meer beweegt. Daarna neemt hij een fles en slaat die op haar hoofd kapot. Hij neemt de portefeuille, ledigt die en gooit die op weg naar huis weg. De vrouw blijkt enkel (!!) bewusteloos en wanneer ze later bijkomt, belt ze de politie. De ouders worden ingelicht en Karel gaat rustig naar het bureau en bekent vlot. Mede vanwege het gebrek aan emoties en zijn ontoegankelijk indruk wordt hij opgenomen ter observatie. In het observatiecentrum valt Karel op omwille van zijn zachte karakter. Hij is speels en kinderlijk en kan zich niet weren ten opzichte van andere jongens. Hij houdt zich afzijdig van de andere kinderen en legt moeilijk contact. Zijn stemming is heel wisselend tussen uitbundig en zwijgzaam waardoor hij een onberekenbare indruk nalaat. De staf van het observatiecentrum verwacht dat het gebeurde zich niet zal herhalen en stelt voor om Karel terug thuis te plaatsen. Beide ouders hadden dergelijk gedrag nooit verwacht van Karel. TESTGEGEVENS OBSERVATIECENTRUM Sociaal-cognitief functioneren: arm gevoelsleven, weinig inlevingsvermogen en weinig sociale vaardigheden, IQ = 98 YSR gegevens: scoort in klinisch gebied op schaal Teruggetrokken, Delinquent gedrag, Agressief gedrag, en Sociale problemen NEO-PI-R 6
OPDRACHT Toepassen count techniek, signaalfunctie Opvallende gegevens in NEO-PI-R profiel. Relatieve sterktes en meer adaptieve kenmerken in profiel? Welke instrumenten zouden additioneel moeten afgenomen worden? 7