o Visuele inspectie van de deur DEURPROCEDURE en VORDERTECHNIEKEN De lansdrager bekijkt de rand van de deur in tegenwijzerzin. Hij zoekt naar mogelijke ontsnappende rook. Een gele gloed onderaan de deur is een teken dat de brandhaard zich achter de deur bevindt. Andere sporen zoals afbladerende verf, verkleuringen, roetsporen enz., wijzen op een gevaar achter de deur. De bevelvoerder moet er rekening mee houden dat de deur plots kan bezwijken en moet daar dus op anticiperen. Een belangrijk gegeven is nog dat het ontbreken van de hier genoemde voortekenen, niet impliceert dat de toestand veilig is. o Manuele inspectie van deur Taak tweede man: Met de hand (handschoenen aanhouden) wordt van onder naar boven gevoeld of er temperatuurverschil is tussen de onderkant en de bovenkant van de deur. Terwijl de deur betast wordt, kijkt men ook meteen naar de draairichting van de deur. Die kan afgeleid worden uit de stand van de scharnieren. o Plaats van de brandweerploeg Duwdeur: - lansdrager zit aan de kant van de scharnieren - tweede man zit aan de kant van de klink (eventueel een lus of touw de klink bevestigen) Trekdeur: - lansdrager zit aan de kant van de klink - tweede man zit voor het deurblad en gebruikt dit als bescherming o Natmaken van de deur Wanneer rook en zelfs vlammen uit de kieren rond de deur komen, moet men deze eerst neerslagen met de 3D-techniek. Er moet door de bevelvoerder geoordeeld worden of de deur niet gewoon dicht moet blijven, gezien de ernst van de brand die achter de deur schuilt. Open houdt altijd een risico in. Als het gevaar bestaat dat de deur het zou begeven, moet opgetreden worden (eventueel beslissen om terug te trekken). De lansdrager geeft twee korte waterstoten: één boven het hoofd van zijn collega, één boven zijn eigen hoofd. Op die manier hangt er net voor het openen een waternevel boven de deur. De druppels van deze nevel zullen het effect van de uitslaande vlammen of rook deels neutraliseren. De lucht die naar binnen wordt gezogen, wordt meegevoerd naar de brandhaard en heeft dus een bluseffect. Bij deze procedure telt de lansdrager - Eén = puls boven het hoofd van de collega - Twee = puls boven het hoofd van de lansdrager - Open = collega opent de deur o Openen van de deur Op het bevel "open", opent de tweede man de deur. De lansdrager geeft een aantal korte pulsen in de rooklaag en tracht de situatie in te schatten, de tweede man kijkt naar de instromende lucht en de uitstromende rookgassen. Na de derde puls geeft de lansdrager het bevel "dicht" en sluit de tweede man de deur. De lansdrager informeert de tweede man over de situatie achter deur. Deze procedure herhalen tot de ploeg ervan overtuigd is dat ze veilig naar binnen kunnen. Tussen de keren dat de deur wordt geopend is er onderling overleg. o Naar binnen gaan De lansdrager gaat als eerste naar binnen, hij probeert laag te blijven (op knieën vorderen) en plaatst zich (op z'n knie) onmiddellijk rechts of links van de deur. De tweede man volgt hem / haar op de voet. Wanneer de tweede man achter de lansdrager zit (tik tegen helm lansdrager Deurprocedure 2015 1/5
geven) geeft deze een korte puls ( temperatuurcheck) boven zijn hoofd om de temperatuur te checken. Wanneer de rooklaag boven hun hoofden heet is, zal het water verdampen en zal er dus geen water naar beneden vallen. De ploeg weet nu dat er gevaar is op een snelle brandontwikkeling. o Vorderen en straalpijptechnieken Na de temperatuurcheck worden er drie pulsen gegeven, kegelhoek 60 / hoek straalpijp grond ong. 45, even wachten om daarna terug ong. twee meter laag (op de knieën) te vorderen, op deze plaats terug drie pulsen geven, kegelhoek 60 / hoek 45, even wachten en terug vorderen, enz.. Wanneer er beslist wordt dat de ploeg dicht genoeg bij de vuurhaard zit kan er overgegaan worden naar pencilling kegelhoek op volle straal, afsluiter kort open-dicht, straal richten op vlambasis Daarna kunnen we overgaan op painting, vorderen tot bij de nog smeulende brandhaard, straalpijp op klein debiet (flush) kegelhoek op volle straal, afsluiter half open zetten en straal over brandhaard laten lopen. o Beperkte deurprocedure Wanneer er weinig reden is om aan te nemen dat er achter een deur enig gevaar schuilt, kan er een afwijkende procedure gehanteerd worden. Hierbij worden geen waterstoten gegeven. De lansdrager zal tot bevel "open" geven, de tweede man opent de deur en de lansdrager steekt zijn straalpijp naar binnen zonder deze te openen. Tijdens het openen van de deur kijkt hij naar binnen om de situatie in te schatten, de straalpijp in aanslag. Zolang de lansdrager geen bevel geeft "dicht" blijft de tweede man de deur open houden. Wanneer de lansdrager daartoe het signaal geeft, opent de tweede man de deur helemaal, wanneer er toch gevaar blijkt te zijn kan de lansdrager drie pulsen geven en daarna het bevel "dicht" geven. o Straalpijp debiet instellen 250 l/min stand: pulsing hoek grond lans: ± 45 volledig open en daarna volledig dicht gaat gebruiken bij temperatuurcontrole in de ruimte (hoek grond lans: ± 90 ) gebruiken om rookgassen te koelen (hoek grond lans: ± 45 ) Oefenkaarten: Brandbestrijding en hulpverlening: 103-A / 104-A / 104-B / 105-A / 105-C / 105-D Deurprocedure en vordertechnieken 2015 2/5
Duwdeur Trekdeur Deurprocedure en vordertechnieken 2015 3/5
o Temperatuurcheck hoek grond lans: ± 90 gebruiken bij temperatuurcontrole in de ruimte (hoek grond lans: ± 90 ) lansdrager kijkt naar boven tijdens de puls o wat is er te zien in de rooklaag? o komen er waterdruppels terug naar beneden? o Pulsing hoek grond lans: ± 45 gebruiken om rookgassen te koelen o Pencilling waterkegel volle straal richten op vlambasis het is de bedoeling om per pencilling een halve emmer water op de brand te brengen (vlammen neerslaan) Deurprocedure en vordertechnieken 2015 4/5
o Painting Na neerslaan van de vlammen, afblussen waterkegel volle straal water boven op brandhaard strooien (emmer uitgieten) straalpijp half openen Deurprocedure en vordertechnieken 2015 5/5