KNMG. Cardiologie. Achtergrond. Cardiologie

Vergelijkbare documenten
KNMG. Jeugdgezondheidszorg. Perspectief

KNMG. Cardio-thoracale chirurgie. Achtergrond. Cardio-thoracale chirurgie

KNMG. Longziekten en tuberculose. Achtergrond. Longziekten en tuberculose

KNMG. Radiotherapie. Achtergrond. Radiotherapie

KNMG. Revalidatiegeneeskunde. Achtergrond. Revalidatiegeneeskunde

KNMG. Psychiatrie. Achtergrond. Psychiatrie

KNMG. Medische microbiologie. Achtergrond. Medische microbiologie

KNMG. Nucleaire geneeskunde. Achtergrond. Nucleaire geneeskunde

KNMG. Keel- neus- en oorheelkunde. Achtergrond. Keel- neus- en oorheelkunde

KNMG. Inwendige geneeskunde. Achtergrond. Inwendige geneeskunde

KNMG. Huisartsgeneeskunde. Achtergrond. Huisartsgeneeskunde

KNMG. Kindergeneeskunde. Achtergrond. Kindergeneeskunde

KNMG. Obstetrie en gynaecologie. Achtergrond. Obstetrie en gynaecologie

KNMG. Heelkunde. Achtergrond. Heelkunde

KNMG. Oogheelkunde. Achtergrond. Oogheelkunde

KNMG. Arts voor arbeids- en bedrijfsgeneeskunde bedrijfsarts. Achtergrond

KNMG. Reumatologie. Achtergrond. Reumatologie

KNMG. Klinische geriatrie. Achtergrond

KNMG. Orthopedie. Achtergrond. Orthopedie

KNMG. Klinische genetica. Achtergrond. Klinische genetica

KNMG. Radiologie. Achtergrond. Radiologie

KNMG. Maag- darm- leverziekten. Achtergrond. Maag- darm- leverziekten

KNMG. Urologie. Achtergrond. Urologie

KNMG. Dermatologie en venerologie. Achtergrond. Dermatologie en venerologie

KNMG. Pathologie. Achtergrond. Pathologie

KNMG. Neurochirurgie. Achtergrond. Neurochirurgie

KNMG. Sportgeneeskunde. Achtergrond

KNMG. Neurologie. Achtergrond. Neurologie

KNMG. Arts voor arbeids- en bedrijfsgeneeskunde verzekeringsarts. Achtergrond

KNMG. Anesthesiologie. Achtergrond. Anesthesiologie

KNMG. Plastische chirurgie. Achtergrond. Plastische chirurgie

KNMG. Arts voor verstandelijk gehandicapten. Achtergrond

KNMG. Verpleeghuisgeneeskunde. Achtergrond. Verpleeghuisgeneeskunde

Arts Maatschappij en Gezondheid

WIJZIGINGSBLAD A2. BORG 2005 versie 2 / A2 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING. Versie : 2.2. Publicatiedatum : 31 maart Ingangsdatum : 1 april 2010

WIJZIGINGSBLAD A2. Regeling Brandmeldinstallaties 2002 BMI 2002 / A2 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING. Versie : 1.0. Publicatiedatum : 1 april 2012

Privaatrechtelijke Bouwregelgeving Editie 2013

Juridische aspecten van ketensamenwerking. Naar een multidisciplinaire benadering

INSPECTIE BOUWKUNDIGE BRAND- VEILIGHEID Specifieke normen en verwijzingen

INSPECTIE BOUWKUNDIGE BRANDVEILIGHEID Vakbekwaamheid en ervaring

INSPECTIE BOUWKUNDIGE BRAND- VEILIGHEID Specifieke normen en verwijzingen

Juridische handreiking relatie BIM-protocol en de DNR 2011 (voor adviseurs en opdrachtgevers) prof. mr. dr. M.A.B. Chao-Duivis

INSPECTIE GASDETECTIEBEVEILIGING Vakbekwaamheid en ervaring

BORG 2005 versie 2 / A10: Versie : 1.0. Publicatiedatum : 1 mei 2018

Inleiding Administratieve Organisatie. Opgavenboek

Beschouwingen naar aanleiding van het wetsvoorstel Aanbestedingswet

Gebruik ruimte. Over het herverdelen van gebruiksruimte in het omgevingsplan en de verbinding met het beleidsconcept gebruiksruimte

Leidraad inbrengwaarde

Hou het eenvoudig Effectief communiceren in organisaties

De hybride vraag van de opdrachtgever

UAV 2012 Toegelicht. Handleiding voor de praktijk. prof. mr. dr. M.A.B. Chao-Duivis. Eerste druk

Prof. mr. drs. F.C.M.A. Michiels Mr. A.G.A. Nijmeijer Mr. J.A.M. van der Velden. Het wetsvoorstel Wabo

INSPECTIE GASDETECTIEBEVEILIGING Specifieke normen en verwijzingen

INSPECTIE BOUWKUNDIGE BRANDVEILIGHEID Goed- en afkeurcriteria bouwkundige brandveiligheid

Bijzonder geschikt voor het werk

Praktische toelichting op de UAV 2012

B-toets Vragenlijst Bejegening Versie voor jongeren

Preadviezen Content.indd :55:32

Medische terminologie

administratie afdeling debiteurenadministratie Kaderberoepsgerichte leerweg

WIJZIGINGSBLAD A1 Regeling Brandmeldinstallaties 2002

UvA-DARE (Digital Academic Repository)

Praktische toelichting op de UAV 2012 (2 e druk)

UvA-DARE (Digital Academic Repository) : Peeters-Podgaevskaja, A.V. Link to publication

Loopbaanoriëntatie -begeleiding

Onderzoek als project

Check je en brief

De Kern van Veranderen

Copyright SBR, Rotterdam

Belastingwetgeving 2015

Lijmen in de bouw. deel 5. Copyright SBR, Rotterdam

Colofon. Titel: Xact groen Wiskunde deel 1 ISBN: NUR: 124 Trefwoord: Wiskunde groen

Handleiding . Aan de slag. in beroep en bedrijf. Handleiding

KEURINGSVOORSCHRIFT KE01 KEYLESS ENTRY/START

Handleiding Eetmeter. Aan de slag. in beroep en bedrijf. Handleiding Eetmeter. februari 2007

Praktijkboek verjarings- en vervaltermijnen in de bouw

Opstal en erfpacht als juridische instrumenten voor meervoudig grondgebruik

Ambitie.info. BPV Werken in de detailhandel, goederen komen binnen

groep Computerprogramma woordenschat

Zelfstandige Externe Stage

STARTFLEX. Onderzoek naar ondernemerschap onder studenten in Amsterdam

INSPECTIE BRANDBEVEILIGING Vakbekwaamheid en ervaring

handel en administratie thema inkomende goederen

Lodewijk het lieve beestje

Colofon. Titel: Xact groen Wiskunde deel 2 ISBN: NUR: 124 Trefwoord: Wiskunde groen

Taal op niveau Gesprekken voeren Op weg naar niveau

REKENEN Getallen en bewerkingen. voor 1F Deel 2 van 2

Loopbaanoriëntatie -begeleiding

Nieuwe onteigeningswetgeving. en Vlaanderen

Rekenen Oefenboek (2) Geschikt voor LVS-toetsen van CITO 3.0 Groep 6

Grondexploitatiewet. vraag & antwoord

UvA-DARE (Digital Academic Repository)

Leidraad inbrengwaarde (2 e druk) drs. ing. F.H. de Bruijne MRICS RTsv ir. ing. T.A. te Winkel MRICS RTsv RMT

Transcriptie:

Achtergrond Cardiologie Cardiologie Een cardioloog houdt zich bezig met de diagnostiek en behandeling van hart- en vaatziekten. De cardiologie heeft zich de afgelopen decennia ontwikkeld tot een zeer dynamisch vak. Niet alleen de geavanceerde diagnostiek, maar ook de intensieve medicamenteuze en invasieve behandeling van patiënten met kransslagaderlijden, kleplijden, ritmestoornissen en hartfalen zijn het dagelijkse werk van een cardioloog. Diagnostische hulpmiddelen hierbij zijn onder meer echocardiografie, scintigrafie, MRI en angiografie. Cardiologen behandelen niet alleen volwassen patiënten met verworven hartziekten, maar ook steeds vaker adolescenten en volwassenen met aangeboren hartgebreken. Bij de meeste patiënten kan met medicatie worden volstaan, maar meer en meer kan interventie of hartchirurgie een definitievere oplossing bieden. Daarom werken cardiologen veel samen met hartchirurgen in de zogeheten hartteams. De opleiding cardiologie duurt zes jaar: twee jaar inwendige geneeskunde en vier jaar cardiologie. beroepskeuze Meer dan de helft (44 procent) van de 64 ondervraagde cardiologen heeft tijdens de studie het vak cardiologie overwogen. De helft (48 procent) zegt ook inwendige geneeskunde te hebben overwogen. Andere veel overwogen specialismen zijn: huisartsgeneeskunde (30 procent), heelkunde (20 procent), en anesthesiologie (17 procent). Voor 94 procent was cardiologie uiteindelijk het eerst gekozen specialisme. 11 procent begon met inwendige geneeskunde. De respondenten blijken tevreden met hun keuze; 87 procent geeft aan zeer tevreden te zijn, en 11 procent enigszins tevreden. De cardiologen zijn gemiddeld 15 jaar geregistreerd in hun specialisme. 15

Perspectief Het overgrote deel van de respondenten is man, slechts 14 procent van deze specialistengroep bestaat uit vrouwen. De gemiddelde leeftijd is 49 jaar. meest aantrekkelijke aspecten van cardiologie 87 procent van de respondenten noemt de technisch-wetenschappelijke kanten van het vak als aantrekkelijk; het heeft veel technische kanten en is volop in ontwikkeling door het vele onderzoek dat gaande is. Het is de " combinatie van wetenschappelijk denken en praktisch handelen" dat veel cardiologen aanspreekt. Dat het vak veel positieve kanten kent, blijkt uit het feit dat 71 procent het typeert met termen als dynamisch, overzichtelijk en veelzijdig. Eén van de cardiologen noemt het een " overzichtelijk vak, waarbij volgens bepaalde lijnen gedacht kan worden." Inhoudelijk wordt door 64 procent zaken genoemd als: de direct meetbare resultaten en de chirurgische kant van het vak. "De diagnostiek en behandeling heb je grotendeels zelf in handen", merkt een cardioloog hierbij op. Een derde vindt het, vaak langdurige, contact met patiënten, een aantrekkelijke kant van de cardiologie. Tot slot komen de vele acute gevallen (17 procent) en de vrijheid van handelen (11 procent) als positief naar voren. minst aantrekkelijke aspecten van cardiologie 43 procent van de respondenten noemt het grote aantal diensten en de bijbehorende onregelmatige werktijden als minst aantrekkelijk. De aspecten hoge werkdruk en stress worden genoemd door 38 procent. Een aantal cardiologen verklaart dat dit samenhangt met de vele acute cardiologische klachten die kunnen optreden (10 procent). 13 procent ervaart de administratie als hinderlijk. Eén van de respondenten relativeert dit laatste aspect: " De administratieve rompslomp is vervelend, maar hier komt door ontwikkelingen in de informatica wel verbetering in." 16

x =8,1 =0,8 x =7,7 =1,2 wat de co-assistent moet weten als hij voor cardiologie kiest Een derde van de ondervraagden waarschuwt voor de lange en onregelmatige werktijden. Ook de hoge werkdruk wordt genoemd door ruim een kwart (26 procent). 10 procent van de respondenten waarschuwt voor de zware fysieke belasting die het beroep met zich meebrengt. Eén cardioloog zegt: " In acute situaties zal je vrij snel moeten kunnen beslissen", en spreekt daarmee voor 10 procent van de groep. Eveneens 10 procent benadrukt dat inzicht en interesse in techniek noodzakelijk is. Volgens één van de respondenten maakt dit het vak overzichtelijk: "Binnen de cardiologie kan veel, zo niet alles, gemeten worden waardoor het vak weinig onzekerheden kent." Kritische factoren autonomie Cardiologen ervaren een ruime mate van autonomie in hun vak; ze scoren deze factor gemiddeld met een 8,1. Slechts 19 procent geeft een score van 7 of lager. beperkte autonomie veel autonomie patiëntenzorg De cardiologen besteden, gemiddeld genomen, het grootste deel van hun tijd aan directe patiëntenzorg. Slechts 2 procent heeft meer tijd nodig voor andere activiteiten; zij geven een score van 5 of lager. helemaal geen tijd merendeel van de tijd 17

x =6,6 =1,7 x =8,0 =1,0 x =6,5 =2,0 continuïteit behandelrelaties Gemiddeld genomen hebben cardiologen iets vaker langdurige dan korte behandelrelaties. 77 procent van de ondervraagden geeft een score van 6, 7, 8 of 9. korte (behandel) relaties lange (behandel) relaties variatie Het gemiddelde van 8,0 laat zien dat cardiologen een ruime mate van variatie in hun werk hebben. 94 procent van de ondervraagden geeft bij deze vraag een score van 7 of hoger. weinig variatie veel variatie vereiste deskundigheid Zoals bij veel specialismen loopt de mening van de cardiologen op dit aspect uiteen. De ruime spreiding in antwoorden laat dit zien. Toch neigt men naar de specialistische kant; 80 procent geeft een score van 5 of hoger. brede kennis specifieke kennis 18

x =7,5 =1,0 x =5,7 =1,4 x =6,1 =1,6 standaardisering van werk Cardiologen geven aan dat protocollen een belangrijke plaats innemen in de alledaagse praktijk. Slechts 5 procent geeft een score van 5 of lager. niet volgens protocollen of standaarden volledig volgens protocollen en standaarden denken versus doen Veel van de cardiologen geven aan dat hun vak een gelijke combinatie is van doen en denken. Toch neigt de gemiddelde score iets meer naar de kant van het doen. 52 procent geeft dan ook een 6, 7 of 8, tegenover 16 procent dat een 4 of lager scoort. vooral denken vooral doen medisch-technisch handelen Cardiologen geven aan dat hun werk voor iets meer dan de helft bestaat uit medisch-technisch handelen. 66 procent geeft een score van 6 of hoger. geen medisch-technisch handelen uitsluitend medisch-technisch handelen 19

x =6,9 =1,8 x =8,6 =1,0 x =6,5 =2,1 interactie andere medische disciplines 20 procent van de ondervraagden geeft met een score van 5 of minder aan dat ze weinig contact hebben met andere medische disciplines. 64 procent geeft een score van 7 of hoger: de mate van interactie is dus eerder redelijk hoog dan laag. weinig contact veel contact inhoudelijke voldoening De vakinhoudelijke voldoening van cardiologie is hoog. Gemiddeld waarderen de ondervraagden het met een 8,6. Slechts 9 procent geeft een score van 7 of lager; de laagste score is een 5. weinig voldoening veel voldoening werkdruk De cardiologen geven met een gemiddelde score van 6,5 aan dat de werkdruk eerder hoog dan laag te noemen is, al lopen de meningen hierover enigszins uiteen: 27 procent geeft een score van 5 of lager, tegenover 38 procent dat een score van 8 of 9 geeft. weinig stress/werkdruk veel stress/werkdruk 20

x =7,7 =1,4 x =6,3 =2,2 x =8,4 =1,5 medische beleidsverantwoordelijkheid Cardiologen hebben veel eigen verantwoordelijkheid voor het medische beleid, zo blijkt uit het gemiddelde van 7,7. Van de ondervraagden geeft 91 procent een score van 7 of hoger. geen bepaling medisch beleid totale bepaling medisch beleid regelmaat Cardiologen hebben wat vaker te maken met onregelmatige diensten dan met regelmatige diensten. Toch geeft een derde een score van 5 of lager, wat aangeeft dat zij redelijk regelmatige uren kunnen maken. regelmatige/vaste uren onregelmatige/onvoorspelbare uren zekerheid De ondervraagde cardiologen geven aan dat ze een behoorlijke mate van zekerheid ervaren in hun positie. Ruim de helft (53 procent) geeft dit aspect zelfs een score van 9 of 10. weinig zekerheid veel zekerheid 21

x =7,5 =1,0 x =4,8 =2,3 x =7,1 =1,6 status ten opzichte van andere medische disciplines Cardiologen hebben, naar eigen zeggen, een hogere status dan veel andere specialisten. Slechts 14 procent geeft, met een score van 6 of lager, aan dat hun vak een gelijke of lagere status oplevert, waarbij 5 de laagste score is. De spreiding van de antwoorden is gering. lagere status hogere status vrije tijd Met een gemiddelde score van 4,8 geven de cardiologen aan dat er eerder sprake is van onvoldoende vrije tijd, dan voldoende vrije tijd. Er is echter wel sprake van een hoge spreiding in de scores. 41 procent geeft aan wel voldoende vrije tijd over te houden (score 6 of hoger). onvoldoende vrije tijd voldoende vrije tijd werkomstandigheden De cardiologen blijken tevreden te zijn met hun werkomstandigheden: 45 procent scoort op deze schaal een 8 of hoger. Slechts 8 procent lijkt echt ontevreden te zijn; zij geven een score van 4 of lager. weinig voldoening veel voldoening 22

x =5,7 =1,6 inkomen Gemiddeld genomen vinden cardiologen dat hun inkomen in verhouding staat tot de gestelde eisen. Een derde van de ondervraagden (33 procent) geeft een relatief hoge score van 7, 8, of 9. inkomen laag in verhouding tot eisen inkomen hoog in verhouding tot eisen Beroepsuitoefening patiëntenpopulatie 100 procent van de ondervraagde cardiologen werkt rechtstreeks met patiënten. Ze hebben gemiddeld 84 patiëntencontacten per week. Twee derde (66 procent) van de contacten bestaat uit poliklinische patiënten. 28 procent betreft klinische patiënten, en slechts 6 procent bestaat uit telefonische contacten. Leeftijdsopbouw: 65-plusser 52 % Volwassene 47 % Kind 1 % Zuigeling/kleuter - De cardiologen schatten de verhouding mannelijke en vrouwelijke patiënten op ongeveer 6:4. 45 procent van de cardiologie patiënten heeft volgens de respondenten chronische klachten. 26 procent van de patiëntengroep heeft acute klachten. 8 procent wordt door de cardiologen gezond genoemd, en 15 procent als gezond maar met enige gezondheidsklachten. Een cardioloog ziet niet veel terminale patiënten (5 procent). 23

Het merendeel van de patiënten heeft een lichamelijke aandoening (86 procent). Slechts een klein deel van de cardiologiepatiënten heeft een psychische of een psychosociale aandoening (in beide gevallen 7 procent). meest voorkomende symptomen/ziektebeelden/themata Hartfalen 81 % Hartritme stoornissen 80 % Angina pectoris 72 % Myocard infarct 56 % Hartklep gebreken 24 % meest uitdagende symptomen/ziektebeelden/themata Hartfalen 23 % Myocard infarct 23 % Hartritme stoornissen 19 % Angina pectoris 19 % type praktijk Ruim drie kwart van de cardiologen werkt zelfstandig (79 procent), twee tiende werkt in loondienst. Geen van de respondenten heeft een solopraktijk. 86 procent geeft aan in een groepspraktijk te werken. Er werken veel meer cardiologen in algemene ziekenhuizen (73 procent) dan in academische ziekenhuizen (13 procent). 3 procent is werkzaam in andere instellingen binnen de gezondheidszorg. Van de ondervraagde cardiologen heeft 5 procent een universitaire betrekking. invulling werkweek De werkweek van een cardioloog bestaat gemiddeld uit 53 uur. Het merendeel van de respondenten geeft dan ook aan tussen de 40 en 60 uur per week te werken. 20 procent zit nog boven de 60 uur, terwijl 11 procent 40 uur of minder werkt. Directe patiëntenzorg vormt het grootste deel van de werkweek; gemiddeld wordt er 32 uur aan besteed. Andere beroepsmatige activiteiten kosten gemiddeld 4 uur per week. De procentuele verdeling van de uren over de verschillende soorten activiteiten is als volgt: 24

10 % 10 % 61 % 5 % 8 % 6 % Administratie (10 %) Nascholing (5 %) Bestuur/beleid (8 %) Overig (6 %) Anders beroepsmatig (10 %) Directe patiëntenzorg (61 %) slotopmerking 11 procent van de cardiologen noemt hun vak tot besluit mooi, boeiend en interessant. Eén van de ondervraagden noemt het:"een dynamisch vak dat in Nederland op hoog niveau staat, en volop in ontwikkeling is." Die ontwikkelingen maken cardiologie tot een vak waarin de specialist goed op de hoogte moet blijven. "Het specialisme is in snelle evolutie waardoor de sub-specialiteiten een steeds grotere rol zullen gaan spelen. Daarop inspelen is van groot belang." Zoals blijkt uit de antwoorden op de vakinhoudelijke vragen, en de vragen over de werkomstandigheden, eist het vak veel van een cardioloog. Hier tegenover staat dat het een enorm bevredigend vak kan zijn. Eén respondent vat het als volgt samen: "Het is een bovengemiddeld vak wat betreft inzet, voldoening, waardering, werkdruk, stress en inkomen." Een aantal cardiologen benadrukt dat ze in hun vak de ideale combinatie van doen en denken hebben gevonden. Of, zoals één van de ondervraagden het stelt: "Als je niet kunt kiezen tussen een beschouwend of snijdend vak moet je cardioloog worden." 25

gemiddelde scores voor kritische factoren inhoud van het werk gemiddeld context beroepsuitoefening gemiddeld autonomie 8,1 werkdruk 6,5 patiëntenzorg 7,7 medische beleidsverantwoord. 7,7 continuïteit 6,6 regelmaat 6,3 variatie 8,0 zekerheid 8,4 vereiste deskundigheid 6,5 status 7,5 standaardisering 7,5 vrije tijd 4,8 denken versus doen 5,7 werkomstandigheden 7,1 medisch-technisch handelen 6,1 inkomen 5,7 interactie 6,9 inhoudelijke voldoening 8,6 26

Oefening Als je het bovenstaande beroepsprofiel goed hebt doorgelezen, maak dan de volgende oefening: Schrijf hieronder je top-vijf van kritische factoren; Zet in kolom A de scores die je in de Voorbereiding aan elk van deze factoren hebt gegeven; Zet in kolom B de gemiddelde scores die je in het hierboven beschreven profiel aantrof; Trek de scores in kolom B af van die in kolom A en schrijf het resultaat in kolom C; Tel de cijfers in kolom C op. Let op: negeer + en tekens! Hoe dichter het totaal-getal bij de 0 ligt, des te waarschijnlijker het is dat dit specialisme aansluit bij je wensen. Verder onderzoek is natuurlijk geboden. Dit cijfer alleen zegt niet zoveel voordat je het hebt vergeleken met die voor andere specialismen! Kritische factoren A B C (jouw waardering) (gemiddelde score) (verschil) Totaal: 27

28

ISBN: 90 71941 46 9 Copyright 1999 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de te Utrecht. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van art. 16b Auteurswet 1912, het besluit van 20 juli 1974, Staatsblad 471, en art. 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijke verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 882, 1180 AW Amstelveen). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatie werken (art. 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de te wenden. No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publisher. Daar waar hij staat in de navolgende hoofdstukken, wordt ook zij bedoeld.