De schoonheid van curves

Vergelijkbare documenten
SAMENVATTING IN HET NEDERLANDS

Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar

Taalvergelijkend onderzoek naar SLI en wat het betekent voor tweetalige SLI. Jan de Jong

Werkwoordspelling. Tegenwoordige tijd persoonsvorm

Basis Werkwoordspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basisspelling en Basisgrammatica.

Inleveropdracht 1: Morfologie & Syntaxis

Dit programma is gemaakt voor leerlingen vanaf groep 6 van de basisschool, alle niveaus van het vmbo en mbo 1 en 2.

Benodigde voorkennis taal verkennen groep 5

Spelling Werkwoorden. Doelgroep Spelling Werkwoorden. Omschrijving Spelling Werkwoorden

Werkwoordspelling op maat

De fonologische deletiehypothese: Sommige kinderen snoeien hun infinitieven graag tot stammen. Helena Taelman, Evelyn Martens & Steven Gillis *

Basis Werkwoordspelling

Siméa Nienke Lam de Waal, MA Dr. Annette Scheper

Blom, E., Wijnen, F., Kempen, M., Gillis, S Vorm verandert, betekenis

1e Deeltentamen Inleiding Taalkunde

1 keer beoordeeld 4 maart 2018

Citation for published version (APA): Erkelens, M. A. (2009). Learning to categorize verbs and nouns : studies on Dutch. Utrecht: LOT.

IN DRIE STAPPEN NAAR EEN FOUTLOZE WERKWOORDSPELLING. werkwoordspelling.com M.Kiewit

LESSTOF. Basis Werkwoordspelling

Grammaticaboekje NL. Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden.

Grammatica 2F. Doelgroepen Grammatica 2F. Omschrijving Grammatica 2F. meewerkend voorwerp. voegwoord alle woordsoorten

Samenvatting Nederlands Redekundig ontleden

Hoe werk ik een opdracht uit?

Ontleden. Er zijn twee manieren van ontleden: taalkundig ontleden en redekundig ontleden.

LESSTOF. Basis Werkwoordspelling

Werkwoorden zijn woorden die aangeven wat iets of iemand doet, is of wordt.

Werkwoorden. Abimo Uitgeverij Schoolsupport

2b nr. 1 Zinnen met verschillende volgorde

Weekprogramma: 1 jaar Zichzelf in de spiegel bekijken en gezichtsuitdrukkingen nadoen

WEEK MAANDAG WOENSDAG DINSDAG DONDERDAG VRIJDAG ZONDAG ZATERDAG. Vul het juiste voorzetsel in. Nico fietst elke dag (aan, naar, op) de cursus.

instapkaarten taal verkennen

Spel 0 Adam woont in het paradijs. God praat elke dag met Adam. Hij mag alle dieren een naam geven. Wij gaan Adam helpen.

Mijn huis, mijn thuis

De mogelijkheden van een virtueel leerpad voor taalleerders

Going the distance Ruhland, Hendrik Georg

Werkwoordspelling 1F. Doelgroepen Werkwoordspelling 1F. Omschrijving Werkwoordspelling 1F

DE ONVOLTOOID TOEKOMENDE TIJD

Comprehensive Aphasia Test (CAT) CAT workshop juni Evy Visch-Brink

klasniveau Het verhaal Tekening 1 Tekening 4 Tekening 5 Tekening 2 Tekening 6 Tekening 3

Transfer en toegang tot Universele Grammatica in tweedetaalverwerving door volwassenen

LESSTOF. Werkwoordspelling op maat

Niet zomaar een rijtje: Met patronen op een speelse manier wiskundig inzicht stimuleren

Inleiding Cognitiewetenschap: Taalverwerving

In elke zin staat een werkwoord. Werkwoorden zijn woorden die aangeven welke handeling of toestand of welk proces in de zin centraal staat.

LESSTOF. Spelling Werkwoorden

Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8

Miauw! Miauw!

Nederlands leren: makkelijk of moeilijk? Folkert Kuiken,

Wegwijs in de werkwoordspelling

Samenvatting. subject I

Lesstof. Formuleren 4F

Wat doen de kleuters deze week?

Formuleren voor gevorderden

Formuleren voor gevorderden

zinsleer begrip van de syntaxis Jan-Wouter Zwart Understanding Syntax van Maggie Tallerman voor het Nederlands bewerkt en vermeerderd door

Problemen in de spraak- en taalontwikkeling consensus, signalering & follow-up

Als ik rustig wil zijn, dan vlieg ik van het ene naar het andere. Als ik wil nadenken, Aaarch!! Stress?

Handleiding basiswoordenschat.

uitzonderingen 8 Verkleinwoorden 9 Trappen van vergelijking 10Werkwoorden gebruik 11 Werkwoorden vorm 12 Bijzinnen en voegwoorden 13 Het woord er

Vergelijkingen tussen vroege en late tweede taalverwerving

Lesstof. Formuleren. voor gevorderden

33 Stijlfouten. 1 Inleiding

2c nr. 1 zinnen met want en omdat

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design

Bilingualism and Cognition: The Acquisition of Frisian and Dutch Mw. E. Bosma

College voor Toetsen en Examens Februari 2017

TOETSTAAK 3: MIJN ZOON IS ZIEK

(ZAKELIJKE) TAALVERZORGING 1 NEDERLANDS

Overzicht toetsen en oefeningen Grammatica I. Grammatica I

Examen HAVO. wiskunde A1,2. tijdvak 1 woensdag 28 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Liedjesboek met gebaren

Formuleren voor gevorderden

17 maart tot 21 maart 2014 Tweede en derde kleuterklas: juf Nele

Oefening 1: Is het onderwerp een woord of een woordgroep? Duid aan.

MWidW bij peuters en kleuters met TOS

Wat doen de kleuters deze week?

SLI en de vervoeging van de derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd in narratieven

TOETSTAAK 45: MIJN VADERLAND

SPAANS LES 1 Español

Van 12 maart tot 15 maart 2013 Op maandag 11 maart krijgen we een extra dagje vrijaf!

Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 2: lezen, woordenschat en spelling

Lesstof groep 8 Wat leert uw kind de komende maanden.

Toets grammaticale termen met sleutel

Oriëntatie Kunstmatige Intelligentie. Taalverwerving

Taken en lessen bij de duizendpoten

Samenvatting Nederlands Taalverzorging, spelling en interpunctie

at maakt mij gelukkig? Wie wil ik worden?

Antwoorden Nederlands Ontleding

- Wie wat waar: kaartjes Sinterklaas. - Wie wat waar: grabbelzakjes. - Kopieerblad. - Kopieerblad. Horoscopen Les 5: Horoscoop schrijven

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Tips voor Taal Hoe stimuleer je de taalontwikkeling van je kind?

Clitic production in Italian agrammatism Rossi, Eleonora

Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.

Spel: Slangen en ladders

2 Lesstof Formuleren

Beginnersfouten Nederlandse Vertalers

Omgaan met iemand die depressief is

Beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs

Samenvatting in het Nederlands

Taal Spelling & leestekens

Transcriptie:

De schoonheid van curves De verwerving van werkwoordelijke inflectie Elma Blom Utrechts Instituut voor Linguïstiek OTS

Finiet vs. Non-finiet [+ finiet] persoons-, getals- en tijdsinflectie (1) Ik loop/liep, jij/hij/zij loopt/liep,wij lopen/ liepen langs de Lijnbaan [- finiet] modaliteit, perfectiviteit (2) Wij willen langs de Lijnbaan lopen (3) Wij hebben langs de Lijnbaan gelopen

De roman van een kleuter 16. De Infinitieven soms ouder dan de persoonsvormen soms jonger. Van de werkwoordsvormen komt de Infinitief altijd het vroegst bij kinderen voor. Keesje gebruikt zoo al heel vroeg rij (rijen) en memmemm (hebben). En vóór de 20ste maand zegt hij reeds: kiel (kriebelen), sitt (zitten), kaaik, kak,kijk (kijken), d i (draaien), b i (vallen), bow (bouwen), daai (dragen), chooi (gooien) enz.

Root Infinitives De eerste zinnen van Nederlandse kinderen laten systematische weglating van inflectie zien: (1) nog boeke lese (2) ook baby slapen (3) kroko blefe?

Nog boeke lese (1a) Ik wil nog een boekje lezen Jij moet nog een boekje lezen

Ook baby slapen (2a) De baby slaapt ook De baby is ook aan het slapen

Kroko blefe? (3a) Waar is de krokodil gebleven?

Vraag Waarom laten jonge kinderen finiete, geïnflecteerde, werkwoorden weg?

Methodes van onderzoek Welke elementen laten kinderen nog meer weg naast finiete werkwoorden? M.a.w. is er systematiek in de weglatingen? Wat doen kinderen goed? M.a.w. waar ligt de weglating van finiete werkwoorden niet aan?

De rijpingshypothese Functionele categorieën moeten rijpen vgl. doorkomen van de tanden Vóór rijping praten kinderen in telegramstijl d.w.z. alleen inhoudswoorden (nomina, werkwoorden, adverbia en preposities) en geen functiewoorden (inflectie, lidwoorden, pronomina) systematische weglatingen

Voorspellingen De Villiers: the maturation is apparently sudden and all embracing: a mini-puberty at 20 months with functional categories popping out all over (1992, p. 425) Een plotselinge transitie van lexicaal naar functioneel stadium d.w.z. een S-vormige curve voor alle functionele categorieën op hetzelfde tijdstip

Wat doet Keesje? [ ] In de 21ste maand, komt nu echter, zonder dat hij ooit te voren den Infinitief doen gebruikt had (daarvoor zei hij gewoonlijk taj, aan dragen of draaien ontleend) ineens de persoonsvorm toet en doet op. Eerst louter nagepraat; doet je voetje zeer: doet voet seer, [ ]

Peter Woordenschat Zinslengte (MLU) Finietheid (functionele categorie) Lidwoorden, pronomina (functionele categorieën)

Ruhland, Wijnen en Van Geert, 1995

Evidentie voor rijping? Wexler: Nee! Kinderen kunnen vanaf 1;6 finiete zinnen te produceren, en hebben vroege kennis van inflectie Máár: ze doen dit niet altijd Optioneel Infinitief Stadium

Voorspellingen OI Hypothese Optioneel gebruik van root non-finites vb. ikke eten/ikke eet Vroege kennis van inflectie vb. *ik loopt, *hij loop

Kind Leeftijd % RI % FIN Frans Nathalie 1;9 2;3 49 % 51 % Philippe 1;9 2;6 20 % 80 % Daniel 1;8 1;11 43 % 57 % Engels Eve 1;6-1;10 78 % 22 % Adam 2;3-3;0 81 % 19 % Nina 2;4-2;5 75 % 25 % Zweeds Freja 1;11-2;0 38 % 62 % Tor 1;11-2;2 56 % 44 % Embla 1;8-1;10 61 % 39 %

Kind Leeftijd % RI % FIN Duits S 2;1 46 % 54 % 2;2 40 % 60 % Nederlands Laura 1;8-2;1 36 % 63 % Tobias 1;10-1;11 36 % 63 % Fedra 1;10-2;1 26 % 74 % Hein 2;4-3;1 16 % 84 % IJslands Birna 2;0-2;3 36 % 64 %

Foutloze congruentie De vroegste finiete werkwoorden laten nauwelijks congruentiefouten zien (Poeppel & Wexler, 1993; Guasti, 1994): Andreas (1;10) Martina (1;8 1;10).

Evidentie voor de OI Hypothese? Ik: Nee! Longitudinaal onderzoek Kort OI Stadium, want finiete zinnen bevatten andere werkwoorden (toestanden) dan root infinitives (activiteiten) m.a.w. No Overlap Inflectie is niet productief in OI Stadium

Geluidsfragment OI Stadium Weglating finiete werkwoorden: mannetje inne, dese oppasse, nog boeke lese, omgefalle Finiete zinnen: mag niet he, disse koeien, e hondje slaapt, mag niet opete, kannie ganse opete

No Overlap Hypothese T1 T2 T3 Overlap (RI/fin) Overlap (RI/fin) Overlap (RI/fin) Abel 0 (13/2) 3 (34/15) 10 (46/24) Daan 2 (24/9) 6 (36/21) 13 (53/35) Josse 0 (20/5) 1 (38/11) 8 (53/21) Laura 2 (14/8) 6 (45/17) 8 (55/24) Matthijs 0 (36/2) 7 (63/14) 16 (73/35) Peter 1 (21/3) 9 (31/18) 18 (33/33)

De verwerving van inflectie Congruentiefouten komen pas na 2;5 en nemen toe tot 3;5 (De Haan, 1996): Ik heeft die vuilnisauto (Matthijs 2;11.19) Heef jij muggebulten (Matthijs 2;10.22) Val ze op hun neus, pof (Daan 2;09.10) Jij teken een reiger (Josse 2;08.18)

U-vormige curves Foutloze periode wordt gevolgd door fouten periode Toename van fouten toont toename van kennis: fonologische segmentatie, morfologische analyse, begin van verwerving van inflectie-regels (Peters, 1973; Pinker, 1990)

Conclusie Wat laten ontwikkelingscurves zien? S-curve: snelle opkomst finiete zinnen U-curve: late verwerving inflectie Kinderen laten finietheid weg omdat ze de finiete equivalenten van root non-finites nog niet kunnen vormen (finietheid is lang lexicaal beperkt)