Aflegsysteem brandbestrijding

Transcriptie

1 Aflegsysteem brandbestrijding De door de ploeg te verrichten handelingen die tot doel hebben de juiste blusmiddelen volgens de juiste tactiek en techniek op de brandhaard aan te brengen 1976

2 Doelstellingen Theorie: Inzicht verkrijgen in doel van een aflegsysteem. Kennen van de algemene principes bij het aflegsysteem Hoe afleggen met zigzag, bundels en cassettes. Alternatieve aflegsystemen

3 Een aflegsysteem: waarom? Werken aan dezelfde oplossing Een aflegsysteem zorgt voor: veilig werken werk opsplitsen in deeltaken iedereen automatisch weet wat hij moet doen werk snel en adequaat uitgevoerd is het werk efficiënt uitgevoerd is onverwachte situaties, verandering direct gemeld worden

4 Een aflegsysteem: algemene principes Werken aan dezelfde oplossing Teamgeest Uniformiteit en compatibiliteit De ploeg Geoefendheid Eenheidscommando s Materieel

5 Evolutie in de loop der jaren Tot de opkomst van de HD pompen eind jaren vijftig blust de Belgische brandweer branden met lage druk zelden sprake van een binnenaanval (te) veel water met veel nevenschade gebruiksonvriendelijk Na aanschaf van AP met hoge druk pomp wordt nog enkel afgelegd op lage druk bij: - omvangrijke volontwikkelde branden - indien de HD lijn niet tot bij de brand geraakt Bij toepassen van zowel de hoge als de lage druk worden de meest uiteenlopende procedures toegepast Echter geen procedures die een dynamisch gebruik voor een agressieve binnenaanval toelaten Duidelijk gebrek aan overkoepelende sturing en eenvormige opleiding met als gevolg de gekende lokale procedures

6 Succes hoge druk

7 Toekomst hoge druk Is er heel zeker, HD bluslijnen zijn in heel wat situaties uitermate geschikt voor een eerste aanval. Minimum Ø 25mm, minder (Ø 19) is ontoelaatbaar Maximum 60 meter, langer dan 60 meter wordt echt zwoegen Alternatief: haspel(s) gekoppeld aan LD pomp voorzien van slang Ø 32 mm, lengte 40 à 50 m. Minstens 1 haspel blijft noodzakelijk op een MFAP

8 Beperkingen HD en haspel 80 m is al zeer lang Zwaar door extra wapening (HD) en waterinhoud Hoge wrijvingscoëfficiënt (ruwe buitenwand) Zeer lastig vorderen vanaf 50 à 60 m afgerolde slang Bij grote inzetdiepte ook tijdverlies door klaarleggen lussen Zeer lastig vorderen bij veel bochtenwerk te veel personeel nodig om te vorderen, 3 en 4 moeten helpen bemanning 1 ste AP kan geen back-up inzetten

9 Beperkingen HD en haspel Te weinig debiet voor bepaalde blusverrichtingen Zware verliezen door kleine diameter Met de druk erop (aanvalsfase) moeilijk hanteerbaar Gevaarlijk om ploegen diep (lengte 80 m!) in een structuur te laten vorderen met een beperkt blusmiddel brandcurve piekafgifte hedendaagse brandstof HD leiding kan niet losgekoppeld worden om dringend voertuig te kunnen verplaatsen

10 Snelheid aanval HD/LD

11 Grenzen HD Koelend vermogen van één HD maximaal 30 m 2 en dit verklaart het succes van de HD. Belangrijke vaststellingen: de moderne inboedels zijn meer en meer vervaardigd uit synthetische stoffen met veel hogere calorische waarde. Door isoleren minder opname door de wanden (terugkaatsing) en meer opname door de inboedel Meer pyrolyse Meer kans op vrijkomen hogere vermogens na het binnen dringen van de brandweer (luchttoevoer)

12 Basis binnenbrandbestrijding

13 Aflegsysteem lage druk zigzag, bundel en cassette Toepasbaar voor alle situaties binnenbrand met mogelijkheid modulaire opbouw brand in parkeergarages, hoge grote diepe gebouwen buitenbrand bos- struik- heidebrand afleggen met schuim Simpel systeem, indien goed ingeoefend Wordt steeds vaker toegepast in het buitenland Inhoud en indeling autopompen moet worden aangepast

14 Minimale uitrusting autopomp 1 vaste haspel klassieke HD of LD (Ø meter lang) Aan beide kanten 60 meter slang Ø 70 (3 lengtes) in zigzag opgevouwen ter hoogte van de persuitlaten (kast 3 en 6) aanvalskant: slangenrij gekoppeld aan drieverdeelstuk 2 cassettes elk voorzien van 40 meter slang Ø 45 (4 x 10 m) in zigzag opgevouwen en een afsluiter Ø 45 per cassette een ander kleur slangen: aanval en back-up 4 double jacket persslangen Ø 45 2 x 2 kleuren zoals in de cassettes opgerold in bundel vorm per kleur: 1 bundel met en 1 bundel zonder straalpijp Facultatief: 2 rolletjes met 1 slang Ø 70 (past in slangenrek) Klassiek opgerolde slangen 6 x Ø 45 / Ø 70 hangt af van aantal rolletjes (niet te veel) Ladderwagen ook voorzien van Ø 45 cassette aanval en back-up

15 Begrip zigzag Ø 70 Waterkant: zonder verdeelstuk voor hydrant voeding Aanvalskant: 3 slangen gekoppeld aan een verdeelstuk.

16 Begrip zigzag Ø 45 (cassette)

17 Begrip bundel slang in O vorm

18 Algemeen principe van opbouw De basis opbouw gebeurt in 2 of 3 stappen keuze afhankelijk van de omstandigheden Extra stappen bij type middel hoogbouw passen gewoon op klassieke opbouw procedure ook toepasbaar voor grote, diepe en complexe gebouwen is al voorzien in basisuitrusting AP en LW simpel maar basisprocedure moet eerst beheerst worden

19 De bezetting van een autopomp Minimum bemanning van 6 personen op een autopomp Bevelvoerder (6) Pompbediener/chauffeur (5) Aanvalsploeg (1 en 2) Waterploeg (3 en 4)

20 Bevelvoerder (6) Is de leider van de operatie in afwezigheid officier. Doet de verkenning (360 )en kiest de strategie. Coördineert de interventie. Plaatst het (eerste) verdeelstuk aanvalsleiding. Geeft bevel in functie van het aflegsysteem. Begeleidt de aanvalsploeg met warmtebeeldcamera.

21 Pompbediener (5) Brengt het voertuig ter plaatse en stelt het correct op. Opent rolluik van het pompcompartiment. Plaatst het broekstuk en bij voorkeur korte slang met verdeelstuk voedingsleiding. Koppelt alle leidingen op aangeven van de manschappen. Zorgt voor voldoende druk Is verantwoordelijk voor het signaleren van mogelijk watertekort aan de bevelvoerder. Ziet erop toe dat alle materieel na de interventie teruggeplaatst wordt.

22 Omschrijving functie: aanvalsploeg (1 en 2) Openen de rolluiken aan de aanvalskant 1 opent laatste rolluik 2 opent beide andere rolluiken Volgen de instructies van de bevelvoerder Verzamelen achteraan het voertuig en wachten op verdere bevelen Zorgen voor de opstelling aan de brand Dragen altijd adembescherming in standby Bouwen bij lage druk op vanaf het verdeelstuk

23 Omschrijving functie: waterploeg / back-up (3 en 4) Openen de rolluiken aan de waterkant 3 opent laatste rolluik 4 opent beide andere rolluiken Verzamelen achteraan het voertuig en wachten op verdere bevelen Dragen adembescherming in stand-by Zorgen samen met de pompbediener voor de voeding van de autopomp Vormen na installeren van de voedingsleiding de back-up van de aanvalsploeg

24 Waterkant Aanvalskant

25 Eenheidscommando: Afleggen bundels Eerste aanvalslijn: Bevelvoerder (6) neemt het verdeelstuk met zigzag slangen. Loopt uit tot hot zone. Pompbediener (5) koppelt zigzag af waar nodig en koppelt daarna aan autopomp en geeft druk op de leiding. Aanvalsploeg (1) neemt bundel (geel). nummer 2 koppelt aan verdeelstuk nummer 1 opent bundel en neemt straalpijp uit. nummer 2 opent verdeelstuk

26 Eenheidscommando: Afleggen bundels Eerste aanvalslijn:

27 Eenheidscommando: Afleggen bundels Voeding: Pompbediener (5) plaatst verdeelstuk en korte slang Ø 70 Nummer 4 neemt standpijp en sleutel Nummer 3 neemt zigzag 70 (waterkant) en loopt naar de hydrant toe. Pompbediener en bediener hydrant = communicatie 5

28 Eenheidscommando: Afleggen bundels Back-up leiding: Back up ploeg (3) neemt bundel (groene kleur). nummer 4 koppelt aan verdeelstuk. nummer 3 opent bundel en neemt straalpijp uit. nummer 4 opent verdeelstuk.

29 Eenheidscommando: Afleggen bundels diepe aanval Eerste aanvalslijn: Bevelvoerder (6) neemt het verdeelstuk met zigzag slangen. Loopt uit tot hot zone Pompbediener (5) koppelt aan autopomp en geeft druk op de leiding. Aanvalsploeg(1&2 ) neemt bundel en verlengbundel. (geel) nummer 2 legt verlengbundel en koppelt aan verdeelstuk nummer 1 legt bundel en koppelt aan verlengbundel nummer 2 opent verdeelstuk nummer 1 laat alle lucht uit leiding. Aandacht : correct koppelen

30 Eenheidscommando: Afleggen bundels diepe aanval Voeding: Pompbediener (5) plaatst verdeelstuk en korte slang Ø70 Nummer 4 neemt standpijp en sleutel Nummer 3 neemt zigzag 70 (waterkant) en loopt naar hydrant toe. Pompbediener en bediener hydrant = communicatie

31 Eenheidscommando: Afleggen bundels diepe aanval Back-up leiding: Back up ploeg (3&4) neemt bundel en verlengbundel (groene kleur). nummer 4 legt verlengbundel en koppelt aan verdeelstuk nummer 3 legt bundel en koppelt aan verlengbundel nummer 4 opent verdeelstuk nummer 3 laat alle lucht uit leiding. Aandacht : correct koppelen

32 Eenheidscommando: Afleggen bundels met cassettes Eerste aanvalslijn: Bevelvoerder (6) neemt het verdeelstuk met zigzag slangen. Loopt uit tot einde slang of centrale deur (app.) Pompbediener (5) koppelt aan autopomp en geeft druk op de leiding. Aanvalsploeg (1&2) neemt bundels (geel) en cassette. nummer 2 koppelt bijhorende afsluiter los. nummer 2 koppelt aan verdeelstuk nummer 2 loopt cassette uit tot hot zone nummer 2 koppelt bijhorende afsluiter vraagt water tot aan afsluiter nummer 1 legt bundels en koppelt aan afsluiter nummer 2 opent afsluiter nummer 1 laat alle lucht uit leiding.

33 Eenheidscommando: Afleggen bundels met cassettes Voeding: Pompbediener (5) plaatst verdeelstuk en korte slang Ø70 Nummer 4 neemt standpijp en sleutel Nummer 3 neemt zigzag 70 (waterkant) en loopt naar hydrant toe. Pompbediener en bediener hydrant = communicatie

34 Eenheidscommando: Afleggen bundels met cassettes Back-up leiding: Back up ploeg (3&4) neemt bundels en cassette (groene kleur) nummer 4 koppelt bijhorende afsluiter los. nummer 4 koppelt aan verdeelstuk nummer 4 loopt cassette uit tot hot zone nummer 4 koppelt bijhorende afsluiter vraagt water tot aan afsluiter nummer 3 legt bundels en koppelt aan afsluiter nummer 4 opent afsluiter nummer 3 laat alle lucht uit leiding.

35

36 Eenheidscommando: 1 ste straal hoge druk met bundels Eerste aanvalslijn:

37 Eenheidscommando: 1 ste straal hoge druk met bundels Voeding: Pompbediener (5) plaatst verdeelstuk en korte slang Ø70 Nummer 4 neemt standpijp en sleutel Nummer 3 neemt zigzag 70 (waterkant) en loopt naar hydrant toe. Pompbediener en bediener hydrant = communicatie

38 Eenheidscommando: 1 ste straal hoge druk met bundels Back-up leiding: nummer 3 neemt het verdeelstuk met zigzag slangen. Loopt uit tot hot zone. Pompbediener (5) koppelt aan autopomp en geeft druk op de leiding. Aanvalsploeg(4) neemt bundel (groen). nummer 4 koppelt aan verdeelstuk nummer 3 opent bundel en neemt straalpijp uit. nummer 4 opent verdeelstuk

39 Bijkomende optie stap 1 Bij aanval in hogere gebouwen Verlengen van zigzagleiding Ø 70 Vanaf drieverdeelstuk buiten verlengen met slangenrol of cassette met 2 x 20 m Kan ook gebruikt worden in winkelgalerijen, grote structuren, zie specifiek aflegsysteem type middel hoogbouw

40 Bijkomende optie stap 1

41 Ø 70 Cassette en slangenrol

42