EVP-Basisprogramma. (Aangenomen door het EVP-congres in Boekarest, 17-18 oktober 2012)



Vergelijkbare documenten
EVP-Basisprogramma. Aangenomen door het EVP-congres in Boekarest, oktober 2012

Beginselverklaring van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie, 1980

BEGINSELVERKLARING. Vastgesteld door de 125 e algemene vergadering op 15 november 2008 te Rotterdam

INLEIDING. De Europese Alliantie voor de Vrijheid verdedigt de volgende belangrijke veranderingen:

EUROPA: HET IS ONZE TOEKOMST

COMPENDIUM VAN DE SOCIALE LEER VAN DE KERK

EUROPA: HET IS ONZE TOEKOMST

WAAR WIJ VOOR STAAN. Socialisten & Democraten in het Europees Parlement. Fractie van de Progressieve Alliantie van

CHRISTENEN IN DE SAMENLEVING

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU

Luc Van den Brande Laten we samen aan Europa bouwen

SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE

De Europese Unie is niet alleen een munt of een markt, maar ook een Unie die gebouwd is op gemeenschappelijke waarden.

Manifest voor de Rechten van het kind

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1

Keurmerk: Duurzame school

UNIVERSELE VERKLARING van de RECHTEN van de MENS: De 30 artikelen:

waardigheid participatie gelijke rechten solidariteit individuele vrijheid

VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER

Hoge Raad voor Vrijwilligers over het EYAA 2012 (European Year of Active Ageing 2012)

Beginselen van de politieke partijen die in 2006 in de Tweede Kamer vertegenwoordigd waren

12 RICHTLIJNEN VOOR INTERRELIGIEUZE DIALOOG OP LOKAAL NIVEAU

Ankerpunten voor morgen

Tweede Europese Forum over de cohesie Georganiseerd door de Europese Commissie

Embargo tot de datum waarop deze toespraak wordt gehouden / toetsen aan deze datum

NAAR EEN EUROPA VOOR ALLE LEEFTIJDEN

Verklaring van Zweden

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

8301/18 van/pau/sl 1 DG E 1C

EUROPESE SOCIAAL-DEMOCRATEN: VOORSTANDER VAN DE EUROPESE GRONDWET

Religie, christendom en politiek vanuit filosofisch perspectief

Brussel, 27 februari 2007 (01.03) (OR. fr) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 6855/07 SOC 78

ILO-VERKLARING BETREFFENDE DE FUNDAMENTELE PRINCIPES EN RECHTEN OP HET WERK

levensbeschouwelijke identiteit van catent Scholen zijn als bomen Leven niet alleen Zonder grond en wortels Leeft geen school, niet één

Wie zijn wij? Waar staan wij voor? Onze mensen

Samenvatting Economie H 6

Overwegende, dat het van het hoogste belang is om de ontwikkeling van vriendschappelijke betrekkingen tussen de naties te bevorderen;

PUBLIC. Brussel, 21 september 2005 (27.09) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 12470/05 LIMITE JEUN 47 EDUC 134 SOC 355

Samen voor een sociale stad

EUROPEES PARLEMENT. Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Concept-Beginselverklaring VVD-2008

GENDERGELIJKHEID SOLIDARITEIT ACTIE. De werkzaamheden van GUE/NGL in de Commissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid van het Europees Parlement

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Hoe hieraan exact wordt vormgegeven binnen onze school, wordt duidelijk in dit document.

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar BRIEF VAN DE VICE-VOORZITTER VAN DE EUROPESE COMMISSIE

Principes voor gedrag door de onderneming

Standaard Eurobarometer 84. Die publieke opinie in de Europese Unie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie vrijheden en rechten van de burger, justitie en binnenlandse zaken. 20 juni 2003 PE /6-24 AMENDEMENTEN 6-24

Buitenlandse handel. Europese Schoolagenda De volgende pagina s zijn afkomstig uit de Europese Schoolagenda 2009/2010.

Verklaring omtrent de sociale rechten en de industriële betrekkingen bij LEONI

DE VERDRAGEN VAN MAASTRICHT EN VAN AMSTERDAM

obs Jaarfke Torum CL Scheemda Postbus ZH Scheemda

Europees Handvest inzake lokale autonomie

BIJLAGEN. bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. Een nieuw EU-kader voor het versterken van de rechtsstaat

Maatschappelijke kwetsbaarheid. Deskundige en onafhankelijke ondersteuning. Gemeenschappelijke problemen

VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHT: HOE ZIET DE TOEKOMST ERUIT? OPENBARE RAADPLEGING WAAR STAAN WE NU?

8653/19 voo/mak/hh 1 TREE.1.B

9011/1/15 REV 1 jwe/van/sl 1 DG B 3A

Code VINCI Leveranciers Global Performance Commitment

EUROPEES PARLEMENT. Commissie interne markt en consumentenbescherming PE v01-00

Toezicht en moraliteit.

Algemene beschouwing

DA91 Beginsel Programma

UNIVERSELE VERKLARING VAN DE RECHTEN VAN DE MENS

Gemeentelijke basisschool De Knipoog Cardijnlaan Vorselaar 014/ / /

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 maart 2015 (OR. en)

A D V I E S Nr Zitting van vrijdag 10 oktober

Examenprogramma maatschappijleer havo/vwo

Opdrachtsverklaring Missie - Visie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0299/59. Amendement. Marco Zanni, André Elissen, Stanisław Żółtek namens de ENF-Fractie

Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0230/15. Amendement. Lorenzo Fontana, Vicky Maeijer namens de ENF-Fractie

Van Waarde(n) HUB 28 november 2015, Miranda Meijerman

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010

Historie. Oprichting van de NDP. Missie en visie

BESCHERMING TEGEN DISCRIMINATIE VOOR Ú

Van gunsten naar rechten voor leerlingen met beperkingen. Het VN-Verdrag over de rechten van personen met een handicap en onderwijs

EUROPEES PARLEMENT. Commissie rechten van de vrouw en gelijke kansen

MANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND

Boodschap aan de vijfde Top Europese Unie Latijns-Amerika en het Caribisch gebied op 16 en 17 mei 2008 in Lima

VLAAMS PARLEMENT VOORSTEL VAN DECREET. van de heer Chokri Mahassine c.s. houdende evenredige participatie op de arbeidsmarkt AMENDEMENTEN

ANNEX Initiatiefnemers van het EBI Definitie van een Onvoorwaardelijk Basisinkomen

Een nieuwe sociale Europese interne markt

Democratiequiz met achtergrondinformatie over democratie en rechtstaat

Eindexamen vwo maatschappijwetenschappen 2013-I

ING ENVIRONMENTAL APPROACH

PROCESDOEL 3 HUMANISEREN VAN HET SAMENLEVEN MET ANDEREN

Van belang. Het verhaal van de Nederlandse Vereniging van Banken

EUROPEES PARLEMENT. Recht en Criminaliteit in cyberspace

ZEG JA TEGEN DE BESCHERMING VAN KINDEREN!

Algemene Beleidsuitgangspunten

De evolutie van de preventie in een Europees kader

Regeringsverklaring. woensdag 31 december "Werken aan het vertrouwen"

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming H9 en H10

EUROPEES PARLEMENT Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken ONTWERPVERSLAG

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen C 165/23

Hierbij gaan voor de delegaties de conclusies die de Europese Raad op bovengenoemde bijeenkomst heeft aangenomen.

INDUSTRIE EN SAMENLEVING HET VIZIER OP De bijdrage van de industrie aan de kwaliteit van leven in 2025

Transcriptie:

INDEX Inleiding... 2 Deel I: Waarden... 6 Het mensbeeld... 6 Vrijheid en verantwoordelijkheid... 7 Waardigheid en fundamentele gelijkheid... 9 Gerechtigheid... 9 Solidariteit... 10 Eerbiediging van de integriteit van de aarde en de Schepping... 11 Subsidiariteit en verscheidenheid... 11 Onze maatschappijvisie... 13 De sociale markteconomie... 13 Godsdienst en politiek... 14 Deel II: Nieuwe uitdagingen voor onze samenlevingen... 16 Wereldomvattende uitdagingen... 16 Samenleving en cultuur... 18 Gezin en demografie... 19 Onderwijs en jeugd... 21 Immigratie en integratie... 21 Economische, sociale en territoriale samenhang... 22 Verdieping van het ethische debat... 24 De rol van politieke partijen... 24 Bescherming van nationale minderheden... 26 Het belang van de regio's... 26 Vrijheid in het internettijdperk... 27 Deel III. De Europese Unie... 28 De EU - Een Unie van Waarden... 28 Europa in een geglobaliseerde wereld... 29 Wat kan Europa beter doen? Subsidiariteit en vermogen tot handelen... 38 Economie, arbeidsmarkten, innovatie... 39 Onderwijs en onderzoek... 42 Uitbreiding... 42 Milieu, klimaatverandering en energie... 43 Immigratie en integratie... 44 Demografische veranderingen... 44 Dichter bij de burgers - De toekomst van de Europese instellingen... 45 Economische en monetaire unie... 47 Burgers voorop... 51 Ter afronding... 54

2 EVP-Basisprogramma (Aangenomen door het EVP-congres in Boekarest, 17-18 oktober 2012) Inleiding 001. De Europese Unie (EU) en haar lidstaten staan voor ernstige en ongekende uitdagingen. Die bieden ook nieuwe kansen. Indien de uitdagingen niet worden aangepakt en de kansen niet worden benut, riskeert Europa permanente crisis, stagnatie en verval. Indien we de uitdagingen aanpakken en onze mogelijkheden goed benutten, kunnen we de crisis overwinnen, Europa versterken en leiden naar meer welvaart. 002. Onze politieke familie vormt de drijvende kracht achter de Europese integratie. De Europese christendemocraten stichtten in 1976 de Europese Volkspartij (EVP), toen de eerste Europese partij. Ze is de partij van het centrum en centrum-rechts. Na het einde van de Koude Oorlog, twee decennia geleden, heeft deze partij mee de basis gelegd voor een eengemaakt en vrij Europa. In de jaren negentig van de vorige eeuw werd de eenmaking versterkt en werd de snelle expansie van Euro-Atlantische instellingen voorbereid. In dat decennium overheerste een gevoel van optimisme over de mondiale verspreiding van de vrije democratie en de sociale markteconomie. De EVP nam bij deze ontwikkelingen het voortouw. Het EVP-basisprogramma goedgekeurd in Athene 1992, weerspiegelt die tijdsgeest. Dat blijkt ook uit de verklaring de Unie van Waarden in Berlijn 2001 over de uitbreiding van de EVP aan de vooravond van de toetreding tot de EU van de Centraal- en Oost-Europese democratieën. 003. De strijd tegen armoede, geweld, het gebrek aan respect voor menselijke waardigheid en mensenrechten blijven wereldwijd belangrijke uitdagingen. In het eerste decennium van de 21 ste eeuw staken nieuwe uitdagingen de kop op. Het Westen voert wereldwijd een toenemende mondiale strijd zonder voorgaande met opkomende economische machten. Weliswaar wint het democratische gedachtegoed terrein in sommige delen van de wereld, maar elders voeren verholen autoritair bestuur en fundamentalistische, antiwesterse denkwijzen de boventoon. Deze ontwikkeling vereist een nauwere trans-atlantische samenwerking. Klimaatverandering, de aantasting van het

3 milieu, de uitputting van natuurlijke rijkdommen, migratiegolven, de volatiliteit van de mondiale markt, falende staten, terrorisme en internationale criminele netwerken vereisen een betere mondiale samenwerking. 004. De EU, die na een lang en complex proces haar structuren heeft hervormd, moet nu haar economische en politieke bestuur verbeteren. Zij moet tevens haar concurrentiekracht en duurzame en inclusieve groei herwinnen alsook voortdurend inspanningen leveren om het vertrouwen van de burgers in de Europese instellingen en in het Europees project te versterken. Tegen de achtergrond van veelvuldige demografische uitdagingen, worden de EU en haar lidstaten geconfronteerd met een tijdperk van afbouw van de schuld met een omvang zonder voorgaande. Tot de demografische uitdagingen behoren een vergrijzende bevolking, de noodzaak om veel immigranten doeltreffender en sneller in de maatschappij te integreren - vaak onder druk van technologische innovatie - en jongeren kansen te bieden. Het maatschappelijk middenveld en maatschappelijke organisaties worden belangrijker dan ooit tevoren. 005. Al deze uitdagingen, zowel mondiaal als Europees zowel collectief als individueel, kunnen alleen met succes worden aangegaan als we uitgaan van fundamentele waarden. Deze waarden zijn in de afgelopen twintig jaar onveranderd gebleven. Sinds 2000 is het aantal aangesloten EVP-lidpartijen bijna verdubbeld. Vooral vanuit Centraal- en Oost- Europa sloten centrum- en centrum-rechtse partijen aan bij de EVP. Zij hebben daarmee de politieke reikwijdte van onze familie vergroot en haar verrijkt met nieuwe ideeën, die hun oorsprong vinden in hun ervaringen vanuit het verleden. Omdat zij een rol hebben gespeeld bij de bevrijding van hun landen van het communisme beseffen zij, veel sterker dan anderen, dat vrijheid en mensenrechten niet vanzelfsprekend zijn, maar elke dag weer moeten worden beschermd. Verenigd in een politieke familie die nu ruimer is dan ooit tevoren, bekrachtigen wij daarom eens te meer onze verbintenis met de gezamenlijke kernwaarden van de EVP. 006. Deze waarden zijn: de waardigheid van het menselijk leven in elke fase van zijn bestaan, vrijheid en verantwoordelijkheid, gelijkheid en gerechtigheid, waarheid, solidariteit en subsidiariteit. Zij ontspruiten aan het christelijke mensbeeld. Het algemene welzijn is het einddoel. Om dat te bereiken is een sterke, civiele samenleving onontbeerlijk. Daarbij laten wij ons leiden door de rede en de ervaringen uit het verleden. In onze politieke en

4 maatschappelijke keuzes laten wij ons inspireren door de constante noodzaak aan verandering en het juiste gebruik van instrumenten om die verandering te bewerkstelligen, evenals respect voor het verleden en de wijze waarop onze waarden erkenning hebben gevonden en de interpretatie ervan zich heeft ontwikkeld. 007. Wij zijn ervan overtuigd dat zonder een sterkere EU het welzijn voor iedereen niet kan worden bereikt en onze kernwaarden niet kunnen worden verwezenlijkt. Voor deze Unie zijn de vrije democratie en de sociale markteconomie wezenskenmerken. Een sterkere EU vraagt om meer samenwerking en vereist dat op sommige gebieden de toepassing van de communautaire methode in de Europese besluitvorming in stand wordt gehouden of zelfs wordt uitgebreid. Cruciaal voor het toekomstige succes van het Europese project is het maatschappelijk draagvlak voor dit project. Omdat jongere generaties vrede, welvaart en veiligheid vaak als iets vanzelfsprekends zien, moeten we meer nadrukkelijk uitleggen dat de huidige vrede en welvaart, nu op het hoogste peil sinds de Tweede Wereldoorlog, het resultaat zijn van verstandig en moedig beleid. Dat beleid heeft geleid tot het ontstaan van de EU en heeft haar gesteund doorheen haar evolutie. We moeten uitleggen dat de economische voordelen die het gevolg zijn van de Europese integratie aanzienlijk de nadelen overstijgen. 008. De combinatie van deze kernwaarden en instrumenten vormt een samenhangend geheel waarmee wij ons onderscheiden van al onze politieke concurrenten. Socialisme en de radicale milieubeweging geven niet dezelfde prioriteit aan vrijheid, persoonlijke verantwoordelijkheid en subsidiariteit. Het liberale gedachtegoed heeft geen oog voor solidariteit en inherente waarden. Populisme en de radicale milieubeweging staan op gespannen voet met vooruitgang, democratie en de sociale markteconomie. Populisme, nationalisme en euroscepticisme zijn onverenigbaar met een sterke en efficiënte EU die de uitdagingen van de toekomst het hoofd kan bieden. 009. De EU bevindt zich in een diepe economische crisis ten gevolge van ongebreidelde uitgaven gedurende decennia, ten gevolge van een gebrek aan concurrentiekracht van sommige lidstaten, ten gevolge van verkeerde praktijken, ten gevolge van een gebrek aan regelgeving voor de financiële markten en gebrekkige instrumenten om fundamentele problemen in de lidstaten en op Europees niveau aan te pakken. Om opnieuw duurzame economische groei te realiseren en om de toekomstige welvaart in de hele EU veilig te

5 stellen, moeten we meer mensen aan het werk krijgen en ervoor zorgen dat zij langer werken. Dit kunnen we enkel bereiken indien we steunen op de waarden waaraan onze politieke familie zo sterk is gehecht. We zullen de economische en monetaire unie moeten verdiepen, het economisch bestuur versterken en betere en efficiëntere coördinatieinstrumenten ontwikkelen in fiscaal en grensoverschrijdend sociaal beleid. Ook moeten we onverminderd onze concurrentiekracht op de geglobaliseerde markten blijven versterken, onbenutte groeimogelijkheden aanboren en protectionistische en versplinterde markten bevrijden van overregulering en bureaucratie. Wij beseffen dat deze doelstellingen niet gemakkelijk bereikt zullen worden, maar indien onze politieke familie deze uitdagingen niet aanpakt, dan zal niemand anders het doen. 010. Twintig jaar geleden verkeerde Europa in een overwinningsroes. Inmiddels zijn er veel nieuwe uitdagingen bijgekomen, maar is er ook enorme vooruitgang geboekt op het gebied van een stabieler en welvarender Europa. Onze politieke familie heeft in dit proces de voortrekkersrol gespeeld en zal dit blijven doen door vast te houden aan haar kernwaarden maar ook door haar strategieën af te stemmen op de uitdagingen van vandaag en morgen. De taken die voor ons in het verschiet liggen, zijn het versterken van het besef van doel en richting, om deze waarden opnieuw te bekrachtigen, om ze toe te passen op de uitdagingen en mogelijkheden die voor ons liggen en om vanuit deze waarden de politieke strategieën te ontwikkelen waarmee we de EU helpen de huidige kritieke situatie te bezweren. Samen kunnen we bouwen aan een Europa dat stabiel, vrij en welvarend is, veilig is voor onze kinderen en goed voor de wereld.

6 Deel I: Waarden Het mensbeeld 101. Wij, de partijen die samen de EVP vormen, bekrachtigen de onvervreemdbare waardigheid van elke mens, vanaf het begin en in elke verdere fase van zijn bestaan. Wij beschouwen de mens niet als het object maar als het subject van de geschiedenis. Wij erkennen de joods-christelijke waarden en het Grieks-Romeinse erfgoed als onze fundamenten. Wij beschouwen iedere man en iedere vrouw als een uniek menselijk wezen, dat onvervangbaar is, volkomen onherleidbaar, van nature vrij en vatbaar voor transcendentie. Wij verklaren in het bijzonder dat mannen en vrouwen allen van nature even waardevol en betekenisvol zijn en derhalve van nature gelijkwaardig. Zij hebben dezelfde rechten en plichten. 102. Wij hechten veel waarde aan het juiste evenwicht tussen traditie en moderniteit; ze vullen elkaar aan. Enerzijds respecteren wij de instellingen en waarden die de Europese geschiedenis hebben bepaald en hebben geleid tot stabiele, samenhangende samenlevingen. Anderzijds laten wij ons leiden door twee fundamentele ideeën die ten grondslag liggen aan de moderniteit: Vooruitgang, de idee dat wij kunnen en moeten werken aan een betere toekomst door voortdurende verandering, en de Europese Verlichting, met haar oproep om onszelf te bevrijden van zelf opgelegde afhankelijkheid door beroep te doen op de rede. 103. Omdat mensen vrij, verantwoordelijk en onderling afhankelijk zijn, nemen zij actief deel aan de constructie en verbetering van de samenleving. 104. Vrijheid is een onvervreemdbaar deel van de mens. Iedereen heeft het recht en de plicht om de volledige verantwoordelijkheid te dragen voor zijn daden en die te delen met zijn naasten en alle anderen om de integriteit van onze geschapen wereld te vrijwaren. 105. Vooruitgang is het resultaat van veelvuldige inspanningen om het welzijn van allen te bereiken via verschillende wegen, met vallen en opstaan, en via dialoog. De mens bereikt de waarheid niet vanzelf en de mens is van nature feilbaar. Daarom erkennen wij dat

7 niemand een perfecte samenleving zonder pijn of conficten kan ontwerpen, laat staan opbouwen. Wij verwerpen elke vorm van totalitarisme dat op een dergelijke ambitie is gebaseerd. Elke mens is in staat zijn eigen idee van wat goed is, te hebben, na te jagen en te herzien. In een democratische rechtsstaat worden mensen met verschillende opvattingen over wat goed is met hetzelfde respect en dezelfde zorg bejegend, mits aan deze opvattingen uitdrukking wordt gegeven volgens de waarden van tolerantie en indien ze democratisch zijn. 106. Het gedachtegoed en het politieke handelen van de EVP zijn gebaseerd op fundamentele, onderling afhankelijke, even belangrijke en universeel toepasbare waarden: vrijheid en verantwoordelijkheid, fundamentele gelijkheid, recht, waarheid, solidariteit en subsidiariteit. Wij achten deze waarden universeel, niet uitsluitend westers, hoewel zij historisch gezien wel in het Westen zijn ontstaan en zich hebben ontwikkeld in dialoog met andere culturen. Dit geldt nadrukkelijk voor de gelijkheid van vrouw en man, de scheiding tussen staat en religieuze instellingen, de scheiding van machten, democratie en de rechtsstaat. Vrijheid en verantwoordelijkheid 107. Gedurende ruim twee decennia hebben we in Europa meer verenigd en vrijer geleefd dan ooit tevoren. Dit is deels het gevolg van een proces van Europese integratie, waarvan het succes alle verwachtingen heeft overtroffen. Maar het is tevens het gevolg van de bevrijding van Midden- en Oost-Europa van het totalitaire communisme en de bevrijding van sommige Zuid-Europese landen van autoritaire regimes. De ervaring dat totalitarisme en dictatuur zijn afgeworpen, dat het beroven van fundamentele individuele en politieke rechten werd uitgeroeid, dat werd gestreden voor vrijheid, waarbij het persoonlijke welzijn en soms zelfs het eigen leven op het spel zijn gezet, is een verrijking voor heel Europa. In onze politieke familie heeft dit geleid tot een nog sterkere en onomkeerbare inzet voor de menselijke vrijheid en een consequente afwijzing van totalitair en autoritair bestuur. Zelfs na 20 jaar kunnen (en mogen) de inspanningen van deze partijen, die actief zijn in voormalige communistische landen, om democratische waarden hoog te houden, niet verslappen vanwege de ingebakken en hardnekkige autocratische tradities of vanwege het feit dat opvolgers van voormalige communistische partijen het doen voorkomen alsof ze zich hebben bekeerd tot Europese normen.

8 108. Wij geloven dat echte vrijheid samengaat met autonomie en verantwoordelijkheid, niet met onverantwoordelijke onafhankelijkheid. Van echte gerechtigheid en solidariteit kan alleen sprake zijn indien vrijheid door iedereen als een wezenlijke voorwaarde wordt aanvaard. 109. Volgens deze gedachte draagt iedereen verantwoordelijkheid jegens de integriteit van de geschapen wereld. Personen, groepen, gemeenschappen, volkeren, naties en staten dienen daarom verantwoording af te leggen aan elke levende mens, ook aan toekomstige generaties, die ieder afzonderlijk een uniek onderdeel vormen van de geschapen wereld. 110. Daarom streeft de EVP ernaar om iedereen in staat te stellen om in hun dagelijkse bestaan hun onvervreemdbare rechten, waarvan wordt erkend dat deze aan iedereen toebehoren, uit te oefenen. Dit behelst zowel het recht om hun gaven, talenten en mogelijkheden ten volle te ontplooien en te benutten als de plicht om deze in dienst te stellen van de gemeenschap en om te allen tijde ernaar te streven de waarden van gerechtigheid en solidariteit in relatie tot anderen toe te passen. 111. Overheden ontlenen hun legitimiteit aan de noodzaak om de geschikte voorwaarden te scheppen voor de persoonlijke ontplooing van allen, zowel als individu als in gemeenschappen. Elke gezagsdrager, openbaar of particulier, moet, ongeacht het niveau van uitoefening, derhalve in de bres springen voor het algemeen belang en het welzijn van de gehele mensheid beschermen, met speciale aandacht voor de allerarmsten en de meest kwetsbaren, in alle omstandigheden. 112. Het algemeen welzijn mag echter niet worden verward met de optelsom van alle individuele belangen. Deze belangen dienen evenwel altijd verenigbaar te zijn met een gepaste eerbeid voor de rechten van elke persoon: individueel, burgerlijk en politiek, economisch en maatschappelijk, religieus, cultureel en collectief. 113. Het recht van volkeren op zelfbeschikking en de vrije uitoefening van hun legitieme rechten kan niet worden ingeroepen om wie ook het recht te ontzeggen om zijn of haar grondrechten uit te oefenen of om het volk op het pad van geweld te leiden.

9 114. Deze eerbied voor de vrijheid en gelijkwaardigheid van anderen dient volgens de EVP ook naar voren te komen in de manier waarop wij met elkaar omgaan, discussiëren en communiceren, vooral ook in het publieke debat, ongeacht de opvatting en overtuiging van anderen, en in de manier waarop wij spreken over andere groepen en hun overtuigingen, minderheden en instellingen. 115. Wij vinden het nodig om het recht op gewetensbezwaar te eerbiedigen. Waardigheid en fundamentele gelijkheid 116. Alle mensen hebben gelijke rechten omdat ze van nature dezelfde intrinsieke waardigheid hebben. In relatie tot anderen wordt de vrijheid van ieder persoon daarom begrensd door de eerbiediging van de vrijheid en waardigheid van anderen, als afgeleide van de erkenning van diezelfde fundamentele gelijkheid. Niettegenstaande hun onderlinge verschillen op het gebied van gaven, talenten en vaardigheden moet iedere persoon zich in vrijheid en gelijkwaardigheid kunnen ontplooien ongeacht zijn of haar afkomst, geslacht, leeftijd, ras, seksuele gerichtheid, nationaliteit, godsdienst, overtuiging, maatschappelijke rang of gezondheidstoestand. Gerechtigheid 117. Uit de rechtsidee volgt dat de noodzakelijke voorwaarden voor individuele personen en de gemeenschap waartoe zij behoren, afhankelijk van hun aard en doelstellingen, om hun vrijheid te doen gelden, te allen tijde moeten worden gewaarborgd. Het kenmerkende van gerechtigheid is dat aan elke individuele persoon zijn of haar rechten worden toegekend en dat er actief wordt gestreefd naar gelijke kansen en een leven in de samenleving dat is gebaseerd op wederzijds respect. Het is de verantwoordelijkheid van de staat, van sociale partners en het maatschappelijk middenveld om via wetgeving, samenwerking en participatie op alle niveaus - particulier, nationaal en internationaal - sociale rechtvaardigheid te waarborgen. 118. Een dimensie van gerechtigheid is eerbiediging van de wet en de onpartijdige toepassing ervan. Burgers moeten voor de wet gelijk zijn. Wetten evolueren voortdurend conform de dynamiek van de beschaving en technische vooruitgang, maar ze moeten

10 altijd oog hebben voor de menselijke waardigheid en de mensenrechten. Ze moeten in vrijheid worden aanvaard door het volk en de gemeenschap waartoe het behoort. 119. Wetten moeten evolueren op basis van de universele eerbiediging van de fundamentele en onbetwistbare rechten van mensen, zoals deze zijn omschreven in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens van 1948, in het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden van 1950 en het Handvest van de Grondrechten van de EU zoals deze zijn bevestigd in het Verdrag van Lissabon van 2009. 120. Recht mag niet willekeurig zijn of worden verward met de dictatuur van de meerderheid. Recht vereist respect voor de minderheid, aan wie geen meerderheid de vrije uitoefening van haar rechten kan ontzeggen. Recht vereist tevens dat maatregelen en beleid die niet verenigbaar zijn met fundamentele mensenrechten worden afgezworen. Solidariteit 121. Gerechtigheid en solidariteit zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Aangezien alles wat één persoon overkomt consequenties heeft voor anderen, duidt solidariteit op het besef van de onderlinge afhankelijkheid en de onderlinge verbondenheid van mensen. Het staat ook voor praktisch handelen, delen, effectieve hulpverlening en rechten en plichten met betrekking tot personen en de gemeenschap waartoe zij behoren. 122. Solidariteit is een gezamenlijke verantwoordelijkheid: de sterken dienen de behoeftigen te helpen en de behoeftigen dienen op hun beurt zelf inspanningen te verrichten om hun situatie te verbeteren in de mate waarin zij daartoe in staat zijn. 123. Door de eenheid van de mens in ruimte en tijd te bevestigen, zien we solidariteit niet alleen als een horizontaal gegeven tussen mensen van alle generaties en alle plaatsen, maar ook als een verticaal gegeven; verwijzend naar de legitieme belangen van toekomstige generaties en de eerbiediging van de Schepping. 124. Solidariteit begint thuis, in het gezin, en is onmisbaar voor het welzijn van allen binnen gemeenschappen, naties en de EU als geheel. Het subsidiariteitsbeginsel vereist

11 dat solidariteit altijd in balans wordt gehouden door individuele verantwoordelijkheid en zelfverwezenlijking. In een tijd van globalisering geven solidariteit en de afwijzing van hebzucht uitdrukking aan de erkenning van het welzijn van allen wereldwijd. De onderlinge afhankelijkheid en het gemeenschappelijk politiek doel van de EU-lidstaten vragen om Europese solidariteit. Institutionele solidariteit tussen Europese lidstaten onderling vereist echter dat de lidstaten hun wettelijke verantwoordelijkheid opnemen. Eerbiediging van de integriteit van de aarde en de Schepping 125. Wij verzetten ons tegen een onbedachtzame en onrechtvaardige uitbuiting van de Aarde zonder respect voor het begrensde zelfherstellende vermogen van de natuur. Ons mensbeeld vraagt om verantwoord beheer van de Aarde teneinde te voorzien in de gerechtvaardigde behoeften van allen. Zij moet de leefomstandigheden en de levenskwaliteit van iedereen verbeteren en tegelijkertijd duurzame ontwikkeling waarborgen ter bescherming van de gewettigde belangen van toekomstige generaties. Dit houdt in dat we, vanuit het voorzorgsbeginsel, geen beleid mogen voeren en geen praktijken mogen hanteren waarvan we de gevolgen in de toekomst niet kunnen overzien. Wij moedigen nieuwe technologie, onderzoek en innovatie aan, aangezien daarin de sleutel voor duurzame ontwikkeling ligt. De EU dient op dit gebied een voortrekkersrol te vervullen. 126. We dienen derhalve onze persoonlijke, nationale en Europese verantwoordelijkheid ten volle aan te wenden bij de aanpak van het probleem van klimaatverandering en we moeten op alle niveaus deze schadelijke evolutie tegengaan en ons beleid aan de gevolgen ervan bijstellen. 127. Strenge milieu- en maatschappelijke normen zijn essentiële voorwaarden voor goede leefomstandigheden. Wij geloven in het gezond verstand van de mensen zelf. Wetten dienen ervoor om het juiste kader te scheppen voor een geïnformeerde en beredeneerde besluitvorming. Subsidiariteit en verscheidenheid 128. Wij zijn van mening dat democratie een essentiële voorwaarde is voor het leven van mensen als burgers en voor welvarende samenlevingen. Democratie is altijd gebaseerd

12 op de rechtsstaat, de scheiding van machten en vrije verkiezingen. De betrokkenheid van burgers bij het openbare leven en bij besluiten die iedereen aangaan, vormt een wezenlijk element van democratie. Wij achten inspraak van burgers op alle niveaus een onmisbaar middel voor het bereiken van waarachtige democratie. 129. Het subsidiariteitsbeginsel betekent dat gezag moet worden uitgeoefend op het niveau waar het zowel het meest effectief is als het dichtst bij de burger staat, op voorwaarde dat het gezag op dat niveau daadwerkelijk kan worden uitgeoefend. Beleid, maatregelen en wettelijke kaders die het meest effectief zijn op Europees niveau moeten worden overgedragen aan de EU, terwijl taken die op toereikende wijze kunnen worden uitgevoerd op een lager niveau niet naar een hoger niveau mogen worden overgedragen. Alle bestuurslagen binnen de EU moeten op transparante wijze samenwerken teneinde deze taken te voltooien. 130. De grenzen die het subsidiariteitsbeginsel aangeeft, dragen tevens bij tot een specifieke scheiding van machten omdat zij concentratie van macht voorkomt. Wij bepleiten een sterk bottom-upsysteem, dat zich uitstrekt van mondige individuen en gezinnen en hun verbanden, lokale gemeenschappen, steden, regio's en lidstaten tot op het niveau van de EU. 131. Indien overheden fundamentele mensenrechten schenden, heeft de internationale gemeenschap van staten de plicht om beschermende maatregelen te treffen op basis van verdragen, conventies, overeenkomsten en andere teksten, en ook door een verplichting te codificeren om in te grijpen met gaandeweg strenger, maar altijd proportionele middelen om de schendingen een halt toe te roepen, waarbij tevens sprake moet zijn van strenge internationale, democratische controle. 132. De bestaansgrond van de soevereiniteit van staten bestaat erin het algemeen welzijn en het welzijn en de ontplooiing van hun burgers te waarborgen en om de internationale rechtsorde met respect voor de menselijke waardigheid te verdedigen en te herstellen. Dit betekent echter ook dat landen hun soevereiniteit moeten delen in supranationale en internationale organisaties als zij niet afzonderlijk in staat zijn effectief te handelen. Zij dienen hun krachten te bundelen in internationale en mondiale samenwerkingsverbanden en conventies.

13 Onze maatschappijvisie 133. Onze waarden moeten dienen als richtsnoer voor zowel de politieke orde als op het terrein van de economie, de maatschappij en de cultuur. 134. Economische ontwikkeling op basis van ieders bijdrage kan geen welzijn en vrede bevorderen tenzij de vruchten ervan worden gedeeld met het oog op het verbeteren van de leefomstandigheden van elke persoon en zijn of haar persoonlijke ontplooiing. Dat is ook de reden waarom wij voorstander zijn van de sociale markteconomie en ons geroepen voelen duurzame stelsels op basis van solidariteit en verantwoordelijkheid te ondersteunen en te ontwikkelen. 135. We moeten erover blijven waken dat misbruik van economische macht niet leidt tot een beperking van vrijheid, tot ongelijkheid of tot onrecht. Daarom is het van belang om de concurrentie tussen de krachten van de markt te waarborgen evenals solidariteit en sociale rechtvaardigheid te bevorderen. 136. Subsidiariteit komt niet alleen verticaal tot uitdrukking in het politieke stelsel maar ook horizontaal in de samenleving, mits die samenleving in vrijheid kan worden opgebouwd. Overheden dienen derhalve mensenrechten en fundamentele vrijheden te eerbiedigen, de betrekkelijke autonomie van maatschappelijke groeperingen te erkennen en te ondersteunen en niet de plaats in te nemen van het particulier initiatief tenzij dit zwak of niet aanwezig is. In diezelfde geest wil de EVP een krachtig maatschappelijk middenveld stimuleren door middel van de werkzaamheden van non-gouvernementele organisaties en de vorming van verenigingen. Ook zijn wij van mening dat de EU rechtstreeks relaties moet aangaan met verenigingen van producenten, consumenten, vakbonden, handelskamers en andere sociaaleconomische en maatschappelijke spelers. De sociale markteconomie 137. De idee van de sociale markteconomie is ontstaan in de donkerste periode van de Europese geschiedenis, in de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw, als tegengif tegen crisis, totalitarisme en oorlog. Met deze idee werd voortgebouwd op ideeën en beleid die in de negentiende eeuw en de eerste decennia daarna waren ontwikkeld door

14 maatschappelijke en kerkelijke organisaties. De sociale markteconomie is bovenal een uitermate politiek concept om de menselijke vrijheid te beschermen door middel van het behoud en de ontwikkeling van de markt. Zij is in Europa het duidelijkst tot uitdrukking gekomen in de politieke ideeën van christendemocraten in de eerste decennia na de Tweede Wereldoorlog en vormt een grondbeginsel van onze politieke familie. Zij staat voor een economische en maatschappelijke orde die is verankerd in verdragen en die persoonlijke vrijheid, rechten van particulier eigendom en vrije marktconcurrentie verzoent met sociale rechten, openbaar belang en duurzame ontwikkeling. Onze politieke familie moet de arbeids- en ondernemersethiek, die iedereen in staat stelt te voorzien in zijn of haar eigen levensonderhoud, opnieuw beklemtonen. De EVP is voorstander van een sterke sociale dialoog en heeft oog voor de belangrijke rol die sociale partners spelen. 138. De allerzwaksten van onze samenleving verdienen solidariteit voor zover zij niet in hun eigen levensonderhoud kunnen voorzien. Dit beleid mag echter nooit in tegenspraak zijn met het grondbeginsel van persoonlijke verantwoordelijkheid in een competitieve marktomgeving. Na de ervaring van een ernstige wereldwijde financiële en economische crisis moet het bevorderen en versterken van de beginselen van de sociale markteconomie op Europees en mondiaal niveau in een steeds meer met elkaar verstrengelde mondiale economie onze hoogste prioriteit vormen. Markten moeten zo vrij mogelijk kunnen opereren en oneerlijke praktijken en protectionistische maatregelen die de vrije concurrentie en vrije handel tegengaan moeten uit de weg worden geruimd. 139. Een sociale markteconomie op Europees en mondiaal niveau moet gebaseerd zijn op het beginsel van ecologische duurzaamheid. Dit houdt een toenemende aandacht in voor hernieuwbare energiebronnen, de geleidelijke afbouw van niet-duurzame energieproductie, het efficiënte gebruik van energie, het behoud van biodiversiteit en de bescherming en het herstel van natuurlijke hulpbronnen (water, lucht en land). Het betekent tevens dat economische groei de factoren moet ondersteunen die de levenskwaliteit van mensen bevorderen. Godsdienst en politiek 140. Wij, de lidpartijen van de EVP, bevestigen opnieuw het verband tussen christelijke waarden, die zijn gebaseerd op het Evangelie, en het christelijke culturele erfgoed en de

15 democratische idealen van vrijheid, fundamentele gelijkheid van alle mensen, sociale gerechtigheid en solidariteit. Tegelijkertijd benadrukken wij de scheiding tussen kerk en staat en de noodzaak om te onderscheiden tussen de rol van de kerk en de staat in de samenleving en tussen godsdienst en politiek. Het Evangelie is geen partijprogramma. Echter, bovenstaand onderscheid mag nooit een rechtvaardiging zijn om kerken uit het publieke domein te weren of leiden tot een devaluatie van de noodzaak aan voortdurende dialoog en interactie tussen het politieke en het godsdienstige domein. Deze dialoog moet worden versterkt. De EVP is blij met artikel 17 van het Verdrag betreffende de werking van de EU en beschouwt dit als een cruciaal instrument, bijvoorbeeld met betrekking tot de kwestie van de vervolging van christenen en andere godsdienstige groeperingen in de wereld. De vrijheid van godsdienst, inclusief het recht van bekering en het recht om geen godsdienst aan te hangen, staat op hetzelfde niveau als alle andere fundamentele mensenrechten. 141. Wij erkennen de Grieks-Romeinse en joods-christelijke wortels van onze beschaving en de Verlichting als bron voor onze inspiratie en we willen ons voornamelijk positioneren als een partij van waarden, evenwel niet confessioneel gebonden. Dit geldt zowel voor hen onder ons die in God geloven als bron van waarheid, gerechtigheid, het goede en schoonheid en voor wie gelooft dat de mensheid geroepen is om bij te dragen tot Gods werk van schepping en vrijheid als voor wie dit geloof niet deelt maar dezelfde universele waarden vanuit andere bronnen eerbiedigt. 142. Indien de EVP deze waarden verwerpt, verwaarloost of laat verwateren, zal zij verworden tot slechts een machtsinstrument, zonder ziel of toekomst, en verspeelt zij daarbij tevens de universele en oorspronkelijke aard van haar boodschap, die is gebaseerd op een globale erkenning van de onherleidbare complexiteit van elke mens en van het maatschappelijke leven.

16 Deel II: Nieuwe uitdagingen voor onze samenlevingen 201. De EVP-lidpartijen zijn de voortrekkers en de drijvende kracht achter het Europese Project. Dit project is nog niet voltooid. Het naoorlogse Europa is heropgebouwd, oorlog is inmiddels een dreiging uit een ver verleden, en de beweging in de richting van totalitarisme is omgekeerd; het continent is nagenoeg verenigd en kent meer vrede en welvaart dan ooit. Dat is evenwel geen reden voor zelfgenoegzaamheid. 202. De 21ste eeuw biedt ons niet alleen spectaculaire nieuwe mogelijkheden maar evenzeer uitdagingen en bedreigingen. Globalisering vraagt om een veelzijdig antwoord, maar dat moet wel een sterk en samenhangend Europees antwoord zijn. De enorme machtsverschuivingen op economisch en geopolitiek gebied vergen een nieuwe gezamenlijke streven naar innovatie en competentie gesteund op waarden evenals een visie en strategie op lange termijn. Demografische ontwikkelingen, klimaatverandering, bedreigde voedselzekerheid, afnemende biodiversiteit en nieuwe schaarsten maken ingrijpende veranderingen onvermijdelijk. 203. Wij geloven dat de wereldomvattende ontwikkelingen die zich in de afgelopen tientallen jaren hebben voltrokken een hernieuwde bevestiging zijn van het Europese sociale model en van de noodzaak om dit model verder uit te bouwen. Alleen zo kunnen wij concurrentiekracht behouden. Wereldomvattende uitdagingen 204. Na de overwinning op het totalitarisme, de ontwikkeling van de voorwaarden voor verzoening en het voorkomen van oorlog in Europa worden we geconfronteerd met een spectaculaire verschuiving in de machtsverhoudingen wereldwijd en de opkomst van een nieuw wereldlandschap. Dit gaat gepaard met ingrijpende demografische en economische veranderingen. Bovendien beperken culturele en financiële beperkingen de slagkracht van Europa om grotere geopolitieke verantwoordelijkheden op zich te nemen. Het einde van de Koude Oorlog en de succesvolle strijd tegen armoede en onderontwikkeling in vele landen scheppen nieuwe mogelijkheden voor vreedzame internationale samenwerking en een sterker mondiaal bestuur. Aan de andere kant doen zich in toenemende mate dreigingen voor als gevolg van regionale onzekerheid, falende staten, de zoektocht naar

17 natuurlijke hulpbronnen, onopgeloste territoriale geschillen, terrorisme en nieuwe en oude massavernietigingswapens die in handen vallen van landen en andere spelers. In dit nieuwe politieke landschap moet Europa zich ervan bewust zijn dat het zijn invloed op mondiale aangelegenheden, die tot dusverre aanzienlijk is geweest, makkelijk kwijt kan raken, mede ook doordat de Verenigde Staten, de voornaamste bondgenoot van Europa, haar aandacht steeds meer naar andere delen van de wereld verlegt. Deze kansen en bedreigingen op het gebied van internationaal en buitenlands beleid vergen een vooruitziend, toegewijd, sterk en creatief antwoord van de EU. Zij bieden een nieuwe rechtvaardiging voor een volgehouden en intensere Europese integratie. 205. Globalisering en de informatiemaatschappij vergroten de onderlinge afhankelijkheden en besmettingsrisico's tussen landen en tussen economische regio's. Zij kunnen derhalve veel sneller dan vroeger evolueren tot negatieve economische ontwikkelingen. Globalisering en toenemende onderlinge afhankelijkheid vormen voor de Europese economie echter niet alleen bedreigingen, maar bieden haar tevens enorme kansen. De groeiende koopkracht in vele delen van de wereld en de groeiende wereldhandel bieden nieuwe kansen voor de Europese export van goederen en diensten, terwijl de mondiale arbeidsdeling de kosten van veel basisproducten voor Europese consumenten heeft doen dalen. Er zijn miljoenen nieuwe banen gecreëerd. Maar aan de andere kant heeft diezelfde arbeidsdeling geleid tot aanzienlijk banenverlies op ons continent. Bovendien staat de concurrentiekracht van Europa op de wereldmarkt op ongekende schaal onder druk, vooral inzake bevolkingsopbouw, onderwijs, onderzoek en ontwikkelingspatronen, evenals gebrekkige geografische mobiliteit. Bovendien is het pijnlijk duidelijk geworden dat ons huidig patroon van buitensporige publieke en particuliere uitgaven, mogelijk gemaakt door leningen en kredietverstrekkingen, onhoudbaar is, niet alleen met het oog op toekomstige generaties, maar ook op de korte termijn. Het staat vast dat de economieën van de eurolanden enorm zijn gegroeid door de invoering van de euro. De invoering ervan is bijgevolg onomkeerbaar of kan enkel worden teruggedraaid ten koste van dramatische en onbeheersbare gevolgen. De hamvraag voor burgers en politici is of we bereid en in staat zijn om alle economische, financiële en institutionele consequenties van één munt te dragen. Als EVP worden we daarom geconfronteerd met de drievoudige uitdaging: een intensieve, brede hervorming en modernisering van onze economieën om te kunnen inspelen op de eisen van wereldwijde concurrentie; het herstel van het evenwicht tussen onze publieke en particuliere inkomsten en onze uitgaven zonder economisch verval en grootschalige werkloosheid, evenals het tot

18 stand brengen van institutionele hervormingen essentieel voor het handhaven van een gemeenschappelijke munt. De redding van het Europese Project in het licht van deze uitdagingen vergt visie en deskundigheid. 206. De industriële revolutie, bevolkingsgroei, technologische mogelijkheden en bovenal de enorme toename van productie en consumptie lopen tegen de grenzen aan van wat de Aarde kan voortbrengen en kan verdragen. In sommige gevallen is de maximale draagkracht al overschreden. Dit evenwicht herstellen is niets minder dan een zaak van overleving van de mensheid en vormt een fundamentele uitdaging voor deze en toekomstige generaties. Bovendien worden onze economieën al geconfronteerd met schaarste vooral wat energie betreft. Drastische wijzigingen in onze productie- en consumptiepatronen zijn onvermijdelijk en de opwarming van de aarde maakt ze nog dringender. Aan de andere kant kunnen bestaande technologieën en de ontwikkeling van nieuwe technologieën niet alleen alternatieven scheppen voor onhoudbare trends in onze economieën en levenswijze, maar bieden ze ook beloftevolle nieuwe perspectieven van verandering, innovatie, werkgelegenheid en groei. Het vergroenen van onze economieën biedt kansen - nationaal, regionaal en mondiaal - voor nieuw ondernemerschap en doortastende oplossingen voor schaarste. Het kan een nieuwe inkomstenbron vormen zowel voor moderne als voor tot dusverre minder ontwikkelde samenlevingen. Deze derde overkoepelende uitdaging is tegelijkertijd een onontbeerlijke nieuwe reden voor Europese samenwerking. Uitdagingen op milieugebied vergen immers oplossingen die de nationale grenzen overstijgen. De meeste daarvan vereisen een mondiale benadering, waarbij een pleidooi voor de visie en belangen van Europa enkel effect kan hebben als ze gepaard gaat met een sterk, gezamenlijk en vooruitziend beleid en aanpak. Samenleving en cultuur 207. Europa kent een lange geschiedenis van cultuur, rationaliteit, vooruitgang, kennis en humanisme. Als EVP geloven wij dat er een gemeenschappelijke Europese cultuur is die zich in mondiaal opzicht onderscheidt. Daarom pleiten wij voor een versterking van een maatschappelijke structuur die ruimte biedt aan gezinnen, plaatselijke gemeenschappen,

19 verenigingen van burgers, regio's en naties. Wij hechten grote waarde aan de eigen verantwoordelijkheid van burgers, aan een evenwicht tussen commerciële en non-profitinitiatieven, inclusief culturele activiteiten, en tussen betaalde en vrijwillige betrokkenheid. Dit verdient te worden ondersteund door de overheid. 208. Het aanmoedigen van een sterk besef van Europese identiteit, als essentiële voorwaarde voor een dynamische EU, moet zijn gebaseerd op de maatschappelijke, culturele en spirituele verscheidenheid van ons continent. Deze verscheidenheid omvat ook de bijdrage van andere godsdiensten dan het jodendom en christendom zoals de islam. 209. Tegelijkertijd dienen wij officiële lokale en regionale talen en het recht op onderwijs in de moedertaal op een voldoende aantal scholen enerzijds en meertalig onderwijs, waardoor Europese burgers in staat worden gesteld eenvoudig met elkaar te communiceren anderzijds, te beschermen en te bevorderen. 210. Wij zien dat er in de media een grote noodzaak bestaat voor het beschermen en bevorderen van waarden die losstaan van puur commerciële belangen en voor het ontwikkelen van eigentijdse culturele expressies. Dit geldt ook voor nieuwe media, de architectuur en ruimtelijke ordening, kunsten en de letterkunde alsmede het behoud van ons culturele erfgoed en de verrijking ervan door middel van het bevorderen van culturele uitwisseling en mobiliteit. Gezin en demografie 211. Het gezin is, volgens artikel 16 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, de natuurlijke en fundamentele groepseenheid van de samenleving en heeft recht op bescherming door de samenleving en de staat. Het gezin is onvervangbaar als de kerninstelling waar liefde en liefdadigheid, mededogen en menselijke solidariteit worden gekoesterd en geleerd. Op die manier verbindt het verschillende generaties. Het is de ruimte waarin ouders en kinderen verantwoordelijkheid nemen en elkaar solidariteit bewijzen. Hechte gezinnen vormen tevens een essentiële voorwaarde voor een betere demografische ontwikkeling.