KNMG. Medische microbiologie. Achtergrond. Medische microbiologie

Vergelijkbare documenten
KNMG. Longziekten en tuberculose. Achtergrond. Longziekten en tuberculose

KNMG. Cardiologie. Achtergrond. Cardiologie

KNMG. Radiotherapie. Achtergrond. Radiotherapie

KNMG. Jeugdgezondheidszorg. Perspectief

KNMG. Revalidatiegeneeskunde. Achtergrond. Revalidatiegeneeskunde

KNMG. Psychiatrie. Achtergrond. Psychiatrie

KNMG. Huisartsgeneeskunde. Achtergrond. Huisartsgeneeskunde

KNMG. Kindergeneeskunde. Achtergrond. Kindergeneeskunde

KNMG. Inwendige geneeskunde. Achtergrond. Inwendige geneeskunde

KNMG. Nucleaire geneeskunde. Achtergrond. Nucleaire geneeskunde

KNMG. Keel- neus- en oorheelkunde. Achtergrond. Keel- neus- en oorheelkunde

KNMG. Klinische genetica. Achtergrond. Klinische genetica

KNMG. Obstetrie en gynaecologie. Achtergrond. Obstetrie en gynaecologie

KNMG. Cardio-thoracale chirurgie. Achtergrond. Cardio-thoracale chirurgie

KNMG. Radiologie. Achtergrond. Radiologie

KNMG. Arts voor arbeids- en bedrijfsgeneeskunde bedrijfsarts. Achtergrond

KNMG. Orthopedie. Achtergrond. Orthopedie

KNMG. Pathologie. Achtergrond. Pathologie

KNMG. Reumatologie. Achtergrond. Reumatologie

KNMG. Klinische geriatrie. Achtergrond

KNMG. Oogheelkunde. Achtergrond. Oogheelkunde

KNMG. Maag- darm- leverziekten. Achtergrond. Maag- darm- leverziekten

KNMG. Dermatologie en venerologie. Achtergrond. Dermatologie en venerologie

KNMG. Heelkunde. Achtergrond. Heelkunde

KNMG. Urologie. Achtergrond. Urologie

KNMG. Sportgeneeskunde. Achtergrond

KNMG. Arts voor arbeids- en bedrijfsgeneeskunde verzekeringsarts. Achtergrond

KNMG. Plastische chirurgie. Achtergrond. Plastische chirurgie

KNMG. Arts voor verstandelijk gehandicapten. Achtergrond

KNMG. Neurochirurgie. Achtergrond. Neurochirurgie

KNMG. Neurologie. Achtergrond. Neurologie

KNMG. Verpleeghuisgeneeskunde. Achtergrond. Verpleeghuisgeneeskunde

KNMG. Anesthesiologie. Achtergrond. Anesthesiologie

Arts Maatschappij en Gezondheid

Het wijzigen van de akte van splitsing in appartementsrechten

WIJZIGINGSBLAD A2. BORG 2005 versie 2 / A2 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING. Versie : 2.2. Publicatiedatum : 31 maart Ingangsdatum : 1 april 2010

WIJZIGINGSBLAD A2. Regeling Brandmeldinstallaties 2002 BMI 2002 / A2 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING. Versie : 1.0. Publicatiedatum : 1 april 2012

Juridische aspecten van ketensamenwerking. Naar een multidisciplinaire benadering

INSPECTIE BOUWKUNDIGE BRANDVEILIGHEID Vakbekwaamheid en ervaring

Juridische handreiking relatie BIM-protocol en de DNR 2011 (voor adviseurs en opdrachtgevers) prof. mr. dr. M.A.B. Chao-Duivis

Hou het eenvoudig Effectief communiceren in organisaties

Privaatrechtelijke Bouwregelgeving Editie 2013

INSPECTIE BOUWKUNDIGE BRAND- VEILIGHEID Specifieke normen en verwijzingen

INSPECTIE GASDETECTIEBEVEILIGING Vakbekwaamheid en ervaring

INSPECTIE BOUWKUNDIGE BRAND- VEILIGHEID Specifieke normen en verwijzingen

Leidraad inbrengwaarde

Prof. mr. drs. F.C.M.A. Michiels Mr. A.G.A. Nijmeijer Mr. J.A.M. van der Velden. Het wetsvoorstel Wabo

Beschouwingen naar aanleiding van het wetsvoorstel Aanbestedingswet

BORG 2005 versie 2 / A10: Versie : 1.0. Publicatiedatum : 1 mei 2018

Inleiding Administratieve Organisatie. Opgavenboek

Gebruik ruimte. Over het herverdelen van gebruiksruimte in het omgevingsplan en de verbinding met het beleidsconcept gebruiksruimte

INSPECTIE GASDETECTIEBEVEILIGING Specifieke normen en verwijzingen

Loopbaanoriëntatie -begeleiding

INSPECTIE BOUWKUNDIGE BRANDVEILIGHEID Goed- en afkeurcriteria bouwkundige brandveiligheid

UAV 2012 Toegelicht. Handleiding voor de praktijk. prof. mr. dr. M.A.B. Chao-Duivis. Eerste druk

De hybride vraag van de opdrachtgever

Preadviezen Content.indd :55:32

administratie afdeling debiteurenadministratie Kaderberoepsgerichte leerweg

UvA-DARE (Digital Academic Repository)

WIJZIGINGSBLAD A1 Regeling Brandmeldinstallaties 2002

UvA-DARE (Digital Academic Repository) : Peeters-Podgaevskaja, A.V. Link to publication

Bijzonder geschikt voor het werk

Spreken en gesprekken voor 1F

Praktische toelichting op de UAV 2012 (2 e druk)

Praktische toelichting op de UAV 2012

PrOmotie. Rekenen en Wiskunde. Werkboek Uurwerk

Zelfstandige Externe Stage

Lijmen in de bouw. deel 5. Copyright SBR, Rotterdam

Rekenen Meten en meetkunde. voor 1F

Medische terminologie

PrOmotie. Cultuur en maatschappij. Werkboek Media 2

Handleiding Eetmeter. Aan de slag. in beroep en bedrijf. Handleiding Eetmeter. februari 2007

Onderzoek als project

Basisvaardigheden Nederlands Deel 1 van 2

De Kern van Veranderen

handel en administratie thema inkomende goederen

Check je en brief

Taal op niveau Gesprekken voeren Op weg naar niveau

Ambitie.info. BPV Werken in de detailhandel, goederen komen binnen

handel en administratie thema de afdeling boekhouding Basisberoepsgerichte leerweg

Belastingwetgeving 2015

Colofon. Titel: Xact groen Wiskunde deel 1 ISBN: NUR: 124 Trefwoord: Wiskunde groen

Loopbaanoriëntatie -begeleiding

Opstal en erfpacht als juridische instrumenten voor meervoudig grondgebruik

Handleiding . Aan de slag. in beroep en bedrijf. Handleiding

PrOmotie. Cultuur en Maatschappij. Werkboek Rondkomen

Wijzigingen Unit4 Audition 15.1

Ethno-territorial conflict and coexistence in the Caucasus, Central Asia and Fereydan

Werken in het management

Seksuele vorming Ik Sova. Ik.indd 1 29/09/14 07:58

Colofon. Titel: Xact groen Wiskunde deel 2 ISBN: NUR: 124 Trefwoord: Wiskunde groen

Werken op de verkoopadministratie

PrOmotie. Cultuur en Maatschappij. Werkboek De Nederlandse staat

PrOmotie. Cultuur en maatschappij. Werkboek Gezond eten

Cultureel erfgoed en ruimte

AMBITIE.INFO. BPV Verkopen

Transcriptie:

Achtergrond Medische microbiologie Medische microbiologie Een arts-microbioloog - vroeger ook wel medisch microbioloog of bacterioloog genoemd - houdt zich bezig met het diagnosticeren, behandelen en voorkomen van infecties en infectieziekten. Hiertoe voert hij frequent overleg met collega-specialisten, huisartsen en andere in de gezondheidszorg werkzame disciplines. De arts-microbioloog geeft adviezen over hygiëne en infectiepreventie in ziekenhuizen en in de praktijken van huisartsen en verloskundigen. Hij of zij heeft doorgaans een goed overzicht van de infectieziekten en ziekteverwekkers in een regio. De arts-microbioloog is daarom vaak de eerste die een epidemie op het spoor komt die in het ziekenhuis of buiten het ziekenhuis optreedt. Hij of zij verricht vaak zelf of samen met andere instanties vervolgonderzoek daarnaar. De arts-microbioloog geeft leiding aan het klinisch microbiologisch laboratorium. Deze specialisten kunnen behalve aan ziekenhuislaboratoria, ook verbonden zijn aan streeklaboratoria die voor meerdere ziekenhuizen onderzoek verrichten. Ook zijn artsen-microbioloog werkzaam in de farmaceutische industrie of bij onderzoeksinstellingen waar zij medisch wetenschappelijk onderzoek verrichten. De opleiding medische microbiologie duurt vijf jaar. beroepskeuze Ruim 40 procent van de respondenten blijkt tijdens de studie aan medische microbiologie te hebben gedacht. Andere specialismen die vaak in de overweging zijn betrokken: inwendige geneeskunde (34 procent), kindergeneeskunde (25 procent), huisartsgeneeskunde (20 procent), heelkunde (14 procent) en dermatologie en venerologie (14 procent). Voor het merendeel (88 procent) van de respondenten was dit specialisme (ook) het eerst gekozen specialisme. 167

Perspectief De medisch microbiologen zijn zeer (86 procent) of enigszins (10 procent) tevreden over de gemaakte keuze. beroepsgroep De medisch microbiologen zijn gemiddeld 17 jaar in het specialistenregister ingeschreven. In dit vakgebied zijn drie keer zoveel mannen (74 procent) als vrouwen (26 procent) werkzaam. De gemiddelde leeftijd is 50 jaar. meest aantrekkelijke aspecten van medische microbiologie Veel (42 procent) van de door de medisch microbiologen genoemde aantrekkelijke aspecten hebben betrekking op het vak in het algemeen: het is een breed en veelzijdig vak: "Het is een combinatie van het organiseren van een afdeling (laboratorium), het adviseren over een breed terrein (veel verschillende specialismen), en bijhouden van de vakliteratuur en laatste ontwikkelingen." Voor 30 procent van de respondenten is het overleg met andere medische disciplines een belangrijk voordeel van het vak. De managementaspecten worden door 19 procent een aantrekkelijke kant van het werk genoemd. Bijna een vijfde (19 procent) noemt de combinatie van een vak uitoefenen en onderzoek doen een goede kant van hun beroep. Eveneens 19 procent noemt de technologische vooruitgang die het vak doormaakt als aantrekkelijk. Volgens één van de ondervraagden is het werk: " Klinisch relevant, met grote vrijheid qua werkindeling, technisch en wetenschappelijk georiënteerd, met snelle ontwikkelingen; een dynamisch vakgebied." minst aantrekkelijke aspecten van medische microbiologie 36 procent antwoordt op deze vraag dat een medisch microbioloog weinig tot geen directe patiëntencontacten heeft. Dit vinden de meeste artsen een onaantrekkelijk aspect. Eén medisch microbioloog verwoordt het aldus: " Het slechts in 2e instantie (op zijn best als consulent) betrokken zijn bij de behandeling van een patiënt; anderen zijn hoofdbehandelaar en nemen de besluiten." 20 procent ervaart de lage status van hun vak als negatief. 10 168

procent noemt de onbekendheid van het vak als één van de minst aantrekkelijke kanten van hun beroep:" Je moet iedereen uitleggen wat je bent en wat je voor ze kunt betekenen, en dat je echt een erkend medisch specialist bent." Administratie is voor 10 procent reden tot ontevredenheid, en 11 procent noemt bestuurlijke taken als een onaantrekkelijke kant van hun werk. Dit in tegenstelling tot de eerder genoemde 19 procent die de managementaspecten juist aantrekkelijk vindt. wat de co-assistent moet weten als hij voor medische microbiologie kiest Opnieuw zegt ruim een derde (37 procent) van de ondervraagden dat een medisch microbioloog nauwelijks directe patiëntencontacten heeft. Bij de keuze voor medische microbiologie moet hier goed rekening mee gehouden worden, vinden deze respondenten. Eén van de ondervraagden relativeert dit echter als volgt: "Het zogenaamd niet hebben van patiënten is nogal betrekkelijk: bij een ernstige infectie heb je ook direct met de patiënt te maken, en steeds weer volle wachtkamers hebben, is ook niet benijdenswaardig." Een ander vindt compensatie voor het geringe patiëntencontact door: " De flexibiliteit en ontplooiing op wetenschappelijk terrein." Hiermee samenhangend zegt 23 procent dat een co-assistent die zich voor medische microbiologie interesseert zich moet realiseren dat het vak voornamelijk bestaat uit laboratoriumwerk. Eén van de respondenten zegt dan ook: " Je hebt absoluut feeling nodig voor het labwerk." 13 procent noemt het goed kunnen werken in teamverband een noodzaak voor een goede uitoefening van het vak. 169

x = 8,2 = 1,4 x = 4,4 = 2,3 x = 2,9 = 1,7 Kritische factoren autonomie De ondervraagde medisch microbiologen hebben veel autonomie; op een schaal van 1 tot 10 geven ze gemiddeld een 8,2. Bijna 90 procent geeft 8 punten of hoger voor dit aspect. Slechts 3 procent geeft een score onder de 5. beperkte autonomie veel autonomie patiëntenzorg Als medisch microbioloog heeft men weinig met directe zorg voor patiënten te maken. De gemiddelde score op deze schaal is 4,4. 43 procent van de respondenten geeft met een score van 1, 2 of 3 aan daar amper tijd aan te besteden. helemaal geen tijd merendeel van de tijd continuïteit behandelrelaties Over het algemeen zijn de behandelrelaties die medisch microbiologen met patiënten hebben kort te noemen; de gemiddelde score ligt op 2,9. Ruim de helft scoort een 2 of zelfs een 1. korte (behandel) relaties lange (behandel) relaties 170

x = 8,0 = 1,7 x = 4,7 = 2,6 x = 7,3 = 1,2 variatie De gemiddelde score van 8,0 wijst erop dat medisch microbiologen veel variatie kennen in hun werk. Meer dan de helft (59 procent) geeft een score 8 of hoger. weinig variatie veel variatie vereiste deskundigheid Sommige medisch microbiologen hebben vooral brede kennis nodig bij de uitoefening van hun vak, terwijl anderen juist meer specifieke kennis nodig hebben. De gemiddelde score voor dit aspect is 4,7. Er zijn echter duidelijk meer medisch microbiologen die uitgesproken kiezen voor de brede kennis (41 procent score 3 of lager), dan voor de specifieke kant van de schaal (13 procent score 8 of hoger). brede kennis specifieke kennis standaardisering van werk Het werk van medisch microbiologen is in hoge mate gestandaardiseerd. Niemand geeft een score beneden de 4. Bijna de helft (46 procent) geeft met een score van 8 of hoger aan dat er sprake is van een hoge mate van standaardisering. De gemiddelde score is 7,3. niet volgens protocollen of standaarden volledig volgensprotocollen of standaarden 171

x = 3,4 = 1,8 x = 2,0 = 1,6 x = 9,2 = 1,2 denken versus doen De medisch microbiologen zijn duidelijk in hun mening: hun vakgebied is meer een 'denk' vak dan een 'doe' vak. De gemiddelde score is 3,4. 60 procent van de medisch microbiologen geeft een score 3 of lager, slechts 5 procent scoort op het andere einde van de schaal (score 8 of hoger). vooral denken vooral doen medisch technisch handelen Medisch technisch handelen komt bij de medisch microbioloog weinig voor. De gemiddelde score voor dit aspect is 2,0. Bijna de helft van de respondenten (46 procent) geeft met een score 1 aan dat er geen medisch technische handelingen worden verricht. geen medisch- itsluitend medischtechnisch handelen technisch handelen interactie andere medische disciplines Medisch microbiologen hebben allemaal veel te maken met andere medische disciplines, de gemiddelde score voor dit aspect is 9,2. De helft van de respondenten geeft voor dit aspect een 10 op deze schaal. weinig contact veel contact 172

x = 8,6 = 1,4 x = 6,2 = 2,2 x = 7,5 = 1,5 inhoudelijke voldoening Medische microbiologie is een vak dat de beoefenaar veel inhoudelijke voldoening geeft; de gemiddelde score is 8,6. Slechts 16 procent geeft een score 7 of lager op deze schaal. 60 procent geeft een score 9 of 10. weinig voldoening veel voldoening werkdruk Ook voor medisch microbiologen levert het vak wel stress en werkdruk op, de gemiddelde score is 6,2. Tegenover 16 procent die vindt dat het vak weinig stress en werkdruk geeft (score 3 of lager) staat 29 procent die vindt dat het vak veel stress en werkdruk oplevert (score 8 of hoger). weinig stress/werkdruk veel stress/werkdruk medische beleidsverantwoordelijkheid De mogelijkheden om het eigen medische beleid te bepalen, zijn voor de medisch microbiologen behoorlijk groot. Er wordt een gemiddelde score van 7,5 gegeven op deze schaal. Weinig respondenten (13 procent) neigen naar geen bepaling (score 5 of lager), bij 64 procent is sprake van veel invloed op het beleid (score 8 of hoger). geen bepaling medisch beleid totale bepaling medisch beleid 173

x = 3,8 = 2,1 x = 8,0 = 1,7 x = 5,3 = 2,0 regelmaat Medisch microbiologen werken merendeels op regelmatige/vaste uren. De gemiddelde score op deze schaal is 3,8. Bij 23 procent van de respondenten is wel sprake van onregelmatige uren, zo blijkt uit hun score 6 of hoger. regelmatige/vaste uren onregelmatige/onvoorspelbare uren zekerheid De mate van zekerheid in de positie als medisch microbioloog is groot, zo blijkt uit de gemiddelde score van 8,0. Slechts 10 procent zegt eerder weinig dan veel zekerheid te ervaren (score 5 of lager). 40 procent van de respondenten spreekt met een score 9 of 10 van veel zekerheid. weinig zekerheid veel zekerheid status ten opzichte van andere medische disciplines Wanneer medisch microbiologen de status van hun vakgebied vergelijken met de status van andere disciplines, dan nemen zij met een gemiddelde score van 5,3 een middenpositie in. Onder de respondenten zijn de meningen wel verdeeld: 35 procent zit meer aan de linkerkant van de schaal (score 4 of lager), en 37 procent zit meer aan de rechterkant (score 7 of hoger). lagere status hogere status 174

x = 5,5 = 2,5 x = 7,6 = 1,8 x = 6,3 = 1,8 vrije tijd Het vak medische microbiologie scoort wat betreft het aspect vrije tijd ten opzichte van de werktijden precies in het midden van de schaal: de score is 5,5. Ook op dit punt zijn de meningen verdeeld: bijna de helft (48 procent) scoort een 5 of lager en geeft daarmee aan de verhouding vrije tijd en werktijd onvoldoende te vinden. 52 procent scoort een 6 of hoger en spreekt daarmee van voldoende vrije tijd. onvoldoende vrije tijd voldoende vrije tijd werkomstandigheden De werkomstandigheden waarbinnen medisch microbiologen werkzaam zijn, bieden over het algemeen veel voldoening. De gemiddelde score is 7,6. Slechts 13 procent geeft een score van 5 of lager. 24 procent geeft met een score 9 of 10 aan zeer tevreden te zijn over de werkomstandigheden. weinig voldoening veel voldoening inkomen De verhouding hoogte van het inkomen en de gestelde eisen aan de beroepsuitoefening is volgens de medisch microbiologen eerder aan de hoge dan aan de lage kant. De gemiddelde score is 6,3. Toch vindt bijna de helft (48 procent) het inkomen eerder aan de lage kant (score 5 of lager). inkomen laag in verhouding tot eisen inkomen hoog in verhouding tot eisen 175

Beroepsuitoefening soort patiëntencontacten Medisch microbiologen werken over het algemeen niet rechtstreeks met patiënten. Echter, 10 procent geeft aan wel direct met patiënten te werken. Het gaat dan gemiddeld om 22 contacten per week. meest voorkomende symptomen/ziektebeelden/themata luchtweginfecties 44% sepsis 40% infecties/ ontstekingen 36% onbegrepen koorts (febris e.c.i.) 30% urineweginfecties 27% ziekenhuisinfecties 21% meest uitdagende symptomen/ziektebeelden/themata infecties/ ontstekingen 30% onbegrepen koorts (febris e.c.i.) 20% diagnostiek 13% sepsis 11% import-/ tropenziekten 9% type praktijk Ruim een derde van de medisch microbiologen is zelfstandig gevestigd, 63 procent is in loondienst. Ruim de helft (54 procent) werkt binnen een groepspraktijk. 27 procent werkt bij academische ziekenhuizen en 62 procent bij algemene ziekenhuizen. (Ook) bij andere instellingen en bij de universiteit werkt respectievelijk 11 procent en 6 procent. Medisch microbiologen werken gemiddeld 47 uur per week. Bijna een derde (31 procent) werkt 40 uur per week of minder; 60 procent werkt tussen de 40 en 60 uur, en een kleine groep (9 procent) geeft aan 60 uur of meer te werken. Medisch microbiologen besteden per werkweek bijna de helft van de tijd aan directe patiëntenzorg (16 uur per week) en aan andere beroepsmatige activiteiten, zoals lesgeven, onderzoek en adviseren (11 uur). Aan bestuurs- en/of beleidsmatige zaken wordt 8 uur besteed. De procentuele verdeling van de uren over de verschillende soorten activiteiten is als volgt: 176

35 % 35 % gemiddelde scores voor kritische factoren slotopmerking 13 procent van de ondervraagden benadrukt tot slot dat medische microbiologie een mooi en boeiend vak is. 9 procent vindt dat coassistenten vooral meer van het vakgebied medische microbiologie zouden moeten weten dan nu het geval is. " Je moet het van binnenuit zien." Omdat meer ondervraagde medisch microbiologen het gevoel hebben dat er te weinig bekend is over hun vak geeft een aantal een omschrijving van wat het volgens henzelf inhoudt: "Het is een relatief onbekend, maar uitdagend specialisme met een oneindige toekomst. In Nederland is dit specialisme relatief hoog ontwikkeld." Een ander noemt zijn vak: " Een mooie combinatie van wetenschap, kliniek en management." En weer een ander komt tot deze omschrijving: " Een klinisch georiënteerd vak waar de patiënt met een infectieziekte centraal staat, en waar ook openbare gezondheidszorgaspecten aanzitten." inhoud van het werk gemiddeld context beroepsuitoefening gemiddeld autonomie 8,2 werkdruk 6,2 patiëntenzorg 4,4 medische beleidsverantwoord. 7,5 continuïteit 2,9 regelmaat 3,8 variatie 8,0 zekerheid 8,0 vereiste deskundigheid 4,7 status 5,3 standaardisering 7,3 vrije tijd 5,5 denken versus doen 3,4 werkomstandigheden 7,6 medisch-technisch handelen 2,0 inkomen 6,3 interactie 9,2 inhoudelijke voldoening 8.6 5 % 6 % 13 % 17 % Administratie (5 %) Nascholing (6 %) Bestuur/beleid (17 %) Overig (13 %) Anders beroepsmatig (24 %) Directe patiëntenzorg (35 %) 177

Oefening Als je het bovenstaande beroepsprofiel goed hebt doorgelezen, maak dan de volgende oefening: Schrijf hieronder je top-vijf van kritische factoren; Zet in kolom A de scores die je in de Voorbereiding aan elk van deze factoren hebt gegeven; Zet in kolom B de gemiddelde scores die je in het hierboven beschreven profiel aantrof; Trek de scores in kolom B af van die in kolom A en schrijf het resultaat in kolom C; Tel de cijfers in kolom C op. Let op: negeer + en tekens! Hoe dichter het totaal-getal bij de 0 ligt, des te waarschijnlijker het is dat dit specialisme aansluit bij je wensen. Verder onderzoek is natuurlijk geboden. Dit cijfer alleen zegt niet zoveel voordat je het hebt vergeleken met die voor andere specialismen! Kritische factoren A B C (jouw waardering) (gemiddelde score) (verschil) Totaal: 178

ISBN: 90 71941 46 9 Copyright 1999 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de te Utrecht. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van art. 16b Auteurswet 1912, het besluit van 20 juli 1974, Staatsblad 471, en art. 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijke verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 882, 1180 AW Amstelveen). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatie werken (art. 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de te wenden. No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publisher. Daar waar hij staat in de navolgende hoofdstukken, wordt ook zij bedoeld.