Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergelijkbare documenten
Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Invloed overheidsbeleid op de afzet van brandstoffen. Arno Schroten

MILIEUEFFECTEN VAN DE BEGROTINGSAFSPRAKEN 2014

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Afschaffing korting jaarbetaling MRB De korting van 12 voor het ineens betalen van het hele jaarbedrag MRB komt per te vervallen.

Actualiteitenseminar Loonheffingen & Arbeidsrecht Presentatie Auto van de zaak

FACTSHEET WIJZIGINGEN BELASTINGEN AUTO 2009

AUTOBELASTINGEN IN BELASTINGPLAN 2015

Datum 13 juli 2010 Betreft Integraal overzicht fiscale behandeling van brandstoffen in het verkeer

Zuinige auto s. November Inhoudsopgave 1 Inleiding. 1 Inleiding

Fiscaliteiten autobelastingen in 2009

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Luchtvervuilende en klimaat- emissies van personenauto s Een vergelijking van norm- en praktijkemissies per brandstofsoort

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Energielabels voor personenauto's,

MRB vrijstelling

Tweede Kamer der Staten-Generaal

auto van de zaak en belastingen Leon Lubbers Adri Dokter

Tweede Kamer der Staten-Generaal

AUTOBELASTINGEN IN BELASTINGPLAN 2015

Beleidsnota Verkeersemissies. Met schonere, zuiniger en stillere voertuigen en klimaatneutrale brandstoffen op weg naar duurzaamheid

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

MRB vrijstelling

Schoner en zuiniger CO 2 ambitie verkeer & vervoer

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

CE Delft. Notitie. A. (Arno) Schroten F. (Femke) de Jong. milieu, en technolog. tel: tel: nl. .nl Besloten Vennootschap

Maatregelen op het gebied van autobelastingen ( Autobrief ) VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld..

FISCAAL BELEID PERSONENAUTO S EN DE TRANSITIE NAAR ELEKTRISCH RIJDEN

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Ontwikkeling in emissienormen en beleid voor (bedrijfs)auto's Paul Hofmeijer

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Alle belastingbetalers

Vergroening van belastingen Concrete handvaten

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Autobelastingen na 2011: de meest gestelde vragen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

vrom Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 2 juli 2002

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Milieueffecten van wijzigingen in de autobelastingen. Arno Schroten

Datum 16 april 2012 Betreft Opzet aanpassing Bvdb 2001 (voorkoming dubbele bankenbelasting) en tweede Nota van wijziging bankenbelasting

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

MARKTVERSTORINGEN IN DE AUTOMARKT DOOR FISCAAL INSTRUMENTALISME

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 18 december 2017 Betreft Energierekening huishoudens

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Intentieverklaring milieuzone voor lichte bedrijfsauto s

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Geacht College, geacht Bestuur,

Belastingpakket 2019: huishoudens krijgen meer te besteden

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De praktijk van vergroenen van belastingen. Milieunetwerk GroenLinks, 16 september

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Hoe kan innovatie helpen?

Wisseling van de macht: Perspectief van de Leasemaatschappij

Dit is een achtergrondnotie ten behoeve van de sectortafel Mobiliteit

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Wijziging van de Wet belastingen op milieugrondslag (Wet tijdelijk verlaagd tarief laadpalen met een zelfstandige aansluiting)

Provinciaal klimaat- en energiebeleid: doelen, emissies, maatregelen. Robert Koelemeijer - PBL

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Actuele aanpassingen in de autobelastingen

Automobiellink. BPM tarieven voor personenauto s in 2014

Tweede Kamer der Staten-Generaal

CO2-emissie per voertuigkilometer van nieuwe personenauto's,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EE Den Haag

De 15 meest gestelde vragen over zakelijk rijden in 2016.

Energie efficiëntie in mobiliteit

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Waarom stokt het met de vergroening van het Belastingstelsel? En wat kunnen we daaraan doen? Remko ter Weijden

Wijziging van de Wet opslag duurzame energie (in verband met de vaststelling van tarieven voor 2017)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Bijlage 2: gevolgen verhoging energiebelasting op aardgas in de eerste schijf met 25%

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Stan Basten: plv. afdelingshoofd afdeling verbruiksbelastingen van 2010 tot en met 2015 als coördinator betrokken bij autobrief I en II

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Samenvatting Haalbaarheidsstudie Milieuzone Gemeente Helmond, ARS 7 juli 2009

Klimaatakkoord & Elektrisch Rijden

Afschaffen BPMteruggaaf. taxi en zorgvervoer. Korte notitie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 5 juli 2016 Betreft Luchtkwaliteit. Geachte voorzitter,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EE Den Haag. Datum 11 JULI 2019 Betreft TNO-onderzoek naar WLTP-testmethode

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer. Eindstemming wetsvoorstel. Aangenomen amendementen. Betreffende wetsvoorstel:

Memorie van toelichting. Inhoudsopgave

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Autobrief 2.0; een nieuw autobeleidsplan

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

a. De in onderdeel B opgenomen tarieftabel wordt vervangen door:

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Transcriptie:

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 770 Fiscale vergroeningsmaatregelen Nr. 1 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 20 september 2004 De vaste commissie voor VROM heeft mij, refererend aan de motie Spies (kamerstukken II 2003/04, 29 200 XI nr. 28), op 1 juli jl. verzocht de Kamer zo spoedig mogelijk te informeren over de fiscale vergroeningsmaatregelen van het kabinet. In mijn brief van 27 augustus jl (VROM04-713) heb ik aangegeven dat ik gelijktijdig met het verschijnen van het Belastingplan aan dit verzoek wil voldoen. Met deze brief schets ik, mede namens de Staatssecretaris van Financiën, graag de stand van zaken betreffende de fiscale vergroening. In het Hoofdlijnenakkoord heeft het kabinet aangegeven dat een verdere vergroening van het belastingstelsel een belangrijk instrument is. In dit verband werd in het Hoofdlijnenakkoord al een verhoging van de energiebelasting aangekondigd. Daarnaast heeft het kabinet onderzoek gedaan naar verdere vergroeningsopties. Belangrijke randvoorwaarden hierbij waren budgettaire neutraliteit, neutraliteit wat betreft de administratieve lasten, geen nieuwe belastingen en mogelijkheid tot invoering op korte termijn. Ook dienden maatregelen te voldoen aan de geldende (fiscale) toetsingscriteria. Dit heeft geresulteerd in een concreet pakket aan vergroeningsvoorstellen die in de Beleidsnota Verkeersemissies en in het Belastingplan 2005 zijn gepresenteerd. Dit pakket richt zich voornamelijk op maatregelen op het gebied van energie en verkeer en vervoer. De verschillende maatregelen worden hieronder kort besproken. Energie In de eerste plaats bestaat de verdere fiscale vergroening uit een verhoging van de energiebelasting. In 2005 wordt bijna 80% van de totale opbrengst ad. 605 mln ca. 470 mln door bedrijven opgebracht. De verhoging van de EB in 2006 ( 78 mln) en 2007 ( 77 mln) wordt door de gekozen vormgeving van de tariefverhogingen EB en het doel van de verhoging: financiering van Vpb-verlaging geheel door bedrijven opge- KST79640 0304tkkst29770-1 ISSN 0921-7371 Sdu Uitgevers s-gravenhage 2004 Tweede Kamer, vergaderjaar 2003 2004, 29 770, nr. 1 1

bracht. Er is voor gekozen vooral het zogenoemde middengebruik (van 5 000 170 000 m 3 aardgas en van 10 000 50 000 kwh elektriciteit) te verhogen. Aardgas en elektriciteit worden in ongeveer gelijke mate in de verhoging betrokken. Met de verhoging van de energiebelasting worden energiebesparingsmaatregelen uitgelokt, waarvan de CO 2 -reductie wordt geraamd op ongeveer 0,2 Mton en de NO x -reductie op 0,2 à 0,3 kton. In verband met de verhoging van de energiebelasting wordt het budget voor de milieu-investeringsaftrek (MIA) in 2005 met 15 mln verhoogd. Deze verhoging loopt op tot 30 mln in 2007. Onderzocht wordt op welke wijze de extra middelen het meest effectief ingezet kunnen worden. Daarnaast wordt de regeling groen beleggen uitgebreid met projecten voor duurzaam bouwen in de utiliteitssector (gebouwen van diensten, handel, overheid etc.). Thans kunnen al projecten in de duurzame woningbouw worden aangewezen als groenproject. Projecten in de utiliteitsbouw die voldoen aan ambitieuze eisen op het gebied van energiebesparing, duurzame energie, waterbesparing, materiaalgebruik en binnenmilieu komen vanaf 2005 ook in aanmerking voor de kwalificatie als groenproject. Groenprojecten kunnen tegen lagere kosten worden gefinancierd, waardoor deze eerder rendabel worden. Door opname in de regeling wordt de marktintroductie van innovaties gestimuleerd. Als dit vervolgens leidt tot marktverbreding en als de totale bouwstroom beïnvloedt wordt, zijn de milieueffecten aanzienlijk. De budgettaire derving vanwege de uitbreiding van groen beleggen met duurzame utiliteitsbouw loopt op tot 5 mln in 2009. Verkeer en vervoer Het kabinet heeft zich naast de energiegerelateerde maatregelen met name gericht op maatregelen op het terrein van verkeer en vervoer, omdat in deze sector fiscale maatregelen een belangrijke rol zouden kunnen spelen bij het aanpakken van beleidstekorten die voortvloeien uit Europese richtlijnen. Het ambtelijke onderzoek heeft geresulteerd in een pakket aan mogelijke vergroeningsmaatregelen. Bij mijn brief van 18 juni 2004 (Kamerstukken II 2003/2004, 29 667, nr. 1) heb ik u de Beleidsnota verkeersemissies aangeboden. De nota bevat een pakket aan (vergroenings)maatregelen dat een bijdrage moet leveren aan het realiseren van milieutaakstellingen voor het verkeer. 1 Richtlijn 2001/81/EG van 23 oktober 2001, PbEG L 309. 2 Richtlijn 1999/30/EG van 22 april 1999, PbEG L 163. Stand van zaken fiscale maatregelen uit de Beleidsnota verkeersemissies: Fiscale stimulering in 2005 van de vervroegde introductie van schonere vrachtwagens (Euro-4 en Euro-5) via de Milieuinvesteringsaftrek. Uitgangspunt is dat de meerkosten van Euro-4 motoren gecompenseerd worden. VROM heeft hiervoor inmiddels de eerste dekking gevonden. Het kabinet streeft er naar om de stimuleringsmaatregel na 2005 voort te zetten, indien de dekking daartoe kan worden gevonden. De maatregel leidt naar verwachting tot een substantiële verlaging van de NO x uitstoot in 2010 en levert daarmee een belangrijke bijdrage aan de beleidsopgaven die voortvloeien uit de NEC-richtlijn 1 (National Emission Ceilings). Daarnaast neemt door de vervroegde aanschaf van Euro-4 motoren ook de uitstoot van fijn stof af. Dit is van belang in het kader van de beleidsopgaven die uit de EU-richtlijn voor luchtkwaliteit 2 voortvloeien. Budgetneutrale fiscale stimulering van roetfilters bij nieuwe dieselpersonenauto s door middel van de aankoopbelasting (BPM). Deze maatregel is opgenomen in het Belastingplan 2005, met het oog op invoering per 1 januari 2005. Hiermee wordt beoogd de gezondheidseffecten van fijn stof te verminderen en een bijdrage te Tweede Kamer, vergaderjaar 2003 2004, 29 770, nr. 1 2

leveren aan de beleidsopgaven die uit EU-richtlijn voor luchtkwaliteit voortvloeien. Roetfilters zijn zeer effectief, omdat ze de uitstoot met meer dan 90% terugbrengen. Vanaf 1 juli 2005 wordt zwavelvrije diesel via een differentiatie in de dieselaccijns gestimuleerd. Zwavelvrije brandstof is voor bepaalde typen zuinige auto s nodig en komt de werking van systemen voor uitlaatgasnabehandeling (de-no x katalysator en roetfilter) ten goede. Deze maatregel is noodzakelijk om te voldoen aan de communautaire verplichting om vanaf 2005 zwavelvrije brandstoffen met «voldoende regionale spreiding» beschikbaar te hebben. Onderzocht zal worden hoe de BPM voor een deel afhankelijk gemaakt kan worden van de zuinigheid van personenauto s, met het oog op invoering per 1 januari 2006. De maatregel wordt budgettair neutraal vormgegeven. Relatief zuinige personenauto s gaan minder BPM betalen en relatief onzuinige personenauto s gaan meer BPM betalen. De maatregel leidt tot een verlaging van de CO 2 -uitstoot. Daarnaast heeft hij een versterkend effect op de werking van het huidige convenant van de EU met de auto-industrie over zuiniger auto s en vergroot hij de kansen op een aangescherpt vervolgconvenant. Er wordt een uiterste inspanning gedaan om met ingang van 2006 een stimuleringsregeling voor biobrandstoffen in te voeren. Met deze maatregel wordt nagestreefd dat biobrandstoffen vanaf 2006 2% van de motorbrandstoffen gaan uitmaken. Naast de reductie van CO 2 -uitstoot is een doelstelling dat de innovatie en toepassing van biobrandstoffen in gang gezet wordt. Het kabinet is van plan om nieuwe dieselpersonenauto s die vervroegd voldoen aan de Euro-5 norm fiscaal te stimuleren zodra dit zinvol is en past binnen EU-kaders. Dit levert een bijdrage aan de reductie van NO x en fijn stof. Vooruitlopend op de vaststelling van de Euro-5-norm wordt in de EU gesproken over een tijdelijke indicatieve norm die als basis kan dienen voor stimulering. Voor de concrete uitwerking van de stimulering in Nederland is de uitkomst van deze discussie van belang. De maatregel is met name van belang met het oog op de NO x -taakstelling voor de NEC-richtlijn. Aanvullend op de bovenstaande vergroeningsmaatregelen uit de beleidsnota Verkeersemissies heeft het kabinet in het Belastingplan 2005 voorgesteld om het MRB- en BPM-voordeel voor bestelauto s af te schaffen. Deze maatregel wordt ingezet ter financiering van de vpb-tariefsoperatie, maar leidt tevens tot een substantiële vergroening van het fiscale stelsel met positieve milieueffecten. Door de huidige fiscale behandeling van bestelauto s wordt door de meeste bestelauto s gebruik gemaakt van diesel. De dieselaccijns is immers lager dan de benzineaccijns, zonder dat dit gecompenseerd wordt via een dieseltoeslag in de BPM en de MRB, zoals het geval is bij personenauto s. De verwachting is dat door bestelauto s gelijk te behandelen als personenauto s in de MRB en BPM het aandeel benzine in de brandstofmix zal toenemen. Omdat benzineauto s schoner zijn dan dieselauto s, heeft deze verschuiving positieve effecten op de uitstoot van NO x en fijn stof. Het onderzoeksbureau CE heeft deze effecten geschat op een reductie van ongeveer 0,9 kton NO x en een reductie van 0,1 kton fijn stof in 2010. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan de beleidsopgaven voortvloeiend uit de NEC-richtlijn en de EU-richtlijn voor luchtkwaliteit. Daarnaast wordt per saldo een reductie van de CO 2 -uitstoot verwacht van ongeveer 0,1 Mton die met name wordt veroorzaakt door een verschuiving naar lichtere bestelauto s. Dit komt door de differentiatie naar gewicht in de MRB en de kostenverhoging bij de nieuwverkoop. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan de beleidsopgaven voor Kyoto. Tweede Kamer, vergaderjaar 2003 2004, 29 770, nr. 1 3

Ten slotte wordt ter financiering van de vpb-tariefsoperatie de BPM-accessoireslijst opgeschoond. Het gaat om de zogenoemde zijairbags, navigatiesystemen, cruise control en boordcomputer. De twee laatstgenoemde accessoires stimuleren zuinig rijgedrag. Inmiddels is, dankzij deze fiscale stimulering, driekwart van de nieuwe auto s standaard hiermee uitgerust. Met dit resultaat heeft de regeling haar doel bereikt. Het RIVM schat een gering negatief milieu-effect in. De toename van de CO 2 -emissies wordt ruimschoots gecompenseerd door de andere maatregelen binnen het verkeerspakket. Totaalpakket Het totale pakket draagt via twee sporen bij aan een aanzienlijke vergroening van het belastingstelsel: De verhoging van de energiebelasting ( 760 mln vanaf 2007) en het afbouwen van de fiscale voordelen voor bestelauto s in MRB en BPM ( 1180 mln vanaf 2007) leiden tot een verschuiving van meer dan 1,9 mld van belastingen op winst en inkomsten naar groene belastingen. Dit leidt tot verdere internalisering van milieukosten en heeft positieve milieueffecten. De overige maatregelen zijn specifiek gericht op de introductie van milieuvriendelijke technologieën en motorbrandstoffen en worden vorm gegeven via differentiaties in bestaande groene belastingen en door middel van positieve fiscale prikkels. Milieuvriendelijke keuzes worden hierdoor beloond. In het onderstaande overzicht volgt een samenvatting van de vergroeningsmaatregelen. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen maatregelen die opgenomen zijn in het Belastingplan 2005 en maatregelen, waarvan vormgeving en/of financiële dekking nog uitgewerkt dienen te worden. Overzicht vergroeningsvoorstellen milieueffecten 2010 budgettaire effecten (in mln) NO x CO 2 Overig 2005 2006 2007 2008 2009 Kton Mton Energie BP 2005 Verhoging energiebelasting 0,2 0,2 605 683 760 760 760 à 0,3 Verhoging MIA a) a) a) 15 19 29 29 29 Duurzame utiliteitsbouw in groen beleggen b) b) innovaties duurzaam bouwen 1 2 3 4 5 Verkeer en vervoer BP 2005 Accijnsdifferentiatie zwavelvrije diesel (medio 2005) faciliteren schone dieselauto s 0 0 0 0 0 Stimulering roetfilters dieselpersonenauto s via BPMdifferentiatie reductie fijn stof ( 0,1 à 0,2 kton) 15 24 29 31 32 Afschaffen MRB-voordeel grijze kentekens 0,9 0,1 Reductie fijn stof 480 580 580 580 580 Afschaffen BPM-voordeel grijze kentekens ( 0,1 kton) 200 400 600 600 600 Opschoning BPM-accessoireslijst + 0,05 145 145 145 145 145 Overig Verkeer en Vervoer (c) Stimulering Euro-4 en Euro-5-vrachtauto s en bussen 4,6 0 reductie fijn stof ( 0,1 kton) Tweede Kamer, vergaderjaar 2003 2004, 29 770, nr. 1 4

milieueffecten 2010 budgettaire effecten (in mln) Reservering biobrandstoffen (incl. nichemarkten en 0 0,5 innovatie) Stimulering Euro-5-dieselpersonenauto s (inclusief 1 0 NO x -katalysator) CO 2 -differentiatie BPM per 2006 (budgettair neutraal) 0 0,2 a) Afhankelijk van vormgeving b) Milieueffect positief, maar vooral op langere termijn c) Vormgeving en/of financiële dekking dienen nog uitgewerkt te worden. De hier gepresenteerde milieu-effecten zijn daarom slechts indicatief. Tot slot wil ik nog het volgende opmerken. Uit het onderzoek naar nieuwe vergroeningsopties is opnieuw gebleken dat fiscale vergroening geen panacee is in het milieubeleid. Desondanks is het kabinet er in geslaagd met concrete voorstellen te komen om het fiscale stelsel verder te vergroenen. Voor toekomstige vergroeningsinspanningen geldt evenwel dat het laaghangende vergroeningsfruit nu voor een belangrijk deel is geplukt. Ook kunnen internationale verdragen, in bijvoorbeeld de luchtvaartsector, verdere vergroening op korte termijn in de weg staan. Dit neemt niet weg dat het kabinet actief blijft zoeken naar nieuwe vergroeningsmogelijkheden en deze zal benutten als dit leidt tot kosteneffectieve oplossingen binnen de eerdergenoemde randvoorwaarden. De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, P. L. B. A. van Geel Tweede Kamer, vergaderjaar 2003 2004, 29 770, nr. 1 5