Reflets dans l eau. Schematisch, met tonale centra: A B A B A Des As Des Es Des T D T S T (ook de totaalstructuur is plagaal!)

Vergelijkbare documenten
Wim Witteman. Over de tonaliteit. van Debussy s. Prélude à l Après-midi d un Faune

Le Tombeau de Couperin (1917)

Vorm, tonaliteit en harmonie in de vroege pianowerken van Claude Debussy

THEORIE D. Begrippen : toonsoort,toonladder,akkoord,drieklank,vierklank,grondtoon,leidtoon,mineur, majeur,modaal.

Impressionisme. Wanneer? Kenmerken van muziek uit het impressionisme

Tips voor gehoortraining

Der Harfenspieler (Goethe)

EEN SELECTIE UIT: Algemene Muziekleer. Ch.Hendrikx & L.Jakobs

Eindexamen muziek vwo 2007-I

Impressionisme. Wanneer? Kenmerken van muziek uit het impressionisme

Muziek Theorie 1ste jaar

Toelatingsexamen LUISTERVAARDIGHEDEN

Theorie groep 2. Popcursus

ANTWOORDBLAD D-EXAMEN THEORIE 2017

Analyse Door Stan Kuunders

3. Tritonus vervanging

SOLFEGE GEHOORVORMING

ODM theoretisch toelatingsexamen

Theorie groep 2. Popcursus

Eisen standaardpakket Algemene Theoretische vakken, klassiek

Sonate Opus 10 Nr. 1 in c: Allegro con brio

- Het verhaal van Jeux -

Les 1 (van een reeks van 3) aan beginnende orgelleerlingen volgens de in de scriptie beschreven inzichten. (Duur van de les: 30 min.

algemene muziekleer voor het schriftelijke examen ALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET C-EXAMEN

Diatoniek Cadensen en voicelead Hoofdstuk

Harmonieleer Musician 3.0 reader - met dank aan Theo Pulles (HKU) - pagina 1

Harmonische Analyse. 3 Tentamens in 3 moeilijkheidsgraden. voor gevorderde studenten. door Rowy

Eindexamen muziek vwo I

THEORIE C. Begrippen : toonsoort,toonladder,akkoord,drieklank,grondtoon,leidtoon

opname door Charles Mackerras/ Scottish Chamber Orchestra

Toonladders en toonsystemen 5 havo

Een cadens is een harmonische formule om een muzikale (deel)frase the beëindigen. We onderscheiden:

Geleide improvisatie & compositie. door Sven Van den Wyngaert, januari 2016

THEORIE B. Begrippen : toonsoort,toonladder,akkoord,drieklank,grondtoon,leidtoon. Een melodie die voorgespeeld wordt opschrijven (melodisch dictee).

RUDOLF RASCH MIJN WERK OP INTERNET, DEEL TWEE NOOTZAKEN BASISBEGRIPPEN UIT DE THEORIE VAN DE WESTERSE MUZIEK HOOFDSTUK VIER SEPTIEMAKKOORDEN

Antwoordenboek. Algemene Muziekleer

Muziektheorie. Uitgave januari Tekst: DIRK VIAENE

Eindexamen Muziek vwo 2003-I

Correctievoorschrift VWO. Muziek. Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs. Tijdvak 2

Reinier Maliepaard: kerktoonsoorten ofwel modi

Les 2. Als je op een piano alleen de witte toetsen gebruikt, kun je meteen de majeur- toonladder van C spelen: C D E F G A B C.

D-examen extra informatie

Eindexamen havo muziek 2013-I

Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 punt toegekend.

Week 4 Noten in G-sleutel

Eindexamen Muziek vwo 2002-I

Correctievoorschrift VWO. Muziek. Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs. Tijdvak 2

Eindexamen muziek vwo 2006-I

Algemene Muziek Theorie 2de jaar

Liedvormen. Liedvormen

majeur mineur mineur majeur majeur mineur verminderd

Toonhoogte. Toonaarden Groot of klein

Eindtermen voor een jeugdtraject/koorschool

Martijn Hooning. EEN PAAR OPMERKINGEN OVER SONATEVORM (of: HOOFDVORM)

Martijn Hooning OVER HARMONISCHE ANALYSE

Muziektheorie-examen D

Over afstanden in een toonladder, majeur en mineur (noodzakelijk voorproefje)

Examen VWO. Muziek (oude stijl en nieuwe stijl)

THE LOST CHORD HARMONISEREN OP TOETSINSTRUMENTEN STEPHEN TAYLOR

Tabel 1 Naam van de toon voor een 4-snarige basgitaar als functie van de snaar en de positie voor de wittetoetstonen

Algemene Muziek Theorie. 1 ste jaar AMT M1 1

Eindexamen muziek vwo 2008-I

2 punten. 3 punten. 4 punten. 1 punt. 3 punten

Samenvatting Muziek Muziek theorie B-examen

Dit keer ga je aan de slag met het fantastische stuk River flows van Yurima waarin je zult ontdekken;

Hennie Schouten HARMONIELEER. Oud-Hoofdleraar Amsterdamsch Conservatorium. Elfde druk

Antwoordenboek. Algemene Muziekleer

NOOTZAKEN BASISBEGRIPPEN UIT DE THEORIE HOOFDSTUK TIEN BASISBEGRIPPEN VAN DE HARMONIE VAN DE WESTERSE MUZIEK

Eindexamen Muziek havo 2004-I

De didactische analyse van partituren: Eerste graad: Aria voor peter G. Duijck (1972)

Eindexamen muziek vwo 2005-I

Theorie groep 2. Popcursus DWORP 2019 POPCURSUS 2019 THEORIE GROEP 2 1

Akkoorden spelen. o1 PIANO

Algemene Muziek Theorie 3de jaar

sample L E S 18 â. " % O O O O \ \ % O O O O . =75 Uit het fragment For Children :

KERKTOONSOORTEN. M.P. Slootweg

C. Monteverdi - Beatus vir

Kempische Steenweg Hasselt Tel. : Basistheorie m.b.t. de toelatingsproeven voor het 4 e en 5 e jaar

Schönberg en het ontstaan van de dodecafonie: algoritmische compositietechniek avant la lettre

Eindexamen muziek havo I

EXAMENEISEN voor het diploma KERKMUSICUS III (SGV in het bisdom Roermond)

1. Het ritme wat ik voor ga spelen bestaat uit twee bouwstenen en extra halve noot. Schrijf de nummers van de goede bouwstenen op de juiste plek.

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Dinsdag 22 juni uur

Algemene Muziektheorie

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend. per juist antwoord 1

Copyright Co Atpress

Online beginnerscursus. Piano

Correctievoorschrift VWO. Muziek (oude stijl en nieuwe stijl)

Theorie groep 2. Popcursus

Toonladders en 3-klanken. Toonladders en 3-klanken. Toonladders en 3-klanken. PHCC-G Walk-in. Beginselen van muziek-theo-rie.

1643) 1. Introductie 2. Melodische aspecten 3. Belangrijke cadensen 4. Gebruikte toonvoorraad. Analyse door Stan Kuunders,

Harmonieleer. Ralf Pisters. Conservatorium van Amsterdam

Examen VWO. muziek muziek. tijdvak 1 maandag 30 mei uur

Alles over akkoorden en akkoordverbindingen. Klassieke Harmonieleer

Eindexamen Muziek havo 2002-I

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend. Blok 1 The Solsonics - Jazz in the present tense

HOOFDSTUK 31 : MODI. Gibson Dubbelneck

Correctievoorschrift VWO

Muziek en het Oor van de Luisteraar

Transcriptie:

Reflets dans l eau We kiezen uit het rijke piano-oeuvre van Debussy de Image Reflets dans l eau, de eerste Image uit het eerste boek Images. Het is een sterk voorbeeld van impressionistische vaagheid, die bereikt wordt door technische perfectie. Die vaagheid ligt op de eerste plaats, zoals in bijna al zijn werk, in de verschuiving van melodisch materiaal (motieven, personen ) dat zich aftekent tegen een decor, naarjuist het tegenovergestelde, primair decors, waarbinnen melodische gegevens meer toevallige achtergrondfiguren worden, die zich niet of nauwelijks ontwikkelen. De emotionele impact wordt verplaatst naar de schoonheid van de omgeving. Ook de tonaliteit is niet scherp geprofileerd: volledige cadenzen worden gespaard voor belangrijke structurele momenten. Daarnaast hebben plagale (S-T-)kadenzen (of eventueel zwakke D-T-kadenzen) de voorkeur. Impressionisme staat voor een statische situatie, aangezien niet de dynamiek van de emotie, maar stil-staande beelden object zijn. Plagale kandenzen zoals F C, D 7 C, As 7 C hebben de c gemeenschappelijk, waardoor een orgelpuntsgewijze stemvoering (rechte lijnen) meer kans krijgt en rust wordt gegarandeerd. Vooral de cadens As 7 C heeft Debussy s voorkeur, zoals we zullen zien. Op het vlak van het ritme wordt boven een kadans, die bij Debussy voorop blijft staan (ritmisch orgelpunt), verfijnde nuanceringen aangebracht, die zo typerend zijn voor de ongrijpbaarheid van natuurprocessen (zie de metrische verschui-vingen in het notenvoorbeeld vanaf maat 1): Hier zien we ook de belangrijkste samenklanken: op de eerste plaats de karakteristieke versmelting van tonica en tonica-parallel Des en Bes klein (ook subdominant Ges en Es mineur), samenvallend in respectievelijk Ces en Ges 6. De majeur drieklanken worden hierdoor onbestemder en zacht van kleur. De belangrijkste tonica akkoorden zijn Des 6 en Des. Het contrast daartussen zien we in de maten 1/2 en 3/4. De scherpe c van Des lost op in de weke Bes van Des 6. Meer nog wordt dit spanning-ontspanning effect bereikt door de cadenzering. De eerste twee maten S en T, de tweede twee maten T. Hier wordt al direct het hoofdgegeven van het stuk in de midden-stem geïntroduceerd. Zoals meestal bij Debussy heeft het weinig melodische allure; het zijn gebaren zonder kop of staart. Dit brengt ons thans tot de totaal-vorm: A, waarin bovengenoemd motief centraal staat, B (maat 19) met centraal het motief dat we zien in notenvoorbeeld 3, dan weer A, waarna B en afsluitend A. Schematisch, met tonale centra: A B A B A Des As Des Es Des T D T S T (ook de totaalstructuur is plagaal!)

Debussy bedient zich van vele octotone varianten van de verschillende hoofdfuncties. In Des: T S D Des Es As Bes E C Fis F B G A D In Es: D T S In As: S D T In het volgende fragment kunnen we een aantal harmonische progressies even onder de loupe nemen. Maat 10 (de nazin van het eerste notenvoorbeeld): onder het melodisch gebeuren schuiven septiemakkoorden chromatisch op van As 7 (D) via B 7 (D) naar Des 7 (T), dat tevens dominant wordt van subdominant Ges 6, gevolgd door As 7 (D), voorlopig oplossend in een zeer onbestemd kwartenakkoord, een mengsel van tonica s G- en Bes, maar definitief in maat 16, waar een pentatonische passage leidt naar een nieuw tooncentrum. In feite As, maar voorlopig vervanger Fm 6. Wat daarna gebeurt (B-gedeelte) is zeer karakteristiek: alle subdominanten van As (Des, E 7, G 7, Bes 7 ) passeren de revu, waaruit één resteert: E 7 (Sx, Debussy s meest geliefde subdominant). Boven dit akkoord klinkt het kernmotief van het B-gedeelte, plagaal uitkomend op tonica As.

De overgang naar het tweede A-gedeelte is qua zetting vergelijkbaar met het begin van het tweede notenvoorbeeld, en omspeelt een C 7 akkoord, dat dominantfunctie had, en nu in Des weer subdomant, gevolgd door As 7 Des. In het B -gedeelte wordt van dezelfde plagale kadensering uitgegaan als in B. Het eigenlijke tooncentrum Es wordt pas bereikt op het hoogtepunt van het stuk, maat 56. Eerst wordt een rijk décor geschilderd boven een orgelpunt G, afwisselend met halfverminderd (g-besdes-f) en heletoons (G ), waarboven uiteindelijk het motief uittorent, plagaal oplossend in B 7, dat weer op dezelfde wijze cadenseert naar Es, en passant nog even subdominant D 7 en As 7 meenemend. De rust keert in het B -gedeelte terug met vervangende tonica s van Es: Fism, Cm en A (maat 66 e.v.).

De tonica A wordt de link naar het laatste A-gedeelte d.m.v. de volledige candens: A As 7 Des T=S D T. De afsluiting is geheel plagaal, waardoor de des orgelpunt kan blijven: A, Ges en Es- 7 als subdominanten. In bijgaand schema is ook nog te zien hoe het hele muzikale proces door twee uiteenlopende lijnen wordt bepaald, en tevens met welke kleuren (modi) de componist schildert. pentatoniek (5) heletoons (6) majeur en mineur (7) natuurtoonladder (7n) (maat 25: e fis gis ais b cis d e)

octotoniek (gemengd met chromatiek: bv. maat 10 en 54/55; in t algemeen: de hele tonale samenhang) Bij Debussy is, anders dan men door de beperkingen die de conservatieve notatie met zich meebrengt zou vermoeden, nooit sprake van alteraties. Alle 12 tonen komen onafhankelijk voort uit verschillende modaliteiten, zowel vertikaal als horizontaal.