Tonnaer Nieuwsbrief In dit nummer



Vergelijkbare documenten
Beleidsnota projectbesluit / partiële herziening bestemmingsplan. Gemeente Wijk bij Duurstede

Bestuursrechtelijke rechtsbescherming Opmerkingen

b e s l u i t : Pagina 1 van 7 Nr: De raad van de gemeente Barneveld; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nr.

Toelichting op de Coördinatieverordening

H. van Heugten raad juli 2010

Onderwerp Afwijken van het planologisch regime onder de Wabo (voorheen projectbesluit)

ANTICIPEREN OP DE OMGEVINGSWET (BOUWRECHT 2016/49)

Wijziging van de onteigeningswet

Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, 1e herziening. Gemeente Rucphen Vastgesteld

Bijlage ALGEMENE TOELICHTING

Beheersverordening Kornputkwartier

Beleidsregels binnenplans afwijken van het bestemmingsplan (artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1 Wabo)

Notitie. Beleid ten behoeve van. Ontheffingen in het kader van de Wet ruimtelijke ordening

Bestemmingsplanwijziging op eigen initiatief

Informatie van het college van burgemeester en wethouders aan de gemeenteraad

RAADSVOORSTEL Agendanummer 9.1. Onderwerp: delegatie bevoegdheid inzake procedure op grond van artikel 3.10 Wro en 2.12 Wabo

Vergaderdatum Gemeenteblad 2011 / Agendapunt. Aan de Raad

CVDR. Nr. CVDR367404_1. Coördinatieverordening gemeente Maastricht. 14 maart Officiële uitgave van Maastricht.

Besluit van de gemeenteraad van de gemeente Deurne houdende regels omtrent samenhangende besluiten Coördinatieverordening Deurne 2019

Onderwerp Ontwerp beheersverordeningen Nijmegen Vossenpels Midden-Noord en Nijmegen Bedrijventerrein Oosterhout en Rietgraaf e.o.

Collegevoorstel. Onderwerp: Dakopbouw Bizetlaan 28 en 30

: Coördinatieregeling ruimtelijke besluiten. Beslispunt(en): 1. De coördinatieverordening Wro gemeente Woensdrecht vaststellen

De gemeente heeft hoger beroep ingesteld. Zo nodig kan bij de Raad van State meteen worden gezegd wat u zelf precies van de aanvraag vindt.

Zienswijzennota realisatie loods Dronryp

Rb. Noord-Holland, , HAA 13/1804, ECLI:NL:RBNHO:2013:12968, BR Mr. J.M. Janse van Mantgem. Tijdelijke omgevingsvergunning

Aan de raad van de gemeente LEIDSCHENDAM-VOORBURG

Derde partiële herziening, bestemmingsplan Buitengebied Someren, Boringsvrije zone. Toelichting

categorie/agendanr. stuknr. B. en W RA A 11 04/696 Onderwerp: Bezwaarschrift Sluyter Advocaten tegen besluit raad m.b.t.

- het ontheffingsbeleid ex artikel 3.23 Wro (24 juni 2008) - de nota "Toepassen instrumentarium nieuwe Wet ruimtelijke ordening" (28 oktober

De nieuwe Omgevingswet. Molenadviesraad Amersfoort Mark Ravesloot, senior adviseur molens

OMGEVINGSVERGUNNING VOORBLAD

Inhoud voorstel aan Raad

Zeist Paraplubestemmingsplan Parkeernormen Zeist BESTEMMINGSPLAN

Van Spoorbrug tot Sluis Toelichting

BIJLAGE BIJ HET RAADSVOORSTEL INZAKE HET BEZWAARSCHRIFT TEGEN HET VOORBEREIDINGSBESLUIT VOOR HET BEDRIJVENTERREIN KOPPELING DE SCHAFT

Van WRO naar Wro (de gemeenteraad)

Beheersverordening Krommeniedijk

Gewaamierkte documenten

Uniformiteit in termijnen? Sneller en beter?

De aanvraag gaat over Schietbaanweg 8, kadastraal bekend gemeente Emmen, sectie T, nummer 178 en is bij ons geregistreerd onder zaak

WABO EN OVERGANGSRECHT; EEN NADERE BESCHOUWING

Toelichting Beheersverordening Spoorzone Naarden

Wet ruimtelijke ordening

Beheersverordening Asten Stegen, Koestraat Gemeente Asten. datum: 7 augustus 2013 projectnummer: R.2013 adviseur: Jke

uw project centraal in de omgevingsvergunning

Uw kenmerk Ons kenmerk Voor informatie Bijlagen Datum OLO Tel diverse

Onderwerp Categorieën van gevallen waarvoor afgeven verklaring van geen bedenkingen niet vereist is (Wabo)

Nr Houten, 21 december 2010

Gemeente Bergen Datum besluit Datum verzending: Nummer

Aan de commissie VROM

Kern Klundert 1 e herziening. identificatiecode: datum: status:

Wijziging bestemmingsplan t.b.v. verandering bouwvlak Oosterseweg 1, Elshout

Bijlage 1 bij raadsbesluit Ag. nr : 12

Commissie van advies voor de bezwaarschriften

Gemeente Bergen Datum besluit Datum verzending: Nummer

Afwijkingenbeleid Kruimelgevallen

Voorstel aan de gemeenteraad

Omgevingsvergunning, reguliere procedure

ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273

8 juli 2014 Mevrouw B. Bartelds mei 2013 Projectomgevingsvergunning

288,- bouwactiviteit wordt niet in uitvoering gebracht door weigering:

Burgemeester en Wethouders

HOOFDSTUK 2 VOOROVERLEG OF GLOBAAL HAALBAARHEIDSONDERZOEK

RAADSVOORSTEL. Onderwerp. : Ruimte en Samenleving

OMGEVINGSVERGUNNING Datum: 11 november 2014

Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen

CVDR. Nr. CVDR442273_1. Coördinatieverordening Rotterdam 2017

3. Relatie met bestaand beleid De gevolgen kunnen worden uitgesplitst in wijzigingen en het overgangsrecht.

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, Nummer voorstel: 2008/7

Bestemmingsplan Veghel-Noord, herziening Prins Willem Alexander Sportpark 7. Gemeente Veghel

Onderwerp: Notitie Planschade en Procedureverordening advisering tegemoetkoming in planschade

ECLI:NL:RBZLY:2012:BX0557

Omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend overeenkomstig de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte documenten.

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING

Afdeling 3.4A Informatie over samenhangende besluiten

Zeist Paraplubestemmingsplan Parkeernormen Zeist BESTEMMINGSPLAN

Onderwerp Categorieën van gevallen waarvoor afgeven verklaring van geen bedenkingen niet vereist is (Wabo)

In reactie op uw verzoek van 10 november 2011 namens uw cliënt de heer De Beer, waarin u

Vrijstellingsverzoek voor het spelen van boerengolf in Lage Zwaluwe, Verzoek voor het nemen van een voorbereidingsbesluit voor het betrokken gebied.

Workshop Omgevingsplan: juridische aspecten

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders

De gemeenteraad heeft mij verzocht de gemeenteraad in de bezwaarprocedure te vertegenwoordigen en hem waar nodig nader van advies te dienen.

Paraplubestemmingsplan Parkeren

OMGEVINGSVERGUNNING. werkzaamheden (realisatie van watercompensatie) ten behoeve van de aanleg en exploitatie windpark N33, Deelgebied 'Vermeer-Noord'

Gemeente Olst-Wijhe. bestemmingsplan Noorder Koeslag partiële herziening regels

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

HABITAT ADVOCATENKANTOOR OMGEVINGSRECHT WONEN I ONDERNEMEN I NATUUR

Inlichtingen: E. Nijboer Ons kenmerk: Doorkiesnr: Bijlagen: Datum: 29 april 2013 Onderwerp: ontwerp-omgevingsvergunning

GEMEENTE HOOGEVEEN. Raadsvoorstel

Bestemmingsplan Centrum Valkenburg

Purmerend, Aan de gemeenteraad van Purmerend, Inleiding en probleemstelling: U ontvangt hierbij voor de 2 e

ONTWERPBESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED SOMEREN, TWEEDE PARTIËLE HERZIENING BEDRIJFSWONINGEN VLASAKKERS TOELICHTING

Samenvatting: Inleiding: Afweging: Advies:

Herzien of afwijken van het bestemmingsplan Informatieblad

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 februari 2018;

datum x kenmerk x uw kenmerk/brief van x doorkiesnummer x R41/

Hoor- en adviescommissie

B. Bartelds (0595) juli 2011 Besluit

Bestemmingsplan 1e partiële herziening BP Oosteindsepolder en Warmoeziersweg (caravanstalling Oosteindseweg 155b)

Groot Sypel - Maltezerlaan 1. Vastgesteld bestemmingsplan

Transcriptie:

Tonnaer Nieuwsbrief In dit nummer Organisatie TAO Over de Crisis- en herstelwet Toepassingmogelijkheden met GIS Beheersverordening versus conserverend bestemmingsplan Mediation jaargang 12 nummer 42 juli 2010

Van de redactie Over de Crisis- en herstelwet Inhoudsopgave Door mr. Leonne Dalahaije, mr. Bill Moonen, mr. Ivar Rezelman en mr. Paul Soogelee Deze Nieuwsbrief bevat weer diverse bijdragen op het brede werkterrein van ons kantoor. Rond de Crisis- en herstelwet is heel wat te doen geweest. Hier worden nog enkele relevante zaken kort op een rijtje gezet. Op onze website staat de uitgebreide versie van dit artikel waaraan door vier medewerkers van ons kantoor is gewerkt. Patrick Blom wijst op de mogelijkheden van geografische informatiesystemen (GIS) bij het ontwikkelen van gemeentelijk beleid. Bekend is de inzet van dit instrument bij de inventarisatie ten behoeve van het opstellen van bestemmingsplannen. Minder bekend is dat er ook in ruimer verband toepassingsmogelijkheden voor GIS bestaan. Bijvoorbeeld bij het handhavingsbeleid. Paul Soogelee vestigt de aandacht op een nieuw instrument in de ruimtelijke ordening: de beheersverordening. Van dit instrument dat in de plaats komt van het bestemmingsplan wordt nog te weinig gebruik gemaakt. Koudwatervrees of terechte reserve? Hij gaat in op de mogelijkheden en de voordelen ervan. Een nieuwe en belangrijke trend die in het omgevingsrecht sterk opkomt is die van mediation. Francien Limpens en Eva Spoormakers wijzen erop dat door van mediation gebruik te maken, vaak veel tijd en geld bespaard kan worden en ook de belasting van het ambtelijk apparaat als gevolg van de vele procedures behoorlijk kan worden verminderd. Ook van belang is dat een resultaat kan worden bereikt dat niet van boven wordt opgelegd en op draagvlak bij partijen kan rekenen. Ons kantoor wil graag gebruik maken van de mogelijkheden die dit instrument biedt, waarbij onze kennis van het omgevingsrecht tot voordeel strekt. Eerst echter korte informatie over de aanvulling van onze directie en over de actuele organisatie. Organisatie TAO 2 Over de Crisis- en herstelwet 3 Toepassingmogelijkheden met GIS 6 Beheersverordening versus conserverend bestemmingsplan 8 Mediation 10 Organisatie TAO In verband met de groei van ons bedrijf zijn de heren drs. G.S.C. (Frits) Peeters en mr. A.J.C.A. (Hans) van Zitteren toegetreden tot de directie. Hans van Zitteren zal primair verantwoordelijk zijn voor de productgroep Tonnaer Juridische en Beleidsadvisering (TJB) en Frits Peeters voor de productgroep Tonnaer Planologie en Stedenbouw (TPS). Ondergetekende blijft algemeen directeur. Door deze uitbreiding van de directie zullen we u nog beter van dienst kunnen zijn en kunnen we uitdagingen in het woelige omgevingsrecht met vertrouwen tegemoet treden. In de onderstaande afbeelding wordt de actuele organisatie van Tonnaer Adviseurs in Omgevingsrecht (TAO) weergegeven. Daarin zijn de beide productgroepen en de taakvelden van onze organisatie in de vorm van een organisatiekubus gegoten. Deze werkzaamheden worden vanuit onze beide vestigingen te Maastricht-Airport en Eindhoven verricht. Dr. Frans Tonnaer. Advisering Detachering Projectmanagement (TOP) Procesvertegenwoordiging Cursusverzorging TJB TPS Op 31 maart 2010 is de Crisis- en herstelwet (Chw) in werking getreden. Mogelijk bent u toen geïnformeerd over deze nieuwe wet via diverse nieuwsbrieven en andere informatiestromen. Nu, enkele maanden verder, komt de praktijk steeds meer in aanraking met de nieuwe regels. De ervaring leert dat op zo n moment vaak behoefte bestaat aan een hoe zat het ook alweer -overzicht. Zeker bij een ingewikkelde wet als waarvan hier sprake is. Vandaar dit artikel met enkele aandachtspunten over deze wet. De Crisis- en herstelwet is, zoals de naam aangeeft, bedoeld ter bestrijding van de economische crisis, door middel van het vereenvoudigen en versnellen van wetgeving en het waar mogelijk versnellen van de aanvang en uitvoering van projecten. De Chw bestaat uit twee gedeelten, een crisisgedeelte en een herstelgedeelte. In dit artikel is uitgegaan van het perspectief van het bestuursorgaan. Crisisgedeelte Het crisisgedeelte van de Chw bestaat uit twee onderdelen: tijdelijke bestuursrechtelijke en andere maatregelen voor bepaalde categorieën van projecten, welke zijn opgenomen in hoofdstuk 1, en tijdelijke bijzondere voorzieningen, welke zijn opgenomen in hoofdstuk 2. Het crisisgedeelte kent een tijdelijk karakter. Hoofdstukken 1 en 2 zullen vervallen na vier jaar, behoudens de werking van het overgangsrecht. Bijzondere bepalingen voor projecten In hoofdstuk 1 van de wet zijn bestuursprocesrechtelijke maatregelen opgenomen die gelden voor bepaalde concrete projecten en categorieën van projecten aangewezen op bijlage I en II bij de wet. Bijlage I bevat algemene categorieën van projecten, zoals bijvoorbeeld de aanleg of wijziging van hoofdwegen als bedoeld in artikel 2 van de Tracéwet. De projecten in bijlage II zijn concrete aangewezen projecten, zoals onder andere Klavertje 4 Venlo, Maastricht Belvedère, Brainport Eindhoven, de Buitenring Parkstad, de A2 Passage Maastricht en de Luchthaven Eindhoven. 2 3 Bijzondere voorzieningen In hoofdstuk 2 van de Crisis- en herstelwet zijn een aantal bijzondere voorzieningen opgenomen. Met deze voorzieningen worden enkele nieuwe instrumenten geïntroduceerd: ondermeer het gebiedsontwikkelingsplan en het projectuitvoeringsbesluit. Enkele in hoofdstuk 2 opgenomen voorzieningen zullen hierna kort worden toegelicht. Ontwikkelingsgebieden De wet schept de mogelijkheid om bij wijze van experiment gebieden aan te wijzen voor maximaal 15 jaar (ontwikkelingsgebieden) als dit met het oog op het versterken van de duurzame ruimtelijke en economische ontwikkeling van dat gebied bijzonder wenselijk is. Bestuursorganen hebben aldus meer mogelijkheden om milieuruimte vrij te maken, zodat gewenste urgente ontwikkelingen kunnen worden gerealiseerd. Inmiddels heeft de ministerraad ingestemd met de eerste tranche projecten van de Crisis- en herstelwet, en zijn de eerste ontwikkelingsgebieden bekend. De gemeenteraad is verplicht om voor ontwikkelingsgebieden een gebiedsontwikkelingsplan vast te stellen. Dit plan maakt onderdeel uit van het bestemmingsplan en voorziet in nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen en maatregelen ter vermindering van de milieudruk. Tijdelijke verhuur te koop staande woningen Op grond van de Leegstandwet kunnen woningen in afwachting van verkoop tijdelijk worden verhuurd. Geliberaliseerde verhuur is in dit geval echter niet mogelijk. In de Chw is bepaald dat voor de categorie te koop staande woningen bij tijdelijke verhuur op grond van de Leegstandwet geliberaliseerde verhuur mogelijk is, indien dit op grond van de reguliere huurprijsregelgeving ook mogelijk zou zijn. Versnelde uitvoering woningbouwprojecten De wet voorziet tevens in de versnelde uitvoering van gemeentelijke woningbouwprojecten. Ten behoeve van (woning-)bouwprojecten in een aaneengesloten gebied van ten minste 20 en ten hoogste 1500 / 2000 nieuwbouwwoningen afhankelijk van het aantal ontsluitingswegen en bij aangewezen categorieën

andere projecten van maatschappelijke betekenis (bijv. zorginstellingen, ziekenhuizen etc.), kan de gemeenteraad een zogenoemd projectuitvoeringsbesluit vaststellen. Wanneer een bouwproject bijkomende infrastructurele of andersoortige voorzieningen omvat, worden ook die meegenomen in het projectuitvoeringsbesluit. Gevolgen voor bestuursorganen Gevolgen zijn er niet alleen voor de bestuursorganen van de provincies en de gemeente op wiens grondgebied een project als bedoeld in bijlage I of bijlage II wordt gerealiseerd. Ook voor aangrenzende gemeenten (en mogelijk ook voor aangrenzende provincies) zijn er gevolgen, die niet per definitie positief zijn. Zo zullen gemeenten waar een project wordt gerealiseerd dat voorkomt op bijlage II, bijvoorbeeld de Buitenring Parkstad, gebruik maken van de bestuursprocesrechtelijke (versnellings)maatregelen die de Chw biedt. De gemeenten die grenzen aan de gemeenten waar het project wordt gerealiseerd, kunnen ook negatieve gevolgen ondervinden. Tenzij het om hun eigendomsrechten gaat, of zij geadresseerde zijn van het betreffende besluit, kunnen zij geen beroep instellen tegen een door de centrale overheid genomen besluit betreffende het project. Het is verstandig om op voorhand, bijvoorbeeld ter bepaling van de positie in een (voor)overleg, te weten in welke zin de gemeente te maken heeft met de Chw. Herstelgedeelte De Crisis- en herstelwet bevat naast specifieke maatregelen, als antwoord op de economische crisis, ook een groot aantal wetswijzigingen die geen relatie met de crisis hebben. Deze wetswijzigingen zijn onder de naam herstel in Hoofdstuk 3 van de Chw opgenomen. De maatregelen in dit hoofdstuk hebben betrekking op alle ruimtelijke en infrastructurele projecten in Nederland en blijven ook na 2014 gelden. In het navolgende zullen enkele belangrijke wijzigingen nader worden toegelicht. Wijzigingen in de Invoeringswet Wro Aan artikel 9.1.10 Invoeringswet Wro is een lid toegevoegd, waarin wordt bepaald dat onder de (oude) WRO verleende vrijstellingen onverminderd hun werking behouden onder de Wro. Deze wijziging is een antwoord op de problemen die in de praktijk zijn ontstaan met betrekking tot bouwvergunningen, waarvan de aanvraag is ingediend na de inwerkingtreding van de Wro en waarbij men gebruik maakt van een vrijstelling die onder de oude WRO is verleend. De bestuursrechters waren het niet eens over de vraag of de bouwvergunning op basis van de oude vrijstelling kon worden verleend. De wetgever heeft het probleem opgelost door in artikel 3.6 Chw te bepalen dat voor een nieuwe bouwaanvraag gebruik kan worden gemaakt van een oude artikel 19-vrijstelling. Wijzigingen in de Wro Artikel 3.35 Wro is gewijzigd zodat een aanlegvergunningenstelsel niet meer geldt voor de uitvoering van werken of werkzaamheden ter uitvoering van een rijksinpassingsplan of een projectbesluit in het betreffende gebied. Verder is bepaald dat tegen alle uitvoeringsbesluiten in het kader van een coördinatieregeling beroep in eerste en enige aanleg bij de Afdeling bestuursrechtspraak openstaat. Tevens wordt voorzien in een versnelling in de behandeling van beroepen tegen bestemmingsplannen ter uitvoering waarvan een onteigeningsprocedure is gestart. Opmerkelijk is het schrappen van de inpassingsplicht van het projectbesluit uit de Wro. Sinds de inwerkingtreding van de Crisis- en herstelwet geldt wel dat, als het projectbesluit niet binnen 2 maanden digitaal beschikbaar is gesteld, geen leges meer kunnen worden geheven. Wijzigingen in de Onteigeningswet De systematiek van Titel IV wordt gelijkgeschakeld met die van de Titels II, IIa en IIc. Dit betekent onder meer dat de huidige decentrale onteigeningsbesluiten worden vervangen door centrale onteigeningsbesluiten, genomen door de Kroon. De Kroon stelt specifieke eisen aan het verzoek tot onteigening. In haar circulaire wijziging van de onteigeningswet van 29 maart 2010 geeft VROM aan welke eisen dat zijn. Hierop volgt nog een afzonderlijke richtlijn waarin de gewenste inrichting van de mee te sturen stukken nader zal worden aangegeven. Wij beschikken over de voorgenomen inhoud van die richtlijn. Bovendien wordt ingevolge artikel 3.24, onder D, van de Chw, een ontkoppeling van de onteigening en de ruimtelijke procedure doorgevoerd voor Titel IV-onteigeningen. Naar aanleiding van de behandeling van de Chw in de Eerste Kamer heeft het kabinet echter toegezegd een afzonderlijke wetswijziging in procedure te brengen waarbij de koppeling tussen planologie en onteigening weer zal worden hersteld. Tot dat moment zal de Kroon aan onteigeningsbesluiten voorwaarden verbinden die er op zien dat de koppeling wordt geëerbiedigd. De huidige praktijk zal dus worden gehandhaafd. Wilt u meer informatie over de gevolgen van de Crisisen herstelwet? Kijk dan op onze website (onder Nieuwsbrief) voor de uitgebreide versie van dit artikel en voor een schematische weergave van de wet. Bij specifieke vragen helpen onze adviseurs u uiteraard graag verder. 4 5

Toepassingmogelijkheden met GIS Door ing. Patrick Blom Wellicht bekend met GIS (Geografische Informatie Systemen) in het kader van de inventarisatie voor bestemmingsplannen, maar minder bekend met overige toepassingsmogelijkheden? GIS biedt mogelijkheden bij het ontwikkelen van beleidsinstrumentarium. Tonnaer helpt u op weg en kan u hierbij van dienst zijn. Visie op inventarisatie Een goede inventarisatie is belangrijk voor het formuleren en realiseren van beleid. Voor het inventariseren zijn meerdere hulpmiddelen voorhanden. Een modern hulpmiddel betreft GIS, dat voor verschillende werkprocessen kan worden ingezet. Toegepast door Tonnaer en bekend bij onze opdrachtgevers is de GIS-inventarisatie voor bestemmingsplannen. Wellicht minder bekend of in gebruik is GIS als hulpmiddel voor het formuleren van (nieuw) beleid, bijvoorbeeld in het kader van handhaving of het toepassen van beleid. Een goede inventarisatie voor een bestemmingsplan of te beleid. Ofschoon van belang voor analyse, visievorming en beleidsformulering, is het vaak niet vanzelfsprekend dat de informatie volledig in beeld is dan wel direct paraat is. Tonnaer heeft een digitale inventarisatiemodule ontwikkeld of kan deze op maat ontwikkelen, waarmee de feitelijke situatie in beeld gebracht wordt, maar ook op een vrij eenvoudige manier knelpunten kunnen worden gevisualiseerd ten opzichte van geformuleerd beleid. Deze inventarisatiemodule is gebaseerd op GIS. De resultaten van de GIS-inventarisatie kunnen gebruikt worden voor het op te stellen bestemmingsplan en/of beleidsdocumenten. formuleren beleid, is van belang voor zowel de inhoud (aansluiting bij te reguleren werkelijkheid) Binnen Tonnaer Planologie en Stedenbouw worden alle bestemmingsplannen van begin Enerzijds door een directe vertaling op de verbeelding behorende bij het bestemmingsplan als procedureel (zienswijzen of tot eind volledig digitaal gemaakt. bezwaren als iets niet goed is of kaarten behorende bij beleidsdocumenten. Anderzijds geregeld). Inventarisatie heeft duidelijk toegevoegde meerwaarde in processen, en Tonnaer ziet dan ook volop kansen in het toepassingsgebruik van GIS ten kunnen geconstateerde en gevisualiseerde afwijkingen/knelpunten dienen voor het formuleren en realiseren van beleidsdoelstellingen. behoeve van het beleidsinstrumentarium. Werkwijze inventarisatie Het hulpmiddel Binnen Tonnaer Planologie en Stedenbouw worden alle bestemmingsplannen van begin tot eind volledig digitaal gemaakt. Naast het raadpleegbaar maken van de plannen voor de overheid en burgers, wordt ook het opstellen van de bestemmingsplannen digitaal uitgevoerd. Hierbij wordt aangesloten bij de digitale eisen die aan ruimtelijke plannen worden gesteld, zoals vastgelegd in de Regeling standaarden ruimtelijke ordening (Rsro). Een belangrijk onderdeel in de fase van de totstandkoming van een bestemmingsplan is de digitale inventarisatiefase, bij voorkeur op basis van GIS. Alvorens tot het daadwerkelijk opstellen van een bestemmingsplan over te gaan dan wel beleid te formuleren, is het wenselijk om een goed beeld te hebben van de bestaande situatie ten aanzien van de aanwezige ruimtelijke objecten en het ruimtelijke Voor de digitale inventarisatie wordt onder andere gebruik gemaakt van gegevens die door de gemeente zelf worden vervaardigd. Een goed voorbeeld hiervan is de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG). In deze basisregistratie is informatie opgenomen die voor het opstellen van een bestemmingsplan gekoppeld kan worden aan de onderliggende vigerende bestemming. Blijkt uit de gegevens van de BAG dat het een woonlocatie betreft, maar het geldende plan geeft aan dat de locatie een agrarische bestemming heeft, dan is hier sprake van een discrepantie. Wellicht is er voor de locatie een ontheffing verleend maar er zou ook sprake kunnen zijn van een illegale situatie. Bij een geconstateerde illegale situatie zal vervolgens een besluit genomen moeten worden om te legaliseren of te handhaven. Om de koppeling tussen de BAG en de vigerende bestemming te kunnen maken, worden de vigerende bestemmingen van het moederplan en de herzieningen gedigitaliseerd. Deze geometrie kan na de analyse eveneens gebruikt worden om de kaart van het nieuwe bestemmingsplan te vervaardigen, hetgeen sterk kostenbesparend is. Naast de BAG kunnen, om maar wat te noemen, ook de gegevens van de Kamer van Koophandel, milieuvergunningen en horecavergunningen aan elkaar gekoppeld worden. Op deze wijze krijgt de gemeente een goed beeld van de vigerende bestemming in relatie tot de bestaande situatie, en kan gericht gezocht worden naar eventuele discrepanties. Knelpunten die niet uit het archief zijn te achterhalen kunnen met onze mobiele GIS applicatie op locatie worden geïnventariseerd. Hierdoor zijn dus omvangrijke handmatige veldinventarisaties niet meer noodzakelijk en kan gericht op knelpunten geïnventariseerd worden. De inventarisatie kan eventueel uitgebreid worden met de wensen die de gemeente heeft. Zo kunnen bijvoorbeeld door middel van cyclorama alle goot- en nokhoogten in kaart worden gebracht en/of andere gegevens worden gegeneerd zoals het huidige bebouwingspercentage ten opzichte van het vigerend bouwblok. De voordelen van deze manier van inventariseren zijn: tijdswinst door slim gebruik van bestaande gemeentelijke gegevens; hergebruik van geometrie voor het nieuwe bestemmingsplan; extra controle van de BAG gegevens; toepassing voor meerdere beleidsinstrumenten. Contact Wellicht heeft de mogelijkheid van toepassing van GIS uw aandacht gewekt en wenst u meer informatie hierover. Graag zijn wij u hierbij van dienst. U kunt terecht bij ing. Patrick Blom, senior adviseur digitale processen. 6 7

Beheersverordening versus conserverend bestemmingsplan Door mr. Paul Soogelee Waarom moeilijk en duur, als het ook eenvoudig en goedkoper kan? Dat was de gedachte achter de invoering van het instrument beheersverordening in de Wet ruimtelijke ordening (hierna: Wro). Een gedachte die gemeenten als muziek in de oren moet klinken. Gelet op het geringe aantal vastgestelde beheersverordeningen lijkt de behoefte aan dit instrument echter marginaal te zijn. Laten gemeenten kansen liggen? Inleiding Voor het opstellen van een planologische regeling staan gemeenten in beginsel twee instrumenten ter beschikking: het bestemmingsplan en de beheersverordening. De beheersverordening, opgenomen in hoofdstuk 3A Wro, is geïntroduceerd vanwege de hoge kosten en lange tijdsduur bij het vaststellen van een bestemmingsplan. Voor gebieden waar op planologisch eisen toevoegt. Zo bevat artikel 3.8, derde lid Wro met betrekking tot de bestemmingsplanvaststelling nog een uitzondering op artikel 3:1, eerste lid, onder b Awb. Dit artikel verklaart de bekendmakingsbepalingen en afdeling 3.7, inzake motivering, expliciet van toepassing op de vaststelling van een bestemmingsplan. Voor het vaststellen van een beheersverordening worden dergelijke eisen niet gesteld. vlak toch weinig verandering plaatsvond, werden deze kosten door de wetgever te hoog geacht. Het instrument beheersverordening is ontwikkeld om voor dergelijke gebieden op een Rechtsbescherming Tegen het besluit tot vaststelling van een beheersverordening kan geen bezwaar of beroep worden snelle eneffectieve wijze het aangetekend. Dit in tegenstelling bestaande gebruik vast te leggen. De meeste gemeenten stellen voor dergelijke gebieden nog In de Wro is geen bijzondere voorbereidingsprocedure voor de beheersverordening opgenomen. tot de vaststelling van een bestemmingsplan, waartegen voor belanghebbenden beroep bij de Afdeling steeds conserverende bestemmingsplannen bestuursrechtspraak openstaat. op. Vergeleken met het conserverend bestemmingsplan biedt een beheersverordening echter enkele duidelijke voordelen die hierna kort worden beschreven. Toch betekent het ontbreken van bezwaar en beroep niet dat belanghebbenden helemaal machteloos zijn bij confrontatie met een beheersverordening. De bestuursrechter kan door middel van exceptieve toetsing een beheersverordening (deels) onrechtmatig Geen voorbereidingsprocedure In de Wro is geen bijzondere voorbereidingsprocedure voor de beheersverordening opgenomen. Of een inspraakverplichting geldt, is afhankelijk van de gemeentelijke inspraakverordening. Artikel 150, tweede lid Gemeentewet stelt dat, voor zover bij de verklaren, net zoals de civiele rechter dat kan in een onrechtmatige daads-procedure. Die toetsing door de bestuursrechter kan aan de orde zijn bij een ontheffings- of handhavingsprocedure of bij een verzoek om een bestemmingsplan vast te stellen in plaats van een beheersverordening. verordening niet anders is bepaald, de inspraak wordt geboden overeenkomstig de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van de Awb. Het niet voorschrijven van een specifieke procedure betekent dat de gemeenteraad een eenvoudige voorbereidingsprocedure mag toepassen, mits vastgesteld in de inspraakverordening. De procedure tot vaststelling van een beheersverordening kan hierdoor aanmerkelijk eenvoudiger zijn dan bij de vaststelling Financiële voordelen Omdat een beheersverordening met een eenvoudigere totstandkomingsprocedure kan worden gerealiseerd en geen kostbare bezwaar- en beroepsgang kent, kan deze tegen aanmerkelijk lagere kosten worden vastgesteld. Een belangrijk voordeel, want het financiële verschil met een conserverend bestemmingsplan kan aanzienlijk zijn. van een bestemmingsplan. Voor het vaststellen van een bestemmingsplan moet immers volgens artikel 3.8 Wro de uniforme openbare voorbereidingsprocedure worden gebruikt waaraan de Wro nog extra Legalisatie van illegaal gebruik De wetgever heeft de mogelijkheid geboden een beheersverordening in te zetten ter legalisering van illegaal gebruik. Dit sluit aan bij de mogelijkheid van het conserverend bestemmen van een voorheen illegale situatie in een nieuw bestemmingsplan. De mogelijkheid van het inzetten van een beheersverordening voor dit doel is nauwelijks bekend en verdraagt zich minder goed met de mindere rechtsbescherming voor belanghebbenden. Indien hiermee rekening wordt gehouden kan dit instrument financieel interessant zijn om illegaal gebruik (gemotiveerd) te legaliseren. Flexibiliteit mogelijk Het beeld bestaat dat een beheersverordening geen volwaardig alternatief is voor een conserverend bestemmingsplan, omdat een beheersverordening in het geheel geen ontwikkeling zou toelaten. Dat is echter een misverstand. Weliswaar moet het gaan om gebieden waar geen ruimtelijke ontwikkelingen worden voorzien, maar toch is flexibiliteit mogelijk. Een beheersverordening kan aansluiten bij het voorheen geldende bestemmingsplan, inclusief de hierin opgenomen bebouwingsmogelijkheden en de ruimte die dat biedt. Verder bieden de afwijkingsmogelijkheden, neergelegd in artikel 3.38, vierde lid (ontheffingsbevoegdheid) en artikel 3.40 tot en met 3.42 Wro (buitentoepassingverklaring bij projectbesluiten), de nodige flexibiliteit. Onbekend maakt onbemind Van het instrument beheersverordening wordt vooralsnog (te?) weinig gebruik gemaakt. Dit is te verklaren uit de ervaring en bekendheid met het instrument conserverend bestemmingsplan en het beeld dat heerst van het instrument beheersverordening. Daar lijkt echter verandering in te komen. De afgelopen maanden zijn namelijk enkele beheersverordeningen vastgesteld, onder andere voor buitengebieden en een beschermd natuurgebied. De eerste waardevolle ervaring is dus opgedaan en het instrument lijkt in de praktijk prima te voldoen. Conclusie Het is belangrijk dat gemeenten zich bewust zijn van de keuze die ze hebben tussen het opstellen van een bestemmingsplan en een beheersverordening. Gelet op de aanzienlijke voordelen in tijd en kosten, kan het lonen om niet zomaar voor elk gebied volgens gewoonte een bestemmingsplan op te stellen, maar te onderzoeken of wellicht het gebruik van een beheersverordening volstaat. Het instrument biedt in ieder geval de nodige mogelijkheden en is de overweging meer dan waard. 8 9

Mediation Door mr. Francien Limpens en mr. Eva Spoormakers Vaak wordt het indienen van een zienswijze of het aantekenen van bezwaar/beroep gebruikt om een conflict op te lossen. Deze procedures kosten veel tijd en geld en zorgen voor een grote belasting van het ambtelijk apparaat. Daarnaast wordt met het indienen van een zienswijze en het vervolgens aantekenen van bezwaar en beroep het eigenlijke probleem vaak niet opgelost, zodat bij een nieuw besluit het traject van voren af aan wordt gestart. Regelmatig vernemen we de zijde van gemeenten dat men het gevoel heeft te worden gebruikt bij een burenconflict. Het tij zou dan gekeerd kunnen worden door het inzetten van een mediator. Bij mediation lossen partijen conflicten samen op met behulp van een onafhankelijke mediator. Mediation kan in verschillende stadia van de besluitvorming worden toegepast, zoals tijdens de zienswijzen- en de bezwarentermijn. Ook tijdens beroepsprocedures bij de rechtbank wordt regelmatig mediation toegepast. Over het algemeen betreft het conflicten tussen burgers onderling. Het kan echter ook zo zijn dat een gemeente partij is bij het conflict. De inzet van een mediator is niet nieuw in gemeenteland. Verschillende gemeenten zijn hier al actief bezig. Tonnaer wil graag op deze behoefte inspelen. We hebben al enige ervaring opgedaan op het gebied van bemiddeling, maar een erkende mediationopleiding zal de kwaliteit van dit product ten goede komen. Wij onderscheiden ons van de doorsnee mediator, omdat wij deskundig zijn in het omgevingsrecht en in het burenrecht. Kennis die veel mediators ontberen, terwijl daar juist vaak de oorsprong van het geschil ligt of juist dat recht wordt gebruikt om een geschil uit te vechten. In dit artikel lichten wij (de inhoud van) de opleiding toe en sluiten we af met een tweetal voorbeelden, waaruit blijkt in welke conflictsituaties mediation onder meer toegepast kan worden. Tijdens de opleiding staan de volgende doelen centraal: het professioneel kunnen bemiddelen op het kennis- en vaardigheidsniveau dat het NMI vereist; een basishouding aanleren als uitgangspunt voor het door partijen aanvaard worden als bemiddelaar; onderhandelingsprocessen en -technieken doorzien en deze als procesexpert kunnen aansturen en bewaken; partijen weten te bewegen tot het zoeken naar voor partijen aanvaardbare oplossingen. De opleiding De opleiding wordt gevolgd bij een gecertificeerd bureau dat onder andere geaccrediteerd is door het Het traject bestaat uit een theoretisch en in een praktijkgedeelte. In het praktijkgedeelte worden tal van vaardigheden getraind. Nederlands Mediation Instituut (NMI) en de Nederlandse Orde van Advocaten (NOVA). Gekozen is voor een opleiding tot gecertificeerd mediator. Indien een mediator gecertificeerd is, heeft deze de opleiding èn een assessment succesvol doorlopen. De mediator mag dan ook op Voorbeelden Uit de hierna volgende voorbeelden blijkt dat mediation kan leiden tot een voor iedere partij bevredigend resultaat, hetgeen vermindering van de proceduretijd en -kosten tot gevolg doorverwijzing van een rechtbank werken. Aan een gecertificeerde Bij mediation lossen partijen conflicten samen op met behulp kan hebben. mediator worden meer eisen gesteld voor wat betreft van een onafhankelijke mediator. Voorbeeld 1 De heer De Vries is sinds enige tijd het bijhouden van kennis en vaardigheden. begonnen met een Bed and Breakfast in zijn woning. Buurman Janssen ondervindt hinder hiervan, onder meer omdat de gasten van De vries veelvul- meente mediation voor. Uit het daaropvolgende mediationgesprek blijkt dat aanpassing van het bouwplan in plaats van een lange juridische procedure toch de beste oplossing is om de verbouwing van de garage zo snel mogelijk te realiseren. Partijen komen overeen dat het bouwplan zodanig wordt aangepast dat dit wel aan de welstandseisen voldoet. Uiteraard wordt voor een zodanige aanpassing het juridisch correcte traject gevolgd. De afspraken worden in een overeenkomst vastgelegd. Het gevolg is dat alsnog bouwvergunning wordt verleend voor het verbouwen van de garage en dat het bezwaarschrift wordt ingetrokken. dig gebruik maken van het bij de gastenkamer horende dakterras. Vanwege het zicht vanaf dit dakterras in zijn tuin voelt Janssen zich in zijn privacy aangetast. Dit leidt tot een slepende burenruzie. Uiteindelijk komt buurman Janssen erachter dat het gebruik als Bed and Breakfast niet binnen het geldende bestemmingsplan past en dient hij een verzoek om handhaving in. Bij de inhoudelijke beoordeling van dit verzoek komt de gemeente erachter dat vooral de gestelde privacyhinder de oorzaak van het conflict is en niet zozeer de Bed and Breakfast. Omdat het juridische traject vaak lang duurt en niet steeds tot een voor iedere partij bevredigend resultaat leidt, stelt de gemeente mediation voor. Bedoeling is dat partijen met elkaar in gesprek zijn, over en weer elkaars standpunt kennen en hiervoor begrip kunnen tonen. Mediation leidt ertoe dat partijen concrete afspraken maken en die in een overeenkomst vastleggen Toelichting In het eerste voorbeeld is sprake van een conflict tussen buren, waarbij de gemeente ook betrokken raakt. In het tweede voorbeeld is de gemeente zelf direct partij in het geschil. Een om zodoende de privacyhin- der, die door buurman Janssen wordt ervaren, te voorkomen. De Vries zegt toe een balustrade en zichtwerende voorzieningen De inzet van een mediator is niet nieuw in gemeenteland. Verschillende gemeenten zijn hier al actief bezig. gesprek tussen de vergunningaanvrager en de gemeente, voorafgaand aan het geschil ligt weliswaar voor de hand, maar in de praktijk blijkt dit maar weinig rondom het dakterras aan te brengen en hiervoor bouwvergunning aan te vragen waarin een en ander voor te komen. Ook in dit soort conflicten kan door bemiddeling een oplossing worden bereikt. wordt vastgelegd. De gemeente toont van haar kant de bereidheid om de Bed and Breakfast mogelijk te maken door middel van een planologische procedure. Janssen zal op zijn beurt het verzoek om handhaving intrekken. Tot slot Uit de bovengenoemde voorbeelden blijkt dat juridische procedures niet steeds de beste mogelijkheden bieden tot conflictoplossing. Soms, zo niet vaak, leiden dergelijke procedures er juist toe dat partijen "de Voorbeeld 2 De heer Verheiden dient een aanvraag om bouwvergunning in voor het verbouwen van zijn garage. Hiermee wil hij op korte termijn beginnen. De aangevraagde bouwvergunning wordt geweigerd omdat het bouwen in strijd is met de welstandseisen. Verheiden maakt hiertegen bezwaar, omdat hij in eerste instantie koste wat kost aan zijn oorspronkelijke bouwplan wil vasthouden. Omdat blijkt dat het probleem vrij eenvoudig kan worden opgelost door een aanpassing van het bouwplan, stelt de gehakken in het zand zetten". Wij menen dan ook dat mediation toekomst heeft. Het voorkomt juridische procedures die in de regel veel tijd en geld kosten. Ook leiden juridische procedures soms tot het uitspreken van een 'machtswoord' door het bestuur of in laatste instantie de rechter, waarbij de partijen zich maar hebben neer te leggen. Dit geeft dan aanleiding tot frustraties, en onderlinge conflicten zijn daarmee lang niet altijd opgelost. Wij zijn er daarom van overtuigd met dit nieuwe product onze klanten nog meer van dienst te kunnen zijn. 10 11

Tonnaer Adviseurs in Omgevingsrecht is een adviesbureau op het terrein van de zorg voor de fysieke leefomgeving: de omgeving waarin wordt gewoond, gewerkt en gerecreëerd. Onze werkzaamheden bestaan uit juridische en beleidsadvisering, begeleiding van overheidsprojecten alsmede planologische en stedenbouwkundige dienstverlening. Onze diensten worden aangeboden in de vorm/op basis van: ad hoc advisering service-overeenkomst raamovereenkomst mediation detachering coaching cursus/training digitalisering Locatie Maastricht Airport Amerikalaan 70c, 6199 AE Maastricht Airport Tel. 043 326 16 60 fax. 043 326 16 64 Locatie Eindhoven Vonderweg 14, 5616 RM Eindhoven Tel. 040-257 13 36 fax. 040-257 02 90 E-mail info@tonnaer.nl Internet www.tonnaer.nl