Hooglied 1. Een lied over de liefde 1 Nu volgt het mooiste lied van koning Salomo.

Vergelijkbare documenten
Voorzichtig schuift hij het zware gordijn weg. Voor alle kamers hangt zo n goudkleurig gordijn. Om de warmte buiten te houden. Want het is erg warm,

1 In het begin. In het begin leefde alleen God. De Heere God is er altijd geweest. En Hij maakte de hemel en de aarde.

1 Joël, de zoon van Petuel, was een profeet. De Heer sprak tegen hem. Nu volgt wat Joël van de Heer moest zeggen.

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

3. Doe onze God uw loflied horen, gij volken, zing alom op aard, loof Hem door wie wij zijn herboren, die ons voor wankelen heeft bewaard.

Verhaal 1 ORPHEUS IN DE ONDERWERELD

Hij zorgt voor zijn volk, ook in de woestijn.

Liturgie Paasgezinsdienst Thema: een nieuw begin

Onsterfelijke liefde. (Improvisatie - Hooglied 8, 6-7) *** Jij bent mijn levend bed, je armen zijn een zachte deken om mij heen

Stilteviering Kwetsbaar stil. Liturgie zondag 29 oktober 2017 om 19:00 uur Voorganger ds. Reinoud Koning Organist Ans Kuus

HOOGLIED. SNG - Herziene Statenvertaling 2010 HET BOEK. De bruid en de Bruidegom. Het Hooglied, dat van Salomo is. zij:

Licht Een vertelling

Het geheim van Cleopatra

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur.

Johan van Caeneghem. Het Schemerhuis

- INTREDE - - DE SCHRIFTEN -

De sprookjesverzamelaar

Kerstviering 2009 Laat iedereen het horen. Groep 0, 1 en 2 CBS Shalom

Wij hebben een kleine zus die nog geen borsten heeft. Wat kunnen we voor ons zusje doen wanneer men haar vroeg? 9

Lied van de maand

Het kasteel van Dracula

ZWAAR, LICHT. Je kan honderden voorbeelden geven van wat gewicht is, maar je herinnert je er maar één.

Oud wit Prins de Vos. Ik wil je.

Rivka voelt tranen in haar ogen. Vader aait over haar wang. Hij zegt: Veel plezier, prinsesje. Vergeet je nooit wie je bent? Dan draait vader zich

DE TOVERFLUIT. Mozart In beeld gebracht door groot en klein van De Toverfluit, Zonhoven

Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5

4 Heer, u hebt aan de mensen uw regels gegeven. Zo weet ik wat ik moet doen. 5 Ik wil leven volgens uw wetten, en dat volhouden, elke dag weer.

Het speelhuis van Lotte en Nina

Op hun knieën blijven ze wachten op het antwoord van Maria. Maar het beeld zegt niets terug.

De familie schaap. Praat eens zoals een schaap Welke dierengeluiden ken je nog? Doe ze eens na?

Gemeente van onze Heer Jezus ChristusGemeente van onze Heer Jezus Christus!

Inhoud. Een nacht 7. Voetstappen 27. Strijder in de schaduw 51

Verloren grond. Murat Isik. in makkelijke taal

Liedboekje kinderkoor de Bubbel. september t/m december 2017

Beste Lezer. Voor u ligt de bundel met als thema afscheid, de dood, rouwverwerking. Het heeft mij jaren gekost om deze bundel vorm te geven.

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht.

Lente. Lente. Zomer. Herfst. Winter

Sterk als de dood de liefde

Heer ik kom tot u Heer, ik kom tot U, hoor naar mijn gebed. Vergeef mijn zonden nu, en reinig mijn hart.

26 Mei De Liederen van Salomo

Heb je wel eens. Misschien wist je niet. een fee zien sprankelen? dat het een fee was

Waarom dit boek? 7. 1 De ik-fabriek, wat is dat? Lichaamsseintjes Je lichaam is net een fabriek 17

Sofie en Regenboog HOOFDSTUK ÉÉN

Het leven krijgt weer kleur.

7 Mini SPA-Momentjes

in het holst van de nacht

Antoine in Nepal. Karel Peeraer.

Samen met Jezus op weg

Materiaal Groen. Deel 3: Groen groeit

Tevredenheid 1. Tevreden over wat je hebt gedaan 8 2. Tevreden in alle omstandigheden Tevreden met weinig Tevreden met wat je hebt 14

begrijpend lezen werkboek

Verhalen uit het. Midden-Oosten. naverteld door Sandra van der Stege

Thema 3 Dieren en planten

Het wordt licht. Genesis 1:1-5

Michael. De Cock Met illustraties van. Gerda Dendooven. een hart. het verhaal van. Helena

Eh ja, zegt hij, dat kan ook.

HOOGLIED. lofzang op de liefde

Ik wou dat het raven werden.

Bob Hartman. Beste ouders en verzorgers,

En er komt nog een derde vinger bij: Ik heb nog niets aan mijn boekverslag gedaan.

Jezus geeft zijn leven voor de mensen

ROSANNE. Oh, oh, oh. Van Aemstel Produkties - De leukste uitjes van Amsterdam -

Boek1. Les 1. Dit is het verhaal van Maria. Dit is het verhaal van de engel. Dit is het verhaal van Jezus.

Naam van gedichtenalbum : De eerste 30

Gedichten en teksten voor moederdag

Leesboekje het lichaam

Als Jasmijn weer eens verliefd is, komt ze meteen naar Lonnie toe.

Eerst zien, dan geloven

DE SPROOKJESPARADE. Rolverdeling:

KRUISWOORDRAADSEL 1: WILDE DIEREN

Liefdesgedichten schrijven

Liederen voor kinderen. 20 liederen voor tijdens de eredienst

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen,

De koningin zoekt een huis.

Samenzang: Kom allemaal samen (op de wijs van Komt allen tezamen)

DE HEMEL, GODS PRACHTIGE THUIS

Maar hij ziet niemand. Ik zal het wel gedroomd hebben, denkt hij dan. Hij gaat weer liggen en slaapt verder.

Kinderdienst 12 februari 2017

Woordenschat Taal Actief groep 4 Thema 8 Les 1

DE HEMEL, GODS PRACHTIGE THUIS

Liturgie voor de gezinsdienst op zondag 6 oktober, aanvang uur. Thema: Niemand is zoals jij! Max Lucado

Om 9.55 uur zingen we samen met de muziekgroep: U bent heilig

y02 Marcus 15.2 Rinze IJbema - Marcus 15, 2-5. Gemeente van Jezus Christus,

Op de begraafplaats van de Heerlerbaan, 24 maart Lieve familie en vrienden en vriendinnen

Paasviering 2016 Achtergelaten Vergeet me niet

Het is druk op het schoolplein. Overal zie je kinderen die aan het knikkeren zijn. Joost heeft een grote zware knikkerzak. Hij roept: 'Ik heb de

Exodus 17,1-7 - Water uit de rots voor mensen met een kort lontje

Liturgie paasviering

Ze neemt nog een slok van haar rum-cola. Even lijkt het alsof de slok weer omhoogkomt.

HEMELS HUWELIJK KALENDER 52 X WIJ TIJD VOOR ELKAAR. Willem en Marian de Vink

Luister allemaal goed, zegt de juf. Want ik heb heel leuk nieuws. Over een paar weken is het juffendag. Dan is het groot feest op school.

Processielied:Wij zoeken hier uw aangezicht (voor de cantorij nr. 281B) Na vers 6 staat de gemeente op om mee te zingen. Cantorij

Niet bang zijn! God maakt je sterk!

Niks moeten please! Ontspanningsverhalen met kleurplaten voor kinderen In de klas en thuis te gebruiken.

Bijlage 6: Schetsbordverhaal Zacheüs

ZONDAGSBRIEF WILHELMINAKERK 5 februari 2017

R O S A D E D I E F. Arco Struik. Rosa de dief Arco Struik 1

* Musical. Spelers: David

en de geheime tuin illustraties

Dichtend door de seizoenen. Danielle Vink

Transcriptie:

Hooglied 1 Een lied over de liefde 1 Nu volgt het mooiste lied van koning Salomo. Met jou ben ik gelukkig 2 Kus me, mijn liefste, kus me, kus me op mijn mond. Jouw liefde is beter dan wijn, 3 zoet is de geur van je huid. Je naam klinkt prachtig. Daarom houden alle meisjes van jou. 4 Neem me met je mee, vlug! Jij bent mijn koning, neem me mee naar je paleis. Ik ben gelukkig met je en ik zing over je, aan iedereen vertel ik over jouw liefde. Jouw liefde is beter dan wijn. Natuurlijk houden alle meisjes van jou! Ik ben bruin door de zon 5 Meisjes van Jeruzalem, mijn huid is donker, en ik ben mooi. Mijn huid is zo donker als een tent in de woestijn, zo donker als de gordijnen in Salomo s paleis. 6 Kijk niet zo naar me omdat ik donker ben. Ik ben bruin door de zon. Mijn broers hebben me hard laten werken. Ik moest op hun wijngaard passen, maar ik heb niet goed voor mezelf gezorgd. Waar kan ik je vinden? 7 Vertel me toch, mijn liefste, waar ga je heen met de schapen, waar laat je ze s middags rusten? Moet ik je gaan zoeken bij je vrienden, moet ik je gaan zoeken bij hun schapen? 8 Mooiste vrouw van allemaal, als je me echt niet kunt vinden, volg dan het spoor van de schapen.

Neem je geiten mee, neem ze mee naar de tenten van de herders. Je bent zo mooi 9 Je bent zo mooi, vriendin van me, zo mooi als het mooiste paard van de koning! 10 Je wangen en je ringen zijn schitterend, prachtig zijn je hals en je kettingen. 11 Ik laat een gouden sieraad voor je maken, met zilveren balletjes eraan. 12 Terwijl mijn liefste, mijn koning, ligt te slapen, ruikt mijn lichaam heerlijk zoet. 13 Mijn liefste ligt tussen mijn borsten, hij ruikt naar zoete olie. 14 Mijn liefste lijkt op de geurige bloemen in de tuinen van Engedi. 15 Je bent zo mooi, vriendin van me, je bent zo mooi! Je ogen zijn zo zacht als de ogen van een duif. 16 Wat ben je mooi, mijn liefste, wat ben je knap! Hier liggen we in het groene gras. 17 De bomen zijn de muren van ons huis, de bladeren zijn het dak boven ons hoofd. Hooglied 2 Mijn liefste is prachtig 1 Ik lijk op een roos in het vlakke land, ik lijk op een wilde lelie in het dal. 2 Zo prachtig als een lelie tussen het onkruid, zo is mijn vriendin tussen de andere meisjes. 3 Zo mooi als een appelboom tussen andere bomen, zo is mijn liefste tussen andere jongens. Ik wil zo graag in zijn schaduw zitten. Ik wil met mijn tong zijn zoete vruchten proeven. Ik ben ziek van de liefde

4 Mijn vriend maakt me dronken van liefde, zijn liefde is overal om me heen. 5 De liefde maakt me ziek. Geef me druiven die me beter maken, geef me appels die me sterker maken! 6 Mijn hoofd ligt op zijn linkerarm, met zijn rechterhand streelt hij me. 7 Beloof me, meisjes van Jeruzalem, dat je ons alleen laat zijn in de liefde. Wij zijn net als herten in het bos, we willen met rust gelaten worden. De winter is voorbij 8 Ik hoor mijn liefste, ik zie hem, hij komt eraan! Hij rent en springt over bergen en heuvels, 9 hij is snel als een jong hert. Kijk, daar achter de muur, daar staat hij al en hij kijkt, hij kijkt door het raam naar binnen. 10 Hij roept me, mijn liefste zegt iets tegen mij! Sta vlug op, mijn liefste, mooi meisje, kom met me mee! 11 De winter is voorbij, het regent niet meer. 12 Buiten bloeien de bloemen al, de vogels gaan weer zingen. Overal hoor je de duiven. 13 De vijgenboom heeft al vruchten, de wijngaard bloeit, het ruikt heerlijk. Sta vlug op, mijn liefste, mooi meisje, kom met me mee! 14 Verberg je niet, zoals een duif die een nest maakt in de bergen. Laat me je gezicht zien, want dat is zo mooi! Laat me je stem horen, want die klinkt zo prachtig! 15 Vang de vossen voor ons, vang die kleine vossen. Want ze vernielen onze wijngaard, en die bloeit juist zo mooi!

16 Mijn liefste is van mij en ik ben van hem. Hij wandelt tussen de bloeiende lelies. 17 Maar ga nu weg, mijn liefste. Straks wordt het licht, dan gaat het zachtjes waaien, en dan zal het donker verdwijnen. Ga nu weg, mijn liefste, zo snel als een hert. Spring over de geurige bergen. Hooglied 3 In mijn droom zoek ik mijn liefste 1 s Nachts in mijn droom zoek ik mijn liefste, ik zoek hem, maar ik vind hem niet. 2 Laat ik opstaan en door de stad gaan lopen, langs de straten en over de pleinen. Ik zoek mijn liefste, ik zoek hem, maar ik vind hem niet. 3 Ik vraag het aan de bewakers die s nachts rondgaan door de stad: Hebben jullie mijn liefste gezien? 4 Meteen daarna vind ik hem, mijn liefste. Ik pak hem stevig vast, ik laat hem niet meer los. Ik neem hem mee naar het huis van mijn moeder, naar de kamer waar ik ben geboren. 5 Beloof me, meisjes van Jeruzalem, dat je ons alleen laat zijn in de liefde. Wij zijn net als herten in het bos, we willen met rust gelaten worden. Wie komt daar uit de woestijn? 6 Wie is die vrouw die daar uit de woestijn komt, met al die geuren om zich heen, geuren van heerlijke kruiden? 7 Kijk, daar komt de draagstoel van Salomo, met zestig sterke mannen eromheen, de sterkste mannen van Israël. 8 Mannen met wapens, die goed kunnen vechten, als er gevaar is in de nacht. 9 De draagstoel van Salomo is prachtig, hij is gemaakt van cederhout. 10 De poten zijn bedekt met zilver, de leuning is van goud.

De kussens zijn van dure rode stof, de stoel is versierd en met liefde gemaakt door de meisjes van Jeruzalem. 11 Kom naar buiten, meisjes van Jeruzalem, kijk toch naar koning Salomo. Zie je die kroon op zijn hoofd? Die gaf zijn moeder hem toen hij trouwde. Dat was een gelukkige dag! Hooglied 4 Alles aan jou is mooi 1 Je bent zo mooi, vriendin van me, je bent zo mooi! Je ogen zijn zo zacht als de ogen van een duif, ze glanzen door je sluier heen. Je donkere haar hangt over je schouders, je zwarte krullen lijken op een kudde geiten die van de berg af komt. 2 Je tanden zijn mooi wit, zo wit als schapen die net gewassen zijn, vlak voor het scheren. De schapen komen twee aan twee, er ontbreekt er niet één. 3 Je lippen zijn rood, ze lijken op een donkerrood lint. Je stem klinkt als muziek, zo mooi. Ik zie je mond lachen, door je sluier heen, je mond lijkt op een rode vrucht. 4 Je hals is lang en rond, net als de ronde toren van koning David. Een toren die met schilden versierd is, met duizend schilden van dappere soldaten. 5 Je borsten lijken wel twee kalfjes, of twee jonge herten die tussen de bloeiende lelies lopen. 6 Straks wordt het licht, dan gaat het zachtjes waaien, en dan zal het donker verdwijnen. Dan kom ik naar de berg met al die heerlijke kruiden. 7 Je bent mooi, mijn vriendin. Alles aan jou is mooi, je bent volmaakt! Ga met me mee

8 Mijn bruid, ga met me mee! Kom mee, weg van de Libanon-bergen, kom mee omlaag van de top van de bergen, van de Amana, de Senir en de Hermon. Daar hebben leeuwen hun hol, en daar verbergen panters zich. Je laat mijn hart sneller kloppen 9 Je laat mijn hart sneller kloppen, mijn meisje, mijn bruid. Je laat mijn hart sneller kloppen met één blik van je ogen, met één kraal van je ketting. 10 Heerlijk is je liefde, mijn meisje, mijn bruid. Je liefde is beter dan wijn. Heerlijk is de geur van je huid, zoeter dan alle andere geuren. 11 Ik proef de honing van je lippen, de melk en de honing onder je tong. Je kleren ruiken nog naar de Libanon-bergen. Kom in de tuin van de liefde 12 Mijn meisje, mijn bruid, je lijkt op een tuin, een gesloten tuin, met een bron waar niemand bij kan. 13 In die tuin groeien bomen met heerlijke vruchten. Er zijn geurige bloemen en planten. 14 Je vindt er zoete kruiden die heerlijk ruiken, kruiden van allerlei soorten. 15 Je lijkt op een bron in een tuin, met helder water uit de Libanon-bergen. 16 Wind uit het noorden en wind uit het zuiden, kom, en waai door mijn tuin! Laat alles heerlijk ruiken. Mijn liefste moet naar mijn tuin komen, om er zoete vruchten te eten. Hooglied 5 1 Ik ben al in je tuin, mijn meisje, mijn bruid. Ik pluk er geurige kruiden en planten,

ik eet er zoete honing en drink er melk en wijn. Laten we samen eten en drinken, laten we genieten van de liefde! Ik droom over mijn liefste 2 Ik slaap, maar ik ben klaarwakker. In mijn droom hoor ik hem. Mijn liefste klopt op de deur. Doe open, roept hij, meisje van me, vriendin, mijn duifje, niemand is zo mooi als jij! Mijn hoofd is nog nat van de dauw, mijn haren zijn vochtig van de nacht. 3 Maar ik heb mijn hemd al uit, moet ik het soms weer aandoen? Ik heb mijn voeten al gewassen, moet ik ze weer vuil maken? 4 Mijn liefste steekt zijn hand door de deur, mijn hart klopt snel, ik verlang naar hem! 5 Ik spring op om open te doen. Met vochtige handen open ik de deur, geurige olie valt van mijn vingers. 6 Ik doe de deur open voor mijn liefste, maar hij is weg, hij is verdwenen! Ik weet niet wat ik moet doen. Ik zoek hem, maar ik vind hem niet. Ik roep hem, maar hij antwoordt niet. 7 De bewakers vinden mij, de bewakers van de stad. Ze slaan me, ze doen me pijn, ze trekken de sluier van mijn hoofd. 8 Beloof me dit, meisjes van Jeruzalem: Als jullie mijn liefste vinden, weet je wat je dan zeggen moet? Dat ik ziek ben van liefde! 9 Waarom moeten we jou dat beloven, mooiste van alle vrouwen? Waarom vraag je dat aan ons? Wat maakt jouw liefste zo bijzonder? Mijn vriend is de allermooiste 10 Mijn vriend is stralend en schitterend, hij is mooier dan alle andere jongens. 11 Zijn hoofd glanst, het lijkt wel van goud.

Zijn zwarte haren hebben mooie krullen. 12 Zijn ogen zijn zo zacht als de ogen van een duif, een duif die bij een rivier zit, of die zich wast in melk. 13 De wangen van mijn vriend ruiken heerlijk, ze ruiken als een tuin vol kruiden. Zijn lippen lijken op geurige lelies, ze zijn vochtig van zoete olie. 14 Zijn armen zijn stevig. Ze lijken wel van goud, met prachtige edelstenen. Zijn borst is zo sterk als ivoor, met edelstenen versierd. 15 Zijn benen lijken op sterke zuilen met voetstukken van goud. Zijn lijf is lang en hij is groot, zo groot als een boom op de Libanon-bergen. 16 Zijn mond is zoet, ik vind alles aan hem mooi! Zo is mijn liefste, zo is mijn vriend, meisjes van Jeruzalem. Hooglied 6 Waar kan ik mijn vriend vinden? 1 Mooiste van alle vrouwen, waar is je liefste heen? Waar is hij naartoe gegaan? Kom, we gaan hem samen zoeken. 2 Mijn liefste is naar zijn tuin gegaan, een tuin vol kruiden. Daar wil hij graag zijn, om lelies te plukken. 3 Ik ben van mijn liefste, en hij is van mij. Hij wandelt tussen de bloeiende lelies. Mijn vriendin is de allermooiste 4 Je bent zo mooi, vriendin van me, je bent zo mooi als de stad Tirsa, zo prachtig als de stad Jeruzalem. Je bent zo sterk als de sterkste steden. 5 Kijk me niet zo aan, je ogen maken me onzeker. Je donkere haar hangt mooi over je schouders, je zwarte krullen lijken op een kudde geiten

die van de berg af komt. 6 Je tanden zijn mooi wit, zo wit als schapen die net gewassen zijn, vlak voor het scheren. De schapen komen twee aan twee, er ontbreekt er niet één. 7 Ik zie je mond lachen, door je sluier heen. Je mond lijkt op een rode vrucht. 8 Ook al zijn er zestig koninginnen, ook al zijn er tachtig andere vrouwen en ontelbaar veel meisjes, 9 er is er maar één zoals zij, mijn duifje. Zij is de allermooiste! Toen ze geboren werd, maakte ze haar moeder zo gelukkig! Alle meisjes vinden haar prachtig. Alle vrouwen van de koning bewonderen haar. 10 Wie is die vrouw, die licht geeft als de zon in de ochtend, die zo helder is als de volle maan, die zo stralend is als de zon? Die zo bijzonder is, en mooier dan alle andere vrouwen? Ik ben naar de tuin gegaan 11 Ik ben naar de tuin gegaan, de tuin met de notenbomen. Ik wilde zien wat er groeit bij de rivier. Ik wilde zien of de druivenplanten al blad krijgen en of de bomen al bloeien. 12 Maar toen gebeurde er iets vreemds. Het leek net alsof ik meegenomen werd in een wagen, een wagen van de koning, en ik was de prins! Hooglied 7 Laat zien hoe mooi je danst 1 Dans, meisje uit Jeruzalem, dans! We willen zien hoe mooi je danst. Waarom willen jullie naar mij kijken, als ik dans en ronddraai?

2 Wat zijn je voeten mooi, prinses, je voeten in je sandalen. Je heupen draaien mooi rond, het lijkt wel het werk van een kunstenaar! 3 Je navel lijkt op een ronde schaal die gevuld is met kruidige wijn. Je buik lijkt op een zacht hoopje tarwe, met lelies eromheen. 4 Je borsten lijken wel twee kalfjes, of twee jonge herten. 5 Je hals lijkt op een toren van ivoor. Je ogen lijken op de vijvers van de stad Chesbon, de vijvers bij de poort van Bat-Rabbim. Je neus lijkt op een toren op de Libanon-bergen, waar je uitkijkt over de stad Damascus. 6 Je hoofd is zo hoog als de berg Karmel. Om je hoofd krullen je glanzende haren, die mij gevangen houden. 7 Wat ben je mooi, wat ben je knap. Je bent lief, zo lief! 8 Je bent zo slank als een palmboom, je borsten lijken op druiventrossen. 9-10 Ik wil wel in die palmboom klimmen, en me vasthouden aan zijn takken. Ik wil je kussen en je liefde proeven met mijn lippen. Want je adem is zo zoet als een appel, je tong smaakt naar zoete wijn, je borsten lijken op druiventrossen. Laten we naar buiten gaan 11 Ik ben van mijn liefste, hij verlangt naar mij! 12 Kom, mijn liefste, laten we naar buiten gaan, laten we slapen tussen de bloemen. 13 Laten we vroeg naar de wijngaard gaan. Laten we kijken of de takken al groen worden en de bloemen al bloeien. Daar in de wijngaard zal ik je liefhebben. 14 Je ruikt de geur al van de liefdesbessen. Boven de poorten hangen allerlei vruchten, vers geplukt of goed gedroogd. Ik heb ze voor jou bewaard! Hooglied 8

Was je mijn broertje maar 1 Was je mijn kleine broertje maar, dronk je nog maar aan de borst van mijn moeder! Als ik je dan tegenkwam, ergens buiten, dan zou ik je kussen, en niemand zou dat verkeerd vinden. 2 Dan zou ik je veilig thuisbrengen, zoals mijn moeder mij dat leerde. Ik zou je kruidige wijn laten drinken en het sap van een zoete vrucht. 3 Mijn hoofd ligt op zijn linkerarm, met zijn rechterhand streelt hij me. 4 Beloof me, meisjes van Jeruzalem, dat je ons alleen laat zijn in de liefde! We willen met rust gelaten worden. De liefde is zo sterk als de dood 5 Wie is die vrouw die daar uit de woestijn komt, aan de arm van haar liefste? Onder de appelboom kuste ik je wakker. Daar kreeg je moeder weeën, daar werd jij geboren. 6 Vergeet mij niet, draag mijn liefde als een ketting op je borst, als een armband om je arm. De liefde is zo sterk als de dood, niemand houdt de liefde tegen. De liefde lijkt op een vuur, een vuur dat hevig brandt. 7 Geen zee of rivier kan dat vuur ooit blussen, want de liefde houdt nooit op. Zelfs de rijkste man kan de liefde niet kopen. Al geeft hij al zijn geld, hij wordt alleen maar uitgelachen. Hoe kunnen we ons zusje beschermen? De broers 8 Wij hebben een heel jong zusje, een zusje dat nog geen borsten heeft. Hoe kunnen we haar beschermen, nu ze de leeftijd heeft om te trouwen? 9 Als ze een muur was, dan bouwden we daar torens op. Als ze een deur was,

dan maakten we op die deur een stevig slot. 10 Maar ik ben al een muur, en mijn borsten zijn de torens. Voor mijn vriend ben ik een veilige stad. 11 Salomo had een wijngaard in Baäl-Hamon. Hij verkocht die wijngaard aan bewakers. Daarvoor moesten ze veel geld betalen, wel 1000 zilverstukken. 12 Maar ik verkoop mijn wijngaard niet, nog voor geen 1000 zilverstukken. Jij mag je geld houden, Salomo, en de bewakers krijgen 200 zilverstukken. 13 Jij, mijn liefste, in je tuin, mijn vrienden willen je stem graag horen, maar ik wil je stem alleen voor mij! 14 Ga nu vlug weg, mijn liefste, zo snel als een jong hert. Spring over de bergen vol kruiden.