Huishoudelijk Reglement (HR) ¹ van de Stichting Gedragscode Leidinggevenden (SGL) ¹ Artikel 14 lid 1 Statuten SGL
INHOUD HOOFDSTUK 1: ALGEMEEN, INTERPRETATIES Artikel 1 Positie van de SGL in het evangelische veld HOOFDSTUK 2: LIDMAATSCHAP Artikel 2 Acceptatie van nieuwe deelnemers Artikel 3 Schorsing en opzegging HOOFDSTUK 3: BESTUUR Artikel 4 Bestuur Artikel 5 Taken van het Bestuur Artikel 6 Overige taken van het bestuur Artikel 7 Taken van de voorzitter Artikel 8 Taken van de secretaris Artikel 9 Taken van de penningmeester HOOFDSTUK 4: VERDELING FINANCIËLE MIDDELEN Artikel 10 Financiële bevoegdheden
HOOFDSTUK 1: ALGEMEEN, INTERPRETATIES Artikel 1. Positie van de SGL in het evangelische veld De SGL zal bij het nastreven van haar doelstellingen (statuten artikel 3)¹ niet in concurrentie treden met kerken, gemeenten en organisaties, maar veeleer via hen streven naar vernieuwing, opbouw en de eenheid van de kerk van de Here Jezus Christus. Waar de doelstellingen van de SGL niet of weinig worden nagestreefd kan de SGL kerkgenootschappen, gemeenten en organisaties daartoe stimuleren dan wel zelf activiteiten organiseren. ¹ Artikel 3 Statuten van de SGL.
HOOFDSTUK 2: LIDMAATSCHAP¹ Artikel 2. Acceptatie van nieuwe deelnemers 2.1 De acceptatie van deelnemende kerkgenootschappen, gemeenten en organisaties is een taak van het Bestuur. Het Bestuur vormt zich een mening en besluit over de acceptatie aan de hand van de volgende gegevens: statuten van de kandidaat-deelnemer, een financieel en sociaal jaarverslag of een verslag van dezelfde strekking, van het afgelopen jaar of uiterlijk het jaar daarvoor, het door de kandidaat deelnemer ingevulde aanmeldingsformulier, 2.2 Het Bestuur kan iemand uit het midden van de bestuursleden aanwijzen voor de acceptatie van deelnemende kerkgenootschappen, gemeenten en organisaties. 2.3 Het Bestuur bericht binnen drie maanden na ontvangst van een aanmelding aan de betrokkenen of zij als deelnemende kerkgenootschap, gemeente of organisatie van de SGL zijn aangenomen. Artikel 3. Schorsing en opzegging 3.1 Een deelnemer die door verandering van statutaire doelstelling of die feitelijk niet meer werkt binnen grondslag en beginselverklaring ² en de statutaire doelstelling³ die golden ten tijden dat het deelnemerschap van de SGL werd aangegaan, kan als deelnemer worden geschorst en het deelnemerschap worden opgezegd. Gedurende de periode van schorsing worden alle rechten voortvloeiende uit het deelnemerschap, opgeschorst. 3.2 Aan deelnemers die meer dan twee achtereenvolgende jaren niet aan de verplichting van het deelnemerschap van de SGL voldoen, kan door het Bestuur het deelnemerschap ontzegd worden. 3.3 Voordrachten tot opzegging kunnen worden gedaan door tenminste twee leden van het Bestuur. 3.4 Het bericht van schorsing of van opzegging wordt uiterlijk 5 dagen nadat het Bestuur tot schorsing of opzegging heeft besloten schriftelijk aan de betrokken deelnemer toegezonden. 3.5 De geschorste, of indien zonder schorsing tot opzegging werd besloten, de opgezegde deelnemer, heeft het recht zich ten overstaan van het Bestuur tegen de argumenten van schorsing of opzegging te verdedigen. 3.6 Schorsing wordt na ten hoogste zes maanden beëindigd: a. hetzij omdat een deelnemer weer in volle rechten wordt aangenomen en de schorsing wordt opgeheven, b. hetzij omdat het deelnemerschap door de onderhavige deelnemer of door opzegging door het Bestuur wordt beëindigd. ¹ Artikel 6 Statuten van de SGL ² Artikel 2 Statuten van de Stichting Gedragscode Leidinggevenden ³ Artikel 3 statuten van de Stichting Gedragscode Leidinggevenden
HOOFDSTUK 3: BESTUUR Artikel 4. Bestuur 4.1 Verantwoordelijkheid Voor de regelingen met betrekking tot Bestuur, wordt in de eerste plaats naar de Statuten verwezen (artikelen 7 tot en met 9 Statuten SGL). De voorzitter/secretaris stelt een concept beleidsplan voor een periode van 3 jaar op, dat door het Bestuur goedgekeurd moet worden. Na goedkeuring stelt de voorzitter/secretaris een jaarlijks bedrijfsplan met begroting op dat vóór het nieuwe boekjaar door het Bestuur goedgekeurd moet worden. Goedkeuring betekent dat de voorzitter/secretaris volmacht krijgt het bedrijfsplan uit te voeren binnen de vastgestelde begroting en onder voorwaarde dar de begrote middelen beschikbaar zijn of zullen komen. Het Bestuur heeft als taak om, mede op basis van de tussentijdse rapportage (tenminste 1x per jaar) van de voorzitter/secretaris, het werk te evalueren of het conform het beleids- en bedrijfsplan is. Na goedkeuring van het jaarverslag inclusief het financiële gedeelte, zal het Bestuur de voorzitter/secretaris dechargeren. Op basis van dit jaarverslag kan ze het beleidsplan bijstellen. De overige taken van de voorzitter en secretaris zijn bij Statuten SGL geregeld. 4.2 Adviserende taak Het Bestuur heeft ook een ondersteunende en adviserende taak m.b.t. de voorzittersecretaris en penningmeester in het uitvoeren van de werkzaamheden. Bestuursleden kunnen de voorzitter en secretaris bijstaan in de contacten met de SGL deelnemers, de werkgroepen en landelijke koepelorganisaties. Ze kunnen de voorzitter en secretaris ondersteunen in het opstellen van plannen en programma s, als gesprekspartner bij vergadering aanwezig zijn en in sommige gevallen de voorzitter en secretaris vertegenwoordigen tijdens bijeenkomsten. Artikel 5. Taken van het Bestuur 5.1 Tot de taken van het Bestuur behoren onder meer: het vaststellen van het beleidsplan, het vaststellen van het bedrijfsplan met begroting, goedkeuren van het jaarverslag incl. het financiële gedeelte, vaststellen van de jaarlijkse bijdrage van de deelnemende organisaties en gemeenten en particuliere deelnemers, advisering en ondersteuning van de secretaris, voorzitter en penningmeester, het Bestuur kiest uit zijn midden een Dagelijks Bestuur, bestaande uit voorzitter, een secretaris en een penningmeester (Statuten Benoeming bestuursleden). 5.2 Interne kontakten: Het Bestuur kan aan bepaalde bestuursleden opdracht verstrekken tot het onderhouden van contact met verschillende geledingen binnen de SGL inzake bestuurlijke zaken. 5.2.1 Tenminste één bestuurslid zal zich in het bijzonder bezighouden met het contact met de werkgroepen van de SGL, 5.2.2 Tenminste één bestuurslid zal zich in het bijzonder bezighouden met het contact met deelnemende kerkgenootschappen, 5.2.3 Tenminste één bestuurslid zal zich in het bijzonder bezighouden met het contact met deelnemende gemeenten. 5.2.4 Tenminste één bestuurslid zal zich in het bijzonder bezighouden met het contact met deelnemende organisaties.
5.3 Externe contacten Het onderhouden van externe contacten is opgedragen aan de voorzitter en secretaris van het bestuur, maar kan in bijzondere gevallen gedelegeerd worden aan een ander bestuurslid. Artikel 6. Overige taken van het Bestuur Tot de taken van het bestuur behoren onder meer: verantwoordelijkheid dragen voor het werk van de SGL en daarvan op de bestuursvergadering verantwoording afleggen; verantwoordelijk zijn voor de berichtgeving naar publiciteitsorganen/persbureau s in overleg met de secretaris/voorzitter; Het aannemen van nieuwe deelnemers; Het schorsen van deelnemers; Het Bestuur stelt een rooster van aftreden op voor het Bestuur, waarbij gezorgd moet worden dat voor de handhaving van de continuïteit in een jaar niet zowel de voorzitter als de secretaris aftreden. Voor hier niet genoemde taken, kan het Bestuur in onderling overleg tot een vaste taakverdeling besluiten. Artikel 7. Taken van de voorzitter Tot de taken van de voorzitter behoren onder meer: het leiden van de vergaderingen van het Bestuur, het leiden van de vergaderingen van de deelnemende organisaties en gemeenten, in samenwerking met de Secretaris: de SGL vertegenwoordigen (zie art. 10). Artikel 8. Taken van de secretaris Tot de taken van de secretaris behoort onder meer het vervangen van de voorzitter bij diens afwezigheid. De secretaris is daarnaast eindverantwoordelijk voor: het bestuursarchief, het jaarverslag, de correspondentie, het rooster van aftreden, het bewerken van de regelgeving. Artikel 9. Taken van de penningmeester De penningmeester is eindverantwoordelijk voor: het opstellen en het bewaken van de begroting, het financieel jaar verslag, het doen controleren door een (register) accountant.
HOOFDSTUK 4: VERDELING EN FINANCIËLE MIDDELEN Artikel 10. Financiële bevoegdheden 10.1 Het Bestuur is bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten tot het verkrijgen, vervreemden en/of bezwaren van registergoederen. Het Bestuur is niet bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten, waarbij de stichting zich als borg of hoofdelijke medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt.¹ 10.2 Als de voorzitter en secretaris tot het sluiten van overeenkomsten tot het verkrijgen, vervreemden en/of bezwaren van registergoederen willen overgaan, zal dit ter goedkeuring aan het Bestuur worden voorgelegd en met tenminste 2/3 deel van de stemmen van het voltallige Bestuur dienen te worden aangenomen, indien het een niet bij begroting goedgekeurde investering betreft. Voor zover de financiële bevoegdheden van de voorzitter en secretaris niet geregeld zijn door de statuten geldt dat: 10.3 Bij begroting goedgekeurde investeringen die een bedrag van 10.000,00 te boven gaan, in de vergaderingen van het Bestuur besproken worden, 10.4 aan de hand van kwartaaloverzichten informeren de voorzitter en secretaris het Bestuur over het budget van het lopende jaar. ¹ Artikel 7 lid 7 statuten SGL Versie 1.0 januari 2008