Het nieuwe beleidskader lokaal mobiliteitsbeleid Erwin Debruyne - VVSG Decreet van 10 februari 2012 Wijziging van Mobiliteitsdecreet van 20 maart 2009 Opheffing van het Convenantendecreet Uitvoering vastgelegd in Besluit Vlaamse Regering van 25 januari 2013 Vanaf 1 maart 2013 (ver)nieuw(d)e terminologie, (ver)nieuw(d)e methodiek volgens volgende principes: recuperatie instrumentarium convenant op hoger niveau bevestigen van wat op terrein is gegroeid: aanpak gemeentelijke plannen binnen het convenantenbeleid rechtszekerheid en rechtsgelijkheid: zelfde aanpak in alle gemeenten optimaliseren zonder afbreuk te doen aan basisprincipe kwaliteitszorg 1
Niet geest > letter; richtlijn > wet Meden en Perzen; trekken > controleren kan moeilijk in regelgeving, maar wel: intern vormen/aansturen Geen rechtstreekse koppeling actieprogramma GMP en uitvoeringsprogramma hogere overheid die nochtans gemeentelijk mobiliteitsplan mee moet goedkeuren kan moeilijk in (deze) regelgeving, maar wel: als wegingsfactor in prioriteitsberekeningen? Wel geest van BBC / planlastdecreet administratieve vereenvoudiging geen moederconvenant vereiste gegevens: niet nog eens opvragen wat de Vlaamse overheid al heeft geen regulering gemeentepersoneel Missie van het mobiliteitsdecreet Duurzame mobiliteit: Mobiliteitsbeleid is gericht op een duurzame mobiliteitsontwikkeling waarbij mobiliteit wordt beheerd voor de huidige generatie zonder de behoeftevoorziening van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. aandacht voor integratie van en de synergie tussen sociale, ecologische en economische aspecten. 5 strategische doelstellingen 2 basisbeginselen 2
Missie van het mobiliteitsdecreet Missie van het mobiliteitsdecreet Accenten in de vernieuwde aanpak voor duurzame mobiliteit op lokaal niveau kwaliteitsvolle duurzame mobiliteitsplannen en -projecten zo efficiënt mogelijk Lokale besturen nemen een cruciale rol in de (ver)nieuw(de) organisatiestructuur Gemeentelijke Begeleidingscommissie Overlegforum / spil Lokale en bovenlokale actoren Multidisciplinair en beleidsdomeinoverschrijdend Taken: Voorbereiden, opmaken, opvolgen en evalueren van het (inter-)gemeentelijk plan Begeleiden van de voorbereiding, opmaak, opvolging en evaluatie van projecten Eerste belangrijke stap in de besluitvorming Werving draagvlak IGBC bij intergemeentelijke plannen en projecten Via collegebeslissing Regelgeving duidt aan welke dossiers (agendapunten) minimaal/zeker door (I)GBC moeten worden behandeld 3
Gemeentelijke Begeleidingscommissie Formuleert aanbevelingen bij consensus over duurzame plannen en projecten Aanwezigheid wordt cruciaal: betrokkenheid van alle relevante actoren zorgvuldig vastleggen van vergaderdatum en agenda zeker bij negatief advies Mandaat essentieel: actoren nemen een standpunt in Belangrijke rol voorzitter (gem.): ook goede bemiddelaar Correct verslag essentieel (zeker van de consensus-gbc ) Bij consensus projecten is geen bespreking meer verplicht in RMC (regionale mobiliteitscommissie, voorheen PAC/OVC) Gemeentelijke Begeleidingscommissie Samenstelling: bepalingen i.f.v. het vaststellen van de consensus consensus advies verplicht variabel vaste leden - initiatiefnemer - gemeente (voorzitter) - De Lijn - departement MOW (BMV) - wegbeheerder variabele leden RWO, provincie, LNE, adviesverleners bij stedenbouwkundige vergunning, NMBS, adviserende leden Politie, scholen, handelaars, wijkcomité, Fietsersbond, Treintrambus, Gemeentelijk mobiliteitsplan als kader Geïntegreerde benadering Lange termijn <> korte termijn mobiliteitsplan project project project 4
Geïntegreerde benadering Projecten kaderen in gemeentelijk mobiliteitsplan Actieplan Timing Wie doet wat Gezamenlijke verantwoordelijkheid, geformaliseerd door gemeenteraad Richtinggevend deel is formeel richtinggevend voor de gemeente Eventueel gemotiveerd van afwijken Gefaseerde methodologie mobiliteitsplannen Bevestiging huidige methodiek Opmaak in fasen en evaluatie met sneltoets 3 sporen Kader + onderzoek Creatieve fase Visie + afspraken Evaluatie oriëntatienota synthesenota beleidsplan sneltoets verkenningsnot a uitwerkingsnota beleidsplan aangepaste actietabel Een gemeentelijk mobiliteitsplan (GMP) wordt verplicht Overgangsmaatregelen Gelijkgesteld en dus geldig: GMP s conform verklaard na invoering decreet van 20 maart 2009 betreffende mobiliteitsbeleid of binnen de 6 jaar vóór invoering van dit decreet Vervallen op 1 maart 2013: oudere GMP s verlengingen van conformiteit i.f.v. de planningsfasen van verbreden en verdiepen of vernieuwen 5
Bekendmaking (= publicatie BS) gemeentelijk mobiliteitsplan verplicht Plan blijft geldig tot nieuw plan is bekendgemaakt Subsidiëring voor nieuw, geheel of gedeeltelijk herzien plan (max. éénmaal per legislatuur, op moment van bekendmaking van nieuw plan) Randvoorwaarde voor subsidies en samenwerkingsovereenkomst bij projecten Wanneer sneltoets? Minstens éénmaal per 6 jaar I.f.v. legislatuur i.f.v. andere planprocessen in een beleidsdomein dat interfereert met mobiliteit (bijv. GRS) i.f.v. bovenlokale of intergemeentelijke planprocessen i.f.v. komst grootschalig project Zorgvuldige afweging wenselijk met het oog op het te volgen spoor en rekeninghoudend dat subsidiëring wordt beperkt tot max. één keer per legislatuur 6