Verslag van de informatiebijeenkomst Uitvoeringsplan Maatschappelijk Domein Opgroeien en Ontwikkelen Datum : dinsdag 9 juni 2015 Aanvang : 13.30 uur Einde : 14.15 uur Locatie : Commissiekamer II te Alphen aan den Rijn Aanwezig: Namens de gemeente: Mevrouw S. Rooijmans (voorzitter) Namens diverse organisaties: zie presentielijst Notulen: E. Wijsman 1. Opening en welkom De voorzitter verwelkomt de aanwezigen bij de bijeenkomst in het kader van het uitvoeringsplan maatschappelijk domein, onderdeel Opgroeien en Ontwikkelen. Vanmiddag wordt gekeken naar de stand van zaken en het proces, de verwachtingen, de aandachtspunten en is er tijd om vragen te stellen. 2. Presentatie Opgroeien en Ontwikkelen Mevrouw Rooijmans verzorgt de presentatie (zie bijlage). Belangrijke data zijn: 2 juni 2015: tender openbaar maken. 9 en 11 juni 2015: de tweede informatiebijeenkomst. 16 juni 2015 om 12 uur: uiterste datum indienen schriftelijke vragen. Tot en met 24 juli 2015: aanbod check op volledigheid subsidieaanvraag door Gemeente. 30 juni 2015: uiterste datum schriftelijke beantwoording vragen. 31 juli 2015 om 12.00 uur: uiterste datum indienen subsidieaanvraag 21 augustus 2015: interviews 12-27. 24 augustus 2015: interviews 0-12. N.B. De interviews tellen voor 40% mee in de beoordeling. Het is dan ook uitermate belangrijk dat bij de interviews de personen die namens subsidieaanvrager aan tafel zitten gezamenlijk alle vragen die gesteld worden, kunnen beantwoorden, (en dus niet alleen maar van een deel van de aanvraag op de hoogte zijn.) Het is van belang dat zij zowel de subsidie uitvraag als de subsidieaanvraag en de visie die erachter ligt kennen. Pagina 1 van 5
3. Vragen en beantwoording van vragen De aanwezige organisaties worden in de gelegenheid gesteld om vragen te stellen. Vanaf vorig jaar juli zijn we bezig om de btw-constructie uit te zoeken, maar tot op heden is daar nog geen duidelijkheid over. Daardoor weten we nu niet aan de voorkant wat de prijs precies moet worden. Dit is bij de gemeente bekend, maar is een risico dat voor rekening van de subsidieaanvrager komt. De BTW is namelijk afhankelijk van uw aanbod. Het advies is dan ook om bij het opstellen van het aanbod contact op te nemen met uw belastingconsulent en met de belastinginspecteur. Mochten de antwoorden die op 30 juni 2015 gegeven worden leiden tot vervolgvragen, wat gebeurt daar dan mee? De gemeente zal kijken naar de (uiterlijk 16 juni) gestelde vragen en de beantwoording zo vormgeven dat deze geen aanvullende vragen of onduidelijkheden oproept. Mochten de gegeven antwoorden toch vragen oproepen (dus geen nieuwe vragen), dan zal de gemeente bezien of een tweede vragenronde mogelijk / noodzakelijk is. Tot 24 juli 2015 kunnen aanvragen juridisch gecheckt worden door de gemeente, maar niet op inhoud, klopt dat? Dat is inderdaad het geval. De check ziet toe op de indieningsvoorwaarden en vormvereisten als vermeld in paragraaf 2.18 van de subsidie-uitvraag en heeft als doel ervoor zorg te dragen dat er zo weinig mogelijk subsidieaanvragen terzijde moeten worden gelegd omdat zij niet voldoen aan de indieningsvoorwaarden en vormvereisten. Het doel is dat er zoveel mogelijk subsidieaanvragen in aanmerking komen voor inhoudelijke beoordeling. Hoeveel organisaties mogen er naar het interview? Per subsidieaanvraag wordt er één interview gehouden en daar mogen maximaal vier mensen bij aanwezig zijn. Dit betekent dus dat, als er met meerdere organisaties gewerkt wordt, deze zelf moeten bepalen welke vier mensen er namens de gezamenlijke organisaties aan het interview zullen deelnemen. Hoe wordt de eventueel toegekende subsidie verdeeld over de samenwerkende partners? Middels het format prijsdocument dient subsidieaanvrager voor de jaren 2016, 2017 en 2018 een subsidiebedrag aan te vragen. Ingeval er sprake is van een samenwerkingsverband, dient op dit format ook te worden aangegeven conform welke procentuele verdeelsleutel dit subsidiebedrag over alle leden van het samenwerkingsverband zal worden verdeeld. Vervolgens zal ieder lid van dit verband afzonderlijk worden beschikt voor het percentage als aangegeven in de verdeelsleutel, mits sprake is van de winnende subsidieaanvraag. De verantwoording wordt nader vastgelegd in de subsidiebeschikking, waarbij de gemeente ernaar streeft de verantwoording te laten plaatsvinden op basis van de gerealiseerde effecten en niet op productniveau. Eén en ander dient nog nader te worden afgestemd met de accountant. Pagina 2 van 5
Moet er een begroting onder de aanvraag liggen? Nee. De gemeente vraagt in deze subsidie-uitvraag niet naar een begroting. Aanvrager hoeft dan ook geen begroting in zijn subsidieaanvraag op te nemen, louter het format prijsdocument dient door de aanvrager te worden ingevuld en rechtsgeldig te worden ondertekend. Wat gebeurt er als door een calamiteit, bijvoorbeeld een faillissement, problemen ontstaan bij de samenwerking? De overgebleven partners in het samenwerkingsverband blijven verantwoordelijk voor het realiseren van het totale aanbod (het bereiken van de maatschappelijke effecten). In een dergelijk geval zal de accounthouder van de gemeente daarom proberen gezamenlijk met de overige partners van het samenwerkingsverband naar een oplossing voor het ontstane gat in het aanbod te zoeken. De subsidiebeschikking van de failliete partner wordt vervroegd definitief vastgesteld zodat er geen middelen meer naar deze partner gaan. Het geld dat daarmee beschikbaar komt, kan worden ingezet voor de gezamenlijk gekozen oplossing. Hoe ver gaat het door leiden naar werk zoals genoemd op pagina 8? Het gaat om jongeren voorbereiden op werk. Dit gaat om vaardigheden, het ontdekken van talenten, maar ook om het leren van de juiste mentaliteit om aan de slag te gaan. Men wil voorkomen dat er nog meer werkloze jongeren komen. Het gaat niet om het matchen of plaatsen van werkloze jongeren op open vacatures. Gaat het dan ook om jongeren die uitgevallen zijn en geen onderwijs meer krijgen? Ja, ook die jongeren vallen daaronder. Het gaat om alle jongeren tussen 12 en 27 jaar. Over de tender 9 maanden tot 12 jaar wordt gevraagd wat er gedaan wordt met de doelgroep zwangeren. Het zou goed zijn als partijen in hun aanvraag meenemen hoe zij met het bestaande aanbod omgaan en wanneer zij hier lacunes in ervaren, hier een oplossing voor aan te dragen. Deze doelgroep valt binnen de tender en de maatschappelijke effecten die de gemeente beoogd na te streven gelden dan ook voor deze doelgroep. Het is uiteindelijk aan de subsidieaanvrager wat precies met deze doelgroep gedaan wordt. Het verdient aanbeveling ook het Centrum Jeugd en Gezin en de Jeugd en gezinteams op te zoeken om er zo echt voor te zorgen dat er een aanvullend aanbod komt op dat wat er als is vanuit de jeugdgezondheidszorg en jeugdhulp. Maakt de aanbiedingsbrief deel uit van de beoordeling? Nee, de aanbiedingsbrief is een indieningsvoorwaarde en moet dus onderdeel zijn van de subsidieaanvraag teneinde voor subsidieverlening in aanmerking te kunnen komen. Zie hiervoor ook paragraaf 2.18 van de subsidie-uitvraag en bijlage 3 van de subsidie-uitvraag. Wat is de rol van de penvoerder en functioneert deze tot de indiening van de aanvraag? De penvoerder is tijdens de tenderfase, dus tot aan de subsidiebeschikking, namens het samenwerkingsverband het eerste aanspreekpunt voor de gemeente en is bevoegd om het samenwerkingsverband inhoudelijk te vertegenwoordigen en te binden. Het werkt namelijk efficiënt om gedurende de tenderprocedure één contactpersoon per subsidieaanvraag te hebben, temeer ingeval subsidieaanvrager bestaat uit meerdere partijen. Pagina 3 van 5
Hoe is het contact met de gemeente na een eventuele goedkeuring? De gemeente heeft accounthouders aangesteld die gedurende de duur van de subsidie-uitoefening invulling zullen geven aan het contractmanagement. De gemeente streeft in haar contractmanagement een partnerschap na waar middels een hechte samenwerking op basis van vertrouwen de subsidieaanvraag door het samenwerkingsverband wordt uitgeoefend. De gemeente heeft inhoudelijk contact met de gezamenlijke partijen, aangezien zij gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het resultaat (het behalen van de maatschappelijke effecten). De financiële lijn zal gescheiden worden gehouden. Daarom worden er individuele beschikkingen afgegeven voor de verschillende partijen. Wat gebeurt er als een van de partijen er een potje van maakt? Heeft dat consequenties voor de beschikking van de andere partijen of alleen voor die van die ene? Je bent als samenwerkingsverband gezamenlijk verantwoordelijk voor het realiseren van de resultaten. Alle leden conformeren zich aan de visie als neergelegd in hun subsidieaanvraag en voelen zich ondanks dat zij afzonderlijk worden beschikt gezamenlijk verantwoordelijk voor het behalen van de beoogde maatschappelijke effecten. Indien een lid in gebreke blijft, dienen de overige leden dit lid allereerst aan te spreken op zijn/haar verantwoordelijkheid. Raadzaam is om hier vroegtijdig als samenwerkingsverband afspraken met elkaar over te maken. Uiteraard dient de accounthouder van de gemeente hierover proactief te worden geïnformeerd door het samenwerkingsverband. De gemeente streeft in haar contractmanagement een partnerschap na waardoor middels een hechte samenwerking op basis van vertrouwen de subsidieaanvraag door het samenwerkingsverband wordt uitgeoefend. Het gezamenlijk zoeken naar een oplossing wanneer het samenwerkingsverband er alles aan heeft gedaan om dit probleem opgelost te krijgen, behoort in dit kader ook tot de mogelijkheden. Wanneer aantoonbaar is dat de andere partijen er alles aan gedaan hebben om de problemen op te lossen maar dit niet lukt, zal er mogelijk bij de probleemveroorzaker een korting worden neergelegd. Denk hierbij aan het terugvorderen van een deel van de subsidie van de probleemveroorzaker dan wel het vroegtijdig vaststellen en beëindigen van de subsidie van de probleemveroorzaker. Worden partijen per beschikking ter verantwoording geroepen en wordt degene die de problemen veroorzaakt afgestraft? Zie het hierboven gegeven antwoord. Kan je als partij bij verschillende verbanden meedoen met het indienen van een aanvraag? Ja, dat kan. In paragraaf 2.4 van de subsidie-uitvraag staat aangegeven op welke wijze dit kan. Een partij kan participeren in verschillende samenwerkingsverbanden en in die hoedanigheid meerdere subsidieaanvragen indienen binnen één tender dan wel voor meerdere tenders. Wanneer is er sprake van grote en wanneer van kleine partijen? Bij kleine partijen bedraagt de subsidie (die de gemeente heeft verstrekt) maximaal 100.000 euro. Hoe is de relatie tussen de tender Gezonde leefstijlen en de buurtsportcoaches? De tender Gezonde Leefstijl richt zich op het stimuleren van een gezonde leefstijl d.m.v. de inzet van buurtsportcoaches en betreft de leeftijdsgroep 0-100 jaar, waarbij 60% van de inzet zich richt op de leeftijdsgroep 0-27 jaar en 40% van de inzet op de leeftijdsgroep 27 jaar en ouder. Binnen de subsidietender Opgroeien en Ontwikkelen vragen we ook in te zetten op een gezonde leefstijl, maar hierbij gaat het nadrukkelijk niet om de inzet van de buurtsportcoaches (die wordt al in Gezonde leefstijl geregeld), maar om via een integrale aanpak binnen de doorgaande ontwikkellijn een Pagina 4 van 5
gezonde leefstijl bij kinderen en jongeren te stimuleren. Het aanbod binnen Opgroeien en Ontwikkelen kan hiermee aanvullend zijn op datgene binnen Gezonde leefstijl. We weten als kleine organisatie nog niet of we met een groter samenwerkingsverband mee kunnen doen. Kunnen we dan ook een kleine subsidie aanvragen? Dit is in principe mogelijk. Uitgangspunt en doelstelling van de gemeente is wel een geharmoniseerde en eerlijke verdeling van de beschikbare budgetten met een eerlijke kans voor alle partijen. Voor de subsidieaanvragen tot 100.000 geldt dat er op voorhand een plafondbedrag door de raad is vastgesteld. Wij zullen, conform de vigerende Algemene subsidieverordening (Asv), onder andere toetsen op het voorkomen van dubbel aanbod (over de hele breedte van alle subsidieaanvragen, inclusief de tenders) en dubbele financiering van een organisatie. Het college neemt uiteindelijk het besluit over de verdeling van dit budget. De aanvragers krijgen dus niet automatisch de aangevraagde subsidie. Onze inschatting is dat wij ca. 100 aanvragen zullen ontvangen die betrekking hebben op dit subsidiebudget. Een van de weigeringsgronden in de Asv is het ontbreken van voldoende budget om subsidies toe te kennen (hoofdstuk V, artikel 14; lid 11). Voor de inschrijvers op zowel de kleine subsidies als de subsidietenders geldt dat, voorafgaand aan de uiterste indieningsdata, niet op voorhand valt te voorspellen of een organisatie in de subsidietender(s) een subsidie verleend krijgt. Daarom zal de gemeente de eventuele dubbele financiering voor vergelijkbaar aanbod pas tijdens de beoordelingsperiode (in augustus) toetsen. Mocht dat het geval zijn, dan kan de gemeente dit bij de toetsing van de kleine subsidieaanvraag, conform de Asv, dus corrigeren. 4. Sluiting De voorzitter constateert dat er geen vragen meer zijn. Overigens kan men na afloop van deze bijeenkomst nog schriftelijke vragen stellen, tot 16 juni 12.00 uur. De voorzitter bedankt de aanwezigen voor hun aanwezigheid en inbreng en sluit de bijeenkomst om circa 14.15 uur. Pagina 5 van 5