Protocol. overgang groep 1 2 groep 2 3 en verlengde kleuterperiode

Vergelijkbare documenten
Een kind heeft recht op een stevig fundament.

ZITTENBLIJVEN OVERGAAN

Protocol doorstromen in de basisschool. Schooljaar

PROTOCOLLEN. Stappenplan t.a.v. doubleren Bij de besluitvorming over een doublure worden de volgende stappen genomen:

De wet op het Primair Onderwijs regelt onder meer dat leerlingen in acht aaneengesloten jaren het basisonderwijs moeten kunnen voltooien.

Protocol doorstroom groep 2 naar groep 3

Mrt/april09 Overgangscriteria/protocol OVERGANGSPROTOCOL

Overgangsnormen die gelden van groep 1 naar groep 2 en vervolgens naar groep

Protocol doubleren en versnellen (def. versie 5/1/2015)

Beleid najaarskinderen in groep ½

Doorstroomgegevens groep 1 tot en met 8 Inhoud

Om tot een verantwoorde beslissing te komen ten aanzien van al of niet bevorderen volgen wij het onderstaand stappenplan:

VALCKESTEYN Beleid Doubleren of Versnellen

Beleidsprotocol doorstroom herfstkinderen

Protocol Herfstleerlingen

Beleidsprotocol doorstroom herfstkinderen Versie

BASISSCHOOL ST. RADBOUD SLIMPAD LB HEILOO TEL

SKOEM e.o. Stichting Katholiek Onderwijs Echt-Maasbracht e.o. Overgang groep 1-2-3

Protocol overgang groep 1 naar groep 2 Protocol overgang groep 2 naar groep 3

Doorstromen, vertragen en versnellen.

Beleidsprotocol doorstroom herfstkinderen

Overgangsprotocollen Van groep 1 naar groep 2 en van groep 2 naar groep 3

Protocol overgang groep 2 naar groep 3

B. Andere kinderen horen bij de zogenaamde laatbloeiers, hun rijpingsproces verloopt wat langzamer.

Dit protocol is vastgesteld op

Protocol. Doorstroom. CBS Mons Sinaϊ

Beleid doorstroming van groep 1 t/m 8

Protocol doubleren en versnellen

Protocol overgang (2/3 en verder) obs De Barkentijn. Beschrijving van afspraken rondom overgang, doubleren en versnellen

Protocol Doublure. Doublure protocol Basisschool De Zonnewijzer Diepenveen

Doublure protocol Groep 1 t/m 8

Protocol en beslissingsprocedure groep 1-2-3

Protocol doorstroom / versnellen

Protocol doubleren en versnellen

PROTOCOL DOUBLEREN & VERSNELLEN. Julianaschool Rijnsburg

Groep 1 t/m 8 Prins Mauritsschool Delft

Protocol schoolloopbaan

Protocol doorstromen naar een volgende groep op De Wegwijzer / De Schoof

OVERGANGSPROTOCOL Afspraken bij de overgang van de ene naar de andere groep.

September: Leerkracht heeft kennis van zijn (zorg-) leerlingen dmv het overdrachtsformulier naar de volgende groep.

Protocol Herfstleerlingen

Protocol doubleren en versnellen

Schoolloopbaanprotocol Parcivalschool. Woord vooraf. Inleiding

Het schoolbeleid ten aanzien van doubleren

Richtlijnen voor de overgang naar de volgende groep. Doubleren of Versnellen; te nemen stappen

Protocol Overgang groep 2 naar groep 3. OBS De Venen

Protocol doorstroom / versnellen

Protocol schoolverlenging en schoolversnelling

Welkom op de informatieavond groep januari 2018

Protocol Kleuterverlenging

Protocol doubleren en versnellen

Overgang naar de volgende groep/ doublure 2017

Overgangsprotocol Jan van Schengenschool.

Protocol overgang van groep 1,2 naar 3

Overgangsprotocol VPCO

obs De Drift Richtlijn Verlengen of Doubleren/Versnellen of Springen

Herfstleerlingen Leerlingen in groep 1 en 2

Protocol kleuterverlenging en doublure

Informatie over groep 1/

Zorgkinderen in groep 1 en 2

DOORSTROMEN en DOUBLEREN

Algemene informatie groep 1-2. Ontwikkeling van kleuters:

Protocol zittenblijven/doubleren

Protocol. verlengen - doubleren - versnellen

Protocol Doubleren 1

Uw kind heeft moeite met lezen Wat kunt u van De Noordkaap verwachten?

Protocol. CBS Prinses Máxima

SCHOOLLOOPBAANBELEID BASISSCHOOL DE BANGERT

Beleidsstuk. Herfstleerlingen groep 1/2

Protocol eigen leerlijn.

Zorg voor onze kinderen

OPBRENGSTGERICHT WERKEN. Handleiding groepsoverzicht en groepsplan. versie 1

plusbeleid CBS de Vrijenburg inhoud

Beleid uitstroom leerlingen groep 8

rapportage Portfolio Naast het rapport gebruiken de kinderen ook een portfolio, die ze eens per jaar in een gesprek presenteren aan hun ouders.

Hoofdstuk 2 Begripsformulering doorstroming, doublure en versnelling Hoofdstuk 5 Doorstroming in de kleuterbouw 6

PROTOCOL DOORSTROMEN OF DOUBLEREN Richtlijnen met betrekking tot overgang (of niet) naar een volgend leerjaar

4. De zorg voor kinderen.

De dolfijngroep: zorg voor (hoog)begaafde kinderen

Rooms Katholieke Basisschool De Tweemaster

Hieronder volgt een beknopte uitleg van de begrippen die u in het rapport zult tegenkomen.

PROTOCOL instroom, doorstroom en uitstroom van leerlingen

Groepsverloop Doublure: j n Dl: Is er sprake geweest van een wisseling van school? Zo ja, in welke groep?

Enkele weken voor de eindtoets, maken de leerlingen de eindtoets van het voorgaande jaar in dezelfde setting als bij de officiële eindtoets.

Procesgang PO-VO. Leidend in deze is de BOVO procedure

Procesgang PO-VO. Leidend in deze is de BOVO procedure

Rapport Lotje H. Naam Lotje H. Geboortedatum School/Locatie Boogschutter 0-7. Schooljaar Aanmaakdatum

Procedure schooladvies VO Basisschool St. Dionysius

Werkdocument resultaatafspraken vroegscholen (basisschool groep 1-2)

Pasen en het derde aan het eind van het schooljaar.

Procedure Schooladvies Sint Jozefbasisschool

Dyscalculieprotocol Cluster Jenaplan

Protocol overgang naar volgende groep

Procedure versnelde leertijd / leertijdverlenging Samengesteld door: Het zorgteam van NBS Teteringen schooljaar

Inhoud. Veenendaal, Onderwerp: verantwoording van ons onderwijs. Beste ouder(s)/verzorger(s),

Procesgang PO-VO. Leidend in deze is de BOVO procedure

Beleidsplan overgang van 1 naar 2 naar Beleidsplan; de overgang van 1 naar 2 naar 3

Afspraken mbt protocol dyslexie Van Dijckschool Bilthoven. Inhoudsopgave:

6. Ondersteuning voor de leerlingen

Overgang Protocol. Afspraken bij de overgang van de ene naar de andere groep. Basisschool Paulus

Transcriptie:

Protocol overgang groep 1 2 groep 2 3 en verlengde kleuterperiode Opgesteld in september-november 2009

Inhoudsopgave Inleiding pagina 3 De schoolloopbaan van een kleuter pagina 4 Meetmomenten en oudergesprekken pagina 5 Kinderen die (nog) niet op niveau zijn pagina 6 Kinderen die verder zijn in hun ontwikkeling dan hun leeftijdsgenoten pagina 7 2

Inleiding Ooit was er een zelfstandige kleuterschool naast een zelfstandige lagere school. In die tijd werd het begrip schoolrijpheid gebruikt waarmee de mate van geschiktheid om te starten in de eerste klas (nu groep 3) werd aangegeven. Een tweede gegeven was de geboortedatum. Die datum had niets te maken met de ontwikkeling van de leerling, maar met de bekostiging; 1 oktober was de teldatum! Tegenwoordig heeft die datum van 1 oktober geen functie meer bij het beslissen over de voortgang naar de volgende groep. De behoeften en ontwikkeling van de leerling zijn steeds uitgangspunt voor het onderwijsaanbod en de begeleiding van de leerlingen, van groep 1 tot en met groep 8. Het is een ontwikkelingspsychologisch gegeven dat kinderen verschillen in de tijd die ze nodig hebben om te ontwikkelen naar het gerichte leren en het uitvoeren van complexe taken. Bij sommige kinderen is er sprake van een normale ontwikkeling, dreigt er geen stagnatie, heeft de school geen hulpvraag, maar is het kind nog niet zover. Als school willen we rekening houden met deze verschillen, omdat het overvragen van het jonge kind in deze fase tot onzekerheid, faalangst en uitval kan leiden. Een kind heeft recht op een stevig fundament. In dit protocol worden aandachtspunten en criteria besproken, welke de school gebruikt om de beslissing te nemen of een leerling doorstroomt of een verlengde kleuterperiode krijgt. 3

De schoolloopbaan van een kleuter Als een kind vier jaar is begint zijn loopbaan op school. Voordat het kind vier jaar is geworden heeft hij al even mogen proeven aan deze nieuwe omgeving, hij is een aantal keren komen wennen in de klas. Dit wennen gaat bij jonge kinderen heel snel; al vlug hoort een nieuwe leerling helemaal bij de groep en is de schoolomgeving één grote prikkelende uitdaging voor het kind. Elk kind heeft een eigen beginsituatie en een eigen ontwikkeling. Het ene kind zal, net nieuw op school, alles nog ontdekken door te kijken, te luisteren en te spelen, terwijl het andere kind zelf al veel te vertellen heeft, veel weet en graag werkjes doet. Dit maakt de kleuterperiode voor een kind zo n ontzettend gevarieerde, leerzame en plezierige tijd. In de regel is een leerling minstens één heel jaar jongste kleuter. Als jongste kleuter leert en ontwikkelt een kind de vaardigheden die hij nodig heeft om oudste kleuter te worden. Deze oudste-kleuterperiode duurt over het algemeen één schooljaar. In dit jaar leert en ontwikkelt een kind de vaardigheden en kennis die hij nodig heeft om te kunnen gaan leren in groep 3. Om een voorbeeld te geven: een kind dat in februari vier jaar wordt is het lopende schooljaar uit jongste kleuter, zo ook het schooljaar dat volgt. De jongste-kleuterperiode van zo n leerling duurt dus net iets minder dan anderhalf jaar. Hierna wordt het kind oudste kleuter en kan hij, als alles naar verwachting loopt, het jaar erop naar groep 3. Nog een voorbeeld: een kind dat in juli jarig is komt vóór de zomervakantie niet meer op school wennen; de zomervakantieperiode duurt voor een kind zo lang dat wennen geen zin heeft. Na de zomervakantie mag het kind meteen vast op school komen en is hij jongste kleuter. Dit is hij gedurende één schooljaar (als we uitgaan van een normale ontwikkeling). Het schooljaar dat volgt is hij oudste kleuter. De kleuterperiode van deze leerling duurt dus precies twee jaar. Er zijn ook zogenoemde herfstkinderen. Dit zijn kinderen die in oktober, november of december jarig zijn. Van deze kinderen hebben sommigen genoeg aan een wat kortere kleuterperiode, terwijl anderen juist baat hebben bij een verlengde kleuterperiode. Net zoals bij alle andere leerlingen wordt bij de herfstkinderen gekeken naar hun behoeften en ontwikkeling. Dit betekent dat de school deze leerlingen goed in de gaten houdt om het schoolloopbaanvervolg goed te kunnen verantwoorden. De school zal moeten beslissen of deze leerlingen doorstromen met de oudere kleuters of een verlengde kleuterperiode nodig hebben. 4

Meetmomenten en oudergesprekken Meetmomenten Pravoo Als een leerling ongeveer een maand op school zit wordt het eerste peilpunt van het Pravoo leerlingvolgsysteem ingevuld. Dit is het eerste meetmoment. De Pravoo wordt weer ingevuld als een leerling een half jaar en een jaar op school zit. Als een leerling oudste kleuter is wordt de Pravoo halverwege (januari) dat schooljaar en aan het eind (juni) van dat schooljaar ingevuld. Het kan zijn dat een leerling langere tijd in de kleutergroep zit. In dit geval kan het zijn dat één of twee peilpunten nogmaals ingevuld moet(en) worden. CITO In de kleutertijd heeft een leerling in de basis twee toetsmomenten met de toetsen van het leerlingvolgsysteem van CITO. De leerlingen worden hierbij nader bekeken op het gebied van taal, ordenen en ruimtelijke- en tijdsbegrippen. Aan de hand van de uitslagen van deze toetsen kan per leerling worden bekeken of hij of zij extra aandacht nodig heeft op een bepaald gebied. Aan het eind van het schooljaar vóór het schooljaar waarin een leerling oudste kleuter is worden de eerste CITO-toetsen afgenomen. In het schooljaar waarin een leerling oudste kleuter is worden in januari de CITO-toetsen afgenomen. Het kan zijn dat een leerling meer dan deze twee toetsmomenten nodig heeft. Dit kan in de volgende gevallen: - Als een leerling een zogenoemd herfstkind is en nog niet zeker is of een kind beter af is met een verlengde kleuterperiode of dat hij of zij sneller kan doorstromen. De uitslagen van de toetsen laten zij meewegen in het besluit om een leerling al dan niet langer in de kleutergroep te houden. Als de beslissing is genomen een leerling inderdaad een verlengde kleuterperiode te geven worden dezelfde toetsen het schooljaar daarop dus nogmaals afgenomen. - Als een oudste kleuter in januari matig of zwak scoort op (één van) de CITO-toetsen. De leerkrachten besteden in dit geval extra aandacht bij dit kind aan de gewenste gebieden (ordenen, taal etc.) In juni worden de toetsen waarop de leerling laag scoorde nogmaals afgenomen, om te bepalen of vooruitgang is geboekt. Oudergesprekken De ouders van een leerling worden na ongeveer zes weken uitgenodigd voor een eerste gesprek. In dit gesprek worden niet alleen de bevindingen van de leerkracht(en) (observaties, Pravoo) besproken, maar ook kunnen ouders of leerkracht(en) meer informatie vragen over het kind of bijvoorbeeld de school. Twee keer per jaar, in januari/februari en juni, zijn vaste oudergespreksmomenten. Ouders van leerlingen in de kleutergroep kunnen dan met de leerkracht(en) van hun kind komen praten. Deze gesprekken duren tien minuten. Als tien minuten te kort blijkt wordt een afspraak gemaakt om het gesprek voort te zetten. Het kan ook zijn dat de leerkracht(en) buiten deze gespreksmomenten om een gesprek met de ouders van een leerling nodig acht, dit kan om uiteenlopende redenen zijn. De leerkracht zal de ouders dan benaderen om een afspraak te maken. Andersom kan het ook zijn dat ouders buiten de vaste gespreksmomenten om een gesprek met de leerkracht(en) wensen. Ouders benaderen in dit geval de leerkracht(en) om hiervoor een afspraak te maken. 5

Kinderen die (nog) niet op niveau zijn Aan het eind van de jongste-kleuterperiode Als de leerling aan het eind van hun jongste-kleuterperiode één of meerdere van onderstaande punten laat zien kan de beslissing genomen worden dat het kind een verlengde jongstekleuterperiode krijgt. Hierbij is het advies van de school bindend. - Bij de Cito-toetsen een onvoldoende score (D of E) - Bij de Pravoo-peilpuntenlijst geen of weinig vooruitgang - Eigen observaties van de leerkracht, bijv. t.a.v. de werkhouding, spelontwikkeling en/of sociale ontwikkeling, geven vraagtekens - Er zijn specifieke ontwikkelingsproblemen of ontwikkelingsstoornissen Mocht er in de loop van dit tweede schooljaar als jongste kleuter sprake zijn van een bovengemiddelde ontwikkelingsgroei, dan kan alsnog besloten worden tot (versneld) doorstromen naar groep 3, waarbij het desbetreffende kind tot de zomervakantie oudste kleuter is. Indien er sprake is van uitval op de cognitieve onderdelen of zorgen zijn n.a.v. het functioneren binnen de groep, wordt in een gesprek met de ouders de zorgen m.b.t. de schoolloopbaan van de leerling aangegeven. Zo concreet mogelijk wordt uitgelegd hoe en waaraan de komende periode op school gewerkt wordt (handelingsplanning). Tevens worden afspraken gemaakt over hoe men thuis de ontwikkeling van het kind kan stimuleren (bijv. spreektaal verder helpen ontwikkelen, zelfredzaamheid bevorderen). Het kind wordt besproken in het Zorgteam (leerkracht(en), IB er, eventueel leerkracht groep 3, schoolbegeleider). Aan het eind van de oudste-kleuterperiode Uiterlijk mei wordt een definitieve beslissing genomen over het vervolg van de schoolloopbaan van het kind; verlengde oudste-kleuterperiode of doorgaan naar groep 3. Als het kind halverwege zijn oudste-kleuterperiode één van onderstaande punten laat zien, kan worden besloten tot een verlengde kleuterperiode. - Bij de Cito-toetsen onvoldoende score (D of E) - Bij de Pravoo-peilpuntenlijst geen vooruitgang of achteruitgang - Eigen observaties van de leerkracht, bijv. t.a.v. de werkhouding, spelontwikkeling en/of sociale ontwikkeling, geven vraagtekens - De beginnende geletterdheid is onvoldoende (vastgelegd in het Protocol Leesproblemen en Dyslexie) en m.n. het fonetische bewustzijn is zwak of onvoldoende - Eventueel: extra screening van de logopediste is zwak of onvoldoende - Eventueel: verslagen van onderzoek door externen geven reden tot extra jaar in groep 2 Indien wordt besloten de leerling niet door te laten gaan naar groep 3, zullen wij ervoor waken dat de doorgaande lijn op alle gebieden gewaarborgd blijft. Indien ouders dit advies niet wensen over te nemen, volgt een gesprek met de directeur en eventueel de IB-er. De beslissing van de directeur is bindend. Het gesprek wordt in een verslag vastgelegd dat ook door ouders wordt ondertekend. Bij deze verlengde kleuterperiode worden afspraken over de begeleiding van het kind gemaakt. 6

Kinderen die verder zijn in hun ontwikkeling dan hun leeftijdsgenoten Versnelde overgang naar oudste kleuter Soms zijn kinderen op vrijwel alle gebieden verder dan hun leeftijdsgenoten (vaak blijkt dat al als zij nog jongste kleuter zijn). De leerkracht kan dan in overleg met de IB-er en de ouders beslissen dat een jongste kleuter eerder mee gaat doen als oudste kleuter om beter aan te sluiten bij zijn doorgaande ontwikkeling. Onderstaande criteria worden hierbij gehandhaafd: - Het kind scoort minimaal een B op de Cito-toetsen voor jongste kleuters - Uit de scores bij de Pravoo-peilpuntenlijst blijkt dat het kind verder is in zijn/haar sociaal-emotionele ontwikkeling - Eigen observaties van de leerkracht, bijv. t.a.v. de werkhouding, spelontwikkeling en/of sociale ontwikkeling, geven aan dat een kleuter oudste kan worden - Het kind kiest uit zichzelf regelmatig ontwikkelingsmaterialen en spelactiviteiten die bij oudere kleuters passen - Het kind zit op het niveau van oudere kleuters met de mijlpalen van de verschillende vakgebieden Versnelde overgang naar groep 3 Als het kind vervolgens ook als oudste kleuter goed presteert, en de aangeboden stof aan kan, dan kan de leerling het schooljaar daarop vervroegd mee naar groep 3. Om deze beslissing te nemen laat het kind de volgende aspecten zien, die voor ieder kind gelden die naar groep 3 gaat: - Het kind scoort minimaal een B op de Cito-toetsen voor oudste kleuters - De werkhouding: een kind moet langere tijd achter elkaar door kunnen blijven werken en gemotiveerd zijn om te werken. Ook moet het kind uit zichzelf regelmatig kiezen voor ontwikkelingsmaterialen en moeilijke spelactiviteiten voor oudste kleuters - Sociale ontwikkeling: het kind speelt graag met oudste kleuters, het voelt zich thuis bij deze leeftijdsgroep - Spelontwikkeling: er is sprake van gevorderd rollenspel - Taalontwikkeling: het kind spreekt in goed opgebouwde zinnen, heeft een rijke woordenschat, beheerst de leesvaardigheden voor voorbereidend lezen (Protocol Leesproblemen en Dyslexie) - Het kind moet emotioneel stabiel zijn en zelfvertrouwen hebben - Het kind bezit een goede fijne motoriek - Rekenontwikkeling: het kind kan goed synchroon tellen, meten en wegen, rekenbegrippen hanteren en logisch nadenken op het niveau van oudste kleuters - Het kind moet goed van begrip zijn, een goede concentratie en een brede belangstelling hebben - Het kind kan zelf werk plannen (weektaken) - Het kind zit op het niveau van oudste kleuters met de mijlpalen van de verschillende vakgebieden - Het kind moet zelf goed gemotiveerd zijn om naar groep 3 te gaan In het geval van vroegtijdig doorstromen naar groep 3 wordt het kind besproken in het Zorgteam. Het advies wordt met de ouders besproken. 7