Elektronenoverdracht (1)

Vergelijkbare documenten
Reacties en stroom 1

Redoxreacties; een aanvulling op hoofdstuk 13

Hierbij is sprake van elektronenoverdracht; elk Na atoom draagt een elektron over aan Cl-atoom onder vorming van een ionrooster.

Reacties en stroom; een aanvulling op hoofdstuk 9

Inleiding in de RedOx chemie

Uitwerkingen van de opgaven uit: CHEMISCHE ANALYSE ISBN , 1 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 15 Elektrochemie bladzijde 1

Curie Hoofdstuk 11 HAVO 5

Oxidator = het deeltje dat elektronen onttrekt aan een ander deeltje Reductor = het deeltje dat elektronen afstaat aan een ander deeltje

Hoofdstuk 8. Redoxreacties. Chemie 6 (2u)

Hoofdstuk 17 Redoxreacties

Redoxreacties. Gegeven zijn de volgende reactievergelijkingen: Reactie 1: Pd Cl - 2- PdCl 4 Reactie 2: 2 Cu I - -

Basisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media

Oefenopgaven REDOXREACTIES vwo Reactievergelijkingen en halfreacties

leerlingenpracticum: met eenvoudige materiaal een eenvoudige redoxreactie uitvoeren;

Oefenopgaven REDOX vwo

Hans Vanhoe Katrien Strubbe Universiteit Gent SLO Chemie

5 Formules en reactievergelijkingen

Hieronder zie je een schema van een eenvoudige chemische cel met koper/zink elektroden. Bestudeer dit schema met aandacht:

Stoffen, structuur en bindingen

Elektrochemie voor VWO

4. In een bakje met natriumjodide-oplossing worden 2 loden elektroden gehangen. Deze twee elektroden worden aangesloten op een batterij.

CCVS-tentamen 16 mei Uitwerking

Module 5 Reductoren en Oxidatoren Antwoorden

Stoffen en Reacties 2

Heavy metal. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 16 mei 2014 Frank Povel

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 8 OPGAVEN

PbSO 4(s) d NH 4Cl + KOH KCl + H 2O + NH 3(g) NH 4. + OH - NH 3(g) + H 2O e 2 NaOH + CuCl 2 Cu(OH) 2(s) + 2 NaCl

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

Samenvatting Scheikunde Boek 2

1. Geef bij de volgende reactievergelijkingen steeds aan:

Eindexamen scheikunde havo 2007-II

ßCalciumChloride oplossing

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2018

ZUIVERE STOF één stof, gekenmerkt door welbepaalde fysische constanten zoals kooktemperatuur, massadichtheid,.

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 9, 10, 11 Zuren/Basen, Evenwichtsconstanten

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN

Eindexamen scheikunde havo 2002-II

Zelfstudiepakket Leerkracht (Correctiesleutel) Industrieel Ingenieur Chemie, Biochemie, Milieukunde

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2018

Scheikunde Samenvatting H4+H5

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

1 Verdringingsreacties niet-metalen met lucifers

Fosfor kan met waterstof reageren. d Geef de vergelijking van de reactie van fosfor met waterstof.

gelijk aan het aantal protonen in de kern. hebben allemaal hetzelfde aantal protonen in de kern.

Opgave 1. n = m / M. e 500 mg soda (Na 2CO 3) = 0,00472 mol. Opgave 2. m = n x M

Stabilisator voor PVC

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2016

Oefen-SE SE4 Havo 5. Micro-organismen

WATER. Krachten tussen deeltjes

de reactievergelijking schrijven van de oxidatie van metalen en de naam van de gevormde oxiden geven als de formules gekend zijn;

4. Van twee stoffen is hieronder de structuurformule weergegeven.

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1, 2.4, 4, 5.1 t/m 5.3

Overzicht van reactievergelijkingen Scheikunde

4 Redoxevenwicht. Denk er eens over na Redoxevenwicht. 2 Roest 3 Gasvorming bij een reactie van koper met waterstofnitraat

Atoommodel van Rutherford

Eindexamen scheikunde havo 2008-II

Kleinschalige chloorproductie (ce)

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen

Rekenen aan reacties (de mol)

Basisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media

!"#$%&#'()')##'*#'"#)#"'

Zelfstudiepakket Leerkracht (Correctiesleutel) Industrieel Ingenieur Chemie, Biochemie, Milieukunde

OEFENOPGAVEN MOLBEREKENINGEN

Hoofdstuk 8. Opgave 2. Opgave 1. Oefenvragen scheikunde, hoofdstuk 8 en 10, 5 VWO,

Eindexamen scheikunde havo 2004-II

Eindexamen scheikunde vwo I

Vraag Antwoord Scores

Koolstofdioxide1985-II(I)

Je kunt de ph van een oplossing meten met een ph-meter, met universeelindicatorpapier of met behulp van zuur-base-indicatoren.

Wat is de verhouding tussen de aantallen atomen van de elementen Mg, P en O in magnesiumfosfaat?

Wat is de verhouding tussen de aantallen atomen van de elementen Mg, P en O in magnesiumfosfaat?

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 18 april 2017

CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN SCHEIKUNDE TENTAMEN SCHEIKUNDE. datum : donderdag 29 juli 2010

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen

Wednesday, 28September, :13:59 PM Netherlands Time. Chemie Overal. Sk Havo deel 1

SCHEIKUNDE VWO 4 MOLBEREKENINGEN ANTW.

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2019

Eindexamen scheikunde pilot havo II

Praktische opdracht Scheikunde Redoxreactie puntenslijper metalen

Oefenopgaven CHEMISCHE INDUSTRIE

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017

Examen VWO. scheikunde 1,2. tijdvak 1 vrijdag 23 mei uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Frank Povel. a1. De twee factoren zijn: 1. er moeten geladen deeltjes zijn; 2. de geladen deeltjes moeten zich kunnen verplaatsen.

3. Welke van onderstaande formules geeft een zout aan? A. Al 2O 3 B. P 2O 3 C. C 2H 6 D. NH 3

Samenvatting Scheikunde H3 Reacties

Chemisch rekenen, zo doe je dat!

Scheikunde SE2. Hoofdstuk 8

Sk-13 Redoxreacties. Jan Lutgerink ; Dick Naafs. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Niet-metalen + metalen. Uit welk soort atomen is een ionbinding opgebouwd? Geef de chemische formule van gedemineraliseerd water.

38 e Nationale Scheikundeolympiade

4 e Internationale Chemieolympiade, Moskou, 1972, Sovjet Unie

IM4--14 ONDERWIJS IN 1 MAV04. Maandag 17 mei, uur. NATUUR- EN SCHEIKUNDE H (Scheikunde) OPEN VRAGEN

Een reactie blijkt bij verdubbeling van alle concentraties 8 maal zo snel te verlopen. Van welke orde zou deze reactie zijn?

Sk-13 redoxreacties. Jan Lutgerink; Dick Naafs. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Bollen, kolommen, platen en achtvlakken

(g) (g) (g) NH 3. (aq) + Cl - (aq)

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts

Transcriptie:

Redoxreacties 1

Elektronenoverdracht (1) Een bekende reactie is: 2 Na(s) + Cl 2 (g) 2 NaCl(s) (oude notatie: Na + Cl - ) Hierbij is sprake van elektronenoverdracht. Dit kan als volgt worden voorgesteld: 11+ 17+ De reactie kan worden opgesplitst in zogenaamde halfreacties: 2 Na 2 Na + + 2 e - Cl 2 + 2 e - 2 Cl - Na 2 Na + Cl 2 2 Na + + 2 Cl - 2 Na + Cl 2 2 NaCl Cl Na optellen volgt er: Reacties waarbij elektronenoverdracht plaatsvindt heten redoxreacties 2

Elektronenoverdracht (2) Het zelfde voorbeeld nog een keer, maar nu met namen van deeltjes en halfreacties 2 Na 2 Na + + 2 e - reductor Cl 2 + 2 e - 2 Cl - oxidator 2 Na + Cl 2 2 NaCl oxidatie reductie Samenvatting: reductor (red) = deeltje dat elektronen kan afstaan oxidator (ox) = deeltje dat elektronen kan opnemen reductie = elektronenopname oxidatie = elektronenafgifte oxidator wordt gereduceerd reductor wordt geoxideerd Bij redoxreacties verandert de lading van de atomen, aantal afgestane e - = aantal opgenomen e - en lading voor de pijl = lading na de pijl. 3

Elektronenoverdracht (3) Nog een voorbeeld. Stel m.b.v. halfreacties de vergelijking op van de reactie tussen aluminium en zoutzuur. Strategie: 1. Schrijf de halfreactie van de red op: Al Al 3+ + 3 e - oxidatie red 2. Schrijf de halfreactie van de ox op: (zoutzuur is een oplossing van HCl(g), dus H + (aq) + Cl - (aq)): 2 H + + 2 e - H 2 reductie ox 3. Afgestane e - = opgenomen e - : 2 [Al Al 3+ + 3 e - ] 2 Al 2 Al 3+ + 6 e - 4. Tel beide halfreacties op: 3 [2 H + + 2 e - H 2 ] 6 H + + 6 e- 3 H 2 2 Al(s) + 6 H + (aq) 2 Al 3+ (aq) + 3 H 2 (g) 4

Redoxreacties met metalen (1) Metaal reageert met metaalion van een ander element: Proef 12 Proef 15 Fe Fe 2+ + 2 e - Cu 2+ + 2 e - Cu Fe(s) + Cu 2+ (aq) Fe 2+ (aq) + Cu(s) Cu Cu 2+ + 2 e - 2 Ag + + 2 e - 2 Ag Cu(s) + 2 Ag + (aq) Cu 2+ (aq) + 2 Ag(s) Uit deze proeven blijkt dat halfreacties omkeerbaar zijn. Bovendien zijn het evenwichtsreacties (wordt niet aangetoond) Algemene schema redoxreacties: Fe Fe 2+ + 2 e - Cu 2+ + 2 e - Cu Fe(s) + Cu 2+ (aq) Fe 2+ (aq) + Cu(s) red 1 ox 1 + n e ox 2 + n e red 2 red 1 + ox 2 ox 1 + red 2 Als je bij proef 12 aan Fe 2+ ionen Cu toevoegt, verloopt de reactie niet. Conclusie: Fe is sterkere red dan Cu en Cu 2+ is sterkere ox dan Fe 2+. 5

Redoxreacties met metalen (2) Aan de hand van soortgelijke proeven als 12,14 en 15 kun je een reeks opstellen waarbij element (red) en ion van dat element (ox) naar sterkte gerangschikt zijn 6

Redoxreacties met metalen (3) Bij een redoxreactie zijn de ox en de red voor de pijl sterker dan de ox en de red na de pijl. Met andere woorden: Als een ox met een red wordt samengebracht, kan er een reactie verlopen als de halfreactie van de ox boven de halfreactie van de red staat. Kan koper met zoutzuur reageren? Zo ja, geef de RV. Kan lood met zoutzuur reageren? Zo ja, geef de RV. Conclusie: Alle metalen die boven waterstof staan, reageren niet met H + alle andere metalen (onder H 2 ) reageren met H +. 7

Redoxreacties met niet-metalen De oxidatorsterkte van de halogenen komt overeen met de volgorde in groep 17 van het periodiek systeem (zie opdracht 38) 8

Het voorspellen en opstellen van redoxreacties (1) Voor het voorspellen van redoxreacties maken we gebruik van tabel 48. De oxidatoren zijn van boven naar beneden gerangschikt in afnemende sterkte. (Vergelijk de figuren op sheet 6 en 8.) De rangschikking van de sterkte van de reductoren is dus omgekeerd en neemt van onder naar boven toe. (Een sterke ox 1 gaat samen met een zwakke red 1.) Ga van de volgende reactie na of ze verlopen (alle concentraties van de oplosbare stoffen zijn 1 M). Geef de halfreacties en de totale reactievergelijkingen. 9

Het voorspellen en opstellen van redoxreacties (2) a. Mg(s) en een zwavelzuuroplossing Strategie: 1. Inventariseer de deeltjes: H 2 O, Mg(s), H + (aq) en SO 4 2- (aq) 2. Zoek de (sterkste) ox: H + (aq) 3. Zoek de (sterkste) red: Mg 4. Ga in tabel 48 na of halfreactie ox 1 boven halfreactie red 2 staat 5. Schrijf de halfreacties op: 2 H + + 2 e - H 2 Mg Mg 2+ + 2 e - (SO 4 2- is alleen ox in warm gec. H 2 SO 4 ; zie BINAS) De halfreactie van H + staat boven die van Mg, dus zal de reactie verlopen 6. Leid hieruit de redoxreactie af: Mg(s) + 2 H + (aq) Mg 2+ (aq) + H 2 (g) 10

Het voorspellen en opstellen van redoxreacties (3) b. Broom + ijzer(ii)chloride oplossing 1. Inventariseer de deeltjes: H 2 O(l), Br 2 (aq), Fe 2+ (aq) en Cl - (aq) 2. Zoek de (sterkste) ox: H 2 O(l), Br 2 (staat ver boven Fe 2+ en H 2 O) 3. Zoek de (sterkste) red: Fe 2+ (staat ver onder Cl - en H 2 O) 4. Ga in tabel 48 na of halfreactie ox 1 boven halfreactie red 2 staat 5. Schrijf de halfreacties op: Br 2 + 2 e - 2 Br - De halfreactie van Br 2 (ox 1 ) staat boven die van Fe 2+ (red 2 ), dus zal de reactie verlopen 2 x [Fe 2+ Fe 3+ + e - ] 6. Leid hieruit de redoxreactie af: Br 2 (aq) + 2 Fe 2+ (aq) 2 Br - (aq) + 2 Fe 3+ (aq) 11

Het voorspellen en opstellen van redoxreacties (4) c. Ag + zoutzuur 1. Inventariseer de deeltjes: H 2 O(l), Ag(s) H + (aq) en Cl - (aq) 2. Zoek de (sterkste) ox: H + 3. Zoek de (sterkste) red: H 2 O(l) Ag (staat ver onder Cl - en H 2 O) 4. Ga in tabel 48 na of halfreactie ox 1 boven halfreactie red 2 staat De halfreactie van H + (ox 1 ) staat onder die van Ag (red 2 ), dus zal de reactie niet verlopen Hoe kun je nagaan of een reactie een redoxreactie is? 12

Galvanische cel Daniell-cel is een voorbeeld van een zogenaamde stroomleverende (galvanische) cel en is gebaseerd op de redoxreactie: Zn(s) + Cu 2+ (aq) Zn 2+ (aq) + Cu(s) De elektronenoverdracht verloopt niet direct, maar via een stroomdraad + e e - 2 Na + SO 4 2 Er zijn twee soorten elektroden: elektroden die mee reageren (zoals bij de Daniell-cel) en onaantastbare elektroden (Pt en C) 2 e 2e Cu 2+ SO 4 2 SO 4 2 Cu 2+ + 2 e Cu (oplossing van CuSO 4 ) Zn 2+ SO 2 4 SO 2 4 Zn Zn Zn 2+ + 2 e (oplossing van ZnSO 4 ) 13