38 e Nationale Scheikundeolympiade

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "38 e Nationale Scheikundeolympiade"

Transcriptie

1 8 e Nationale Scheikundeolympiade Rijksuniversiteit Groningen THEORIETOETS correctievoorschrift dinsdag juni 207 Deze theorietoets bestaat uit 6 opgaven met in totaal 4 deelvragen. Gebruik voor elke opgave een apart antwoordblad, voorzien van naam. Houd aan alle zijden 2 cm als marge aan. De maximumscore voor dit werk bedraagt 20 punten. De theorietoets duurt maximaal 4 klokuren. Benodigde hulpmiddelen: (grafisch) rekenapparaat en Binas 6 e druk of ScienceData e druk. Bij elke opgave is het aantal punten vermeld dat juiste antwoorden op de vragen oplevert.

2 Opgave De eerste elektrische auto (5 punten) Je kunt CuSO 4 gebruiken en dat moet zijn opgelost in de halfcel met de koperplaat. juiste formule van een oplosbaar koper(ii)zout de halfcel waarin dat zout moet zijn opgelost juist aangegeven Je moet een zoutbrug gebruiken. Als je dat niet doet, reageert het Cu 2+ rechtstreeks met Zn. notie dat Cu 2+ rechtstreeks met Zn kan reageren conclusie Een voorbeeld van een juiste berekening is: Als het potentiaalverschil 0 V is geworden, is V 2+ V 2+ of Zn/Zn RT 2+ RT 2+ 0,76 + ln[zn ] 0,4 + ln[cu ] hieruit volgt 2F 2F 2+ 2F [Zn ] (0,4 0,76) 7 e RT, [Cu ] Cu/Cu notie dat V 2+ V 2+ Zn/Zn Cu/Cu RT 2+ RT 2+ dus 0,76 + ln[zn ] 0,4 + ln[cu ] 2F 2F rest van de berekening NSO207 Rijksuniversiteit Groningen Theorietoets correctievoorschrift 2

3 Maximumscore 8 Een voorbeeld van een juiste berekening is: RT 2+ RT 2+ RT [Cu ] V bron VCu/Cu VZn/Zn 0,4 ln[cu ] 0,76 ln[zn ],0 ln 2F 2F 2 F 2+ [Zn ] Dus als V bron =,0 V, is 2+ RT [Cu ] ln 0 en hieruit volgt dat [Cu 2+ ] = [Zn 2+ ]. 2 F 2+ [Zn ] Stel dat x mol Cu 2+ heeft gereageerd, dan is er ook x mol Zn 2+ ontstaan. In het begin was er 0,00 (L),00 (mol L ) = 0,00 mol Cu 2+ en geen Zn 2+, dus is er aanwezig (0,00 x) mol Cu 2+ en x mol Zn ,00 x Het volume in beide halfcellen was 0,00 L, dus [Cu ] mol L en 0,00 2+ x [Zn ] mol L. 0,00 Gelijkstellen van beide concentraties levert x = 0,050 mol. 0,050 mol Cu 2+ bindt 2 0,050 mol elektronen, dus de cel heeft 2 0,050 9, C lading 4 2 0,050(mol) 9,65 0 (C mol ) geleverd en heeft daar 54 uur over gedaan. 0,050(Cs ) 600(suur ) 2+ RT [Cu ] notie dat Vbron,0 ln 2 F 2+ [Zn ] aantonen dat [Cu 2+ ] = [Zn 2+ ] berekening van het oorspronkelijk aantal mol Cu 2+ : 0,00 (L),00 (mol L ) berekening van de [Cu 2+ ] en de [Zn 2+ ]: (bij stellen dat het aantal mol omgezet Cu 2+ gelijk is aan x): het oorspronkelijk aantal mol Cu 2+ verminderen met x en het verschil delen door 0,00 (L) respectievelijk x delen door 0,00 (L) berekening van het aantal mol omgezet Cu 2+ berekening van het aantal mol elektronen dat is getransporteerd: aantal mol omgezet Cu 2+ vermenigvuldigen met 2 berekening van de hoeveelheid lading die de cel heeft geleverd: het aantal mol elektronen dat is getransporteerd vermenigvuldigen met de constante van Faraday (9, C mol ) berekening van het aantal uur: de hoeveelheid lading die de cel heeft geleverd, delen door 0,050 (C s ) en door 600 (s uur ) 2+ NSO207 Rijksuniversiteit Groningen Theorietoets correctievoorschrift

4 Opgave 2 Xenon (2 punten) Maximumscore 7 Een voorbeeld van een juiste berekening is: (8 + 6 ),(u) ,66 0 (kg u ),77 0 (kg m ) (m ) 2 berekening van het aantal atomen in de eenheidscel: berekening van de massa van een eenheidscel in u: het aantal atomen in de eenheidscel vermenigvuldigen met de atoommassa van xenon (, u) berekening van de lengte van een vlakdiagonaal: de vanderwaalsstraal ( m) vermenigvuldigen met 4 berekening van de ribbe van de eenheidscel: de lengte van een vlakdiagonaal delen door 2 berekening van de inhoud van de eenheidscel: de ribbe van de eenheidscel verheffen tot de derde macht berekening van de dichtheid van xenon in u m : de massa van de eenheidscel in u delen door de inhoud van de eenheidscel in pm berekening van de dichtheid van xenon in kg m : de dichtheid van xenon in u m vermenigvuldigen met, (kg u ) Een juist antwoord kan er als volgt uitzien: vier enkelvoudige bindingen tussen Xe en F twee niet-bindende elektronenparen op het Xe atoom drie niet-bindende elektronenparen op elk F atoom Een antwoord kan als volgt zijn geformuleerd: De zes elektronenparen op het Xe atoom zijn oktaëdrisch georiënteerd. De niet-bindende elektronenparen stoten elkaar zoveel mogelijk af, zodat de vier F atomen in één vlak komen te liggen. oktaëdrische oriëntatie van de elektronenparen rond het Xe atoom de niet-bindende elektronenparen op het Xe atoom stoten elkaar zoveel mogelijk af conclusie NSO207 Rijksuniversiteit Groningen Theorietoets correctievoorschrift 4

5 Om vier ongepaarde elektronen te krijgen, moeten twee elektronen uit twee 5p orbitalen worden aangeslagen naar twee 5d orbitalen: Er ontstaan dus zes gelijkwaardig hybride orbitalen uit één 5s orbitaal, drie 5p orbitalen en twee 5d orbitalen. Dus sp d 2 hybridisatie. twee elektronen uit twee 5p orbitalen moeten worden aangeslagen conclusie Maximumscore Neon is een element uit de tweede periode. Elementen uit de tweede periode hebben geen d orbitalen. Het verschil tussen het energieniveau van een d orbitaal en een p orbitaal is veel groter dan het verschil tussen het energieniveau van een 5d orbitaal en een 5p orbitaal. De energie die nodig is om elektronen uit de p orbitaal aan te slaan naar de d orbitaal wordt niet teruggewonnen door de vorming van atoombindingen (en in het geval van de overgang van 5p naar 5d wel). het energieverschil tussen p en d is te groot door het vormen van atoombindingen wordt de energie die nodig is om elektronen aan te slaan niet teruggewonnen Een voorbeeld van een juiste berekening is: Stel het aantal mmol XeF 4 is x en het aantal mmol XeF 6 is y. Dan geldt: x + y = 25 en 2x + y = 275 Oplossen van dit stelsel van twee vergelijkingen met twee onbekenden levert: x = 00 en y = 25. x + y = 25 2x + y = 275 rest van de berekening Een voorbeeld van een juiste berekening is: 25 (mmol) 0 (mol mmol ) 8,4(J mol ) 400() 5 p 4,6 0 (Pa),00(dm ) 0 (m dm ) het totaal aantal mmol gasvormige stoffen in het reactievat is 25 rest van de berekening NSO207 Rijksuniversiteit Groningen Theorietoets correctievoorschrift 5

6 Opgave Acotiamide (24 punten) Maximumscore 8 per juiste structuurformule 2 Opmerking Wanneer voor D de structuurformule CH Cl is gegeven, dit goed rekenen. Er zijn nog twee OCH groepen die zouden kunnen worden omgezet tot OH groepen. En dan zou je een aanzienlijk lager percentage verwachten, ongeveer %. er zijn nog twee OCH groepen die zouden kunnen worden omgezet tot OH groepen je verwacht dan een aanzienlijk lager percentage / een percentage van ongeveer % Maximumscore In een acotiamidemolecuul komen stikstofatomen voor, die met hun niet-bindend elektronenpaar een H + ion kunnen binden. NSO207 Rijksuniversiteit Groningen Theorietoets correctievoorschrift 6

7 Maximumscore 6 Een voorbeeld van een juiste berekening is: Het massapercentage acotiamide is:,000 (5,00 0,000 9,27 0 ) 487,0 00% 99,2% 0, ,0 Het onderzochte acotiamidemonster is dus zuiver genoeg. berekening van de molaire massa van acotiamideh + Cl : 487,0 (g mol ) berekening van het aantal mmol OH en H O + : 5,00 (ml) vermenigvuldigen met 0,000 (mmol ml ) respectievelijk 9,27 (ml) vermenigvuldigen met 0,000 (mmol ml ) berekening van het aantal mmol acotiamide in de 0,0 ml oplossing: het berekende aantal mmol H O + aftrekken van het berekende aantal mmol OH berekening van het aantal mg acotiamideh + Cl in de 0,0 ml oplossing: het aantal mmol acotiamide in de 0,0 ml oplossing vermenigvuldigen met de berekende molaire massa van acotiamideh + Cl berekening van het aantal mg monster in de 0,0 ml oplossing: 0,0 (ml) delen door 50,0 (ml) en vermenigvuldigen met 00 (mg) berekening van het massapercentage acotiamideh + Cl in het onderzochte monster: het aantal mg acotiamide H + Cl in de 0,0 ml oplossing delen door het aantal mg monster in de 0,0 ml oplossing en vermenigvuldigen met 00% en conclusie Maximumscore 4 Het is de titratie van een sterke base met een sterk zuur. Dan zou zowel fenolftaleïen als methylrood kunnen worden gebruikt. Maar er moet worden vermeden dat acotiamide met H + reageert. Dat gebeurt bij een lage ph, dus methylrood kan niet worden gebruikt. het betreft een titratie van een sterke base met een sterk zuur dus fenolftaleïen kan worden gebruikt bij een lage ph reageert acotiamide met H + dus methylrood kan niet worden gebruikt om de 00 mg monster op te lossen, gebruikt men een maatkolf om de 0,0 ml oplossing van het monster af te meten, gebruikt men een pipet om de 5,00 ml 0,000 M natronloog toe te voegen, gebruikt men een pipet NSO207 Rijksuniversiteit Groningen Theorietoets correctievoorschrift 7

8 Opgave 4 Natriumwaterstofcarbonaat (20 punten) 4 + z w 4,7 0, b 2,2 0 [H O ] 4,6 0 Dus ph = log 4,6.0 9 = 8,4. juiste berekening van de [H O + ] juiste omrekening van de [H O + ] naar de ph Als [HCO ] > 0,00 mol L, is b 4 [HCO ] 2,2 0, dus b [HCO b ] [HCO ] w w w en z [HCO ] 4,7 0 zodat w < 2% van opzichte van z [HCO ]. z [HCO ] Dus [H +2 b O ] [HCO ] z [HCO ], of [HO ] w [H O ] z b w. aantonen dat te verwaarlozen is ten opzichte van aantonen dat w te verwaarlozen is ten opzichte van en te verwaarlozen is ten b w +2 z b w [HCO ] [HCO ], dus [HCO ] z [HCO ] rest van de afleiding Betrekking geldt, want zowel H 2 CO als CO 2 is ontstaan uit HCO, dus de som van het aantal mol CO bevattende deeltjes per liter moet gelijk zijn aan het oorspronkelijke aantal mol HCO per liter. Betrekking 4 geldt, want de oplossing moet elektrisch neutraal zijn, dus is de som van het aantal mol positieve ladingen per liter gelijk aan de som van het aantal mol negatieve ladingen per liter. juiste uitleg waarom betrekking geldt juiste uitleg waarom betrekking 4 geldt NSO207 Rijksuniversiteit Groningen Theorietoets correctievoorschrift 8

9 Maximumscore 5 Een voorbeeld van een juiste afleiding is: [Na + ] = c, dus [H 2 CO ] + [HCO ] + [CO 2 ] + [H O + ] = [OH ] + [HCO ] + 2 [CO 2 ], of [H 2 CO ] + [H O + ] = [OH ] + [CO 2 ] () Uit w = [H O + ] [OH ] volgt [OH ] w (2) + [HO ] [H Uit 2CO ] [OH ] b en [OH ] w volgt [HCO ] + [HO ] [H b + 2 CO ] [HCO ] [H O ] () w 2 + [CO Uit ] [HO ] z volgt [HCO ] 2 [HCO ] [CO ] z (4) + [HO ] (2), () en (4) invullen in () levert: b + + [HCO w ] [HO ] [HO ] + z + w [HO ] [HO ] [HCO ] of, na links en rechts vermenigvuldigen met [H O + ]: [H +2 b O ] + [HCO ] w z [HCO ]. w notie dat [Na + ] = c uitleg dat [OH ] w + [HO ] uitleg dat 2 b + O ] w 2 [HCO uitleg dat ] [CO ] z + [HO ] rest van de afleiding NSO207 Rijksuniversiteit Groningen Theorietoets correctievoorschrift 9

10 Maximumscore 8 Na samenvoegen zijn de molariteiten van het magnesiumnitraat en het natriumwaterstofcarbonaat 0,00 mol L. Dus [Mg 2+ ] = 0,00 mol L. 2 [HCO ] Tevens geldt [CO ] z. In een 0,00 M oplossing van + [HO ] natriumwaterstofcarbonaat is [H O + ] = 4,6 0 9 ; verder mag worden aangenomen dat de afname van [HCO ] door het instellen van de evenwichten te verwaarlozen is, dus: 2 0,00 4 [CO ] 4,7 0,0 0 mol L. 9 4,6 0 Het ionenproduct [Mg 2+ ][CO 2 ] = 0,00,0 0 4 =,0 0 6 en dit is kleiner dan 6,8 0 6, het oplosbaarheidsproduct van MgCO. Er ontstaat dus geen neerslag van magnesiumcarbonaat. 4 Als [H O + ] = 4,6 0 9,0 0 6, is [OH ] 2,2 0 mol L. 9 4,6 0 Het ionenproduct [Mg 2+ ][OH ] 2 = 0,00 (2,2 0 6 ) 2 = 4,8 0 4 en dit is kleiner dan 5,6 0 2, het oplosbaarheidsproduct van Mg(OH) 2. Er ontstaat dus geen neerslag van magnesiumhydroxide. de molariteiten van het magnesiumnitraat en het natriumwaterstofcarbonaat zijn gehalveerd notie dat [H O + ] = 4,6 0 9 berekening van de [CO 2 ] berekening van het ionenproduct [Mg 2+ ][CO 2 ] conclusie ten aanzien van het ontstaan van een neerslag van magnesiumcarbonaat berekening van de [OH ] berekening van ionenproduct [Mg 2+ ][OH ] 2 conclusie ten aanzien van het ontstaan van een neerslag van magnesiumhydroxide NSO207 Rijksuniversiteit Groningen Theorietoets correctievoorschrift 0

11 Opgave 5 Meer of minder druk Maximumscore 4 (Bij benadering geldt:) r G 0 (00) = r H 0 (298) T r S 0 (298). r H 0 (298) = 2 (, ) 2 ( 2, ) =, J mol r S(298) = = 87 J mol Dus r G 0 (00) =, (87) = 8 0 J mol Uit r G 0 (T) = R T ln p volgt rg RT 80 8, 4 00 p e e 04,. (6 punten) berekening r H 0 (298) berekening r S(298) berekening r G 0 (00) berekening In de reactor met een volume van 0,0 dm bevindt zich 5, mol gas. Dus de druk is: 8, 4 (Jmol ) 00 () 0, 0 (dm ) 0 (m dm ) p 5, (mol) 4, Pa of 47 bar. berekening van het totale aantal mol gas berekening van het volume:0,0 (dm ) vermenigvuldigen met 0 (m dm ) rest van de berekening Maximumscore 5 2 ( pso ) ( p R) Voor het partieeldrukkenquotiënt geldt: Q, met p 2 R =,0 bar. ( p ) ( p ) p SO 2 22, 47 bar; p 5, O 2, 47 bar en p 5, SO SO2 O2 8, 47 bar, dus Q = 6, , Het partieeldrukkenquotiënt is kleiner dan. Er moet dus SO worden bijgevormd om evenwicht te verkrijgen. Daarbij neemt het totale aantal mol gas af, dus ook de druk. ( p ) ( p ), met p R =,0 bar ( ) ( ) 2 SO R Q 2 pso p 2 O2 berekening van de partieeldrukken van SO, SO 2 en O 2 berekening van Q vergelijking van Q met de gevonden waarde voor conclusie Opmerking Wanneer een onjuist antwoord op vraag 26 het consequente gevolg is van een onjuist antwoord op vraag 24 en/of vraag 25, dit antwoord op vraag 26 goed rekenen. NSO207 Rijksuniversiteit Groningen Theorietoets correctievoorschrift

12 Maximumscore 4 r G 0 (T) = r H 0 (298) T r S 0 (298) = R T ln p ; nu moet = 6,6 0 2 zijn, dus:, T (87) = 8,4 T ln(6,6 0 2 ), dit levert T =,2 0. r G 0 (T) = r H 0 (298) T r S 0 (298) = R T ln p nu moet = 6,6 0 2 zijn rest van de berekening juiste eenheid voor T vermeld Opmerking Wanneer een onjuist antwoord op vraag 27 het consequente gevolg is van een onjuist antwoord op vraag 24 en/of vraag 26, dit antwoord op vraag 27 goed rekenen. NSO207 Rijksuniversiteit Groningen Theorietoets correctievoorschrift 2

13 Opgave 6 Synthese en spectroscopie (22 punten) Maximumscore 4 Een juist antwoord kan als volgt zijn geformuleerd: De pieken bij cm en 24 cm in het IR spectrum van (a) wijzen op de aanwezigheid van een drievoudige binding in het molecuul. De piek bij ppm in het H NMR spectrum van (a) wijst op de aanwezigheid van een H atoom aan één van de C atomen van de drievoudige binding. De pieken tussen 7,25 en 7,50 ppm in het H NMR spectrum wijzen op de aanwezigheid van een fenylgroep in het molecuul. Dus (a) is: uitleg dat het molecuul een drievoudige binding heeft uitleg dat aan één van de C atomen van de drievoudige binding een H is gebonden uitleg dat in het molecuul een fenylgroep moet voorkomen conclusie De signalen bij 5,75 ppm en 5,25 ppm wijzen op de aanwezigheid van een dubbele binding in het molecuul. Dat is in overeenstemming met het feit dat stof (a) met waterstof heeft gereageerd. Dus (b) is: uitleg aan de hand van het H NMR spectrum dat het molecuul een dubbele binding heeft verwerking van de reactie van stof (a) met waterstof conclusie Een juist antwoord kan er als volgt uitzien: Een molecuul van stof I bevat één asymmetrisch koolstofatoom, dus kunnen twee stereo-isomeren ontstaan. een molecuul van stof I bevat één asymmetrisch koolstofatoom conclusie Van de stoffen (a) en (b) bestaan geen stereo-isomeren. Een molecuul van stof (c) bevat een asymmetrisch koolstofatoom. Dus in de reactie van (b) naar (c) ontstaan voor het eerst stereo-isomeren. van de stoffen (a) en (b) bestaan geen stereo-isomeren een molecuul van stof (c) bevat een asymmetrisch koolstofatoom en conclusie NSO207 Rijksuniversiteit Groningen Theorietoets correctievoorschrift

14 Maximumscore 7 Een juist antwoord kan er als volgt uitzien: uitgaande van bovenstaand reactiemechanisme: voor elke juiste stap in het mechanisme NSO207 Rijksuniversiteit Groningen Theorietoets correctievoorschrift 4

15 Waterstof is een reductor, dus stof (a) wordt gereduceerd. Peroxyazijnzuur is een oxidator, dus stof (b) wordt geoxideerd. stof (a) wordt gereduceerd stof (b) wordt geoxideerd NSO207 Rijksuniversiteit Groningen Theorietoets correctievoorschrift 5

38 e Nationale Scheikundeolympiade

38 e Nationale Scheikundeolympiade 38 e Nationale Scheikundeolympiade Rijksuniversiteit Groningen THEORIETOETS opgaven dinsdag 13 juni 2017 Deze theorietoets bestaat uit 6 opgaven met in totaal 34 deelvragen. Gebruik voor elke opgave een

Nadere informatie

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2018

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2018 SCHEIKUNDEOLYMPIADE 08 CORRECTIEMODEL VOORRONDE af te nemen in de periode van 9 tot en met maart 08 Deze voorronde bestaat uit 0 meerkeuzevragen verdeeld over 7 onderwerpen en opgaven met in totaal 6 open

Nadere informatie

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2018

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2018 SCHEIKUNDEOLYMPIADE 018 CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 af te nemen in de periode van 15 tot en met 7 januari 018 Deze voorronde bestaat uit 0 meerkeuzevragen verdeeld over 8 onderwerpen en opgaven met in totaal

Nadere informatie

35 e Nationale Scheikundeolympiade

35 e Nationale Scheikundeolympiade 35 e Nationale Scheikundeolympiade Universiteit van Amsterdam Amsterdam THEORIETOETS correctievoorschrift woensdag 4 juni 014 46th IChO HANOI, VIETNAM 014 Deze theorietoets bestaat uit 6 opgaven met in

Nadere informatie

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017 SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017 CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 af te nemen in de periode van 18 tot en met 25 januari 2017 Deze voorronde bestaat uit 20 meerkeuzevragen verdeeld over 8 onderwerpen en 2 opgaven met

Nadere informatie

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017 SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017 CORRECTIEMODEL VOORRONDE 2 af te nemen in de periode van 20 tot en met 24 maart 2017 Deze voorronde bestaat uit 20 meerkeuzevragen verdeeld over 7 onderwerpen en 3 opgaven met

Nadere informatie

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2019

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2019 SCHEIKUNDEOLYMPIADE 019 CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 af te nemen in de periode van 1 tot en met 5 januari 019 Deze voorronde bestaat uit 0 meerkeuzevragen verdeeld over 8 onderwerpen en 3 opgaven met in

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 af te nemen in de periode van woensdag 5 januari 01 tot en met woensdag 1 februari 01 Deze voorronde bestaat uit 4 meerkeuzevragen verdeeld over

Nadere informatie

36 e Nationale Scheikundeolympiade

36 e Nationale Scheikundeolympiade 36 e Nationale Scheikundeolympiade YARA Sluiskil THEORIETOETS correctievoorschrift maandag 8 juni 05 Deze theorietoets bestaat uit 6 opgaven met in totaal 33 deelvragen. Gebruik voor elke opgave een apart

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 (de week van) woensdag 3 februari 2010 Deze voorronde bestaat uit 24 meerkeuzevragen verdeeld over 6 onderwerpen en 3 open vragen met in totaal

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE af te nemen in de periode van januari tot en met 5 februari 04 Deze voorronde bestaat uit 0 meerkeuzevragen verdeeld over 8 onderwerpen en open opgaven

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2016

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2016 NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2016 CORRECTIEMODEL VOORRONDE 2 af te nemen in de periode van 23 tot en met 30 maart 2016 Deze voorronde bestaat uit 20 meerkeuzevragen verdeeld over 9 onderwerpen en 3 opgaven

Nadere informatie

Eindexamen vwo scheikunde I

Eindexamen vwo scheikunde I Waterstof uit afvalwater 1 maximumscore 4 C 6 H 1 O 6 + 4 H O 4 H + CH COO + HCO + 4 H + molverhouding CH COO : HCO = 1 : 1 en C balans juist 1 coëfficiënt voor H + gelijk aan de som van de coëfficiënten

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE af te nemen in de week van woensdag 10 april 013 Deze voorronde bestaat uit 0 meerkeuzevragen verdeeld over 6 onderwerpen en 3 open opgaven met in

Nadere informatie

Eindexamen vwo scheikunde pilot I

Eindexamen vwo scheikunde pilot I Duurzame productie van waterstof uit afvalwater 1 maximumscore 4 C 6 H 12 O 6 + 4 H 2 O 4 H 2 + 2 CH 3 COO + 2 HCO 3 + 4 H + molverhouding CH 3 COO : HCO 3 = 1 : 1 en C balans juist 1 coëfficiënt voor

Nadere informatie

Stabilisator voor PVC

Stabilisator voor PVC Stabilisator voor PVC 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: Als chlooretheen polymeriseert ontstaan lange ketens zonder dwarsverbindingen. De ketens kunnen langs elkaar bewegen (bij

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1 vwo II

Eindexamen scheikunde 1 vwo II Beoordelingsmodel Cacaoboter 1 maximumscore 2 Voorbeelden van juiste antwoorden zijn: De warmte die nodig is voor het smelten, wordt aan de mond onttrokken. Smelten is (kennelijk) een endotherm proces.

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1 vwo 2003-II

Eindexamen scheikunde 1 vwo 2003-II 4 Antwoordmodel Etheen 1 Het juiste antwoord kan als volgt zijn weergegeven: 2 H 2 H 2 H 2 H 2 H H H H H H H H + 2H 2 2 H + H H H H H H H 2 voor de pijl 1 formule van glucose en het overgebleven fragment

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE EINDTOETS THEORIE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE EINDTOETS THEORIE NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE EINDTOETS THEORIE Universiteit Twente Enschede maandag 1 juni, opgaven Deze eindtoets bestaat uit deelvragen verdeeld over opgaven Gebruik voor elke opgave een apart antwoordvel,

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde vwo II

Eindexamen scheikunde vwo II Beoordelingsmodel aarverzorging maximumscore 3 Een juist antwoord kan er als volgt uitzien: N 2 2 2 N N 2 2 S de peptidebindingen juist getekend de zijketens juist getekend het begin van de structuurformule

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1 vwo I

Eindexamen scheikunde 1 vwo I Beoordelingsmodel PKU 1 maximumscore 3 Een juist antwoord kan er als volgt uitzien: CH 3 S H 2 N CH 2 CH 2 C H O C N H OH CH 2 C H O C N H HO CH 3 CH C H O C peptidebindingen juist getekend 1 het begin

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2006-I

Eindexamen scheikunde havo 2006-I 4 Beoordelingsmodel Rood licht Maximumscore 1 1 edelgassen 2 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: De (negatieve) elektronen bewegen zich richting elektrode A dus is elektrode A de positieve elektrode.

Nadere informatie

scheikunde vwo 2017-II

scheikunde vwo 2017-II Kerosine uit zonlicht maximumscore 3 Een voorbeeld van een juiste berekening is: E = ( 2,42 0 5 ) + 0,5 ( 3,935 0 5 ) + 0,5 (,05 0 5 ) = +3,84 0 5 (J mol ). juiste verwerking van de vormingswarmten van

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde pilot vwo II

Eindexamen scheikunde pilot vwo II Haarverzorging 1 maximumscore 3 Een juist antwoord kan er als volgt uitzien: N H H C H N C C C C H N H H H C SH C de peptidebindingen juist getekend 1 de zijketens juist getekend 1 het begin van de structuurformule

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 (de week van) woensdag 6 februari 2008 Deze voorronde bestaat uit 25 meerkeuzevragen verdeeld over 5 onderwerpen en 4 open vragen met in totaal

Nadere informatie

Eindexamen vwo scheikunde pilot II

Eindexamen vwo scheikunde pilot II Selectieve opname koolstofdioxide 1 maximumscore 2 Een juist antwoord kan als volgt zijn weergegeven: rechts van de pijl H + 1 juiste coëfficiënten 1 Indien in een overigens juiste vergelijking H 2 is

Nadere informatie

Eindexamen vwo scheikunde pilot 2013-I

Eindexamen vwo scheikunde pilot 2013-I Asbjørn Følling en de ontdekking van PKU 6 maximumscore 2 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: Om aan te tonen dat stof X de groenkleuring veroorzaakt: aan urine van gezonde mensen (een kleine hoeveelheid)

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde pilot vwo II

Eindexamen scheikunde pilot vwo II Beoordelingsmodel Zelfherstellende verf 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: C C C ( ) 6 C dubbele binding tussen en C in de isocyanaatgroepen 1 dubbele binding tussen C en in de isocyanaatgroepen

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2016

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2016 NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE 016 CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 af te nemen in de periode van 0 tot en met 7 januari 016 Deze voorronde bestaat uit 0 meerkeuzevragen verdeeld over 8 onderwerpen en opgaven

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde vwo 2010 - II

Eindexamen scheikunde vwo 2010 - II Beoordelingsmodel Alcoholintolerantie 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: et is de omzetting van een (primaire) alcohol tot een alkanal; daarbij reageert de (primaire) alcohol met

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 af te nemen in de periode van woensdag 30 januari 2013 tot en met woensdag 6 februari 2013 Deze voorronde bestaat uit 22 meerkeuzevragen verdeeld

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2008-I

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2008-I Beoordelingsmodel Broom 1 maximumscore 2 Cl 2 + 2 Br 2 Cl + Br 2 Cl 2 voor de pijl en 2 Cl na de pijl 1 2 Br voor de pijl en Br 2 na de pijl 1 2 maximumscore 2 Voorbeelden van juiste antwoorden zijn: In

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo II

Eindexamen scheikunde havo II Opgave aantal protonen : 48 aantal elektronen : 46 aantal protonen: 48 aantal elektronen: aantal protonen minus 2 2 selenide ion : Se 2- cadmium(ii)selenide : dse selenide-ion: Se 2- formule cadmiumselenide

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2003-II

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2003-II 4 Antwoordmodel N 1 N + N N en voor de pijl en N na de pijl 1 bij juiste formules voor en na de pijl: juiste coëfficiënten 1 Een voorbeeld van een juist energiediagram is: E 1 mol N -0,815. 10 5 J 1 mol

Nadere informatie

4 11 juni EINDTOETS THEORIE antwoordmodel

4 11 juni EINDTOETS THEORIE antwoordmodel 29 e ATIALE SCEIKUDELYMPIADE 4 juni 2008 EIDTETS TERIE antwoordmodel maandag 9 juni 2008, 8.30 2.30u Deze eindtoets bestaat uit 32 deelvragen verdeeld over 7 opgaven Bij deze toets hoort een antwoordblad

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1 vwo 2004-I

Eindexamen scheikunde 1 vwo 2004-I Eindexamen scheikunde 1 vwo 004-I 4 Beoordelingsmodel Zink 1 Een juist antwoord kan als volgt zijn geformuleerd: IJzerionen zijn Fe + of Fe 3+ en sulfide-ionen zijn en dat leidt tot de formule Fe of Fe

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2004-I

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2004-I Eindexamen scheikunde 1- vwo 004-I 4 Beoordelingsmodel Haarkleuring 1 Het juiste antwoord kan als volgt zijn genoteerd: H N CH C en H N CH C CH CH structuurformule van serine juist 1 structuurformule van

Nadere informatie

Eindexamen havo scheikunde pilot II

Eindexamen havo scheikunde pilot II Zelfbruiners 1 maximumscore 2 Een voorbeeld van een juist antwoord is: Bij de reactie reageert de dubbele binding tot een enkele binding / verdwijnt de dubbele binding, dus het is een additiereactie. de

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2007-II

Eindexamen scheikunde havo 2007-II Beoordelingsmodel Kwik 1 maximumscore 2 aantal protonen: 160 aantal elektronen: 158 aantal protonen: 160 1 aantal elektronen: het gegeven aantal protonen verminderd met 2 1 2 maximumscore 2 g 2 Cl 2 Indien

Nadere informatie

36 e Nationale Scheikundeolympiade

36 e Nationale Scheikundeolympiade 36 e Nationale Scheikundeolympiade YARA Sluiskil PRACTICUMTOETS correctievoorschrift dinsdag 9 juni 2015 Experiment 1 Bepaling van de hardheid van Zeeuws Vlaams leidingwater(40 punten) De volgende praktische

Nadere informatie

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 15 april 2019

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 15 april 2019 l UITWERKING CCVS-TENTAMEN 15 april 2019 Frank Povel NB. Deze uitwerking is door mij gemaakt en is niet de uitwerking die de CCVS hanteert. Er kunnen dan ook op geen enkele wijze rechten aan deze uitwerking

Nadere informatie

Eindexamen havo scheikunde II

Eindexamen havo scheikunde II Radon 1 maximumscore 1 edelgassen 2 maximumscore 1 2+ Indien het antwoord positieve lading is gegeven 0 3 maximumscore 3 aantal protonen: 84 aantal neutronen: 134 naam element X: polonium aantal protonen:

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2008-I

Eindexamen scheikunde havo 2008-I Beoordelingsmodel Uraan 1 maximumscore 2 aantal protonen: 92 aantal neutronen: 146 aantal protonen: 92 1 aantal neutronen: 238 verminderen met het aantal protonen 1 2 maximumscore 2 UO 2 + 4 HF UF 4 +

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2008-II

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2008-II Beoordelingsmodel Brons 1 maximumscore 4 Een juiste berekening leidt tot de uitkomst 78,3(%). berekening van het aantal mmol S 2 3 2 : 18,3 (ml) vermenigvuldigen met 0,101 (mmol ml 1 ) 1 omrekening van

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo I

Eindexamen scheikunde havo I Beoordelingsmodel uderdomsbepaling 1 maximumscore 1 edelgassen Indien het antwoord groep 18 is gegeven 0 2 maximumscore 2 aantal protonen aantal neutronen aantal elektronen in 40 K en in 40 Ar ongelijk

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATINALE SHEIKUNDELYMPIADE RRETIEMDEL VRRNDE 1 (de week van) woensdag 4 februari 2009 Deze voorronde bestaat uit 24 meerkeuzevragen verdeeld over 5 onderwerpen en 3 open vragen met in totaal 13 deelvragen

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2001-II

Eindexamen scheikunde havo 2001-II Eindexamen scheikunde havo 00-II 4 Antwoordmodel Energievoorziening in de ruimte et (uiteenvallen van de Pu-38 atomen) levert energie dus het is een exotherm proces. er komt energie vrij aantal protonen:

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1 vwo 2007-II

Eindexamen scheikunde 1 vwo 2007-II Beoordelingsmodel EcoEthanol TM 1 maximumscore 2 Voorbeelden van juiste argumenten zijn: Er komt minder broeikasgas / de toename van het 2 gehalte in de atmosfeer wordt minder / het gaat de opwarming van

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1 vwo 2006-II

Eindexamen scheikunde 1 vwo 2006-II 4 Beoordelingsmodel ollageen 1 et antwoord kan als volgt zijn genoteerd: 3 S 2 2 2 2 2 N N 2 N peptidebindingen juist getekend 1 het begin van de structuurformule weergegeven met N met N met N en het einde

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 af te nemen in de periode van 28 januari tot en met 4 februari 2015 Deze voorronde bestaat uit 20 meerkeuzevragen verdeeld over 8 onderwerpen en

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2002-II

Eindexamen scheikunde havo 2002-II 4 Antwoordmodel Zuurstofvoorziening 1 aantal protonen: 16 aantal elektronen: 17 aantal protonen: 16 1 aantal elektronen: aantal protonen vermeerderd met 1 1 2 4 KO 2 2 K 2 O + 3 O 2 alleen KO 2 voor de

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE ATIALE SEIKUDELYMPIADE RRETIEMDEL VRRDE 1 (de week van) woensdag 2 februari 2011 Deze voorronde bestaat uit 24 meerkeuzevragen verdeeld over 6 onderwerpen en 3 open vragen met in totaal 15 deelvragen.

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde vwo I

Eindexamen scheikunde vwo I Beoordelingsmodel Ureum 1 maximumscore 3 Een juiste uitleg leidt tot de conclusie dat in ureum het massapercentage hoger is dan in ammoniumnitraat. de formule van ammoniumnitraat is 4 3 1 de massa van

Nadere informatie

www. Chemie 1997 juli Vraag 1 Bij de zogenaamde thermietreactie wordt vast Fe 2 O 3 via een reactie met aluminium omgezet tot Al 2 O 3 en ijzer. Veronderstel dat je beschikt over 25,0 g aluminium en 85,0

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2007-II

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2007-II Beoordelingsmodel EcoEthanol TM 1 maximumscore 2 Voorbeelden van juiste argumenten zijn: Er komt minder broeikasgas / de toename van het CO 2 gehalte in de atmosfeer wordt minder / het gaat de opwarming

Nadere informatie

scheikunde havo 2017-I

scheikunde havo 2017-I Contrastmiddel voor MRI-scans 1 maximumscore 3 aantal protonen: 64 aantal neutronen: 94 aantal elektronen: 61 aantal protonen juist 1 aantal neutronen: 158 verminderd met het aantal protonen 1 aantal elektronen:

Nadere informatie

Frank Povel. a. Fe + 2H + Fe 2+ + H 2 Er zullen gasbelletjes te zien zijn en de oplossing zal licht groen worden.

Frank Povel. a. Fe + 2H + Fe 2+ + H 2 Er zullen gasbelletjes te zien zijn en de oplossing zal licht groen worden. UITWERKING CCVS-TENTAMEN 29 november 2016 Frank Povel NB. Deze uitwerking is door mij gemaakt en is niet de uitwerking die de CCVS hanteert. Er kunnen dan ook op geen enkele wijze rechten aan deze uitwerking

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2001-II

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2001-II Eindexamen scheikunde -2 vwo 200-II 4 Antwoordmodel Dizuren 6 0 + 4 2 2 6 0 4 + 4 2 6 0 voor de pijl en 6 0 4 na de pijl 2 2 voor de pijl en 2 na de pijl juiste coëfficiënten Indien de vergelijking 6 0

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2007-I

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2007-I Beoordelingsmodel Epoxypropaan 1 maximumscore 3 methoxyetheen stamnaam etheen 1 voorvoegsel methoxy 2 Indien een naam is gegeven waarin als enige fout een onjuist voorvoegsel voorkomt, maar uit de naam

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE af te nemen in de week van woensdag 8 maart 01 Deze voorronde bestaat uit 0 meerkeuzevragen verdeeld over 6 onderwerpen en open opgaven met in totaal

Nadere informatie

Verbetering Chemie 1997 juli

Verbetering Chemie 1997 juli www. Verbetering Chemie 1997 juli Vraag 1 Reactievergelijking: Fe 2 O 3 + 2 Al Al 2 O 3 + 2 Fe Molaire massa s: Fe 2 O 3 : ( 2 x 55,9) + (3 x 16,0) = 159,8 g mol -1 Al: 27 g mol -1 Hoeveelheid stof: Fe

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1 vwo 2008-II

Eindexamen scheikunde 1 vwo 2008-II Beoordelingsmodel De nylonbacterie 1 maximumscore 3 Een juiste berekening leidt tot de uitkomst 2,0 10 2. notie dat N 2 2 2 2 2 de repeterende eenheid is van een molecuul nylon-6 (eventueel impliciet)

Nadere informatie

ßCalciumChloride oplossing

ßCalciumChloride oplossing Samenvatting door R. 1673 woorden 17 februari 2013 8 1 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Pulsar chemie Additiereactie Bij een reactie tussen hexeen en broom springt de C=C binding open. Aan het molecuul

Nadere informatie

Grensvlakpolymerisatie

Grensvlakpolymerisatie Grensvlakpolymerisatie 1 maximumscore 2 Een voorbeeld van een juist antwoord is: De reactor wordt gekoeld (dus er komt energie vrij). De reactie is dus exotherm. de reactor wordt gekoeld 1 conclusie 1

Nadere informatie

NATIONALE CHEMIE OLYMPIADE Voorronde 1, 2002

NATIONALE CHEMIE OLYMPIADE Voorronde 1, 2002 NATINAE CHEMIE YMPIADE Voorronde 1, 00 pgaven woensdag 6 februari Deze voorronde bestaat uit 18 vragen verdeeld over 8 opgaven De maximum score voor dit werk bedraagt 100 punten De voorronde duurt maximaal

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1 vwo I

Eindexamen scheikunde 1 vwo I Beoordelingsmodel Biobrandstofcel 1 maximumscore 2 berekening van de afname van het aantal mmol glucose per liter en van de toename van het aantal mmol Fe 2+ per liter in 150 uur: 1,03 ± 0,01 (mmol L 1

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2006-II

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2006-II 4 Beoordelingsmodel Bookkeeper 1 Een juist antwoord kan er als volgt uitzien: Indien slechts één watermolecuul op een juiste manier via een waterstbrug aan het stukje cellulosemolecuul is getekend 1 Indien

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2002-I

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2002-I 4 Antwoordmodel Munt 1 Het juiste antwoord bevat de notie dat V 0 = +0,96 V van N 3 + H + /N + H 2 of V 0 = +0,93 V van N 3 + H + /HN 2 + H 2 of V 0 = +0,81 V van N 3 + H + /N 2 + H 2 groter is dan V 0

Nadere informatie

SCHEIKUNDE VWO 4 MOLBEREKENINGEN ANTW.

SCHEIKUNDE VWO 4 MOLBEREKENINGEN ANTW. OPGAVE 1 LEVEL 1 Uit de opgave haal je dat koper en zuurstof links van de pijl moeten staan en koper(ii)oxide rechts van de pijl. Daarna maak je de reactievergelijking kloppend. 2 Cu + O 2 à 2 CuO Filmpje

Nadere informatie

Correctievoorschrift VWO. scheikunde (oude stijl) inzenden scores Voor dit examen hoeft u geen afnamegegevens aan de Citogroep te verstrekken.

Correctievoorschrift VWO. scheikunde (oude stijl) inzenden scores Voor dit examen hoeft u geen afnamegegevens aan de Citogroep te verstrekken. scheikunde (oude stijl) Correctievoorschrift VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs 0 04 Tijdvak 1 inzenden scores Voor dit examen hoeft u geen afnamegegevens aan de Citogroep te verstrekken. 400014-1-5c

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE 2 af te nemen in de periode van 30 maart tot en met 3 april 205 Deze voorronde bestaat uit 20 meereuzevragen verdeeld over 7 onderwerpen en 3 opgaven

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo I

Eindexamen scheikunde havo I pgave (mono)stikstofmono-oxide Indien als antwoord stikstofoxide is gegeven 2 Een juiste verklaring leidt tot de uitkomst 7 (elektronen). elk atoom bevat 8 elektronen in totaal bevat het 2 - ion dus 2

Nadere informatie

ZUUR-BASE BUFFERS Samenvatting voor het VWO

ZUUR-BASE BUFFERS Samenvatting voor het VWO ZUUR-BASE BUFFERS Samenvatting voor het VWO versie december 2014 INHOUDSOPGAVE 1. Vooraf 2. Wat is een buffer? 3. Hoe werkt een buffer? 4. Geconjugeerd zuur/base-paar 5. De ph van een buffer De volgende

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2004-II

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2004-II 4 Beoordelingsmodel Ky-auto 1 Een juiste uitleg leidt tot de conclusie dat de elektrode waaraan zuurstof reageert de positieve elektrode is. zuurstof is de oxidator / neemt elektronen op / zuurstofmoleculen

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATINALE SEIKUNDELYMPIADE ANTWRDMDEL VRRNDE 2 (de week van) woensdag 12 april 2006 Deze voorronde bestaat uit 27 deelvragen verdeeld over 5 opgaven De maximumscore voor dit werk bedraagt 100 punten (geen

Nadere informatie

Module 2 Chemische berekeningen Antwoorden

Module 2 Chemische berekeningen Antwoorden 2 Meten is weten 1 Nee, want bijvoorbeeld 0,0010 kg is net zo nauwkeurig als 1,0 gram. 2 De minst betrouwbare meting is de volumemeting. Deze variabele bepaald het aantal significante cijfers. 3 IJs: 1,5

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Ademtest 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: Een ureummolecuul bevat NH 2 groepen / N-H bindingen, zodat er waterstbruggen (met watermoleculen) gevormd kunnen worden. (Dus ureum is

Nadere informatie

OEFENOPGAVEN VWO EVENWICHTEN

OEFENOPGAVEN VWO EVENWICHTEN OPGAVE 1 OEFENOPGAVEN VWO EVENWICHTEN In een ruimte van 5,00 liter brengt men 9,50 mol HCl(g) en 2,60 mol O 2 (g). Na evenwichtsinstelling is 40,0% van de beginstoffen omgezet en is er Cl 2 (g) en H 2

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2011 - I

Eindexamen scheikunde havo 2011 - I Beoordelingsmodel Uraanerts 1 maximumscore 2 aantal protonen: 92 aantal elektronen: 88 aantal protonen: 92 1 aantal elektronen: aantal protonen verminderd met 4 1 2 maximumscore 2 Voorbeelden van een juist

Nadere informatie

scheikunde pilot vwo 2015-II

scheikunde pilot vwo 2015-II Dicoumarol 1 maximumscore 2 Een juist antwoord kan als volgt zijn weergegeven: structuurformule van coumarine en H 2 O voor de pijl, structuurformule van 4-hydroxycoumarine en H + na de pijl en C, H en

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2008-II

Eindexamen scheikunde havo 2008-II Beoordelingsmodel Forams 1 maximumscore 2 aantal protonen: 14 aantal neutronen: 16 aantal protonen: 14 1 aantal neutronen: 30 verminderd met het aantal protonen 1 Indien het juiste aantal protonen (7)

Nadere informatie

scheikunde vwo 2016-I

scheikunde vwo 2016-I Nitromusks 1 maximumscore Voorbeelden van een juist antwoord zijn: Het koolstofatoom met de methylgroep is een asymmetrisch koolstofatoom, dus er zijn (twee) spiegelbeeldisomeren. Het C atoom met de CH

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1 vwo 2008-I

Eindexamen scheikunde 1 vwo 2008-I Beoordelingsmodel Vrije vetzuren in olijfolie 1 maximumscore 1 hydrolyse Indien het antwoord verzeping of ontleding of evenwichtsreactie is gegeven 0 2 maximumscore 2 Een juist antwoord kan als volgt zijn

Nadere informatie

Extra oefenopgaven. Inleiding Scheikunde voor anesthesiemedewerkers en operatie-assistenten assistenten i.o. voorjaar 2008

Extra oefenopgaven. Inleiding Scheikunde voor anesthesiemedewerkers en operatie-assistenten assistenten i.o. voorjaar 2008 Extra oefenopgaven Inleiding Scheikunde voor anesthesiemedewerkers en operatie-assistenten assistenten i.o. voorjaar 2008 1. Geef van de volgende stoffen de chemische formule; geef ook aan tot welke categorie

Nadere informatie

scheikunde bezem vwo 2016-I

scheikunde bezem vwo 2016-I WC-reinigers 5 maximumscore 3 Cl 2 + 4 OH 2 ClO + 2 H 2 O + 2 e Cl 2 voor de pijl en ClO na de pijl 1 OH voor de pijl en H 2 O na de pijl 1 elektronen na de pijl en juiste coëfficiënten 1 6 maximumscore

Nadere informatie

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 21 juli 2017

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 21 juli 2017 UITWERKING CCVS-TENTAMEN 21 juli 2017 Frank Povel NB. Deze uitwerking is door mij gemaakt en is niet de uitwerking die de CCVS hanteert. Er kunnen dan ook op geen enkele wijze rechten aan deze uitwerking

Nadere informatie

Chemisch rekenen, zo doe je dat!

Chemisch rekenen, zo doe je dat! 1 Chemisch rekenen, zo doe je dat! GOE Opmerkingen vooraf: 1. Belangrijke schrijfwijzen: 100 = 10 2 ; 1000 = 10 3, enz. 0,1 = 1/10 = 10-1 ; 0,001 = 1/1000 = 10-3 ; 0,000.000.1 = 10-7, enz. gram/kg = gram

Nadere informatie

_ Correctievoorschrift HAVO en VHBO. .c: :::J ~ Cl) Inhoud 1 Algemene regels 2 Scoringsvoorschrift 2.1 Scoringsregels 2.

_ Correctievoorschrift HAVO en VHBO. .c: :::J ~ Cl) Inhoud 1 Algemene regels 2 Scoringsvoorschrift 2.1 Scoringsregels 2. _ Correctievoorschrift HAVO en VHBO Cl) "C s::::: :::J ~ Cl).c: (,) en Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Vooropleiding Hoger Beroeps Onderwijs 9 HAVO Tijdvak VHBO Tijdvak 2 9 Inhoud Algemene regels 2

Nadere informatie

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 27 november OPGAVE 1 zeven stoffen. Frank Povel

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 27 november OPGAVE 1 zeven stoffen. Frank Povel l UITWERKING CCVS-TENTAMEN 27 november 2018 Frank Povel NB. Deze uitwerking is door mij gemaakt en is niet de uitwerking die de CCVS hanteert. Er kunnen dan ook op geen enkele wijze rechten aan deze uitwerking

Nadere informatie

21 e NATIONALE CHEMIE OLYMPIADE Voorronde 1, 2000

21 e NATIONALE CHEMIE OLYMPIADE Voorronde 1, 2000 e NATIONALE CHEMIE OLYMPIADE Voorronde, 000 Opgaven woensdag 9 februari Deze voorronde bestaat uit 9 vragen verdeeld over 7 opgaven. De maximum score voor dit werk bedraagt 00 punten. De toets duurt maximaal

Nadere informatie

ZUUR-BASE BUFFERS Samenvatting voor het VWO

ZUUR-BASE BUFFERS Samenvatting voor het VWO ZUUR-BASE BUFFERS Samenvatting voor het VWO versie december 2017 INHOUDSOPGAVE 1. Vooraf 2. Wat is een buffer? 3. Hoe werkt een buffer? 4. Geconjugeerd zuur/base-paar 5. De ph van een buffer De volgende

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2000-II

Eindexamen scheikunde havo 2000-II Eindexamen scheikunde havo -II 4 Antwoordmodel Lood Een juiste afleiding leidt tot de uitkomst (neutronen). berekening van het aantal neutronen in een U-38 atoom en berekening van het aantal neutronen

Nadere informatie

_ Correctievoorschrift HAVO en VHBO

_ Correctievoorschrift HAVO en VHBO _ Correctievoorschrift HAVO en VHBO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Vooropleiding Hoger Beroeps Onderwijs 9 HAVO Tijdvak 2 VHBO Tijdvak 3 89 Inhoud Algemene regels 2 Scoringsvoorschrift 2. Scoringsregels

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1 vwo 2004-II

Eindexamen scheikunde 1 vwo 2004-II 4 Beoordelingsmodel Parkinson 1 CH 2 CH NH 2 O C CH 2 CH 2 NH 2 + CO 2 uitsluitend de structuurformule van L-dopa voor de pijl 1 CO 2 na de pijl 1 juiste structuurformule van dopamine na de pijl 1 2 Een

Nadere informatie

_ Correctievoorschrift VWO. .c o. ~.- Cl) Inhoud 1 Algemene regels 2 Scoringsvoorschrift 2.1 Scoringsregels 2.2 Antwoordmodel

_ Correctievoorschrift VWO. .c o. ~.- Cl) Inhoud 1 Algemene regels 2 Scoringsvoorschrift 2.1 Scoringsregels 2.2 Antwoordmodel _ Correctievoorschrift VWO Cl) "C C::::s ~.- Cl).c o ti) Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs 9 Tijdvak 9 Inhoud Algemene regels Scoringsvoorschrift. Scoringsregels. Antwoordmodel 30 CV0 Begin _ Algemene

Nadere informatie

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN MAVO-4 II EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1974 MAVO-4 Dinsdag 11 juni, 9.00 11.00 NATUUR-EN SCHEIKUNDE II (Scheikunde) OPEN VRAGEN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN

Nadere informatie

scheikunde havo 2018-I

scheikunde havo 2018-I Melkzuursensor maximumscore 3 C 6 + 6 O 2 6 CO 2 + 6 O uitsluitend C 6 en O 2 voor de pijl uitsluitend CO 2 en O na de pijl juiste coëfficiënten in een vergelijking met uitsluitend de juiste formules voor

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2005-II

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2005-II 4 Beoordelingsmodel Rozengeur 1 1-broom-3-methyl-2-buteen stamnaam buteen 1 juiste namen substituenten 1 alle plaatsaanduidingen juist 1 en Wanneer de naam 3-methyl-1-broom-2-buteen is gegeven, dit goed

Nadere informatie

Eindexamen vwo scheikunde pilot I

Eindexamen vwo scheikunde pilot I Biodiesel uit plantaardig afval 16 maximumscore 2 De verbrandingswarmte van 1,0 L ethaanzuur bedraagt 3 1, 0 1, 05 10 5 6 8,72 10 10 = 15(MJ). 60,05 (Dit is kleiner dan 24 MJ L 1.) berekening van het aantal

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATIONALE SEIKUNDEOLYMPIADE ORRETIEMODEL VOORRONDE 2 (de week van) woensdag 9 april 2008 Deze voorronde bestaat uit 23 meerkeuzevragen verdeeld over 6 onderwerpen en 2 open vragen met in totaal 10 deelvragen

Nadere informatie